Financieringsmonitor 2023

8. Verwachte financieringsbehoefte

Het aandeel mkb bedrijven met een verwachte toekomstige financieringsbehoefte is vergelijkbaar met de vorige editie van de Financieringsmonitor. Bedrijven die verduurzaming als een belemmering zien verwachten vaker een behoefte aan financiering te hebben in het komende jaar dan bedrijven die verduurzaming niet als belemmerend zien. Bedrijven die verwachten een financieringsbehoefte te hebben in het komende jaar verwachten ook minder vaak winstgevend te zijn in datzelfde jaar. Verder verwachten deze bedrijven ook vaker dat zij het komende jaar niet voldoende liquide middelen hebben om aan de korte termijn betalingsverplichtingen te voldoen.

In dit hoofdstuk worden de resultaten van de laatste stap, de financiering in de toekomst, in de zoektocht naar financiering door het bedrijfsleven verder uiteengezet. De volgende figuur geeft de positie van dit hoofdstuk in het gehele proces weer.

8.1. Verwachte financieringsbehoefte blijft hetzelfde

Voor de periode van juli 2023 tot juli 2024 verwacht 12 procent van de mkb in de business economy een financieringsbehoefte te hebben. Dit percentage is niet veranderd ten opzichte van de vorige meting. Ook bij het microbedrijf is het aandeel bedrijven met een toekomstige behoefte vergelijkbaar met vorig jaar. Bij het klein- en middenbedrijf is echter wel een kleine afname zichtbaar. Bij het kleinbedrijf is deze afname statistisch significant. In de vorige meting was nog een flinke toename te zien bij deze twee grootteklassen. Het percentage ligt nog steeds hoger dan bij de meting van 2021, maar fluctueert tussen verschillende metingen. 

8.1.1 Aandeel bedrijven met een verwachte toekomstige externe financieringsbehoefte1)
 2023 (%)2023, marge (%)2022 (%)2022, marge (%)2021 (%)2021, marge (%)2020 (%)2020, marge (%)2019 (%)2019, marge (%)2018 (%)2018, marge (%)
Mkb11,69,7 – 13,511,810,1 – 13,512,510,3 – 14,714,012,1 – 15,914,712,5 – 16,814,011,9 – 16,1
Bedrijfsgrootte
Micro10,48,1 – 12,69,87,8 – 11,812,09,4 – 14,712,410,1 – 14,612,59,9 – 15,113,010,4 – 15,6
Klein16,714,0 – 19,420,917,8 – 24,015,112,7 – 17,520,918,3 – 23,521,919,0 – 24,916,714,2 – 19,3
Midden19,415,8 – 23,022,519,7 – 26,313,410,7 – 16,226,222,3 – 30,126,822,9 – 30,721,417,9 – 24,9
Groot16,311,3 – 21,416,911,8 – 21,919,314,0 – 24,716,311,4 – 21,221,616,4 – 26,721,815,9 – 27,8
1)Het gaat hier om 95%-betrouwbaarheidsinterval marges, zie de onderzoeksverantwoording voor meer toelichting op de weergegeven marges.

Net als bij afgelopen metingen verwachten bedrijven in de sectoren landbouw en nijverheid het vaakst een financieringsbehoefte in het komende jaar. Jongere bedrijven (14 procent) verwachten iets vaker een toekomstige financieringsbehoefte dan oudere bedrijven (11 procent). Bedrijven die zichzelf typeren als sociale ondernemingen verwachten gemiddeld vaker een financieringsbehoefte te hebben dan het hele mkb in het komende jaar. Waar in de vorige meting nog 19 procent van deze groep een toekomstige behoefte verwachtte, is dat dit jaar 32 procent. Bij startups en snelgroeiende bedrijven neemt het aandeel met een verwachte financieringsbehoefte weer iets af (25 procent) ten opzichte van de vorige meting (31 procent). Bij snelgroeiende bedrijven daalt dit ook van 29 procent in 2022 naar 23 procent in de huidige meting. Bedrijven die in de opbouw of start van de onderneming zitten geven in deze meting veel vaker aan een financieringsbehoefte te verwachten in het komende jaar (34 procent) ten opzichte van de vorige meting (13 procent). Ook bedrijven in de fases uitbouw of opschalen na start (24 procent) en overleven (28 procent) geven vaker aan een financieringsbehoefte te verwachten in het komende jaar. 

Van de bedrijven die uitdagingen op het gebied van verduurzaming als (zeer) belemmerend voor hun dagelijkse bedrijfsvoering zien, verwacht 21 procent een financieringsbehoefte in het komende jaar. Bij bedrijven die verduurzaming (helemaal) niet als belemmerend zien is dit 10 procent. Dit verschil is statistisch significant. Bij het kleinbedrijf is dit verschil het grootst: één op de drie bedrijven die verduurzaming hier als (zeer) belemmerend zien verwacht een financieringsbehoefte in het komende jaar. Dit is bij kleinbedrijven die verduurzaming (helemaal) niet als belemmering zien slechts één op de zes.

8.1.2 Verwachte toekomstige financieringsbehoefte van bedrijven die verduurzaming (niet) als belemmerend zien 1)
selectiecategorie (%)
mkb12
bedrijven die verduurzaming als belemmerend zien21
bedrijven die verduurzaming niet als belemmerend zien10
1) Bedrijven die 'neutraal' hebben ingevuld bij verduurzaming als belemmering worden hier niet specifiek getoond, daarnaast zijn bedrijven die niet weten of ze een toekomstige financieringsbehoefte hebben buiten beschouwing gelaten.

8.2 Verwachte financiële ontwikkeling beter bij mkb zonder verwachte financieringsbehoefte 

Van de bedrijven die in de periode van juli 2022 tot juli 2023 een financieringsbehoefte hadden, verwacht bijna de helft ook het komende jaar weer een financieringsbehoefte te hebben. Bij bedrijven zonder huidige behoefte is dit 6 procent. Deze aantallen zijn vergelijkbaar met de vorige meting van de Financieringsmonitor. Bedrijven die dit jaar niet succesvol waren in hun aanvraag hebben daarnaast vaker een toekomstige financieringsbehoefte dan bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag; respectievelijk 83 en 33 procent. 

Een verwachte financieringsbehoefte is ook gerelateerd aan verwachtingen over de financiële ontwikkeling van het eigen bedrijf in het komende jaar. Figuur 8.2.1. laat zien dat bedrijven die geen financieringsbehoefte verwachten in het komende jaar vaker verwachten dat het bedrijf winstgevend zal zijn in de periode van juli 2023 tot juli 2024 (72 procent). Van de bedrijven met een verwachte behoefte denkt 58 procent winst te maken in het komende jaar. In de vorige Financieringsmonitor was er nauwelijks verschil tussen bedrijven met of zonder verwachte financieringsbehoefte. 

Niet alleen verwachten bedrijven met een verwachte financieringsbehoefte minder vaak winstgevend te zijn, een groter aandeel verwacht ook een tekort aan liquiditeit. Onder bedrijven met een verwachte financieringsbehoefte denkt zeven op de tien bedrijven voldoende liquide middelen te hebben om aan de korte termijn betalingsverplichtingen te voldoen in het komende jaar. Bij bedrijven zonder verwachte financieringsbehoefte is dit zelfs negen op de tien. Verhoudingen van de verwachte liquiditeit zijn gelijk aan vorige versies van de Financieringsmonitor. 

Ook het succes van een aanvraag hangt samen met het verwachte bedrijfsresultaat en de verwachting ten aanzien van liquiditeit. 74 procent van de bedrijven die afgelopen jaar (deels) succesvol waren in hun aanvraag verwacht in het komende jaar een positief bedrijfsresultaat. Van bedrijven waarbij de aanvraag niet succesvol was, verwacht 43 procent winstgevend te zijn in het komende jaar. Bij bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag verwacht 82 procent te beschikken over voldoende liquide middelen in de periode van juli 2023 tot juli 2024, bij bedrijven zonder succesvolle aanvraag is dit 57 procent. De gevonden verschillen waren statistisch significant. 

8.2.1 Verwachte toekomstige solvabiliteit van mkb bedrijven met of zonder verwachte toekomstige financieringsbehoefte
categorie, winst, verlies, gelijk resultaat, weet niet mkb, 67, 6, 14, 13 verwachte behoefte, 58, 15, 24, 3 geen verwachte behoefte, 72, 5, 13, 11 winst (%) verlies (%) gelijk resultaat (%) weet niet (%)
mkb 67 6 14 13
verwachte behoefte 58 15 24 3
geen verwachte behoefte 72 5 13 11

8.2.2 Verwachte toekomstige liquiditeit van mkb bedrijven met of zonder verwachte toekomstige financieringsbehoefte
categorie, ja, nee, weet niet mkb, 84, 3, 12 verwachte behoefte, 70, 15, 15 geen verwachte behoefte, 91, 2, 8voldoende (%)onvoldoende (%) weet niet (%)
mkb 84 3 12
verwachte behoefte 70 15 15
geen verwachte behoefte 91 2 8