65-plusser besteedt naar verhouding groot deel inkomen

Oudere telt geld bij kassa van slager
© ANP
Huishoudens met een 65-plusser als hoofdkostwinner consumeren minder dan ‘jongere’ huishoudens. Zij hebben echter ook een lager besteedbaar inkomen. Relatief besteden ze juist meer dan ‘jongere’ huishoudens. Een groter deel van de bestedingen van oudere huishoudens betreft woninginrichting, goede doelen en gezondheid. Dit meldt CBS op basis van cijfers uit 2015 na een nieuwe analyse rond het thema vergrijzing.

[video: https://www.cbs.nlnl-nl/video/7ba2374b22814b07bcfbbe038973784b]

Het CBS doet regelmatig onderzoek naar bestedingen. Het gaat hier om een analyse over 2015, waarin huishoudens met een hoofdkostwinner uit verschillende leeftijdsgroepen met elkaar worden vergeleken. Door de jaren heen verandert de samenstelling van die groepen. De cijfers zijn dus een momentopname en zeggen niet per se iets over de inkomens en bestedingen van individuen in verschillende leeftijdsfasen.

Bestedingen en inkomens hoofdkostwinner huishoudens, 2015
 Besteedbaar inkomenTotale bestedingen
<25 jaar13,821,3
25 tot 35 33,529,6
35 tot 4544,236,2
45 tot 5549,440,8
55 tot 6545,437
65 tot 7535,532,1
75 jaar en ouder27,226,1

Inkomens 65-plushuishoudens wordt grotendeels besteed

Huishoudens gaven in 2015 gemiddeld 34 duizend euro uit aan goederen en diensten. Onder 65- tot 75-jarigen was dit gemiddeld 32 duizend euro. De bestedingen zijn het hoogst in huishoudens waar de hoofdkostwinner 45 tot 55 jaar oud is. In 65-plushuishoudens wordt een groter deel van het besteedbaar inkomen besteed.
Bij huishoudens met een hoofdkostwinner jonger dan 25 jaar zijn de bestedingen groter dan het inkomen. Het gaat vooral om zelfstandig wonende studenten, die het gat tussen hun inkomen en bestedingen doorgaans aanvullen met een studielening.

Bestedingen huishoudens 2015
 Overige bestedingenHuisvesting, water en energieAandeel huisvesting, water en energie (rechteras)
<25 jaar14,17,233,9
25 tot 35 209,632,4
35 tot 4525,410,829,9
45 tot 5529,411,427,9
55 tot 6525,711,330,6
65 tot 752111,134,6
75 jaar en ouder15,510,640,5

Ouderen geven relatief veel geld uit aan huisvesting, water en energie

Naarmate de hoofdkostwinner ouder is, geven huishoudens meer uit aan huisvesting, water en energie. In de groepen met een hoofdkostwinner van 55 jaar en ouder is dat minder. Onder 65- tot 75-jarigen bedragen deze kosten ongeveer 11 duizend euro.

In elke opeenvolgende groep vormen de uitgaven in deze categorie een kleiner deel van de totale bestedingen. Vanaf de groep met een 45- tot 55-jarige als hoofdkostwinner is het in elke volgende groep juist een hoger percentage.

Met de leeftijd mee stijgende bestedingsposten hoofdkostwinner huishoudens, 2015
 Goede doelenGezondheidStoffering en huishoudelijke apparatenVoedings- en genotmiddelen
<25 jaar0,112,912,2
25 tot 35 0,31512,6
35 tot 450,31,15,213,8
45 tot 550,31,25,214,3
55 tot 650,51,65,314,4
65 tot 750,61,75,914,7
75 jaar en ouder0,926,913,8

Senioren besteden meer aan woninginrichting

Hoe hoger de leeftijd van de hoofdkostwinner, hoe meer huishoudens naar verhouding besteden aan voedings- en genotmiddelen. Bij hoofdkostwinners van 65 tot 75 jaar is dat minder. Bestedingscategorieën waarvan het aandeel steeds groter wordt in de opeenvolgende groepen, zijn woninginrichting (stoffering en huishoudelijke apparaten), gezondheid en goede doelen.

Met de leeftijd mee dalende bestedingsposten hoofdkostwinner huishoudens, 2015
 OnderwijsKleding en schoeiselRestaurants en hotelsVervoer
<25 jaar7,94,97,611,3
25 tot 35 1,45,46,913,3
35 tot 4515,46,213,4
45 tot 552,25,26,114,4
55 tot 65145,614,4
65 tot 750,245,411,2
75 jaar en ouder0,13,546,3

Bestedingen vervoer, kleding, restaurants en hotels dalen onder 65-plussers

Uitgaven aan vervoer zijn hoger naarmate de kostwinner ouder is, maar nemen vanaf 65 jaar sterk af. Ook de bestedingen aan kleding en aan restaurants en hotels zijn minder in de oudste leeftijdsgroepen. Het aandeel in de totale bestedingen van overige categorieën zoals communicatie, recreatie en cultuur, verschilt nagenoeg niet tussen de leeftijdsgroepen.

 In 'Vergrijzing en de Nederlandse economie' wordt dieper ingegaan op het verband tussen onder meer consumptie, arbeidsparticipatie en consumentenvertrouwen, en leeftijd.