Meetnet Urbane Soorten (MUS)

Binnen het Meetnet Urbane Soorten (MUS) wordt de aantalsontwikkeling gevolgd van alle broedvogelsoorten van stedelijk gebied. De term ‘stedelijk gebied’ wordt breed opgevat, en omvat naast steden en dorpen ook parken, bedrijven- en industrieterreinen, volkstuincomplexen en sportterreinen. Vrijwilligers kiezen een postcodegebied en identificeren en tellen alle vogels op 8-12 willekeurig geselecteerde meetpunten binnen dat gebied. Op elk meetpunt wordt exact 5 minuten geteld tijdens drie meetronden per broedseizoen. Het meetnet richt zich op alle broedvogelsoorten inclusief exoten als halsbandparkiet, nijlgans en stadsduif. In de indicator zijn deze exoten buiten beschouwing gelaten.