Aardgasverbruik glastuinbouw in Nederland

6. Conclusies

6.1 Areaal glastuinbouw

Het is niet mogelijk gebleken om informatie uit de verschillende databronnen dusdanig te koppelen dat er bruikbare informatie van de LBT op pandniveau beschikbaar is gekomen. De kassen uit TOP10NL die betrekking hebben op fysiek glas moesten met behulp van adresinformatie door koppeling met de BAG gekoppeld worden aan de adresinformatie van kaslocaties van RVO. Ondanks het gebruik van oppervlaktegegevens uit zowel TOP10NL als de glaslocaties van RVO bleek koppeling op pandniveau veel onjuiste koppelingen te geven. De vlekkenbenadering ondervangt dit probleem, maar daarmee is de benodigde informatie op microniveau niet meer inzichtelijk.

Uit de vlekkenbenadering en de overige analyses is geen aanleiding gevonden om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van het totaal beteeld areaal glastuinbouw in de huidige LBT. Voor informatie op pandniveau (kasniveau) is een registratie nodig die vergelijkbaar is met de perceelregistratie van RVO. Wellicht dat samenwerking met de Glasmonitor hier een bijdrage aan kan leveren.

6.2 Aardgasverbruik glastuinbouw

Het aardgasverbruik van de glastuinbouw is door het CBS bepaald via een koppeling van gegevens van de netbeheerders aan de GO. Nagenoeg al het aardgas dat gealloceerd is aan de glastuinbouw is te koppelen aan de GO uit 2022 of (voor een kleiner deel) aan de GO uit een eerder jaar. In de gevallen waar een koppeling op EAN-code mogelijk was, kwam het gasverbruik uit de GO goed overeen met het verbruik dat wordt gevonden via de netbeheerders. Dit ondersteunt beide benaderingen.

Het resulterende gasverbruik in 2021 is 3,9 miljard m3, hetzelfde als met de bestaande methode van het CBS waarin een minder volledige koppeling werd gelegd met de GO. Er is een schatting gemaakt van de onzekerheid van dit cijfer en deze is 4 procent. De 3,9 miljard m3 is 0,2 miljard m3 meer dan WEcR heeft afgeleid als voorlopig cijfer voor 2021 via een haar methode voor de jaarlijkse Energiemonitor van de Nederlandse glastuinbouw.

In 2019 was het aardgasverbruik van de glastuinbouw volgens het CBS 3,9 miljard m3 en in 2020 3,8 miljard m3 (CBS, 2022). WEcR kwam uit op 3,3 miljard m3 voor 2019 en 3,5 miljard m3 voor 2020 (Smit en Van der Meer, 2022). In oudere jaren was het verschil tussen CBS en WEcR dus aanzienlijk groter,

Er zijn veel koppelingen op microniveau gelegd tussen het aardgasverbruik uit de meetregisters van de netbeheerders en de arealen per locatie uit de GO, maar de arealen en verbruiken zijn nog niet van hetzelfde verslagjaar. De verwachting is dat met een nieuw verslagjaar voor een groot aantal robuust gekoppelde aansluitingen op kas-/gewasniveau het aardgasverbruik gerelateerd kan worden aan het areaal. Hiermee is het aardgasverbruik per hectare per type gewas af te leiden. Het verschil tussen de uitkomsten van de CBS-methode en de WEcR-methode zou hiermee beter verklaard kunnen worden.

6.3 Gevolgen voor energiestatistieken

Het onderzoek heeft bevestigd dat de belangrijkste aardgasaansluitingen van de glastuinbouw bekend zijn bij het CBS via een combinatie van informatiebronnen waaronder de GO. Het onderzoek heeft ook aanvullende aansluitingen opgeleverd en aansluitingen die onterecht zijn meegeteld. Het CBS zal de verbeterde populatie van aansluitingen meenemen in de jaarlijkse statistieken.

Voor het onderhoud van deze aansluitingen maakt het CBS graag structureel gebruik van de gegevens uit de GO. Daarnaast zal het CBS via een analyse op PC4-niveau van aardgasverbruik per hectare de plausibiliteit checken. Clusters blijken complex om te analyseren en goed in beeld te brengen. Hier zal het CBS bij reguliere updates extra aandacht aan besteden.

Tot op heden publiceert het CBS geen aparte energiecijfers over de glastuinbouw in de Nationale Energiebalans op StatLine. Vanuit de gebruikers is steeds meer vraag naar glastuinbouwcijfers. Het onderzoek in dit rapport heeft duidelijk gemaakt dat de cijfers over aardgasverbruik voldoende betrouwbaar zijn om deze op te nemen in de Energiebalans. Het CBS zal gaan overleggen met gebruikers (PBL, TNO, WEcR, LNV, Glastuinbouw Nederland) wat een goed moment is voor het opnemen van de glastuinbouw in de Energiebalans, waarbij ook aandacht nodig is voor andere energiedragers dan aardgas.