Een vijfde van de ouderen heeft lichamelijke beperkingen

In 2007 had een op de vijf ouderen van 55-80 jaar een of meer lichamelijke beperkingen. Moeite met bewegen komt het meest voor. Het aantal ouderen met deze beperking daalt wel sinds 1996. Hoe lager de opleiding of het inkomen, hoe meer ouderen met een of meer functiebeperkingen.

Vrouwen hebben vaker beperkingen

Oudere vrouwen hebben vaker functiebeperkingen dan oudere mannen. Een kwart van de vrouwen heeft last van lichamelijk ongemak, van de oudere mannen is dat 16 procent. De lichamelijke beperkingen nemen toe met het klimmen van de jaren. In 2007 gaf 14 procent van de 55- tot 60-jarigen aan beperkingen te hebben, bij de 75- tot 80-jarigen was dit 38 procent.

Beperkingen van ouderen naar geslacht en leeftijd, 2007

Beperkingen van ouderen naar geslacht en leeftijd, 2007

Beperkingen in bewegen gedaald

Problemen met bewegen komt het vaakst voor, gevolgd door beperkingen in het zien en in het horen. Het afgelopen decennium is het aandeel ouderen met een of meer beperkingen gedaald. Dit komt vooral doordat minder ouderen moeite met bewegen hebben. In 1996 had 18 procent van de ouderen problemen met de beweeglijkheid, in 2007 was dit 14 procent.

Beperkingen van ouderen in bewegen, zien en horen

Beperkingen van ouderen in bewegen, zien en horen

Hoe lager de opleiding, hoe vaker een functieprobleem

Hoe lager opleiding of inkomen, hoe meer lichamelijke problemen. Een op de drie ouderen in de laagste inkomensklasse of met alleen lager onderwijs wordt geconfronteerd met beperkingen. Van de ouderen in de hoogste inkomenklasse of met een hoge opleiding heeft 12 procent beperkingen.

Beperkingen van ouderen naar jaarinkomen en opleiding, 2004/2006

Beperkingen van ouderen naar jaarinkomen en opleiding, 2004/2006

Marleen Wingen

Bron: