Overheidsfinanciën, vierde kwartaal 2022

2. Rentelasten stijgen niet evenredig mee met rentestijging

Na een periode met historisch lage rentepercentages en –lasten zijn de rentelasten van de overheid licht gestegen in 2022. De afgelopen jaren daalden de rentelasten, van 11,6 miljard euro in 2011 tot 4,9 miljard euro in 2021. Sinds het begin van de tijdreeks in 1995 waren de rentelasten in absolute zin nooit eerder zo laag als in 2021.

2.1 Rentelasten conform nationale rekeningen
PeriodenRentelasten (mln euro)
'0014889
'0113889
'0212884
'0312161
'0412290
'0511953
'0611775
'0712176
'0813216
'0912709
'1011397
'1111649
'1210954
'1310295
'149857
'158980
'168151
'177396
'186933
'196231
'205432
'21*4857
'22*5161
*Voorlopige cijfers

De rentelasten zijn in 2022 onder andere toegenomen door de stijging van de kapitaalmarktrentevoet voor de overheid in het voorjaar en de versnelde stijging daarvan in het najaar. De hogere rentevoet wordt mede veroorzaakt door het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). De ECB heeft als hoofddoel het handhaven van prijsstabiliteit in het eurogebied. Doordat de inflatie al geruime tijd hoger is dan de nagestreefde 2,0 procent, rekent de ECB een hogere rente zowel voor de tegoeden die commerciële banken aanhouden als lenen bij haar. De onderstaande grafiek illustreert de ontwikkeling van ECB-rentes voor het aanhouden van tegoeden via de depositofaciliteit en het lenen van tegoeden via de marginale beleningsfaciliteit1). Deze stijgende renteontwikkeling zet opwaartse druk op de rentevoet waarmee de overheid geconfronteerd wordt op de kapitaalmarkt en daarmee ook de rentelasten van de overheid. 

2.2 Ontwikkeling rente depositofaciliteit en de marginale beleningsfaciliteit bij de ECB
jaarPeriodeDepositofaciliteit (%)Marginale beleningsfaciliteit (%)
19991 Jan.24,5
19994 Jan.�12,753,25
199922 Jan.24,5
19999 Apr.1,53,5
19995 Nov.24
20004 Feb.2,254,25
200017 Mar.2,54,5
200028 Apr.2,754,75
20009 Jun.3,255,25
200028 Jun.23,255,25
20001 Sep.3,55,5
20006 Oct.3,755,75
200111 May3,55,5
200131 Aug.3,255,25
200118 Sep.2,754,75
20019 Nov.2,254,25
20026 Dec.1,753,75
20037 Mar.1,53,5
20036 Jun.13
20056 Dec.1,253,25
20068 Mar.1,53,5
200615 Jun.1,753,75
20069 Aug.24
200611 Oct.2,254,25
200613 Dec.2,54,5
200714 Mar.2,754,75
200713 Jun.35
20089 Jul.3,255,25
20088 Oct.2,754,75
20089 Oct.33,254,25
200815 Oct.43,254,25
200812 Nov.2,753,75
200810 Dec.23
200921 Jan.13
200911 Mar.0,52,5
20098 Apr.0,252,25
200913 May0,251,75
201113 Apr.0,52
201113 Jul.0,752,25
20119 Nov.0,52
201114 Dec.0,251,75
201211 Jul.01,5
20138 May.01
201313 Nov.00,75
201411 Jun.-0,10,4
201410 Sep.-0,20,3
20159 Dec.-0,30,3
201616 Mar.-0,40,25
201918 Sep.-0,50,25
202227 Jul.00,75
202214 Sep.0,751,5
20222 Nov.1,52,25
202221 Dec.22,75
Bron: Key ECB interest rates (europa.eu)

Naast de renteontwikkeling heeft ook de stijging van de overheidsschuld in 2022 een stuwende werking op de rentelasten. In 2022 steeg de overheidsschuld met 31 miljard euro ondanks dat de overheidsschuld als percentage van het bbp juist daalde. De rentelasten zijn in 2022 met 0,3 miljard euro gestegen naar 5,2 miljard euro. Als percentage van de overheidsschuld stegen de rentelasten niet en bleven 1,1 procent. Met deze absolute stijging van de rentelasten in 2022 vindt er een lichte kanteling plaats van de neerwaartse trend in rentelasten van de afgelopen jaren. De opwaartse druk door de ontwikkeling van de rente en de overheidsschuld vertalen zich niet direct in evenredig hogere rentelasten. Dit komt doordat de overheidsschuld voornamelijk bestaat uit langlopende schulden met een vaste rentevoet. De doorwerking van de opwaartse druk is dus met een vertraging zichtbaar in de rentelasten, met het afsluiten van nieuwe leningen.

2.3 Rentelasten t.o.v. schuld (effectieve rente)
jaarRentelasten (%)
'006,3
'015,8
'025,3
'034,7
'044,6
'054,4
'064,5
'074,6
'083,7
'093,6
'103,0
'112,9
'122,5
'132,3
'142,2
'152,0
'161,9
'171,8
'181,7
'191,6
'201,2
'211,1
'221,1
*Voorlopige cijfers

1) Voor de depositofaciliteit en de marginale beleningsfaciliteit geldt een zeer korte looptijd, namelijk 1 dag. Voor het lenen van tegoeden van langer dan 1 dag kan gebruik worden gemaakt van basisherfinancieringstransacties bij de ECB. De rente voor de basisherfinancieringstransacties, de marginale beleningsfaciliteit en de depositofaciliteit, worden elke zes weken vastgesteld door de ECB in het kader van haar werkzaamheden om de prijzen in het eurogebied stabiel te houden. Zie link.