Commissie onderzoek interlandelijke adoptie in het verleden

De commissie onderzoek interlandelijke adoptie in het verleden, ingesteld door de minister voor Rechtsbescherming (Justitie & Veiligheid), is gevraagd onderzoek te doen naar de rol en verantwoordelijkheid van de Nederlandse overheid bij interlandelijke adoptie in de periode 1967 – 1998 en mogelijke misstanden daarbij. In het onderzoek naar de feitelijke gang van zaken rondom adopties vanuit het buitenland en de rol van de Nederlandse overheid daarbij heeft de commissie in 2019 en 2020 tientallen geadopteerden gesproken. Naast vragen over misstanden is daarbij ook steeds aan de orde geweest hoe het met geadopteerden gaat, hoe zij hun adoptie hebben ervaren, in hoeverre zij op zoek zijn naar hun herkomst en welke problemen zij daarbij ondervinden. Ook heeft de commissie deze personen gevraagd wat hen zou helpen verder te komen. De commissie vindt het essentieel om een zo volledig mogelijk beeld van interlandelijk geadopteerden in Nederland te hebben, maar kan in de gegeven tijd niet met alle geadopteerden spreken. Ze heeft daarom het CBS gevraagd aanvullend onderzoek te doen. Met dit onderzoek wil de commissie nagaan in hoeverre het beeld dat uit de gesprekken naar voren is gekomen ook bij andere geadopteerden leeft. Het helpt de commissie om verantwoorde conclusies te trekken en aanbevelingen te doen aan de minister.