Auteur: André Mares
De Nederlandse economie in 2022

8. Conjunctuurbeeld

Het CBS bepaalt het conjunctuurbeeld aan de hand van de Conjunctuurklokindicator. Dit is het ongewogen gemiddelde van de indicatoren (exclusief het bbp) in de Conjunctuurklok van het CBS. Hierin zitten enkele vertrouwensindicatoren, bestedingscategorieën en indicatoren over de arbeidsmarkt. De conjunctuurklokindicator wordt elke maand aangevuld en bijgesteld met de nieuwste informatie.

Door de coronacrisis in 2020 raakte Nederland in een diepe laagconjunctuur. Al vrij snel veerde de Nederlandse economie op en in augustus 2021 was het conjunctuurbeeld volgens de conjunctuurklokindicator van het CBS weer positief. De oorlog in Oekraïne leverde opnieuw verstoringen in de economie op, onder meer door een extra druk op de inflatie. Het conjunctuurbeeld kantelde in juli 2022 en was begin 2023 negatief.

De inval van Rusland in Oekraïne had invloed op het vertrouwen en economische gedrag van bedrijven en huishoudens. De oorlog zorgde onder meer voor extra druk op de energieprijzen, bovenop de prijsstijgingen die ontstonden door het snelle herstel van de economie na de coronacrisis. Om de inflatie te beteugelen, verhoogden wereldwijd centrale banken de rente. Dat maakte geld (en hypotheken) duurder. Mede hierdoor koelde de woningmarkt in de loop van 2022 af en daalden de huizenprijzen.

8.1 Conjunctuurklokindicator (ongewogen gemiddelde van de indicatoren in de Conjunctuurklok)
jaarmaandcyclus (afwijking van de langetermijntrend (=0))
2016januari-0,2
2016februari-0,18
2016maart-0,15
2016april-0,13
2016mei-0,08
2016juni-0,08
2016juli-0,04
2016augustus0,01
2016september0,05
2016oktober0,08
2016november0,14
2016december0,18
2017januari0,22
2017februari0,29
2017maart0,33
2017april0,37
2017mei0,42
2017juni0,45
2017juli0,48
2017augustus0,54
2017september0,58
2017oktober0,62
2017november0,69
2017december0,74
2018januari0,78
2018februari0,83
2018maart0,86
2018april0,86
2018mei0,87
2018juni0,86
2018juli0,84
2018augustus0,85
2018september0,84
2018oktober0,82
2018november0,82
2018december0,78
2019januari0,74
2019februari0,71
2019maart0,67
2019april 0,64
2019mei0,62
2019juni0,58
2019juli0,55
2019augustus0,5
2019september0,47
2019oktober0,45
2019november0,4
2019december0,49
2020januari0,38
2020februari0,31
2020maart0,2
2020april-0,35
2020mei-1,05
2020juni-2,01
2020juli-2,02
2020augustus-1,32
2020september-1,16
2020oktober-0,95
2020november-0,89
2020december-0,66
2021januari-0,77
2021februari-1,02
2021maart-0,98
2021april-0,84
2021mei-0,58
2021juni-0,38
2021juli-0,07
2021augustus0,14
2021september0,24
2021oktober0,35
2021november0,45
2021december0,5
2022januari0,49
2022februari0,18
2022maart0,36
2022april0,42
2022mei0,56
2022juni0,56
2022juli0,46
2022augustus0,42
2022september0,28
2022oktober0,13
2022november0,08
2022december-0,02
2023januari-0,12

Van alle conjunctuurindicatoren viel onder andere de tegenstelling tussen het vertrouwen van consumenten en producenten in 2022 op. Op een paar maanden na overtreft sinds 2019 het aantal consumenten dat negatief oordeelt over het economisch beeld en de eigen financiën het aantal optimisten. Na de coronaklap in maart 2020 klapte het vertrouwen in elkaar met de sterkste daling in een maand tijd ooit. Vervolgens begon in het laatste kwartaal van 2020 het vertrouwen enigszins te herstellen. Dat hield ongeveer een jaar aan. Per saldo bleven consumenten echter negatief.

Toen de inflatie aan het eind van 2021 begon op te lopen tot boven de 5 procent zette het consumentenvertrouwen opnieuw een daling in. Door de oorlog in Oekraïne steeg de inflatie in 2022 nog verder naar recordhoogtes en daalde het consumentenvertrouwen naar het laagste niveau ooit gemeten. Na oktober 2022 is het vertrouwen vier maanden op rij minder negatief geworden, maar is het nog steeds uitzonderlijk laag.

8.2 Consumentenvertrouwen, seizoengecorrigeerd
jaarmaandsaldo (gemiddelde van de deelvragen)
2019maart-3
2019april-3
2019mei-3
2019juni-1
2019juli1
2019augustus-1
2019september-2
2019oktober-1
2019november-2
2019december-2
2020januari-2
2020februari-2
2020maart-3
2020april-23
2020mei-31
2020juni-27
2020juli-26
2020augustus-29
2020september-28
2020oktober-30
2020november-26
2020december-19
2021januari-19
2021februari-19
2021maart-18
2021april-14
2021mei-9
2021juni-3
2021juli-4
2021augustus-6
2021september-5
2021oktober-10
2021november-20
2021december-26
2022januari-28
2022februari-30
2022maart-39
2022april-48
2022mei-47
2022juni-50
2022juli -51
2022augustus-54
2022september-59
2022oktober-59
2022november-56
2022december-52
2023januari-49
2023februari-44

Bij de industriële ondernemers was het vertrouwen net als in 2021 positief. Na de dip in april 2020 hadden de positieve ondernemers in januari 2021 alweer de overhand. Binnen een jaar tijd was het producentenvertrouwen weer nagenoeg terug op het niveau van voor de coronacrisis. Het producentenvertrouwen bereikte in november 2021 zelfs de hoogste waarde ooit. Ondanks de oorlog in 2022 bleef het vertrouwen van industriële ondernemers in de eerste helft van dat jaar redelijk op peil. Na juli 2022 ging het niveau wel omlaag, maar bleven ondernemers per saldo positief.

8.3 Producentenvertrouwen industrie (seizoengecorrigeerd)
jaarmaandsaldo (gemiddelde van de deelvragen)
2019februari6,3
2019maart6,1
2019april6,7
2019mei4,7
2019juni3,3
2019juli3,9
2019augustus3,9
2019september3,3
2019oktober3,6
2019november2,8
2019december2,9
2020januari2,5
2020februari3,7
2020maart0,2
2020april-28,7
2020mei-25,1
2020juni-15,1
2020juli-8,7
2020augustus-5,4
2020september-4,8
2020oktober-5,6
2020november-3,8
2020december-0,4
2021januari0,6
2021februari0,1
2021maart3,4
2021april6,5
2021mei8,8
2021juni11,5
2021juli12,3
2021augustus9,6
2021september11,1
2021oktober12,3
2021november12,7
2021december10,2
2022januari9
2022februari8,5
2022maart8,7
2022april10,8
2022mei9,9
2022juni8,1
2022juli8,4
2022augustus4,6
2022september2,6
2022oktober2,5
2022november3
2022december3,3
2023januari3,6