Nederland in top 5 van Europa qua tevredenheid over het leven

/ Auteur: Bregje van der Wijst
Nederlanders zijn internationaal gezien behoorlijk gelukkig, zo blijkt uit recente cijfers van het Europese statistiekbureau Eurostat. Ze drukken hun tevredenheid over het leven uit met een 7,8. Daarmee staan ze binnen de Europese Unie in de top 5. CBS heeft de laatste jaren geïnvesteerd in het meten van welzijn, omdat er internationaal steeds meer aandacht voor dit onderwerp is. Bij CBS in Heerlen gingen daarom onderzoekers begin november met elkaar in gesprek tijdens het seminar ‘Binding & geluk’. 

Op de wereldkaart van de World Database of Happiness van ‘geluksprofessor’ Ruut Veenhoven staat Nederland in de hoogste regionen van geluk. ’De Denen zijn allemaal gelukkig en in Tanzania zijn ze allemaal ongelukkig’, zegt Veenhoven. Hij licht  in volle vaart zijn internationale geluksindex toe. Volgens hem zijn de mensen in  de meest ontwikkelde landen het gelukkigst en in de minst ontwikkelde landen het ongelukkigst. Toch scoren de Latijns-Amerikaanse landen onevenredig goed op de gelukskaart. Die landen zijn zeker niet de rijkste , maar de inwoners zijn toch behoorlijk gelukkig. Hoe kan dat ondanks enorme inkomensverschillen? ‘Die verschillen houden geen direct verband met geluk’, volgens de professor. ’Het is niet fijn als je vanuit je krotje uitkijkt op een villa, maar het is wel fijn als er werkgelegenheid wordt geschapen.’

Effect inkomensverschillen op welzijn

Volgens Daphne Ahrendt van Eurofound hebben inkomensverschillen geen direct effect op geluk. ’Inkomensverschillen zijn slecht voor binding en weinig binding is slecht voor het subjectief welzijn. Maar heeft in rijke landen binding meer effect op welzijn? In arme landen heeft het bruto binnenlands product (bbp) in elk geval een groter effect op welzijn, omdat het de directe algemene levenssituatie beïnvloedt.’ Een goed functionerende overheid met goed opgeleide ambtenaren die niet corrupt zijn, houdt volgens Veenhoven wel sterk verband met geluk. ‘Daar komt bij dat in landen als Nederland en Denemarken mensen erg afhankelijk zijn van de overheid. Zo valt het in een land als Nigeria nog best uit te houden ondanks dat de overheid niet goed functioneert, terwijl het er in ons land meer inhakt’, aldus de professor. Kortom: Nederland is als geheel een heel leefbaar land. De verschillen in geluk zitten in ons land met name in welke keuzes maak je wat betreft partner, werk of woonplaats? Hoe staat het met je sociale relaties en competenties? Wat bindt en wat verdeelt mensen?

Geluksgevoel hangt onder andere samen met het hebben van veel vrienden en kennissen, de inzet als vrijwilliger en met vertrouwen in de medemens, de politie en de politiek

Gelukservaring

‘In het algemeen kunnen Nederlanders het onderling goed vinden’, stelt professor Peer Scheepers. ‘Tijdens de verzuiling waren er vooral veel contacten tussen de elites van de verschillende zuilen, dat zorgde voor geluk. Maar de mensen daaronder waren niet zo gelukkig.’ Met de ontzuiling nam  het individuele geluksgevoel toe. Toch zijn er nog steeds bevolkingsgroepen die minder scoren op de schaal van geluk dan de Nederlandse bevolking als gemene deler. ’Er is recentelijk meer besef gekomen dat er een kloof is tussen Nederlanders en nieuwe Nederlanders ’, aldus Scheepers. ‘Anderzijds zie je in wijken waar vooral minderheden wonen dat mensen die contacten onderhouden met die minderheden meer bereid zijn ook andere Nederlanders te helpen. Geluksgevoel hangt onder andere samen met het hebben van veel vrienden en kennissen, de inzet als vrijwilliger en met vertrouwen in de medemens, de politie en de politiek. Mensen die goed scoren voor de verschillende indicatoren van dit sociaal kapitaal geven zichzelf een hoger cijfer voor hun gelukservaring. Maar de relatie kan ook omgekeerd werken: mensen die gelukkiger zijn, doen meer mee in de samenleving en etaleren meer vertrouwen.

Sociaal kapitaal

‘CBS doet uitgebreid onderzoek naar sociaal kapitaal. Uit de verschillende indicatoren blijkt bijvoorbeeld dat het vertrouwen in de medemens en het verrichten van vrijwilligerswerk stijgen met het opleidingsniveau’, zo vertelt professor Hans Schmeets, werkzaam bij CBS, tijdens een van de panelsessies. ‘Voor religie en donorschap komen daar weer interessante uitkomsten uit. Zo blijkt uit ons onderzoek dat waar weinig binding met de kerk is er juist veel mensen welwillend tegenover donorschap staan’, aldus Schmeets.