2. (On)gezond eten
Eten en drinken is belangrijk voor de mens. Het zorgt ervoor dat voedingsstoffen energie leveren voor groei en ontwikkeling, en voor alle andere processen die in het lichaam plaatsvinden (Voedingscentrum, 2023a). Ook dragen voedingstoffen bij aan herstel na ziekte of verwondingen. Behalve dat eten en drinken noodzakelijk is, geeft het ook veel plezier. Het is vaak lekker en daarnaast kan het gezellig zijn om met anderen te eten. Het maakt ook onderdeel uit van cultuur en tradities, en kan worden gebruikt als troost, beloning of afleiding.
Een gezond voedingspatroon is belangrijk. Ongezonde voeding is van invloed op de volksgezondheid. Ze kan leiden tot hart- en vaataandoeningen, kanker en diabetes, deels ook indirect via een hoge bloeddruk, hoge bloedsuikerspiegel, overgewicht en hoog cholesterol. Ongezonde voeding draagt naar schatting met ruim 8 procent bij aan de ziektelast in Nederland. Jaarlijks gaan er 12.900 mensen aan dood en zorgt het voor 6 miljard euro aan zorguitgaven (Hilderink en Verschuuren, 2018; RIVM, 2021b).
De Richtlijnen goede voeding van de Gezondheidsraad zijn bedoeld voor preventie van chronische ziekten. Het Voedingscentrum heeft deze vertaald naar aanbevolen hoeveelheden uit de Schijf van Vijf, waarbij ook rekening is gehouden met de normen voor voedingstoffen. Echter, veel mensen eten en drinken minder dan de aanbevolen hoeveelheden van de producten in de Schijf van Vijf. Ook worden er veel producten gegeten die buiten de Schijf van Vijf vallen. De Richtlijnen goede voeding worden dus vaak niet opgevolgd, al is er over de tijd een verbetering in het Nederlandse voedingspatroon zichtbaar (RIVM, 2020; 2023b).
De overheid zet zich in voor een gezonder voedingspatroon voor iedereen (Rijksoverheid, 2018). In dit hoofdstuk wordt bekeken hoe mensen zelf tegen hun voedingspatroon aankijken. Vinden zij dat zij gezond of ongezond eten? Zouden ze gezonder willen eten? En wat bemoeilijkt een gezonder voedingspatroon?
2.1 (On)gezond eten?
Twee op de drie vinden dat zijzelf gezond eten
67 procent van de volwassenen vindt dat zij over het algemeen (heel) gezond eten - 8 procent heel gezond en 59 procent gezond - zo blijkt uit Belevingen 2022. Het grootste deel van hen geeft aan voldoende groenten te eten (91 procent) en gevarieerd te eten (87 procent). Voldoende fruit eten, volkorenbrood eten, weinig suikerhoudende producten eten en drinken, en weinig vette producten eten worden minder vaak genoemd als redenen waarom mensen vinden dat zij (heel) gezond eten.
3 procent vindt van zichzelf dat zij over het algemeen (heel) ongezond eten. Ongeveer de helft van hen zegt dat zij veel producten met suiker eten en drinken, veel vette producten eten, onvoldoende fruit eten en onvoldoende groenten eten. Bijna 40 procent geeft als reden dat zij weinig gevarieerd eten.
Bijna 30 procent vindt van zichzelf dat zij niet gezond, maar ook niet ongezond eten.
2022 (% 18-plussers) | |
---|---|
(Heel) gezond | 67,4 |
Om welke reden(en)* | |
Eet voldoende groente | 90,9 |
Eet gevarieerd | 87,1 |
Eet voldoende fruit | 76,5 |
Eet volkorenbrood | 70,4 |
Eet en drink weinig producten met suiker | 64,0 |
Eet weinig vette producten | 46,6 |
Iets anders | 3,6 |
(Heel) ongezond | 3,2 |
Om welke reden(en)* | |
Eet en drink veel producten met suiker | 56,1 |
Eet veel vette producten | 55,6 |
Eet weinig fruit | 53,8 |
Eet weinig groente | 49,1 |
Eet weinig gevarieerd | 38,8 |
Eet weinig volkorenbrood | 22,2 |
Iets anders | 12,8 |
Niet gezond, niet ongezond | 28,9 |
Weet niet | 0,5 |
* Er waren meerdere antwoorden mogelijk op de vraag om welke reden(en) mensen gezond/ ongezond eten. De percentages hebben betrekking op degenen die aangeven heel gezond/ongezond te eten. |
Meeste Nederlanders eten onvoldoende groente en fruit
Hoewel een vrij groot deel de eigen groenteconsumptie dus positief inschat, laten cijfers over het dagelijks eten van groente uit de Voedselconsumptiepeiling (VCP/Leefstijlmonitor, RIVM, 2012-2016; 2019-2021) een ander beeld zien. Deze peiling volgt de richtlijn van de Gezondheidsraad (2015) om dagelijks ten minste 200 gram groente te eten. In de periode 2019-2021 bleek 29 procent van de 18- tot 70-jarigen aan de richtlijn van groente te voldoen. Dit is wel bijna een verdubbeling ten opzichte van 2012-2016 toen 16 procent hieraan voldeed. Ook is een toename zichtbaar in het percentage dat voldoet aan de richtlijn van de Gezondheidsraad om dagelijks ten minste 200 gram fruit te eten. In de periode 2019-2021 voldeed 18 procent van de 18- tot 70-jarigen hieraan tegen 15 procent in de periode 2012-2016.
Groente- en fruitconsumptie en opvatting hierover niet altijd in lijn
De groente- en fruitconsumptie is ook in Belevingen bevraagd. Van de mensen die naar eigen zeggen (heel) gezond eten geeft 41 procent aan dagelijks minimaal 200 gram groente bij de hoofdmaaltijd te eten. 16 procent eet dagelijks minder dan 200 gram en 21 procent eet 5 of 6 dagen minstens 200 gram groente bij de hoofdmaaltijd.
Verder zegt 31 procent van degenen die (heel) gezond eten dagelijks minimaal 2 stuks fruit te eten. 21 procent van hen eet ook dagelijks fruit, maar minder dan 2 stuks.
Geen of beperkt groente eten omdat er thuis niet altijd groente wordt gekookt
Mensen die geen of beperkt groente eten bij de hoofdmaaltijd, dat wil zeggen 4 dagen of minder, geven hiervoor het vaakst als reden dat er thuis niet (altijd) groente wordt gekookt (34 procent). Andere redenen, zoals ‘te veel werk om klaar te maken’, ‘ik vind het niet nodig’ en ‘ik vind het niet lekker’ worden door zo’n 10 tot 20 procent genoemd.
Aan fruit eten wordt niet (altijd) gedacht
Bijna 7 op de 10 mensen geven aan geen of beperkt fruit te eten omdat zij er niet (altijd) aan denken. Ook ‘het is niet (altijd) in huis’ wordt met 28 procent relatief vaak als reden gegeven.
2022 (%) | |
---|---|
Reden(en) om geen of beperkt groente | |
Wordt niet (altijd) gekookt thuis | 34,2 |
Te veel werk om klaar te maken | 17,6 |
Niet nodig | 16,0 |
Niet lekker | 14,1 |
Te duur | 11,2 |
Eet veel groente op andere momenten | 10,4 |
Iets anders | 20,8 |
Reden(en) om geen of beperkt fruit te | |
Denk er niet altijd aan | 68,7 |
Is niet altijd in huis | 28,3 |
Te duur | 12,8 |
Niet lekker | 8,6 |
Bevat teveel suiker | 7,1 |
Niet nodig | 6,8 |
Iets anders | 7,5 |
* Er waren meerdere antwoorden mogelijk op de vraag om welke reden(en) mensen geen of beperkt groente bij de hoofdmaaltijd/ fruit eten. |
Vrouwen en ouderen eten relatief gezond
Vrouwen zeggen vaker van zichzelf dat ze over het algemeen (heel) gezond eten dan mannen, namelijk 72 tegen 63 procent. En ook tussen leeftijdsgroepen bestaan duidelijke verschillen. Het percentage dat aangeeft (heel) gezond te eten neemt toe van 46 procent bij de 18- tot 25-jarigen tot 82 procent bij de 65-plussers.
Deze percepties over eigen gezond eetgedrag uit Belevingen 2022 komen overeen met de daadwerkelijke consumptie zoals gemeten in de Voedselconsumptiepeiling (VCP/Leefstijlmonitor, RIVM, 2019-2021). Vrouwen eten over het algemeen meer fruit, minder rood en/of bewerkt vlees en minder tussendoortjes zoals snoepgoed en hartige snacks. Daarnaast drinken ze iets minder suikerhoudende dranken. De hoeveelheid groente die mannen en vrouwen eten verschilt vrijwel niet. Dit geldt eveneens voor de hoeveelheid koek en gebak.
Jongeren eten en drinken doorgaans minder gezond dan ouderen; ze snacken meer, eten minder groente en fruit, en drinken meer suikerhoudende dranken. De consumptie van rood en/of bewerkt vlees verschilt nauwelijks naar leeftijd.
Het percentage dat zegt (heel) gezond te eten verschilt niet tussen hoog- en laagopgeleiden, zo blijkt uit Belevingen 2022 (zie tabellenset). Consumptiecijfers (VCP/Leefstijlmonitor, 2019-2021) wijzen uit dat hoogopgeleiden gemiddeld genomen meer groente en fruit eten dan laagopgeleiden, en minder rood en/of bewerkt vlees. Ze eten wel wat vaker hartige snacks. De consumptie van suikerhoudende dranken, zoetwaren, koek en gebak verschilt vrijwel niet tussen hoog- en laagopgeleiden.
Vindt dat zij over het algemeen (heel) gezond eten (% 18-plussers) | |
---|---|
Geslacht | |
Man | 62,8 |
Vrouw | 71,8 |
Leeftijd | |
18 tot 25 jaar | 45,7 |
25 tot 45 jaar | 61,4 |
45 tot 65 jaar | 69,2 |
65 jaar of ouder | 81,9 |
Onderwijsniveau | |
Laag | 66,8 |
Middelbaar | 64,6 |
Hoog | 70,0 |
Mensen met gezond gewicht zeggen vaker gezond te eten dan mensen met overgewicht
Lichaamsgewicht maakt verschil: mensen met ernstig overgewicht geven met 46 procent het minst vaak aan (heel) gezond te eten. Van de mensen met matig overgewicht zegt 66 procent dit en van de mensen met een gezond gewicht 75 procent (zie tabellenset). Personen in niet-stedelijke gemeenten zeggen vaker dat ze (heel) gezond eten dan personen die in zeer sterk stedelijke gemeenten wonen (77 tegen 63 procent).
2.2 Gezonder eten
Ruim een derde van de bevolking (36 procent) wil graag gezonder eten. 58 procent geeft aan dat dit niet nodig is, omdat zij al gezond genoeg eten. 5 procent houdt zich er niet mee bezig en 1 procent vindt gezonde voeding niet belangrijk. Eveneens 1 procent wil niet gezonder eten om andere redenen.
Vooral gezond(er) eten om gezondheidsproblemen te voorkomen
De meeste mensen willen graag gezonder eten om de kans op gezondheidsproblemen of ziekten te verkleinen. Ruim de helft (54 procent) geeft dit aan. Ook je lichamelijk fitter voelen wordt relatief vaak als reden genoemd. Afvallen, een mooier uiterlijk of niet zwaarder worden is voor 10 procent reden om gezonder te willen eten.
Ook voor mensen die al gezond eten zijn het verkleinen van de kans op gezondheidsproblemen of ziekten, en lichamelijk fitter voelen de belangrijkste redenen voor hun gezonde voedingspatroon. 16 procent doet het uit gewoonte.
Reden(en) om gezonder te willen eten (%) | Reden(en) waarom mensen gezond eten (%) | |
---|---|---|
Kans op gezondheidsproblemen of ziekten verkleinen | 53,6 | 44,6 |
Lichamelijk fitter voelen | 28,4 | 26,1 |
Uit gewoonte | 15,7 | |
Afvallen, een mooier uiterlijk of niet zwaarder worden | 9,5 | 4,5 |
Verminderen of genezen van gezondheidsproblemen of ziekten | 3,9 | 4,0 |
Mentaal beter voelen | 2,9 | 2,6 |
Andere reden | 0,8 | 1,6 |
* Er waren meerdere antwoorden mogelijk op de vraag om welke reden(en) mensen gezonder willen eten/ gezond eten. |
Moeilijk om gezond te eten als anderen dit ook niet doen
Mensen die gezonder willen eten vinden het vooral (heel) moeilijk om ongezond eten te weerstaan als zij met anderen zijn die ongezonde dingen eten. Ruim de helft (51 procent) geeft dit aan. Ongezond eten laten staan bij stress vindt 46 procent (heel) moeilijk, en 43 procent vindt het lastig om ongezond eten te weerstaan als het in huis is. Ruim een op de drie vindt het (heel) moeilijk om niet ongezond te eten als zij haast hebben of als zij alleen thuis zijn.
(Heel) makkelijk (% 18-plussers die gezonder willen eten) | Niet makkelijk, niet moeilijk (% 18-plussers die gezonder willen eten) | (Heel) moeilijk (% 18-plussers die gezonder willen eten) | |
---|---|---|---|
Als u met anderen bent die ongezonde dingen eten | 20,4 | 28,9 | 50,8 |
Als u gestrest bent | 26,2 | 28,0 | 45,8 |
Als het in huis is | 27,4 | 29,3 | 43,3 |
Als u haast heeft | 32,6 | 29,8 | 37,6 |
Als u alleen bent | 33,6 | 30,1 | 36,3 |
Meeste mensen geven aan te weten wat (on)gezond is
Een ruime meerderheid van de mensen die gezonder willen eten, zeggen dat ze goed weten welke producten gezond zijn en welke niet (87 procent). Sociale druk en te weinig discipline vormen voor een substantiële groep een belemmering om gezonder te eten: 46 procent zegt dat anderen hen weleens overhalen om iets ongezonds te eten en 39 procent vindt het moeilijk om ongezond eten te laten staan. Bijna 1 op de 5 personen (17 procent) die gezonder willen eten geeft aan te weinig geld te hebben om gezonde producten te kopen. Van alle volwassenen zegt 9 procent te weinig geld hiervoor te hebben.
Kennis over welke producten wel en niet gezond zijn, is bij mensen die naar eigen zeggen al gezond genoeg eten iets vaker aanwezig. Verder ervaren zij minder vaak belemmeringen van sociale druk, te weinig discripline en te weinig geld.
Totaal (alle 18-plussers) (% (helemaal) eens) | Personen die gezonder zouden willen eten (% (helemaal) eens) | Personen die naar eigen zeggen al gezond genoeg eten (% (helemaal) eens) | |
---|---|---|---|
Ik weet goed welke producten wel en niet gezond zijn | 90,9 | 87,2 | 94,6 |
Anderen halen mij weleens over om iets ongezonds te eten | 36,1 | 45,9 | 30,8 |
Ik vind het moeilijk om ongezond eten te laten staan | 21,9 | 38,7 | 10,9 |
Ik heb te weinig geld om gezonde producten te kopen | 9,4 | 17,0 | 4,4 |
Eetgewoonten bij een kwart beïnvloed door Schijf van Vijf
Ongeveer een kwart (26 procent) van de mensen geeft aan dat de Schijf van Vijf invloed heeft gehad op hun huidige eetgewoonten (zie tabellenset). Bij 12 procent heeft advies van een arts of specialist een rol gespeeld, en bij 10 procent advies van een diëtist. Minder dan 10 procent zegt dat advies van een gewichtsconsulent of voedingscoach, van een voedingsapp, of van sociale media of influencers bepalend zijn geweest voor de huidige eetgewoonten. Hierbij zijn de verschillen tussen personen die gezonder willen eten en personen die naar eigen zeggen al gezond genoeg eten beperkt. Wel zegt de groep die gezonder wil eten ongeveer twee keer zo vaak dat een voedingsapp of dat sociale media invloed hebben gehad op hun huidige eetgewoonten.
Stress bemoeilijkt gezond eten vooral bij vrouwen
Mannen en vrouwen zeggen even vaak dat ze gezonder zouden willen eten. Ook het weerstaan van ongezond eten in bepaalde situaties en de belemmeringen om gezond te eten verschillen niet tussen beide (zie tabellenset). Wel zeggen vrouwen vaker dan mannen te weten welke producten (on)gezond zijn en is stress voor hen vaker een aanleiding om te gaan eten. Ruim de helft (54 procent) van de vrouwen die gezonder willen eten zegt dat ze in stressvolle situaties ongezond eten moeilijk kunnen weerstaan, tegen 38 procent van de mannen die gezonder willen eten. Verder geven vrouwen vaker dan mannen aan dat hun huidige eetgewoonten zijn beïnvloed door de Schijf van Vijf, door een gewichtsconsulent of voedingscoach, en/of door sociale media of influencers.
Vooral 45-minners zeggen gezonder te willen eten
45-minners geven relatief vaak aan dat ze gezonder zouden willen eten. Ruim de helft van hen zegt dit, tegen 14 procent van de 65-plussers. Deze laatsten vinden vaker dat ze al gezond genoeg eten (81 procent). Jongeren weten minder vaak welke producten (on)gezond zijn, laten zich vaker weleens door anderen overhalen om iets ongezonds te eten, hebben minder vaak geld om gezond eten te kopen, en vinden het lastiger om ongezond eten te laten staan. Jongeren die gezonder willen eten vinden het vooral lastig om ongezond eten te weerstaan als ze met anderen zijn die ongezonde dingen eten (zie tabellenset). Ouderen hebben hier minder moeite mee. Zij zeggen vaker dan jongeren dat de Schijf van Vijf, of advies van een arts, specialist of diëtist invloed heeft gehad op hun huidige eetgewoonten. Bij het zich laten adviseren door de diëtist speelt mee dat ouderen vaker overgewicht hebben. Jongeren zeggen vaker zich in hun eetgedrag te laten beïnvloeden door een voedingsapp, sociale media of influencers.
18 tot 25 jaar (%) | 25 tot 45 jaar (%) | 45 tot 65 jaar (%) | 65 jaar of ouder (%) | |
---|---|---|---|---|
Wil graag gezonder eten | 51,1 | 52,4 | 32,8 | 13,8 |
Eet al gezond genoeg | 38,5 | 42,5 | 62,5 | 80,8 |
Weet welke producten (on)gezond zijn | 87,6 | 89,8 | 91,2 | 93,4 |
Anderen halen mij weleens over om iets ongezonds te eten | 50,7 | 45,0 | 31,5 | 24,6 |
Te weinig geld om gezonde producten te kopen | 12,4 | 12,6 | 8,6 | 5,0 |
Moeilijk om ongezond eten te laten staan | 29,8 | 28,0 | 19,7 | 13,5 |
Invloed op huidige eetgewoonten | ||||
Schijf van Vijf | 18,4 | 20,5 | 30,6 | 30,3 |
Advies van arts of specialist | 5,4 | 8,4 | 12,2 | 19,1 |
Advies van dietist | 6,5 | 7,0 | 11,2 | 12,5 |
Voedingsapp | 9,6 | 10,1 | 5,7 | 3,0 |
Sociale media of influencers | 17,7 | 12,8 | 5,7 | 4,3 |
Hoogopgeleiden zeggen relatief vaak moeite te hebben met het laten staan van ongezond eten
Ook naar onderwijsniveau zijn er verschillen: 43 procent van de hoogopgeleiden wil graag gezonder eten, van de laagopgeleiden zegt 25 procent dit (zie tabellenset). Twee derde van de laagopgeleiden vindt al dat ze gezond genoeg eten, hoewel deze groep ook relatief vaak aangeeft onvoldoende geld te hebben om gezond eten te kopen. Hoogopgeleiden geven vaker dan laagopgeleiden aan te weten welke producten gezond zijn en welke niet. Tegelijkertijd zeggen ze vaker minder gedisciplineerd te zijn en door anderen weleens overgehaald te worden om iets ongezonds te eten. Dit laatste verband valt weg als er rekening mee wordt gehouden dat hoogopgeleiden doorgaans jonger zijn. Hoogopgeleiden die gezonder willen eten vinden het vaker moeilijk om ongezond eten te laten staan dan laagopgeleiden die streven naar een gezonder voedingspatroon. Dit geldt voor allerlei situaties, bijvoorbeeld als ze met anderen zijn die ongezond eten, als ze haast hebben, of als er ongezond eten in huis is. Hoogopgeleiden geven vaker aan zich in hun huidige eetgewoonten te laten beïnvloeden door de Schijf van Vijf, voedingsapps, en sociale media. Laagopgeleiden zeggen vaker dat een advies van een arts, specialist of diëtist van invloed is. Dit laatste verband valt weg als er rekening mee wordt gehouden dat laagopgeleiden doorgaans ouder zijn en vaker overgewicht hebben.
Bijna een kwart lagere inkomens zegt te weinig geld te hebben voor gezonde producten
Mensen uit de kwartielgroep met de laagste inkomens geven relatief vaak aan dat ze gezonder willen eten (zie tabellenset). Dat ze relatief jong zijn, speelt hierbij mee. Beperkte kennis over gezonde voeding, druk van anderen om ongezond te eten en weinig zelfdiscipline om ongezonde voeding te laten staan zijn voor lage en hoge inkomens in gelijke mate een belemmering. Te weinig geld hebben voor gezond eten wordt vaker genoemd door mensen in huishoudens met de laagste inkomens: 23 procent van hen geeft dit aan tegen 4 procent van de mensen in de hoogste inkomensgroep. Mensen uit het hoogste inkomenskwartiel die gezonder willen eten vinden het relatief moeilijk om ongezond eten te weerstaan als ze met anderen zijn die ongezonde dingen eten. Bijna een derde van de hoogste inkomensgroep zegt dat de Schijf van Vijf invloed heeft gehad op hun huidige eetgewoonten. Bij de laagste inkomensgroep is dat 20 procent.
Ruim de helft van de mensen met ernstig overgewicht wil gezonder eten
Van de mensen met een gezond gewicht zegt 31 procent gezonder te willen eten. Dit percentage verschilt niet significant van dat bij mensen met matig overgewicht (36 procent). Van de mensen met ernstig overgewicht wil 54 procent gezonder eten. 40 procent van hen zegt al gezond te eten. 14 procent van de mensen met ernstig overgewicht zegt te weinig geld te hebben voor gezond eten, van de mensen met een gezond gewicht of matig overgewicht zegt 8 procent dit. Ook zeggen mensen met ernstig overgewicht vaker dat ze ongezond eten moeilijk kunnen laten staan en weten ze minder vaak welke producten (on)gezond zijn. Mensen met ernstig overgewicht die gezonder willen eten vinden het vooral lastig om ongezond eten te weerstaan in tijden van stress; 61 procent van hen geeft dit aan, tegen 40 procent van de mensen met een gezond gewicht die gezonder willen eten (zie tabellenset). En ook op momenten dat zij alleen thuis zijn, hebben mensen met ernstig overgewicht het vaker moeilijk om ongezond eten te weerstaan.
Mensen met een gezond gewicht houden in hun voedingspatroon meer rekening met de Schijf van Vijf dan mensen met ernstig overgewicht dat doen (29 tegen 20 procent). Deze laatsten zeggen vaker dat een arts, specialist, diëtist, gewichtsconsulent of voedingscoach hen hierbij geadviseerd heeft.
Normaal gewicht (% 18-plussers) | Matig overgewicht (% 18-plussers) | Ernstig overgewicht (% 18-plussers) | |
---|---|---|---|
Wil graag gezonder eten | 31,1 | 35,7 | 53,8 |
Eet al gezond genoeg | 63,9 | 58,2 | 40,3 |
Te weinig geld om gezonde producten te kopen | 8,3 | 7,5 | 14,1 |
Moeilijk om ongezond eten te laten staan | 16,7 | 24,0 | 33,8 |
Invloed op huidige eetgewoonten | |||
Schijf van Vijf | 29,4 | 24,9 | 19,9 |
Advies van arts of specialist | 8,1 | 14,1 | 21,8 |
Advies van dietist | 6,4 | 10,9 | 20,3 |
Advies van een gewichtsconsulent of voedingscoach | 3,6 | 5,0 | 10,2 |
2.3 Kopen van eten en drinken
Smaak belangrijker dan gezondheid bij kopen van eten en drinken
Ruim de helft van de volwassen bevolking vindt het belangrijker dat het eten en drinken dat ze kopen goed smaakt dan dat het gezond is. Bijna 40 procent vindt het belangrijker dat de producten gezond zijn en bijna 10 procent weet het niet. Wanneer gekozen moet worden tussen prijs en gezondheid, vindt ongeveer 60 procent het belangrijker dat de producten gezond zijn, bijna 30 procent vindt de prijs belangrijker. Ook hier weet 10 procent het niet.
Bijna helft kijkt bij aankoop weleens naar voedingswaarden op verpakking
Op verpakkingen van eten en drinken staat informatie voor het maken van gezonde keuzes. Bijna de helft van de bevolking kijkt bij het kopen van eten en drinken weleens naar de voedingswaarden van het product (hoeveelheid calorieën, vetten, eiwitten, koolhydraten en zout). Naar de ingrediëntenlijst kijkt 43 procent weleens. Minder mensen (15 procent) letten op het voedsellogo/kleur-label (nutri-score).
Een derde doet ten minste één keer per week ongezonde impulsaankopen
1 procent van de bevolking geeft aan dagelijks ongezond eten of snacks te kopen terwijl ze dat eigenlijk niet van plan waren, bijvoorbeeld in supermarkten, winkelcentra of kantines. 9 procent doet dit meerdere keren per week en 24 procent één keer per week. 14 procent geeft aan nooit dit soort ongezonde impulsaankopen te doen.
2022 (% 18-plussers) | |
---|---|
Bij het kopen van eten en drinken | |
Kijkt weleens naar het voedsellogo/ kleurlabel (nutri-score) | 14,7 |
Kijkt weleens naar de ingredientenlijst | 43,1 |
Kijkt weleens naar voedingswaarden | 47,7 |
Frequentie ongepland ongezond eten of snacks kopen | |
Elke dag | 0,9 |
Meerdere keren per week | 8,7 |
Een keer per week | 23,6 |
Meerdere keren per maand | 19,0 |
Een keer per maand of minder | 33,8 |
Nooit | 14,0 |
Vrouwen verkiezen vaker gezondheid boven smaak
Vrouwen vinden vaker dan mannen belangrijk dat het eten en drinken dat ze kopen gezond is dan dat het goed smaakt (zie tabellenset). Mannen vinden de smaak vaker belangrijk. In de afweging tussen gezondheid en prijs van de producten die ze kopen verschillen mannen en vrouwen niet van elkaar. Vrouwen kijken vaker op de verpakking naar de ingrediëntenlijst en de voedingswaarden van het product. Impulsaankopen van ongezond eten of snacks doen mannen en vrouwen vrijwel even vaak.
Kwart jongeren doet meerdere keren per week ongezonde impulsaankopen
Jongeren vinden smaak vaker belangrijk dan gezondheid bij het kopen van eten en drinken, terwijl ouderen het vaker belangrijk vinden dat producten gezond zijn. Ook bij de keuze tussen prijs en gezondheid kiezen ouderen vaker voor gezondheid dan dat jongeren dat doen. Bij het kopen van eten en drinken kijken ouderen vaker naar de ingrediëntenlijst dan jongeren. Impulsaankopen doen jongeren vaker: bijna een kwart van de 18- tot 25-jarigen koopt meerdere keren per week of zelfs dagelijks ongezond eten of snacks terwijl ze dit eigenlijk niet van plan waren. Van de 65-plussers doet 1 procent dit.
18 tot 25 jaar (%) | 25 tot 45 jaar (%) | 45 tot 65 jaar (%) | 65 jaar of ouder (%) | |
---|---|---|---|---|
Bij het kopen van eten en drinken | ||||
Smaak belangrijker dan gezondheid | 61,8 | 56,8 | 51,4 | 40,4 |
Gezondheid belangrijker dan smaak | 26,9 | 33,0 | 38,8 | 53,2 |
Prijs belangrijker dan gezondheid | 41,5 | 35,0 | 26,6 | 19,3 |
Gezondheid belangrijker dan prijs | 42,4 | 54,6 | 64,2 | 71,6 |
Kijkt weleens op verpakking | ||||
Naar nutri-score | 12,3 | 19,8 | 12,9 | 11,7 |
Naar ingredientenlijst | 31,6 | 48,2 | 44,2 | 40,5 |
Naar voedingswaarden | 42,8 | 51,7 | 47,0 | 45,8 |
Ongepland ongezond eten of snacks kopen | ||||
Dagelijks | 2,8 | 1,4 | 0,2 | 0,2 |
Meerdere keren per week | 21,4 | 13,8 | 5,6 | 1,0 |
Een keer per week | 31,6 | 28,9 | 24,5 | 12,6 |
Meerdere keren per maand | 17,8 | 23,5 | 19,1 | 14,0 |
Een keer per maand of minder | 20,6 | 24,7 | 37,4 | 45,8 |
Nooit | 5,7 | 7,7 | 13,2 | 26,4 |
Hoogopgeleiden kijken vaker naar info op verpakking dan laagopgeleiden
De afweging tussen smaak en gezondheid bij het kopen van eten en drinken verschilt niet naar onderwijsniveau (zie tabellenset). Als de keuze gemaakt moet worden tussen prijs en gezondheid, kiezen laagopgeleiden relatief vaak voor prijs en hoogopgeleiden relatief vaak voor gezondheid. Hoogopgeleiden kijken vaker naar de nutri-score, ingrediëntenlijst en voedingswaarden op de verpakking van een product dan laagopgeleiden. Het ongepland kopen van ongezond eten of snacks verschilt nauwelijks naar onderwijsniveau.
Ruim 40 procent van de mensen met een lager inkomen verkiest prijs boven gezondheid
Mensen uit de kwartielgroep met de hoogste inkomens prefereren bij het kopen van eten en drinken minder vaak gezondheid boven smaak dan mensen in huishoudens met een minder hoog inkomen (zie tabellenset). Bij de afweging tussen prijs en gezondheid zijn de verschillen relatief groot: 44 procent van de mensen in de laagste inkomensgroep kiest dan voor prijs tegen 20 procent van de mensen in de hoogste inkomensgroep. Van deze laatsten vindt 71 procent het in deze afweging belangrijker dat een product gezond is. Ook kijkt de hoogste inkomensgroep vaker naar de voedingswaarden van een product. Het doen van ongezonde impulsaankopen verschilt nauwelijks naar inkomen.
Relatief veel mensen met overgewicht vinden gezondheid product minder belangrijk
Mensen met overgewicht vinden bij het kopen van eten en drinken de smaak belangrijker dan gezondheid. Mensen met een gezond gewicht vinden het vaker belangrijk dat een product gezond is. Bij de afweging tussen prijs en gezondheid kiezen vooral mensen met ernstig overgewicht voor prijs, namelijk ruim 40 procent tegen ruim een kwart van de mensen met een gezond gewicht of matig overgewicht. Mensen met een gezond gewicht kijken bij het doen van boodschappen het vaakst op de verpakking naar de nutri-score of ingrediëntenlijst. Ongepland ongezond eten of snacks kopen wordt het vaakst gedaan door mensen met ernstig overgewicht: 39 procent van hen zegt dit eens of meerdere keren per week of zelfs dagelijks te doen tegen ongeveer 32 procent van de mensen met een gezond gewicht of matig overgewicht.
Normaal gewicht (% 18-plussers) | Matig overgewicht (% 18-plussers) | Ernstig overgewicht (% 18-plussers) | |
---|---|---|---|
Bij het kopen van eten en drinken | |||
Smaak belangrijker dan gezondheid | 47,9 | 54,3 | 56,5 |
Gezondheid belangrijker dan smaak | 43,0 | 38,0 | 33,2 |
Prijs belangrijker dan gezondheid | 25,9 | 26,9 | 41,8 |
Gezondheid belangrijker dan prijs | 65,0 | 62,9 | 46,7 |
Kijkt weleens op verpakking | |||
Naar nutri-score | 16,7 | 13,3 | 10,6 |
Naar ingredientenlijst | 47,5 | 39,2 | 36,3 |
Naar voedingswaarden | 49,7 | 45,5 | 49,1 |
Ongepland ongezond eten of snacks kopen | |||
Dagelijks | 0,9 | 0,3 | 1,4 |
Meerdere keren per week | 9,1 | 6,6 | 10,1 |
Een keer per week | 22,0 | 24,4 | 27,9 |
Meerdere keren per maand | 15,9 | 22,8 | 21,6 |
Een keer per maand of minder | 36,6 | 32,8 | 29,5 |
Nooit | 15,4 | 13,1 | 9,6 |