Vertrouwen van migranten in medemens en instituties

4. De 18 groepen met een migratieachtergrond

De verschillen tussen de 18 herkomstgroepen zijn aanzienlijk (tabel 4.1). Zo varieert het vertrouwen in de medemens van 36 procent (Turkije) tot 75 procent (Scandinavië). Ook is dit vertrouwen laag onder personen van de andere traditionele herkomstlanden zoals Suriname en de Nederlandse Antillen (38 procent) en Marokko (42 procent). Verder hebben personen uit Angelsaksische landen en Oost-Azië een bovengemiddeld vertrouwen in andere personen. Door rekening te houden met de samenstelling van de 18 groepen naar geslacht, leeftijd en opleiding, worden de verschillen iets kleiner, maar deze correcties blijven beperkt tot maximaal 4 procentpunt bij de groep met een Scandinavische achtergrond 3).

De discrepanties tussen de 18 herkomstgroepen zijn minder groot bij het vertrouwen in instituties. De verschillen worden verder gereduceerd na correctie voor de man-vrouw verhouding, leeftijd en opleiding 4). Van alle 18 herkomstgroepen heeft een meerderheid vertrouwen in gezaghebbende instituties als rechters, politie en leger. De groep met een Aziatische achtergrond heeft hierin een bovengemiddeld vertrouwen. Aan de andere kant onderscheiden de mensen met een Surinaamse/Antilliaanse en Duitstalige achtergrond zich door lagere vertrouwensscores. De correctie voor geslacht, leeftijd en opleiding doet daar weinig aan af.

Ook relatief beperkt zijn de verschillen bij het vertrouwen in ambtenaren. Die verschillen tussen de herkomstgroepen lopen uiteen van 40 tot 65 procent. De correctie doet weinig. Sterker verschillen de scores op het vertrouwen in de media. Dat vertrouwen blijft bij de drie traditionele herkomstlanden Turkije, Marokko en Suriname beperkt tot maximaal 29 procent, en loopt fors op tot iets meer dan 50 procent bij de migranten van Zuid-Azië. Indien rekening wordt gehouden met verschillen in de verhouding man-vrouw, leeftijd en opleiding dan nemen deze verschillen iets af.
Ook heeft minstens de helft van de migranten met een Zuid-, Oost- of Centraal-Aziatische achtergrond en migranten met een Arabische of Scandinavische achtergrond fiducie in de Tweede Kamer. Dit politieke vertrouwen is met 30 procent het laagst bij de migranten met een Duitstalige achtergrond. Na correctie worden de verschillen iets kleiner. In de Europese Unie heeft minstens 60 procent van de migranten uit Zuid-Aziatische, Scandinavische en Arabische landen en minder dan 40 procent van de personen met een Duitstalige, Turkse of Nederlandse achtergrond. De correctie zorgt voor een reductie van deze verschillen.

Bij het vertrouwen in het private domein is de indeling in 18 herkomstgebieden ook onderscheidend. Gemiddeld hebben vier op de tien personen vertrouwen in banken en grote bedrijven. Van de migranten met een Zuid- of Oost-Aziatische achtergrond heeft echter nog een meerderheid vertrouwen in beide private instituten. Relatief veel wantrouwen tonen de groepen met een Scandinavische, Duitstalige en Indonesische achtergrond. De correctie reduceert deze verschillen, vooral bij grote bedrijven, aanzienlijk.

Ten slotte zijn de herkomstgebieden sterk gerelateerd aan het vertrouwen in kerken. Een op de vijf migranten uit België heeft bijvoorbeeld vertrouwen in kerken. Van de mensen met een Arabische en Sub-Sahara-Afrikaanse achtergrond heeft meer dan 50 procent dat. De correctie heeft geen gevolgen voor deze verschillen.
Tabel 4.1. Vertrouwen in medemens en instituties in %, 2012/2019
MedemensRechtersPolitieLegerAmbtenarenPersKerkenTweede KamerEuropese UnieBankenGrote bedrijven
Angelsaksische landen65,078,074,870,252,937,327,242,653,639,038,9
Duitstalige landen57,864,968,354,139,631,622,230,536,032,034,0
Scandinavische landen74,784,976,653,558,837,920,754,260,926,331,7
Mediterrane landen56,669,367,259,847,034,720,538,341,433,636,8
Midden- en Oost-Europa48,368,567,960,250,233,732,442,051,049,444,5
Arabische landen42,880,669,071,659,639,358,553,160,360,049,2
Latijns-Amerika51,670,069,761,450,334,333,447,753,243,742,4
Sub-Sahara-Afrika46,771,963,165,552,839,754,649,256,158,946,5
Zuid-Azië50,878,377,577,965,052,046,955,566,362,356,1
Centraal-Azië49,575,669,866,059,731,138,949,656,750,443,3
Zuidoost-Azië en de Pacific49,276,068,767,751,243,548,843,742,153,244,2
Oost-Azië65,176,970,366,162,146,332,455,754,058,352,4
Suriname / voormalige Ned. Antillen38,264,756,662,346,229,439,933,342,145,245,8
België57,669,574,665,042,735,320,436,242,536,840,5
Indonesië /voormalig Ned. Indië58,170,769,460,643,637,026,638,240,033,834,4
Marokko42,074,662,064,457,225,150,540,250,755,147,8
Turkije36,370,366,254,453,321,636,635,435,452,347,0
Nederlandse achtergrond62,670,872,063,942,532,328,736,538,037,139,3
Totaal60,070,770,863,543,832,429,837,139,538,639,9

3) Ook de resultaten op van de logistische regressieanalyse tonen aan dat de verschillen tussen de 18 herkomstgroepen als gevolg van de correctie iets afnemen (Wald-waarde daalt van 1 028 naar 869).
4) De Wald-waarden nemen af bij het vertrouwen in rechters (van 124 naar 95), politie (297 naar 288), ambtenaren (342 naar 264), pers (200 naar 166), Tweede Kamer (251 naar 167 ), Europese Unie (464 naar 278), banken (644 naar 304), grote bedrijven (188 naar 46) en kerken (678 naar 639), en neemt toe bij het leger (151 naar 173).