Methoderapport motorvoertuigenpark, 2019-2022
Over deze publicatie
Rapport over het methodeverschil in de selectie van motorvoertuigen naar voertuigsoort en leeftijdsklasse van het voertuig, 1 januari.
1. Inleiding
Het CBS ontvangt jaarlijks van de Dienst Wegverkeer (RDW) de Basisregistratie Voertuigen (BRV) ofwel het kentekenregister. Dit bestand wordt onder andere gebruikt voor het maken van de statistiek over het motorvoertuigenpark. Het motorvoertuigenpark bevat het totaal aantal voertuigen met een Nederlands kenteken. Hieronder vallen personenauto's, bedrijfsmotorvoertuigen, motorfietsen en bromfietsen.
Na uitgebreide analyse van het bronbestand van RDW met peilmoment 1-1-2021 is geconstateerd dat de tot nu toe gebruikte selectiemethode kan worden verbeterd. In de voorheen gebruikte selectiemethode zijn ook voertuigen meegenomen die gedurende het jaar voorafgaand aan het peilmoment niet verzekerd zijn geweest en daardoor ook niet op de openbare weg mochten rijden. Bij toekomstige publicaties zal de selectiemethode hierop worden aangescherpt, zodat alleen voertuigen die toegestaan zijn in het verkeer (op basis van verzekering) worden meegenomen in de statistiek over het actieve motorvoertuigenpark.
In dit rapport wordt de aanscherping van de selectiemethode toegelicht en wordt het effect hiervan op de statistiek over het actieve motorvoertuigenpark in beeld gebracht. Ter indicatie: het gaat om ongeveer 2 procent van alle actieve motorvoertuigen; het percentage verschilt per type voertuig. Dit speelt niet alleen bij de cijfers op peilmoment 1-1-2021, maar ook bij eerder gepubliceerde jaren.
Als eerste wordt in dit rapport ingegaan op de selectiemethode. Vervolgens wordt toegelicht op welke manier het methodeverschil, dat hierdoor ontstaat, is onderzocht. Daarbij wordt het methodeverschil per voertuigsoort en per leeftijdscategorie van de betreffende voertuigsoort beschreven. Tijdens het onderzoek is nog een nuance m.b.t. december-verzekeringen aan het licht gekomen. Ook dit laatste punt is meegenomen in de verbeterde selectiemethode die bij toekomstige publicaties gebruikt zal worden.
2. Selectie van het motorvoertuigenpark
Het CBS ontvangt van RDW uit de Basisregistratie Voertuigen (BRV) een bestand met alle gekentekende voertuigen op peilmoment 1 januari. Dit vormt de basis voor de tellingen van het actieve motorvoertuigenpark.
De Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM) bepaalt dat een motorrijtuig verzekerd moet zijn als hiervoor een kentekenbewijs is afgegeven1). Ook een motorrijtuig dat niet wordt gebruikt moet verzekerd zijn. Het bezit van een niet-verzekerd motorrijtuig met een kentekenbewijs is bij de WAM strafbaar gesteld.
Indien een voertuig het gehele jaar voorafgaand aan het peilmoment niet verzekerd is geweest en dus ook niet op de weg heeft mogen rijden, dient dit voertuig niet in de tellingen van het actieve park te worden meegenomen.
De voorwaarde met betrekking tot een geldige verzekering werd in de oude selectiemethode niet voor de gehele groep voertuigen gecontroleerd. De controle is voor slechts een deel van de voertuigen uitgevoerd. Dit betekent dat het CBS hierdoor in het verleden dus ook een groep niet verzekerde voertuigen heeft meegenomen bij het maken van statistieken over het voertuigenpark. Bij het actieve park gaat het om ongeveer 2 procent van alle motorvoertuigen die in de oude methode onverzekerd zijn meegenomen. Van deze onverzekerde voertuigen is bij 80 procent de geldigheid van het kentekenbewijs geschorst op het peilmoment.
In de toekomstige cijfers over het actieve motorvoertuigenpark telt het CBS alleen voertuigen met een Nederlands kenteken op 1 januari, die één of meerdere dagen gedurende het voorgaande jaar op basis van verzekering deel mochten nemen aan het verkeer op de openbare weg. Voertuigen die in het gehele voorafgaande jaar niet verzekerd zijn geweest, zijn uitgesloten.
Medio 2022 zal het CBS de motorvoertuigcijfers van het peilmoment 1-1-2019 t/m 1-1-2022 publiceren op basis van deze nieuwe selectiemethode. Daarnaast is de reeks op basis van de oude selectiemethode nog eenmaal aangevuld met het nieuwe peilmoment 1-1-2022. De oude reeksen worden stopgezet en zijn in StatLine terug te vinden in het archief.
3. Methodeverschil
In dit methoderapport worden de verschillen tussen de oude en de nieuwe (selectie)methode uitgelegd en gekwantificeerd.
3.1 Hoe is het methodeverschil onderzocht?
In dit rapport wordt de methode, die het CBS vanaf 2022 publiceert, de nieuwe methode genoemd. Aan de methode van vóór 2022 wordt voor het gemak gerefereerd als de oude methode. Voor het analyseren van het methodeverschil is ook een derde methode bekeken: de ‘totaal-methode’. De groep voertuigen die met de totaal-methode wordt bedoeld, bestaat uit alle gekentekende voertuigen op het peilmoment 1 januari, ongeacht de verzekeringsstatus van het voertuig (dus zowel verzekerde voertuigen als niet-verzekerde voertuigen gedurende het jaar voorafgaand aan het peilmoment). De oude methode houdt logischerwijs het midden tussen de totaal-methode en de nieuwe methode.
Deze drie selectiemethoden horen bij de drie doelpopulaties zoals beschreven in de onderzoeksomschrijvingen motorvoertuigenpark en bromfietsenpark:
Motorvoertuigen/voertuigen met een bromfietskenteken actief (nieuwe methode)
Motorvoertuigen/voertuigen met een bromfietskenteken totaal (totaal-methode)
Motorvoertuigen/voertuigen met een bromfietskenteken oude selectie.
Voor de analyse van het methodeverschil zijn deze drie methodes voor drie jaren bepaald: 2019, 2020 en 2021. Dit wordt geïllustreerd in grafiek 3.1.1. De ontwikkeling van de drie verschillende lijnen laat dezelfde tendens zien. Er is wel sprake van een ander niveau. Dit betekent dat in de ontwikkeling geen effecten van het methodeverschil te zien zijn. Het niveau van de oude methode ligt, zoals verwacht, tussen dat van de totaal-methode (verzekerde en onverzekerde voertuigen) en de nieuwe methode (alleen verzekerde voertuigen).
Perioden | Oude methode (statline) | Nieuwe methode | Alles |
---|---|---|---|
2010 | 11352447 | ||
2011 | 11550992 | ||
2012 | 11717866 | ||
2013 | 11789690 | ||
2014 | 11808652 | ||
2015 | 11882450 | ||
2016 | 12059414 | ||
2017 | 12254515 | ||
2018 | 12498539 | ||
2019 | 12725875 | 12493423 | 12846639 |
2020 | 12952840 | 12698891 | 13070524 |
2021 | 13157963 | 12877456 | 13259061 |
3.2 Wat is de reikwijdte van het methoderapport?
Als eerste is onderzocht of het methode-effect bij de verschillende voertuigsoorten voor 2019, 2020 en 2021 hetzelfde beeld laat zien, zie grafiek 3.2.1. Uit de resultaten kan worden geconcludeerd dat het methodeverschil per voertuigsoort voor de verschillende jaren in dezelfde orde van grootte ligt. Aangezien het methodeverschil consistent is over de jaren wordt bij de bespreking van het methode-effect (verschil tussen de oude en nieuwe methode) in de rest van het rapport alleen gekeken naar de cijfers die betrekking hebben op peilmoment 1-1-2021.
Voertuigsoort | 2021 (%) | 2020 (%) | 2019 (%) |
---|---|---|---|
Bromfiets | -8,8 | -8,9 | -8,5 |
Motorfiets | -4,8 | -3,8 | -3,0 |
Speciaal voertuig | -3,5 | -2,6 | -2,4 |
Vrachtauto | -2,7 | -2,2 | -2,2 |
Bus | -2,5 | -1,8 | -2,1 |
Trekker voor oplegger | -1,7 | -1,8 | -1,7 |
Bestelauto | -1,6 | -1,4 | -1,3 |
Personenauto | -1,3 | -1,1 | -1,1 |
De cijfers van de totaal-methode worden in dit rapport verder buiten beschouwing gelaten, maar zijn wel in de maatwerktabel te vinden. Indien andere uitsplitsingen gewenst zijn, zijn deze op aanvraag beschikbaar. Ook aanhangwagens en opleggers blijven in dit methoderapport buiten beschouwing, aangezien deze voertuigen geen verzekeringsplicht hebben. Deze voertuigen worden, ongeacht de methode, altijd meegenomen bij het maken van de parktellingen. Het effect van de (methode)verandering op de andere CBS-statistieken, zoals de verkeersprestaties, komt te zijner tijd bij de desbetreffende statistiek aan bod.
In het methoderapport wordt ingegaan op de verschillen tussen de oude en de nieuwe methode. Vragen die in dit rapport aan bod zullen komen zijn:
- Hoe groot is het methodeverschil in het algemeen?
- Bij welke voertuigsoorten is het methodeverschil het grootst?
- Bij welke leeftijdscategorieën treedt het methodeverschil op en in welke mate?
4. Het actieve motorvoertuigenpark
Het actieve motorvoertuigenpark bestaat uit verschillende voertuigsoorten: personenauto’s, bromfietsen, motorfietsen, speciale voertuigen en bedrijfsvoertuigen (bestelauto’s, vrachtauto’s en trekkers voor oplegger). Zoals eerder vermeld, worden de aanhangwagens en opleggers in dit rapport buiten beschouwing gelaten, omdat deze groep voertuigen geen effect heeft op het methodeverschil. Om het methodeverschil per voertuigsoort goed te kunnen duiden, is het van belang de grootte van de verschillende groepen voertuigsoorten in het achterhoofd te houden. In grafiek 4.1 worden de aantallen op basis van de oude methode getoond. Grafiek 4.1 laat zien dat de grootste groep voertuigen bestaat uit de voertuigsoort personenauto’s, gevolgd door de voertuigsoort bromfietsen. De aantallen van de voertuigsoorten vrachtauto’s, speciale voertuigen en bussen zijn in deze grafiek niet goed zichtbaar in verband met de kleine aantallen van deze voertuigsoorten.
Voertuigsoort | Totaal |
---|---|
Personenauto | 8793592 |
Bromfiets | 1292975 |
Bestelauto | 960130 |
Motorfiets | 700102 |
Trekker voor oplegger | 81179 |
Vrachtauto | 62491 |
Speciaal voertuig | 58509 |
Bus | 9277 |
5. Methodeverschil naar voertuigsoort
Bij het analyseren van het methodeverschil wordt de oude methode met de nieuwe methode (alleen de verzekerde voertuigen) vergeleken, zie tabel 5.1. De grootste absolute methodeverschillen zijn te vinden bij de groep personenauto’s en de groep bromfietsen, met respectievelijk 112 171 en 113 991 voertuigen. Dit betekent dat bij het gebruik van de nieuwe methode ruim 100 duizend van deze beide voertuigsoorten minder worden meegenomen.
Oude methode (statline) | Nieuwe methode1) | Verschil | |
---|---|---|---|
Totaal motorvoertuigen | 11 958 255 | 11 677 806 | 280 449 |
Personenauto | 8 793 592 | 8 681 421 | 112 171 |
Bestelauto | 960 130 | 944 983 | 15 147 |
Vrachtauto | 62 491 | 60 797 | 1 694 |
Trekker voor oplegger | 81 179 | 79 827 | 1 352 |
Speciaal voertuig | 58 509 | 56 471 | 2 038 |
Bus | 9 277 | 9 048 | 229 |
Motorfiets | 700 102 | 666 275 | 33 827 |
Bromfiets | 1 292 975 | 1 178 984 | 113 991 |
Bron: CBS/RDW. 1) De cijfers van de nieuwe methode in deze tabel zijn gebaseerd op alleen verzekerde voertuigen. |
Naar verhouding is de afname in voertuigen met de nieuwe methode het grootst bij de groep bromfietsen. In grafiek 5.2 is het procentuele verschil per voertuigsoort grafisch weergegeven. De totale groep motorvoertuigen (exclusief aanhangers en opleggers) is volgens de nieuwe methode 2,3 procent kleiner dan volgens de oude methode, zie bijlage 1.
Voertuigsoort | Procentuele afname (%) |
---|---|
Bromfiets | -8,8 |
Motorfiets | -4,8 |
Speciaal voertuig | -3,5 |
Vrachtauto | -2,7 |
Bus | -2,5 |
Trekker voor oplegger | -1,7 |
Bestelauto | -1,6 |
Personenauto | -1,3 |
6. Methodeverschil naar leeftijd voertuig
6.1 Personenauto’s
Het methodeverschil, uitgesplitst naar leeftijd van de voertuigen, is ook per voertuigsoort onderzocht, zie bijlage 1. De personenauto’s vormen de grootste groep, zie grafiek 6.1.1. Het methodeverschil (onverzekerde voertuigen uitsluiten) zorgt vooral bij de oudere voertuigen voor een hoge(re) procentuele afname.
Leeftijd | Procentuele afname (%) |
---|---|
Jonger dan 1 jaar | -1,1 |
1 of 2 jaar | -0,1 |
3 of 4 jaar | -0,1 |
5 of 6 jaar | -0,1 |
7 of 8 jaar | -0,2 |
9 tot 12 jaar | -0,2 |
12 tot 15 jaar | -0,5 |
15 tot 20 jaar | -1,3 |
20 tot 25 jaar | -5,4 |
25 tot 40 jaar | -14,4 |
40 jaar of ouder | -16,8 |
6.2 Bromfietsen
In vergelijking met de personenauto’s is bij de groep bromfietsen het methodeverschil al bij recentere bouwjaren terug te zien, zie grafiek 6.2.1. Het lijkt erop dat bromfietsen iets jonger onverzekerd in de schuur komen te staan.
Leeftijd | Procentuele afname (%) |
---|---|
Jonger dan 1 jaar | -1,5 |
1 of 2 jaar | -0,5 |
3 of 4 jaar | -1,4 |
5 of 6 jaar | -2,4 |
7 of 8 jaar | -3,7 |
9 tot 12 jaar | -6,5 |
12 tot 15 jaar | -11,5 |
15 tot 20 jaar | -20,8 |
20 tot 25 jaar | -21,7 |
25 tot 40 jaar | -18,2 |
40 jaar of ouder | -15,0 |
6.3 Motorfietsen
Bij de motorfietsen is het patroon vergelijkbaar met dat van de personenauto’s, zie grafiek 6.3.1. Net zoals bij de personenauto’s wordt de grootste procentuele afname geconstateerd bij voertuigen van 40 jaar of ouder.
Leeftijd | Procentuele afname (%) |
---|---|
Jonger dan 1 jaar | -1,0 |
1 of 2 jaar | -0,4 |
3 of 4 jaar | -0,5 |
5 of 6 jaar | -0,7 |
7 of 8 jaar | -1,1 |
9 tot 12 jaar | -1,4 |
12 tot 15 jaar | -2,0 |
15 tot 20 jaar | -3,3 |
20 tot 25 jaar | -6,5 |
25 tot 40 jaar | -7,1 |
40 jaar of ouder | -11,3 |
6.4 Vrachtauto’s en trekkers voor oplegger
Bij de bedrijfsvoertuigen zijn de vrachtauto’s en trekkers voor oplegger samengenomen als een groep. Grafiek 6.4.1 laat zien dat ook bij de vrachtauto’s en de trekkers voor oplegger de grootste procentuele afname met de nieuwe methode te zien is bij de groep voertuigen van 40 jaar of ouder. 1,7 procent van de vrachtauto’s en trekkers voor oplegger van jonger dan 1 jaar valt met de nieuwe methode buiten de registratie.
Leeftijd | Procentuele afname (%) |
---|---|
Jonger dan 1 jaar | -1,7 |
1 of 2 jaar | -0,1 |
3 of 4 jaar | -0,3 |
5 of 6 jaar | -0,4 |
7 of 8 jaar | -0,4 |
9 tot 12 jaar | -1,0 |
12 tot 15 jaar | -2,6 |
15 tot 20 jaar | -6,2 |
20 tot 25 jaar | -12,8 |
25 tot 40 jaar | -11,3 |
40 jaar of ouder | -17,2 |
6.5 Bestelauto’s
Grafiek 6.5.1 toont het beeld voor de groep bestelauto’s. Ook bij deze groep zorgt het methodeverschil (het uitsluiten van onverzekerde voertuigen) vooral bij oudere voertuigen voor een hoge(re) procentuele afname.
Leeftijd | Procentuele afname (%) |
---|---|
Jonger dan 1 jaar | -0,6 |
1 of 2 jaar | -0,1 |
3 of 4 jaar | -0,2 |
5 of 6 jaar | -0,3 |
7 of 8 jaar | -0,4 |
9 tot 12 jaar | -0,6 |
12 tot 15 jaar | -1,1 |
15 tot 20 jaar | -3,1 |
20 tot 25 jaar | -12,4 |
25 tot 40 jaar | -18,4 |
40 jaar of ouder | -15,8 |
6.6 Bussen
Ook bij de groep bussen is het methodeverschil met 27,6 procent het grootst bij oudere voertuigen, maar hier is ook al bij jongere bussen een duidelijk methode-effect te zien: vanaf 15 jaar of ouder.
Leeftijd | Procentuele afname (%) |
---|---|
Jonger dan 1 jaar | -0,8 |
1 of 2 jaar | -0,9 |
3 of 4 jaar | -0,7 |
5 of 6 jaar | -0,3 |
7 of 8 jaar | -1,0 |
9 tot 12 jaar | -0,6 |
12 tot 15 jaar | -0,6 |
15 tot 20 jaar | -8,8 |
20 tot 25 jaar | -15,5 |
25 tot 40 jaar | -14,9 |
40 jaar of ouder | -27,6 |
7. Aanscherping methode
7.1 0-jarige voertuigen
In paragraaf 6.1 bij grafiek 6.1.1 is een opvallende procentuele afname van 1,1 procent bij de groep 0-jarige personenauto’s te zien. Nadere analyse toont aan dat 95 procent van deze nieuwe voertuigen van december 2020 zijn. Aangezien de WAM-verzekering binnen de wettelijke termijn van 28 dagen geregistreerd moet zijn, zijn deze ‘decembervoertuigen’ hoogstwaarschijnlijk wel verzekerd voor 1 januari, maar staan ze nog niet als zodanig geregistreerd. Door de administratieve afhandeling zal de registratie van de verzekering van deze voertuigen net na het peilmoment liggen. Deze groep 0-jarige ‘decembervoertuigen’ dient dus wel meegenomen te worden in de nieuwe selectiemethode. Dit betekent concreet dat bij toekomstige publicaties naast de verzekerde voertuigen ook de 0-jarigen niet-verzekerde voertuigen uit december worden meegenomen. Een dergelijke groep niet-verzekerde 0-jarige motorvoertuigen uit december bestaat ook bij alle andere voertuigsoorten. Ook bij die voertuigsoorten wordt deze groep bij de nieuwe selectiemethode voortaan meegenomen.
7.2 Voertuigen met wijziging van aansprakelijkheidsdatum in december
Bovenstaande conclusie voor de 0-jarigen uit december geldt ook voor voertuigen die niet tot de groep 0-jarige decembervoertuigen behoren, maar waarbij in december de aansprakelijkheid wijzigt door import of door het wisselen van eigenaar (tweedehands auto’s). Ook in deze gevallen kan door de administratieve afhandeling de registratie van de verzekering van deze voertuigen net na het peilmoment liggen. Ook deze groep niet verzekerde voertuigen wordt bij de nieuwe selectiemethode voortaan meegenomen.
7.3 Definitieve verbeterde methode
Tijdens de analyse is duidelijk geworden dat bij het bepalen van de selectie van de actieve motorvoertuigen niet alleen kan worden volstaan door te kijken naar of het voertuig het hele voorafgaande jaar verzekerd is geweest. Ook onverzekerde voertuigen met een wijziging van de aansprakelijkheidsdatum in de maand december moeten worden meegenomen. Deze nieuwe selectiemethode zal bij toekomstige publicaties worden gebruikt.
Toelichting bij de cijfers uit bijlage 1 en 2.
De totale groep ‘decembervoertuigen’, die alsnog met de nieuwe methode wordt meegenomen, is niet in bijlage 1 van dit methoderapport opgenomen, maar wel in bijlage 2. De grafieken in dit rapport zijn gebaseerd op de cijfers uit bijlage 1. De cijfers van de toekomstige publicaties zijn te vergelijken met de cijfers van de tabel in bijlage 2. Het verschil in aantallen tussen de nieuwe methode zonder - en met de ‘decembervoertuigen’ is weergegeven in tabel 7.3.1.
Nieuwe methode rapport | Nieuwe methode1) | Verschil | |
---|---|---|---|
Totaal motorvoertuigen | 11 677 806 | 11 684 971 | 7 165 |
Personenauto | 8 681 421 | 8 686 419 | 4 998 |
Bestelauto | 944 983 | 945 433 | 450 |
Vrachtauto | 60 797 | 60 831 | 34 |
Trekker voor oplegger | 79 827 | 79 932 | 105 |
Speciaal voertuig | 56 471 | 56 494 | 23 |
Bus | 9 048 | 9 050 | 2 |
Motorfiets | 666 275 | 666 597 | 322 |
Bromfiets | 1 178 984 | 1 180 215 | 1 231 |
Bron: CBS/RDW. 1) De cijfers van de nieuwe methode zijn gebaseerd op verzekerde voertuigen en onverzekerde 'decembervoertuigen'. |
8. Conclusie
Het CBS hanteert vanaf 2022 bij het publiceren van cijfers over het actieve motorvoertuigenpark een verbeterde selectiemethode.
Voor het bepalen van de selectie actieve voertuigen, die dus toegestaan zijn in het verkeer, wordt gebruik gemaakt van een verzekeringsindicator die RDW (Dienstwegverkeer) volgens een afgesproken definitie voor het CBS maakt. Alle voertuigen met verzekering worden meegenomen, aangevuld met aanhangers en opleggers (deze hoeven namelijk niet verzekerd te zijn), en voertuigen met een registratiedatum-aansprakelijke in december.
De aanscherping van de selectiemethode raakt ongeveer 2 procent van alle actieve motorvoertuigen, het percentage verschilt per type voertuig. Uit analyse blijkt het effect van de methodeverbetering het sterkst te zijn bij de bromfietsen, gevolgd door de motorfietsen.
Voor alle voertuigtype geldt dat de verbetering het meeste effect heeft op oudere voertuigen.
De verbeterde selectie van de actieve voertuigen wordt gebruikt vanaf 2022 en is met terugwerkende kracht beschikbaar gemaakt voor de jaren vanaf 2019. Cijfers op basis van deze populatie zijn in StatLine terug te vinden bij motorvoertuigen en bromfietsen.
Bijlage 1
Oude methode (statline) | Nieuwe methode1) | Absolute afname2) | Procentuele afname2) | |
---|---|---|---|---|
aantal | aantal | aantal | % | |
Totaal motorvoertuigen | 11 958 255 | 11 677 806 | 280 449 | 2,3 |
Jonger dan 1 jaar | 513 837 | 507 920 | 5 917 | 1,2 |
1 of 2 jaar | 1 299 430 | 1 297 864 | 1 566 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 1 235 371 | 1 232 099 | 3 272 | 0,3 |
5 of 6 jaar | 1 149 725 | 1 145 303 | 4 422 | 0,4 |
7 of 8 jaar | 1 197 812 | 1 191 420 | 6 392 | 0,5 |
9 tot 12 jaar | 1 811 130 | 1 793 367 | 17 763 | 1,0 |
12 tot 15 jaar | 1 524 763 | 1 500 944 | 23 819 | 1,6 |
15 tot 20 jaar | 1 833 983 | 1 757 860 | 76 123 | 4,2 |
20 tot 25 jaar | 610 860 | 573 352 | 37 508 | 6,1 |
25 jaar of ouder | 781 344 | 677 677 | 103 667 | 13,3 |
Personenauto | 8 793 592 | 8 681 421 | 112 171 | 1,3 |
Jonger dan 1 jaar | 344 431 | 340 473 | 3 958 | 1,1 |
1 of 2 jaar | 964 695 | 964 146 | 549 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 887 074 | 886 320 | 754 | 0,1 |
5 of 6 jaar | 878 116 | 877 003 | 1 113 | 0,1 |
7 of 8 jaar | 952 014 | 950 364 | 1 650 | 0,2 |
9 tot 12 jaar | 1 420 484 | 1 417 265 | 3 219 | 0,2 |
12 tot 15 jaar | 1 191 862 | 1 185 861 | 6 001 | 0,5 |
15 tot 20 jaar | 1 357 053 | 1 339 996 | 17 057 | 1,3 |
20 tot 25 jaar | 454 721 | 430 177 | 24 544 | 5,4 |
25 jaar of ouder | 343 142 | 289 816 | 53 326 | 15,5 |
Bestelauto | 960 130 | 944 983 | 15 147 | 1,6 |
Jonger dan 1 jaar | 59 259 | 58 922 | 337 | 0,6 |
1 of 2 jaar | 156 410 | 156 203 | 207 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 146 444 | 146 161 | 283 | 0,2 |
5 of 6 jaar | 108 128 | 107 809 | 319 | 0,3 |
7 of 8 jaar | 94 949 | 94 537 | 412 | 0,4 |
9 tot 12 jaar | 120 400 | 119 664 | 736 | 0,6 |
12 tot 15 jaar | 117 089 | 115 772 | 1 317 | 1,1 |
15 tot 20 jaar | 100 477 | 97 331 | 3 146 | 3,1 |
20 tot 25 jaar | 29 173 | 25 546 | 3 627 | 12,4 |
25 jaar of ouder | 27 801 | 23 038 | 4 763 | 17,1 |
Vrachtauto | 62 491 | 60 797 | 1 694 | 2,7 |
Jonger dan 1 jaar | 3 471 | 3 417 | 54 | 1,6 |
1 of 2 jaar | 9 168 | 9 153 | 15 | 0,2 |
3 of 4 jaar | 8 002 | 7 992 | 10 | 0,1 |
5 of 6 jaar | 5 666 | 5 650 | 16 | 0,3 |
7 of 8 jaar | 5 713 | 5 693 | 20 | 0,4 |
9 tot 12 jaar | 8 551 | 8 466 | 85 | 1,0 |
12 tot 15 jaar | 7 456 | 7 308 | 148 | 2,0 |
15 tot 20 jaar | 5 031 | 4 804 | 227 | 4,5 |
20 tot 25 jaar | 3 304 | 3 001 | 303 | 9,2 |
25 jaar of ouder | 6 129 | 5 313 | 816 | 13,3 |
Trekker voor oplegger | 81 179 | 79 827 | 1 352 | 1,7 |
Jonger dan 1 jaar | 5 505 | 5 407 | 98 | 1,8 |
1 of 2 jaar | 17 801 | 17 781 | 20 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 17 732 | 17 671 | 61 | 0,3 |
5 of 6 jaar | 13 562 | 13 501 | 61 | 0,4 |
7 of 8 jaar | 8 726 | 8 690 | 36 | 0,4 |
9 tot 12 jaar | 6 324 | 6 255 | 69 | 1,1 |
12 tot 15 jaar | 5 616 | 5 431 | 185 | 3,3 |
15 tot 20 jaar | 3 034 | 2 764 | 270 | 8,9 |
20 tot 25 jaar | 1 192 | 916 | 276 | 23,2 |
25 jaar of ouder | 1 687 | 1 411 | 276 | 16,4 |
Speciaal voertuig | 58 509 | 56 471 | 2 038 | 3,5 |
Jonger dan 1 jaar | 1 294 | 1 278 | 16 | 1,2 |
1 of 2 jaar | 3 250 | 3 240 | 10 | 0,3 |
3 of 4 jaar | 2 641 | 2 633 | 8 | 0,3 |
5 of 6 jaar | 1 907 | 1 897 | 10 | 0,5 |
7 of 8 jaar | 2 209 | 2 195 | 14 | 0,6 |
9 tot 12 jaar | 3 320 | 3 298 | 22 | 0,7 |
12 tot 15 jaar | 3 627 | 3 591 | 36 | 1,0 |
15 tot 20 jaar | 9 372 | 9 271 | 101 | 1,1 |
20 tot 25 jaar | 11 873 | 11 597 | 276 | 2,3 |
25 jaar of ouder | 19 016 | 17 471 | 1 545 | 8,1 |
Bus | 9 277 | 9 048 | 229 | 2,5 |
Jonger dan 1 jaar | 625 | 620 | 5 | 0,8 |
1 of 2 jaar | 1 448 | 1 435 | 13 | 0,9 |
3 of 4 jaar | 1 610 | 1 598 | 12 | 0,7 |
5 of 6 jaar | 882 | 879 | 3 | 0,3 |
7 of 8 jaar | 1 180 | 1 168 | 12 | 1,0 |
9 tot 12 jaar | 1 510 | 1 501 | 9 | 0,6 |
12 tot 15 jaar | 952 | 946 | 6 | 0,6 |
15 tot 20 jaar | 387 | 353 | 34 | 8,8 |
20 tot 25 jaar | 207 | 175 | 32 | 15,5 |
25 jaar of ouder | 476 | 373 | 103 | 21,6 |
Motorfiets | 700 102 | 666 275 | 33 827 | 4,8 |
Jonger dan 1 jaar | 13 661 | 13 520 | 141 | 1,0 |
1 of 2 jaar | 27 238 | 27 127 | 111 | 0,4 |
3 of 4 jaar | 29 329 | 29 186 | 143 | 0,5 |
5 of 6 jaar | 28 253 | 28 064 | 189 | 0,7 |
7 of 8 jaar | 26 159 | 25 873 | 286 | 1,1 |
9 tot 12 jaar | 50 535 | 49 822 | 713 | 1,4 |
12 tot 15 jaar | 70 667 | 69 235 | 1 432 | 2,0 |
15 tot 20 jaar | 110 788 | 107 094 | 3 694 | 3,3 |
20 tot 25 jaar | 102 054 | 95 409 | 6 645 | 6,5 |
25 jaar of ouder | 241 418 | 220 945 | 20 473 | 8,5 |
Bromfiets | 1 292 975 | 1 178 984 | 113 991 | 8,8 |
Jonger dan 1 jaar | 85 591 | 84 283 | 1 308 | 1,5 |
1 of 2 jaar | 119 420 | 118 779 | 641 | 0,5 |
3 of 4 jaar | 142 539 | 140 538 | 2 001 | 1,4 |
5 of 6 jaar | 113 211 | 110 500 | 2 711 | 2,4 |
7 of 8 jaar | 106 862 | 102 900 | 3 962 | 3,7 |
9 tot 12 jaar | 200 006 | 187 096 | 12 910 | 6,5 |
12 tot 15 jaar | 127 494 | 112 800 | 14 694 | 11,5 |
15 tot 20 jaar | 247 841 | 196 247 | 51 594 | 20,8 |
20 tot 25 jaar | 8 336 | 6 531 | 1 805 | 21,7 |
25 jaar of ouder | 141 675 | 119 310 | 22 365 | 15,8 |
Bron: CBS/RDW. 1) De nieuwe methode betreft bij deze tabel enkel verzekerde voertuigen. De aanvulling, die aan het licht is gekomen tijdens de analyse van het methodeverschil, is hier nog niet meegenomen. Dit betreft de aanvulling van onverzekerde voertuigen met een wijziging in de aansprakelijkheid in december. Doordat deze groep hier niet meegenomen is, zullen met name de aantallen 0-jarige voertuigen op basis van de nieuwe methode in deze tabel lager zijn, dan de aantallen zoals op statline gepubliceerd op 6 juli 2022 (peilmoment 1-1-2021). 2) Bij de absolute en procentuele afname wordt in deze tabel de nieuwe methode vergeleken met de oude methode. Het aantal voertuigen bij de nieuwe methode is lager dan bij de oude methode. |
Bijlage 2
Oude methode (statline) | Nieuwe methode1) | Absolute afname2) | Procentuele afname2) | |
---|---|---|---|---|
aantal | aantal | aantal | % | |
Totaal motorvoertuigen | 11 958 255 | 11 684 971 | 273 284 | 2,3 |
Jonger dan 1 jaar | 513 837 | 513 099 | 738 | 0,1 |
1 of 2 jaar | 1 299 430 | 1 298 084 | 1 346 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 1 235 371 | 1 232 369 | 3 002 | 0,2 |
5 of 6 jaar | 1 149 725 | 1 145 514 | 4 211 | 0,4 |
7 of 8 jaar | 1 197 812 | 1 191 596 | 6 216 | 0,5 |
9 tot 12 jaar | 1 811 130 | 1 793 581 | 17 549 | 1,0 |
12 tot 15 jaar | 1 524 763 | 1 501 121 | 23 642 | 1,6 |
15 tot 20 jaar | 1 833 983 | 1 758 146 | 75 837 | 4,1 |
20 tot 25 jaar | 610 860 | 573 427 | 37 433 | 6,1 |
25 jaar of ouder | 781 344 | 678 034 | 103 310 | 13,2 |
Personenauto | 8 793 592 | 8 686 419 | 107 173 | 1,2 |
Jonger dan 1 jaar | 344 431 | 344 308 | 123 | 0,0 |
1 of 2 jaar | 964 695 | 964 313 | 382 | 0,0 |
3 of 4 jaar | 887 074 | 886 492 | 582 | 0,1 |
5 of 6 jaar | 878 116 | 877 150 | 966 | 0,1 |
7 of 8 jaar | 952 014 | 950 487 | 1 527 | 0,2 |
9 tot 12 jaar | 1 420 484 | 1 417 409 | 3 075 | 0,2 |
12 tot 15 jaar | 1 191 862 | 1 185 966 | 5 896 | 0,5 |
15 tot 20 jaar | 1 357 053 | 1 340 122 | 16 931 | 1,2 |
20 tot 25 jaar | 454 721 | 430 213 | 24 508 | 5,4 |
25 jaar of ouder | 343 142 | 289 959 | 53 183 | 15,5 |
Bestelauto | 960 130 | 945 433 | 14 697 | 1,5 |
Jonger dan 1 jaar | 59 259 | 59 187 | 72 | 0,1 |
1 of 2 jaar | 156 410 | 156 228 | 182 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 146 444 | 146 202 | 242 | 0,2 |
5 of 6 jaar | 108 128 | 107 839 | 289 | 0,3 |
7 of 8 jaar | 94 949 | 94 547 | 402 | 0,4 |
9 tot 12 jaar | 120 400 | 119 678 | 722 | 0,6 |
12 tot 15 jaar | 117 089 | 115 791 | 1 298 | 1,1 |
15 tot 20 jaar | 100 477 | 97 345 | 3 132 | 3,1 |
20 tot 25 jaar | 29 173 | 25 555 | 3 618 | 12,4 |
25 jaar of ouder | 27 801 | 23 061 | 4 740 | 17,0 |
Vrachtauto | 62 491 | 60 831 | 1 660 | 2,7 |
Jonger dan 1 jaar | 3 471 | 3 439 | 32 | 0,9 |
1 of 2 jaar | 9 168 | 9 153 | 15 | 0,2 |
3 of 4 jaar | 8 002 | 7 993 | 9 | 0,1 |
5 of 6 jaar | 5 666 | 5 653 | 13 | 0,2 |
7 of 8 jaar | 5 713 | 5 694 | 19 | 0,3 |
9 tot 12 jaar | 8 551 | 8 469 | 82 | 1,0 |
12 tot 15 jaar | 7 456 | 7 308 | 148 | 2,0 |
15 tot 20 jaar | 5 031 | 4 805 | 226 | 4,5 |
20 tot 25 jaar | 3 304 | 3 001 | 303 | 9,2 |
25 jaar of ouder | 6 129 | 5 316 | 813 | 13,3 |
Trekker voor oplegger | 81 179 | 79 932 | 1 247 | 1,5 |
Jonger dan 1 jaar | 5 505 | 5 483 | 22 | 0,4 |
1 of 2 jaar | 17 801 | 17 783 | 18 | 0,1 |
3 of 4 jaar | 17 732 | 17 679 | 53 | 0,3 |
5 of 6 jaar | 13 562 | 13 503 | 59 | 0,4 |
7 of 8 jaar | 8 726 | 8 697 | 29 | 0,3 |
9 tot 12 jaar | 6 324 | 6 257 | 67 | 1,1 |
12 tot 15 jaar | 5 616 | 5 434 | 182 | 3,2 |
15 tot 20 jaar | 3 034 | 2 766 | 268 | 8,8 |
20 tot 25 jaar | 1 192 | 917 | 275 | 23,1 |
25 jaar of ouder | 1 687 | 1 413 | 274 | 16,2 |
Speciaal voertuig | 58 509 | 56 494 | 2 015 | 3,4 |
Jonger dan 1 jaar | 1 294 | 1 292 | 2 | 0,2 |
1 of 2 jaar | 3 250 | 3 240 | 10 | 0,3 |
3 of 4 jaar | 2 641 | 2 633 | 8 | 0,3 |
5 of 6 jaar | 1 907 | 1 897 | 10 | 0,5 |
7 of 8 jaar | 2 209 | 2 196 | 13 | 0,6 |
9 tot 12 jaar | 3 320 | 3 299 | 21 | 0,6 |
12 tot 15 jaar | 3 627 | 3 592 | 35 | 1,0 |
15 tot 20 jaar | 9 372 | 9 272 | 100 | 1,1 |
20 tot 25 jaar | 11 873 | 11 599 | 274 | 2,3 |
25 jaar of ouder | 19 016 | 17 474 | 1 542 | 8,1 |
Bus | 9 277 | 9 050 | 227 | 2,4 |
Jonger dan 1 jaar | 625 | 622 | 3 | 0,5 |
1 of 2 jaar | 1 448 | 1 435 | 13 | 0,9 |
3 of 4 jaar | 1 610 | 1 598 | 12 | 0,7 |
5 of 6 jaar | 882 | 879 | 3 | 0,3 |
7 of 8 jaar | 1 180 | 1 168 | 12 | 1,0 |
9 tot 12 jaar | 1 510 | 1 501 | 9 | 0,6 |
12 tot 15 jaar | 952 | 946 | 6 | 0,6 |
15 tot 20 jaar | 387 | 353 | 34 | 8,8 |
20 tot 25 jaar | 207 | 175 | 32 | 15,5 |
25 jaar of ouder | 476 | 373 | 103 | 21,6 |
Motorfiets | 700 102 | 666 597 | 33 505 | 4,8 |
Jonger dan 1 jaar | 13 661 | 13 619 | 42 | 0,3 |
1 of 2 jaar | 27 238 | 27 139 | 99 | 0,4 |
3 of 4 jaar | 29 329 | 29 205 | 124 | 0,4 |
5 of 6 jaar | 28 253 | 28 076 | 177 | 0,6 |
7 of 8 jaar | 26 159 | 25 887 | 272 | 1,0 |
9 tot 12 jaar | 50 535 | 49 838 | 697 | 1,4 |
12 tot 15 jaar | 70 667 | 69 250 | 1 417 | 2,0 |
15 tot 20 jaar | 110 788 | 107 128 | 3 660 | 3,3 |
20 tot 25 jaar | 102 054 | 95 430 | 6 624 | 6,5 |
25 jaar of ouder | 241 418 | 221 025 | 20 393 | 8,4 |
Bromfiets | 1 292 975 | 1 180 215 | 112 760 | 8,7 |
Jonger dan 1 jaar | 85 591 | 85 149 | 442 | 0,5 |
1 of 2 jaar | 119 420 | 118 793 | 627 | 0,5 |
3 of 4 jaar | 142 539 | 140 567 | 1 972 | 1,4 |
5 of 6 jaar | 113 211 | 110 517 | 2 694 | 2,4 |
7 of 8 jaar | 106 862 | 102 920 | 3 942 | 3,7 |
9 tot 12 jaar | 200 006 | 187 130 | 12 876 | 6,4 |
12 tot 15 jaar | 127 494 | 112 834 | 14 660 | 11,5 |
15 tot 20 jaar | 247 841 | 196 355 | 51 486 | 20,8 |
20 tot 25 jaar | 8 336 | 6 537 | 1 799 | 21,6 |
25 jaar of ouder | 141 675 | 119 413 | 22 262 | 15,7 |
Bron: CBS/RDW. 1) De nieuwe methode betreft bij deze tabel enkel voertuigen die toegestaan zijn op de weg. Het gaat dan om verzekerde voertuigen, aangevuld met onverzekerde voertuigen met een wijziging in aansprakelijkheid in december. De aantallen voertuigen op basis van de nieuwe methode in deze tabel zijn hetzelfde als de aantallen van de nieuwe methode zoals op 6 juli 2022 gepubliceerd op StatLine (peilmoment 1-1-2021). 2) Bij de absolute en procentuele afname wordt in deze tabel de nieuwe methode (actief) vergeleken met de oude methode. Het aantal voertuigen bij de nieuwe methode is lager dan bij de oude methode. |