Auteur: Timon Bohn, Tom Notten, Pascal Ramaekers, Khee Fung Wong
Kritieke materialen in de Nederlandse toeleveringsketen

5. Nederland als importeur in de EU

Nederland is de grootste EU-importeur van kritieke materialen uit niet-EU-landen. Dat blijkt uit Eurostat cijfers voor 2022 (Eurostat, 2023). Omdat er veel wederuitvoer en quasi-doorvoer van materialen binnen de EU plaatsvindt, en daarmee dubbeltellingen in de statistieken, is de directe import uit niet-EU-landen de meest zuivere vergelijking met andere EU-landen. Indien we kijken naar de totale import, inclusief handel binnen de EU, dan is Nederland de tweede importeur van kritieke materialen van de EU, ruim achter Duitsland.

De eerste plaats van Nederland bij de import uit niet-EU-landen dient echter genuanceerd te worden:

  1. Een belangrijk deel van de importwaarde betreft cokeskolen, een relatief laagwaardig materiaal. Zonder cokeskolen is Nederland de tweede importeur uit niet-EU-landen na Duitsland. In termen van invoergewicht zakt Nederland zonder cokeskolen zelfs van een eerste naar een vijfde plek als importeur. Deze verschuiving komt door het grote gewicht van cokeskolen die Nederland invoert. Ook importeert Nederland voor een hoge geldwaarde aan nikkel en koper, die weliswaar strategische materialen zijn, maar geen kritieke materialen. Zie hoofdstuk 6 voor meer details.
  2. Het overgrote deel van de Nederlandse import is niet bestemd voor de Nederlandse markt, maar voor het buitenland. Dan gaat het om doorvoerstromen (quasi-doorvoer en wederuitvoer, zie voetnoot 2 voor uitleg) en om in Nederland verwerkte import voor het buitenland. Zie hoofdstuk 6 en 7 voor meer details6).

Tabel 5.1 laat de individuele noteringen van Nederland in de EU zien. Bij maar liefst 12 van de 32 kritieke materialen7) is Nederland de grootste importeur en bij nog eens 10 materialen is Nederland de tweede importeur van de EU. De laagste noteringen heeft Nederland bij de import van beryllium (zevende) en platinametalen (negende).

Dit betreft de rangschikkingen voor het jaar 2022. De Nederlandse import heeft in de 20 jaar daarvoor een sterke groei doorgemaakt. Zo was Nederland in 2002 de derde (in plaats van eerste) importeur van kritieke materialen uit niet-EU-landen en was Nederland in veel minder gevallen dan in 2022 de grootste importeur of tweede importeur. De verschillen betreffen daarbij antimoon, arseen (van 3 naar 2), bismut (van 2 naar 1), boraat (van 22 naar 1), gallium (van 3 naar 1), lithium (van 4 naar 1), mangaan (van 4 naar 1), tantaal/vanadium (van 5 naar 2), vloeispaat (van 3 naar 2) en wolfraam (van 3 naar 1).

5.1 Positie van Nederland in de EU als importeur van kritieke en strategische materialen uit niet-EU-landen in geldwaarde, 2022
Positie NederlandFrequentieSoort materiaal
Nummer 112Bariet, Bismut, Boraat, Cokeskolen, Gallium, Lithium, Magnesium, Mangaan, Niobium, Nikkel, Strontium, Wolfraam
Nummer 29Antimoon, Arseen, Fosforiet, Hafnium, Kobalt, Silicium metaal, Tantaal/vanadium, Vloeispaat
Nummer 32Germanium, Natuurlijk grafiet
Nummer 43Koper, Veldspaat, Zeldzame aardmetalen
Nummer 53Bauxiet, Fosfor, Helium
Nummer 71Beryllium
Nummer 91Platinametalen
Bron: CBS, Eurostat.

6) De invoercijfers in hoofdstuk 4 en 5 zijn op basis van grensoverschrijding en zijn inclusief quasi-doorvoer (doorvoer van materialen door Nederland die in buitenlands eigendom blijven). Hoofdstukken 6 en 10 zijn ook op basis van grensoverschrijding en laten zowel cijfers met als zonder quasi-doorvoer zien. Hoofdstukken 7, 8 en 9 zijn op basis van economische eigendomsoverdracht (waarbij hoofdstuk 7 met wederuitvoer en 8 en 9 zonder wederuitvoer). 
7) Scandium, lichte en zware zeldzame aardmetalen zijn hier geteld als één groep, vandaar 32 kritieke materialen.