Gezondheid en zorggebruik; persoonskenmerken

Gezondheid en zorggebruik; persoonskenmerken

Persoonskenmerken Marges Perioden Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met minstens 1 beperking (%) Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Beperkingen per persoon (aantal) Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Beperkingen per persoon met beperking (aantal) Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met beperking in horen (%) Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met beperking in zien (%) Beperkingen Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder Personen met beperking in bewegen (%) Beperkingen Beperkingen ADL, 55 jaar of ouder Personen met minstens 1 beperking (%) Beperkingen Beperkingen ADL, 55 jaar of ouder Beperkingen per persoon (aantal) Beperkingen Beperkingen ADL, 55 jaar of ouder Beperkingen per persoon met beperking (aantal) Beperkingen Beperkingen IADL, 55 jaar of ouder Personen met minstens 1 beperking (%) Beperkingen Beperkingen IADL, 55 jaar of ouder Beperkingen per persoon (aantal) Beperkingen Beperkingen IADL, 55 jaar of ouder Beperkingen per persoon met beperking (aantal)
Totaal personen Waarde 2024 12,7 0,2 1,9 3,8 3,5 8,8 11,9 0,3 2,6 21,2 0,4 1,9
Totaal personen Ondergrens 95%-interval 2024 12,0 0,2 1,9 3,4 3,1 8,2 10,8 0,3 2,4 19,9 0,4 1,8
Totaal personen Bovengrens 95%-interval 2024 13,5 0,3 2,0 4,3 4,0 9,5 13,1 0,3 2,8 22,7 0,4 2,0
Geslacht: Mannen Waarde 2024 9,8 0,2 1,9 4,1 2,8 5,7 8,9 0,2 2,5 16,9 0,3 1,8
Geslacht: Mannen Ondergrens 95%-interval 2024 8,9 0,2 1,8 3,5 2,3 5,0 7,6 0,2 2,1 15,2 0,3 1,6
Geslacht: Mannen Bovengrens 95%-interval 2024 10,8 0,2 2,1 4,8 3,4 6,5 10,4 0,3 2,9 18,8 0,3 1,9
Geslacht: Vrouwen Waarde 2024 15,6 0,3 2,0 3,6 4,2 11,8 14,7 0,4 2,7 25,3 0,5 2,0
Geslacht: Vrouwen Ondergrens 95%-interval 2024 14,5 0,3 1,9 3,0 3,6 10,8 13,1 0,3 2,4 23,3 0,5 1,9
Geslacht: Vrouwen Bovengrens 95%-interval 2024 16,8 0,3 2,1 4,3 4,9 12,9 16,6 0,5 3,0 27,4 0,6 2,2
Leeftijd: 0 tot 4 jaar Waarde 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 0 tot 4 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 0 tot 4 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 4 tot 12 jaar Waarde 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 4 tot 12 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 4 tot 12 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 12 tot 16 jaar Waarde 2024 5,6 0,1 . 1,7 2,0 3,2 . . . . . .
Leeftijd: 12 tot 16 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 3,9 0,0 . 0,9 1,1 1,9 . . . . . .
Leeftijd: 12 tot 16 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 8,2 0,1 . 3,4 3,6 5,4 . . . . . .
Leeftijd: 16 tot 20 jaar Waarde 2024 6,3 0,1 . 3,8 2,4 2,1 . . . . . .
Leeftijd: 16 tot 20 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 4,2 0,1 . 2,2 1,3 1,1 . . . . . .
Leeftijd: 16 tot 20 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 9,3 0,2 . 6,5 4,5 4,1 . . . . . .
Leeftijd: 20 tot 30 jaar Waarde 2024 3,7 0,1 . 1,8 1,6 1,4 . . . . . .
Leeftijd: 20 tot 30 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 2,7 0,0 . 1,1 1,0 0,8 . . . . . .
Leeftijd: 20 tot 30 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 5,1 0,1 . 2,9 2,7 2,3 . . . . . .
Leeftijd: 30 tot 40 jaar Waarde 2024 6,1 0,1 . 2,7 1,5 2,9 . . . . . .
Leeftijd: 30 tot 40 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 4,7 0,1 . 1,8 0,9 2,0 . . . . . .
Leeftijd: 30 tot 40 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 7,8 0,1 . 4,0 2,6 4,2 . . . . . .
Leeftijd: 40 tot 50 jaar Waarde 2024 10,5 0,2 . 3,5 4,3 6,5 . . . . . .
Leeftijd: 40 tot 50 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 8,7 0,2 . 2,4 3,2 5,0 . . . . . .
Leeftijd: 40 tot 50 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 12,8 0,3 . 4,9 5,9 8,3 . . . . . .
Leeftijd: 50 tot 55 jaar Waarde 2024 16,1 0,3 . 4,0 6,3 9,5 . . . . . .
Leeftijd: 50 tot 55 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 13,2 0,2 . 2,5 4,5 7,2 . . . . . .
Leeftijd: 50 tot 55 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 19,6 0,4 . 6,1 8,7 12,5 . . . . . .
Leeftijd: 55 tot 65 jaar Waarde 2024 14,0 0,3 1,9 3,2 3,3 10,9 7,7 0,2 . 15,5 0,2 1,6
Leeftijd: 55 tot 65 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 12,2 0,2 1,7 2,3 2,4 9,2 6,3 0,1 . 13,6 0,2 1,5
Leeftijd: 55 tot 65 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 16,1 0,3 2,1 4,3 4,5 12,8 9,4 0,2 . 17,7 0,3 1,8
Leeftijd: 65 tot 75 jaar Waarde 2024 18,8 0,4 1,9 3,9 4,1 14,9 10,5 0,3 2,5 19,0 0,4 1,9
Leeftijd: 65 tot 75 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 16,7 0,3 1,7 2,9 3,1 13,0 8,9 0,2 2,1 16,9 0,3 1,7
Leeftijd: 65 tot 75 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 21,1 0,4 2,0 5,1 5,4 17,0 12,4 0,3 2,9 21,3 0,4 2,0
Leeftijd: 75 jaar of ouder Waarde 2024 33,0 0,7 2,1 10,9 7,1 26,3 20,1 0,6 2,9 32,7 0,7 2,2
Leeftijd: 75 jaar of ouder Ondergrens 95%-interval 2024 30,0 0,6 1,9 9,0 5,6 23,5 17,5 0,5 2,5 29,7 0,6 2,0
Leeftijd: 75 jaar of ouder Bovengrens 95%-interval 2024 36,2 0,8 2,3 13,1 9,1 29,4 22,9 0,7 3,3 36,0 0,8 2,4
Leeftijd: 0 tot 12 jaar Waarde 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 0 tot 12 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 0 tot 12 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 . . . . . . . . . . . .
Leeftijd: 12 tot 18 jaar Waarde 2024 5,7 0,1 . 2,5 2,0 2,5 . . . . . .
Leeftijd: 12 tot 18 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 4,2 0,1 . 1,5 1,2 1,5 . . . . . .
Leeftijd: 12 tot 18 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 7,9 0,1 . 4,1 3,4 4,0 . . . . . .
Leeftijd: 18 jaar of ouder Waarde 2024 13,3 0,3 2,0 3,9 3,7 9,4 11,9 0,3 2,6 21,2 0,4 1,9
Leeftijd: 18 jaar of ouder Ondergrens 95%-interval 2024 12,5 0,2 1,9 3,5 3,2 8,7 10,8 0,3 2,4 19,9 0,4 1,8
Leeftijd: 18 jaar of ouder Bovengrens 95%-interval 2024 14,2 0,3 2,0 4,4 4,2 10,1 13,1 0,3 2,8 22,7 0,4 2,0
Herkomstland: Nederland Waarde 2024 11,1 0,2 1,8 3,1 2,7 7,9 11,1 0,3 2,4 19,7 0,4 1,9
Herkomstland: Nederland Ondergrens 95%-interval 2024 10,4 0,2 1,7 2,7 2,3 7,3 9,9 0,2 2,2 18,3 0,3 1,8
Herkomstland: Nederland Bovengrens 95%-interval 2024 11,9 0,2 1,9 3,6 3,2 8,6 12,3 0,3 2,7 21,2 0,4 2,0
Herkomstland: Europa (excl. Nederland) Waarde 2024 12,4 0,3 . 4,4 3,8 7,3 11,4 0,3 . 23,0 0,5 .
Herkomstland: Europa (excl. Nederland) Ondergrens 95%-interval 2024 10,1 0,2 . 3,1 2,6 5,5 8,0 0,1 . 18,0 0,3 .
Herkomstland: Europa (excl. Nederland) Bovengrens 95%-interval 2024 15,1 0,3 . 6,3 5,6 9,4 16,0 0,4 . 29,1 0,6 .
Herkomstland: Buiten-Europa Waarde 2024 19,3 0,4 2,2 6,5 6,7 13,2 18,9 0,6 . 32,1 0,7 .
Herkomstland: Buiten-Europa Ondergrens 95%-interval 2024 17,1 0,4 2,0 5,2 5,3 11,3 14,7 0,4 . 27,0 0,5 .
Herkomstland: Buiten-Europa Bovengrens 95%-interval 2024 21,8 0,5 2,4 8,2 8,3 15,3 23,9 0,8 . 37,7 0,8 .
Herkomst: geboren in Nederland Waarde 2024 11,2 0,2 1,9 3,2 2,8 7,9 11,0 0,3 2,4 19,8 0,4 1,9
Herkomst: geboren in Nederland Ondergrens 95%-interval 2024 10,5 0,2 1,8 2,8 2,5 7,3 9,9 0,2 2,2 18,4 0,3 1,8
Herkomst: geboren in Nederland Bovengrens 95%-interval 2024 12,0 0,2 1,9 3,7 3,3 8,5 12,2 0,3 2,7 21,2 0,4 2,0
Herkomst: geb. in NL, ouders in NL Waarde 2024 11,1 0,2 1,8 3,1 2,7 7,9 11,1 0,3 2,4 19,7 0,4 1,9
Herkomst: geb. in NL, ouders in NL Ondergrens 95%-interval 2024 10,4 0,2 1,7 2,7 2,3 7,3 9,9 0,2 2,2 18,3 0,3 1,8
Herkomst: geb. in NL, ouders in NL Bovengrens 95%-interval 2024 11,9 0,2 1,9 3,6 3,2 8,6 12,3 0,3 2,7 21,2 0,4 2,0
Herkomst: geb. in NL, ouder(s) buiten NL Waarde 2024 12,0 0,2 2,0 4,2 3,5 7,7 10,0 0,2 . 21,0 0,4 .
Herkomst: geb. in NL, ouder(s) buiten NL Ondergrens 95%-interval 2024 9,8 0,2 1,7 3,0 2,4 6,0 6,6 0,1 . 15,9 0,3 .
Herkomst: geb. in NL, ouder(s) buiten NL Bovengrens 95%-interval 2024 14,5 0,3 2,3 5,8 5,1 9,8 14,7 0,4 . 27,1 0,5 .
Herkomst: geb. in NL, ouder(s) in Europa Waarde 2024 14,1 0,3 . 5,5 4,3 8,7 13,2 0,3 . 25,6 0,5 .
Herkomst: geb. in NL, ouder(s) in Europa Ondergrens 95%-interval 2024 10,7 0,2 . 3,5 2,5 6,0 8,3 0,1 . 18,6 0,3 .
Herkomst: geb. in NL, ouder(s) in Europa Bovengrens 95%-interval 2024 18,5 0,4 . 8,6 7,2 12,3 20,4 0,5 . 34,1 0,7 .
Herkomst: geb. NL, ouder(s) buit. Europa Waarde 2024 10,8 0,2 . 3,5 3,1 7,2 5,7 0,1 . 15,0 0,2 .
Herkomst: geb. NL, ouder(s) buit. Europa Ondergrens 95%-interval 2024 8,3 0,1 . 2,1 1,8 5,1 2,5 0,0 . 8,7 0,1 .
Herkomst: geb. NL, ouder(s) buit. Europa Bovengrens 95%-interval 2024 14,0 0,3 . 5,6 5,2 9,9 12,6 0,3 . 24,8 0,4 .
Herkomst: geboren buiten Nederland Waarde 2024 20,2 0,4 2,2 6,9 7,1 13,5 19,1 0,6 . 32,5 0,7 2,1
Herkomst: geboren buiten Nederland Ondergrens 95%-interval 2024 17,8 0,4 2,0 5,4 5,7 11,5 15,1 0,4 . 27,6 0,5 1,8
Herkomst: geboren buiten Nederland Bovengrens 95%-interval 2024 22,9 0,5 2,4 8,7 8,9 15,7 23,9 0,8 . 37,9 0,8 2,4
Herkomst: geboren in Europa (excl. NL) Waarde 2024 11,2 0,2 . 3,7 3,5 6,3 9,6 0,2 . 20,6 0,4 .
Herkomst: geboren in Europa (excl. NL) Ondergrens 95%-interval 2024 8,4 0,1 . 2,1 2,0 4,2 5,5 0,0 . 13,7 0,2 .
Herkomst: geboren in Europa (excl. NL) Bovengrens 95%-interval 2024 14,8 0,3 . 6,2 5,9 9,3 16,4 0,5 . 29,7 0,6 .
Herkomst: geboren buiten Europa Waarde 2024 24,6 0,6 2,3 8,4 8,9 17,0 23,0 0,8 . 37,5 0,8 .
Herkomst: geboren buiten Europa Ondergrens 95%-interval 2024 21,5 0,5 2,0 6,5 6,9 14,3 17,8 0,5 . 31,3 0,6 .
Herkomst: geboren buiten Europa Bovengrens 95%-interval 2024 28,1 0,7 2,5 10,9 11,4 20,1 29,2 1,0 . 44,1 1,0 .
Positie: alleenstaande <40 jaar Waarde 2024 5,2 0,1 . 2,3 1,6 2,4 . . . . . .
Positie: alleenstaande <40 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 3,5 0,0 . 1,3 0,7 1,4 . . . . . .
Positie: alleenstaande <40 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 7,6 0,1 . 4,2 3,2 4,3 . . . . . .
Positie: alleenstaande 40 tot 65 jaar Waarde 2024 17,7 0,3 . 4,3 5,3 13,4 11,7 0,2 . 24,3 0,4 .
Positie: alleenstaande 40 tot 65 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 14,5 0,2 . 2,8 3,5 10,6 8,3 0,1 . 19,4 0,3 .
Positie: alleenstaande 40 tot 65 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 21,5 0,4 . 6,5 7,9 16,8 16,3 0,3 . 30,0 0,5 .
Positie: alleenstaande >=65 jaar Waarde 2024 34,3 0,7 2,1 8,8 7,7 29,8 21,3 0,6 2,6 35,3 0,7 1,9
Positie: alleenstaande >=65 jaar Ondergrens 95%-interval 2024 30,7 0,6 2,0 6,8 5,8 26,3 18,2 0,4 2,2 31,6 0,6 1,7
Positie: alleenstaande >=65 jaar Bovengrens 95%-interval 2024 38,2 0,8 2,3 11,4 10,2 33,6 24,7 0,7 3,0 39,1 0,8 2,1
Positie: kind <18 jaar, eenoudergezin Waarde 2024 6,2 0,1 . 0,9 0,9 6,2 . . . . . .
Positie: kind <18 jaar, eenoudergezin Ondergrens 95%-interval 2024 2,7 0,0 . 0,1 0,1 2,7 . . . . . .
Positie: kind <18 jaar, eenoudergezin Bovengrens 95%-interval 2024 13,4 0,2 . 6,4 6,4 13,4 . . . . . .
Positie: kind >= 18 jaar eenoudergezin Waarde 2024 1,7 0,0 . 0,0 0,7 1,0 . . . . . .
Positie: kind >= 18 jaar eenoudergezin Ondergrens 95%-interval 2024 0,4 0,0 . 0,0 0,1 0,1 . . . . . .
Positie: kind >= 18 jaar eenoudergezin Bovengrens 95%-interval 2024 6,5 0,1 . . 5,0 6,4 . . . . . .
Positie: kind <18 jaar bij paar Waarde 2024 5,0 0,1 . 2,7 1,8 1,5 . . . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de ervaren gezondheid en medische contacten van de Nederlandse bevolking vanaf 0 jaar in particuliere huishoudens. De cijfers kunnen worden uitgesplitst naar diverse persoonskenmerken.
Voor enkele onderwerpen geldt een afwijkende leeftijdsafbakening. Deze leeftijden worden bij de betreffende onderwerpen vermeld.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2014

Status van de cijfers: definitief

Wijzigingen per 19 maart 2025
Cijfers over de periode 2024 werden toegevoegd.
De tabel werd uitgebreid met een aantal nieuwe variabelen.
Naast het percentage mensen met een (zeer) goede ervaren gezondheid wordt nu ook het percentage mensen dat "gaat wel" en (zeer) slecht antwoordt op de vraag naar ervaren gezondheid weergegeven.
Ook voor ervaren mondgezondheid is het percentage mensen dat "gaat wel" en (zeer) slecht antwoordt op de vraag naar ervaren mondgezondheid toegevoegd. Daarnaast is informatie over mondklachten (tand- of kiespijn en bloedend tandvlees) voor personen van 12 jaar of ouder toegevoegd. Voor mensen van 65 jaar of ouder is informatie over functionele klachten toegevoegd (kauwen van voedsel en doorslikken van voedsel).
Informatie over het poetsen van tanden/kiezen en informatie over flossen, stoken, ragen voor personen van 1 jaar of ouder is toegevoegd. Tenslotte is er een variabele “Contact tandarts en/of mondhygiënist ” toegevoegd en wordt ‘Contact mondhygiënist’ weergegeven voor de hele bevolking en niet meer vanaf 12 jaar of ouder.
Cijfers over het gemiddeld aantal ‘OESO-beperkingen per persoon in de bevolking’ en over het gemiddeld aantal ‘OESO- beperkingen per persoon met minstens 1 beperking’ voor onderwijsniveau, inkomen en vermogen in 2014 werden verbeterd.

Wijzigingen per 10 september 2024
De onderwerpmap ‘Mental Health Inventory (MHI-5), 12 plus’ werd toegevoegd. Binnen deze map staan twee onderwerpen. Ten eerste het nieuwe onderwerp ‘angst- of depressiegevoelens, afg 4 wk’. Ten tweede het onderwerp ‘psychische klachten, afgelopen 4 weken’. Dit laatste onderwerp was eerder in deze tabel te vinden onder de naam ‘psychische klachten (MHI-5<60), 12 plus’.
Verder werd onder de map ‘beperkingen’ de submap ‘personen met GALI-beperking, 4 jaar of ouder’ toegevoegd. In die submap zijn drie onderwerpen te vinden. Ten eerste het onderwerp ‘GALI-beperking’. Dit betreft de cijfers die eerder rechtstreeks onder de map ‘beperkingen’ waren te vinden onder de naam ‘Personen met GALI beperking, 4 of ouder’. Ten tweede het nieuwe onderwerp ‘GALI beperking, ernstig’. En ten derde het nieuwe onderwerp ‘GALI beperking, niet ernstig’.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In maart 2026 verschijnen de cijfers over verslagjaar 2025.

Toelichting onderwerpen

Beperkingen
Beperkingen
Er worden 3 indicatoren voor lichamelijke beperkingen berekend:
a De OESO-indicator voor personen van 12 jaar of ouder en
b De ADL-indicator voor personen vanaf 55 jaar en.
c de iADL-indicator voor personen vanaf 55 jaar.
Daarnaast wordt een globale vraag over beperkingen gesteld (GALI-indicator).
Beperkingen OESO, 12 jaar of ouder
De OESO-indicator (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) is gebaseerd op de volgende 7 vragen over vaardigheden die mensen normaal kunnen doen, zo nodig met hulpmiddelen zoals een bril of hoorapparaat. Het gaat niet om tijdelijke problemen.
1. Een gesprek volgen in een groep van drie of meer personen (zo nodig met hoorapparaat)
2. Met één andere persoon een gesprek voeren (zo nodig met hoorapparaat)
3. Kleine letters in de krant lezen (zo nodig met bril of contactlenzen)
4. Op een afstand van 4 meter het gezicht van iemand herkennen (zo nodig met bril of contactlenzen)
5. Een voorwerp van 5 kilo, bijv. een volle boodschappentas 10 meter dragen
6. Rechtop staand kunnen bukken en iets van de grond oppakken
7. 400 meter aan een stuk lopen zonder stil te staan (zo nodig met stok)
Antwoordcategorieën op deze vragen zijn: zonder moeite; met enige moeite; met grote moeite; kan niet. Deze vragen worden gesteld aan personen van 12 jaar of ouder.
Personen met minstens 1 beperking
Percentage personen met minstens 1 OESO-beperking. Een respondent heeft een beperking als hij of zij op minstens één van de 7 vragen met 'kan niet' of 'met grote moeite' antwoordt.
Beperkingen per persoon
Het gemiddeld aantal OESO-beperkingen per persoon in de bevolking van 12 jaar of ouder, gemeten met behulp van de OESO-indicator.
Beperkingen per persoon met beperking
Het gemiddeld aantal OESO- beperkingen per persoon met minstens 1 beperking, gemeten met behulp van de OESO-indicator.
Personen met beperking in horen
Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens 1 van de 2 vragen naar beperkingen in horen (volgens de OESO indicator).
Personen met beperking in zien
Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens 1 van de 2 vragen naar beperkingen in zien (volgens de OESO indicator).
Personen met beperking in bewegen
Percentage personen van 12 jaar of ouder met de antwoordcategorie 'ja, met grote moeite' of 'nee, dat kan ik niet' op minstens 1 van de 3 vragen naar beperkingen in bewegen (volgens de OESO indicator).
Beperkingen ADL, 55 jaar of ouder
De ADL-indicator (Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen) is gebaseerd op vragen over de volgende 11 verrichtingen:
1. Gaan zitten en opstaan uit een stoel
2. In- en uit bed stappen
3. De trap op- en aflopen
4. Eten en drinken
5. Aan- en uitkleden
6. Het gezicht en de handen wassen
7. In bad gaan of douchen
8. Van het toilet gebruik maken
9. Zich verplaatsen naar een andere kamer op dezelfde verdieping
10. De woning verlaten en binnengaan
11. Zich verplaatsen buitenshuis
De 4 antwoordcategorieën op deze vragen zijn: zonder moeite; met enige moeite; met grote moeite; alleen met hulp van anderen. De eerste drie vragen kennen een 5e antwoordcategorie: zelfs niet met hulp van anderen. Deze vragen worden gesteld aan personen van 55 jaar of ouder.
Personen met minstens 1 beperking
Percentage personen van 55 jaar of ouder met minstens 1 ADL-beperking. Een respondent heeft een beperking als hij of zij op minstens één van de 11 vragen met 'kan niet' of 'met grote moeite' of ‘zelfs niet met hulp van anderen’ antwoordt.
Beperkingen per persoon
Het gemiddeld aantal ADL-beperkingen per persoon in de bevolking van 55 jaar of ouder, gemeten met behulp van de ADL-indicator.
Beperkingen per persoon met beperking
Het gemiddeld aantal ADL-beperkingen per persoon met minstens 1 beperking, gemeten met behulp van de ADL-indicator.
Beperkingen IADL, 55 jaar of ouder
De IADL (instrumentele algemene dagelijkse levensverrichtingen) vraagt naar huishoudelijke activiteiten waar sommige mensen moeite mee kunnen hebben als gevolg van gezondheidsproblemen. De IADL-indicator is gebaseerd op vragen over de volgende 7 verrichtingen:
1. Maaltijden bereiden
2. Telefoneren
3. Boodschappen doen
4. Op tijd de juiste medicijnen innemen
5. Licht huishoudelijk werk
6. Zwaar huishoudelijk werk
7. Het bijhouden van geldzaken en dagelijkse administratie
De 5 antwoordcategorieën op deze vragen zijn: zonder moeite; met enige moeite; met grote moeite; kan ik niet; niet van toepassing / heb ik nooit gedaan of hoeven doen. Deze vragen worden gesteld aan personen van 55 jaar of ouder.
Personen met minstens 1 beperking
Percentage personen van 55 jaar of ouder met minstens 1 IADL-beperking. Een respondent heeft een beperking als hij of zij op minstens één van de 7 vragen met 'kan niet' of 'met grote moeite' antwoordt.
Beperkingen per persoon
Het gemiddeld aantal IADL-beperkingen per persoon in de bevolking van 55 jaar of ouder, gemeten met behulp van de IADL-indicator.
Beperkingen per persoon met beperking
Het gemiddeld aantal IADL-beperkingen per persoon met minstens 1 beperking, gemeten met behulp van de IADL-indicator.