De inzet van vrijwilligers in Heerlen en het Heitje

In de periode 2012 tot 2022 hebben 3 op de 10 inwoners van Heerlen zich, binnen een periode van een jaar, minstens een keer ingezet als vrijwilliger voor bijvoorbeeld een sportclub, school, of in de zorg. Dat is beduidend onder het landelijk gemiddelde van bijna de helft vrijwilligers. Heerlen neemt op de ranglijst van 75 grote gemeenten de laagste plaats in. Dat verandert niet als rekening wordt gehouden met verschillen tussen gemeenten in de man/vrouw verhouding, leeftijdsopbouw, opleidingsniveau en het besteedbaar inkomen van huishoudens. Vooral zijn in Heerlen weinig vrijwilligers voor de organisaties die zich richten op religie, sport, cultuur, en scholen. Daar staat tegenover dat de vrijwilligers in Heerlen wel meer tijd spenderen: gemiddeld 5,2 uur per week tegenover 4 uur landelijk.
Het lage aandeel vrijwilligers past in het patroon van andere bevindingen over de deelname aan en het vertrouwen in de samenleving: Heerlen bevindt zich meestal onderaan in de ranglijsten van de gemeenten. Zowel landelijk als in Heerlen zijn de negatieve gevolgen van de Covid-19 pandemie voor het vrijwilligerswerk zichtbaar. Voor Heerlen is daarnaast ook te zien dat de afname van de vrijwillige inzet vooral het zuidelijke stadsdeel betreft, waardoor de voorsprong van Heerlen-zuid ten opzichte van Heerlen-noord is verdwenen. In Heerlen is sinds 2020 het Heitje-project gestart ter bevordering van de burgerbetrokkenheid, de verbetering van de openbare ruimte en het stimuleren van de lokale economie. Dit kan, naast Covid-19, een rol hebben gespeeld bij de verschuivingen in het vrijwilligerswerk. Met dit essay wordt beoogd inzichten te leveren over het vrijwilligerswerk in Heerlen en daarmee tevens aandacht te geven aan het Heitje-project.