Groei Oost-Europese werknemers trekt weer aan

In maart 2010 werkten in Nederland 100 duizend werknemers uit de Oost-Europese EU-landen. Dat zijn er 12 duizend meer dan een jaar eerder. De groei van het aantal Oost-Europese werknemers nam in de loop van 2009 sterk af, maar trok begin dit jaar weer wat aan.

Groei werknemers uit Oost-Europese EU-landen t.o.v. jaar eerder

Groei werknemers uit Oost-Europese EU-landen t.o.v. jaar eerder

Piek in de zomer, teruggang in de winter

Het aantal Oost-Europese werknemers dat in Nederland werkt is in de zomer groter dan in de wintermaanden. Dit komt door seizoensarbeid in de landbouw. In de zomer van 2009 bereikte het aantal werknemers uit Oost-Europa een piek van bijna 120 duizend. Daarna verminderde hun aantal tot ruim 90 duizend in de wintermaanden januari en februari om in maart weer weer duidelijk toe te nemen.

Vier van de vijf Oost-Europese werknemers hebben de Poolse nationaliteit. Verder is 38 procent vrouw.

Werknemers uit Oost-Europese EU-landen

Werknemers uit Oost-Europese EU-landen

Helft heeft woonadres in buitenland

De helft van de Oost-Europese werknemers is uitzendkracht. Eveneens de helft heeft een Nederlands woonadres. Vooral uitzendkrachten werken (tijdelijk) in Nederland, maar blijven officieel in het herkomstland wonen.

Dienstverband en woonland van Oost-Europese werknemers, maart 2010

Dienstverband en woonland van Oost-Europese werknemers, maart 2010

André Corpeleijn en Michiel Heerschop

Bronnen: