Matige of ernstige beperking in horen, zien of bewegen

Personen met minstens één beperking volgens de OESO-indicator. De OESO-indicator (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) is gebaseerd op zeven vragen over vaardigheden die mensen normaal kunnen doen, zo nodig met hulpmiddelen zoals een bril of hoorapparaat. Het gaat daarbij om de volgende zeven vragen uit de Gezondheidsenquête:
- Kunt u een gesprek volgen in een groep van 3 of meer personen (zo nodig met hoorapparaat)?
- Kunt u met één andere persoon een gesprek voeren (zo nodig met hoorapparaat)?
- Zijn uw ogen goed genoeg om de kleine letters in de krant te kunnen lezen (zo nodig met bril of contactlenzen)?
- Kunt u op een afstand van 4 meter het gezicht van iemand herkennen (zo nodig met bril of contactlenzen)?
- Kunt u een voorwerp van 5 kilo, bijvoorbeeld een volle boodschappentas, 10 meter dragen?
- Kunt u als u staat, bukken en iets van de grond oppakken?
- Kunt u 400 meter aan een stuk lopen zonder stil te staan (zo nodig met stok)?

Deze vragen kennen de volgende antwoordcategorieën:
- ja, zonder moeite
- ja, met enige moeite
- ja, met grote moeite
- nee, dat kan ik niet.

Een respondent heeft een matige of ernstige beperking in horen, zien of bewegen beperking (een OESO-beperking) als hij of zij op minstens één van de zeven vragen met 'kan niet' of 'met grote moeite' antwoordt.

Personen met beperking in horen: percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens één van de twee vragen naar beperkingen in horen (volgens de OESO indicator).

Personen met beperking in zien: percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens één van de twee vragen naar beperkingen in zien (volgens de OESO indicator).

Personen met beperking in bewegen: percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens één van de drie vragen naar beperkingen in bewegen (volgens de OESO indicator).

Personen met bewegingsbeperking in dragen: percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op de vraag: Kunt u een voorwerp van 5 kilo, bijvoorbeeld een volle boodschappentas, 10 meter dragen?

Personen met bewegingsbeperking in bukken: Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op de vraag: Kunt u als u staat, bukken en iets van de grond oppakken?

Personen met bewegingsbeperking in lopen: Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op de vraag: Kunt u 400 meter aan een stuk lopen zonder stil te staan (zo nodig met stok).