Landbouw; gewassen, dieren en grondgebruik naar gemeente

Landbouw; gewassen, dieren en grondgebruik naar gemeente

Regio's Perioden Tuinbouw overig Oppervlakte, hoeveelheid Paddenstoelenteelt Champignons (m2) Tuinbouw overig Oppervlakte, hoeveelheid Paddenstoelenteelt Substraatverbruik paddenstoelen (ton) Tuinbouw overig Aantal bedrijven Paddenstoelenteelt Paddenstoelenteelt, totaal (aantal) Tuinbouw overig Aantal bedrijven Paddenstoelenteelt Champignons (aantal) Tuinbouw overig Aantal bedrijven Paddenstoelenteelt Substraatverbruik paddenstoelen (aantal)
Nederland 2023 744.824 795.635 102 84 102
Noord-Nederland (LD) 2023 14.150 14.751 3 3 3
Oost-Nederland (LD) 2023 163.410 230.971 29 23 29
West-Nederland (LD) 2023 12.722 10.952 5 3 5
Zuid-Nederland (LD) 2023 554.542 538.961 65 55 65
Groningen (PV) 2023 4.725 2.406 1 1 1
Fryslân (PV) 2023 0 0 0 0 0
Drenthe (PV) 2023 9.425 12.345 2 2 2
Overijssel (PV) 2023 0 580 2 0 2
Flevoland (PV) 2023 0 0 0 0 0
Gelderland (PV) 2023 163.410 230.391 27 23 27
Utrecht (PV) 2023 0 0 0 0 0
Noord-Holland (PV) 2023 4.242 3.463 3 2 3
Zuid-Holland (PV) 2023 0 0 0 0 0
Zeeland (PV) 2023 8.480 7.489 2 1 2
Noord-Brabant (PV) 2023 293.936 281.995 45 37 45
Limburg (PV) 2023 260.606 256.966 20 18 20
Oost-Groningen (CR) 2023 0 0 0 0 0
Delfzijl en omgeving (CR) 2023 0 0 0 0 0
Overig Groningen (CR) 2023 4.725 2.406 1 1 1
Noord-Friesland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zuidwest-Friesland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zuidoost-Friesland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Noord-Drenthe (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zuidoost-Drenthe (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zuidwest-Drenthe (CR) 2023 9.425 12.345 2 2 2
Noord-Overijssel (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zuidwest-Overijssel (CR) 2023 0 0 0 0 0
Twente (CR) 2023 0 580 2 0 2
Veluwe (CR) 2023 0 0 0 0 0
Achterhoek (CR) 2023 0 0 0 0 0
Arnhem/Nijmegen (CR) 2023 0 125 2 0 2
Zuidwest-Gelderland (CR) 2023 163.410 230.266 25 23 25
Utrecht (CR) 2023 0 0 0 0 0
Kop van Noord-Holland (CR) 2023 4.092 3.425 1 1 1
Alkmaar en omgeving (CR) 2023 0 0 0 0 0
IJmond (CR) 2023 0 0 0 0 0
Agglomeratie Haarlem (CR) 2023 150 26 1 1 1
Zaanstreek (CR) 2023 0 0 0 0 0
Groot-Amsterdam (CR) 2023 0 12 1 0 1
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2023 0 0 0 0 0
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2023 0 0 0 0 0
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2023 0 0 0 0 0
Delft en Westland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Oost-Zuid-Holland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Groot-Rijnmond (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2023 0 1 1 0 1
Overig Zeeland (CR) 2023 8.480 7.488 1 1 1
West-Noord-Brabant (CR) 2023 33.354 27.715 4 4 4
Midden-Noord-Brabant (CR) 2023 25.120 25.120 4 4 4
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2023 158.314 152.843 26 19 26
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2023 77.148 76.317 11 10 11
Noord-Limburg (CR) 2023 236.605 238.554 15 14 15
Midden-Limburg (CR) 2023 23.936 18.396 4 3 4
Zuid-Limburg (CR) 2023 65 16 1 1 1
Flevoland (CR) 2023 0 0 0 0 0
Bouwhoek en Hogeland (LG) 2023 0 0 0 0 0
Veenkoloniën en Oldambt (LG) 2023 0 0 0 0 0
Noordelijk Weidegebied (LG) 2023 4.725 2.406 1 1 1
Oostelijk Veehouderijgebied (LG) 2023 9.425 13.050 6 2 6
Centraal Veehouderijgebied (LG) 2023 0 0 0 0 0
IJsselmeerpolders (LG) 2023 4.092 3.425 1 1 1
Westelijk Holland (LG) 2023 150 26 1 1 1
Waterland en Droogmakerijen (LG) 2023 0 12 1 0 1
Hollands/Utrechts Weidegebied (LG) 2023 0 0 0 0 0
Rivierengebied (LG) 2023 163.410 230.266 25 23 25
Zuidwestelijk Akkerbouwgebied (LG) 2023 21.480 19.879 4 3 4
Zuidwest-Brabant (LG) 2023 20.354 15.325 2 2 2
Zuidelijk Veehouderijgebied (LG) 2023 521.123 511.230 60 50 60
Zuid-Limburg (LG) 2023 65 16 1 1 1
De Marne (LB) 2023
Centraal Weidegebied in Groningen (LB) 2023 0 0 0 0 0
Oostelijke Bouwstreek in Groningen (LB) 2023 0 0 0 0 0
Westerwolde en Gron. Veenkoloniën (LB) 2023 0 0 0 0 0
Groninger zuidelijk Westerkwartier (LB) 2023 4.725 2.406 1 1 1
Oostelijk Hogeland (LB) 2023 0 0 0 0 0
Noordelijk Friesland (LB) 2023 0 0 0 0 0
Weidestreek in Friesland (LB) 2023 0 0 0 0 0
De Wouden (LB) 2023 0 0 0 0 0
Eilanden (LB) 2023 0 0 0 0 0
Weidegebied van het Noorderveld (LB) 2023 0 0 0 0 0
Smilde en Centr. Zandgebied in Dr. (LB) 2023 0 0 0 0 0
Zuidw. Weidegebied in Drenthe (LB) 2023 0 0 0 0 0
Zuidelijk Zandgebied in Drenthe (LB) 2023 9.425 12.345 2 2 2
Drentse Veenkoloniën en Hondsrug (LB) 2023 0 0 0 0 0
Weidegebied in Overijssel (LB) 2023 0 0 0 0 0
Noordoost-Overijssel (LB) 2023 0 0 0 0 0
Twente (LB) 2023 0 580 2 0 2
Salland (LB) 2023 0 0 0 0 0
Noordoostelijke Polder (LB) 2023 0 0 0 0 0
Zuidelijke IJsselmeerpolders (LB) 2023 0 0 0 0 0
Oostelijke Veluwe (LB) 2023 0 0 0 0 0
IJsselstreek (LB) 2023 0 0 0 0 0
Zuidelijk Gelderland (LB) 2023 0 125 2 0 2
Oostelijke Betuwe en Nijmegen (LB) 2023 0 0 0 0 0
Veluwezoom en Betuwe (LB) 2023 0 0 0 0 0
Bommelerwaard (LB) 2023 163.410 230.266 25 23 25
Westelijke Veluwe (LB) 2023 0 0 0 0 0
Achterhoek (LB) 2023 0 0 0 0 0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens vanaf gemeenteniveau over grondgebruik, akkerbouw, tuinbouw, grasland, graasdieren en hokdieren. Voor alle onderwerpen wordt zowel het telgegeven (oppervlakte, aantal dieren), als het bijbehorend aantal bedrijven gepresenteerd.

De gegevens voor deze tabel komen uit de landbouwtelling. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet.

De regionale indeling van de Landbouwtelling is gebaseerd op het hoofdvestigingsadres. Hierdoor kan de regio, waaraan de landbouwactiviteiten (houden van dieren, teelt van gewassen) worden toegerekend, afwijken van de plaats waar deze activiteiten daadwerkelijk plaatsvinden.

De peildatum voor het aantal dieren is 1 april; de peildatum voor de gewassen is 15 mei.

In 2022 maken paarden, pony’s en ezels geen onderdeel uit van de Landbouwtelling. Dit heeft invloed op de bedrijfstypering en het totaal aantal landbouwbedrijven in de Landbouwtelling. Bedrijven met paarden en pony's die eerder ingedeeld werden bij 'paard -en ponybedrijven' worden in 2022, als er naast het houden van paarden en pony's ook nog landbouwactiviteiten zijn, ingedeeld bij een ander bedrijfstype. Dit heeft met name effect op graasdierbedrijven en 'akkerbouwbedrijven met vooral voedergewassen', hier treedt een duidelijke trendbreuk op.

Met ingang van 2018 wordt het aantal vleeskalveren, vleesvarkens, kippen en kalkoenen bijgesteld bij tijdelijke leegstand op de peildatum. Voor de bijstelling wordt gebruik gemaakt van de opgave van voorgaand jaar.

De Landbouwtelling is een structuur enquête, daarin is een bijstelling bij tijdelijke leegstand o.a. van belang voor de bepaling van het bedrijfstype en de economische omvang van de bedrijven.
Bij de omvang van de veestapels is het aantal dieren op de peildatum van belang, daarom worden de dieraantallen in de veestapeltabellen niet bijgesteld bij tijdelijke leegstand.
Als gevolg hiervan kunnen er verschillen optreden tussen de dieraantallen in de Landbouwtellingstabellen en de veestapeltabellen (zie ‘koppeling naar relevante tabellen en artikelen’).

Met ingang van 2017 worden de dieraantallen in toenemende mate afgeleid uit I&R registers (Identificatie en Registratie van dieren), in plaats van d.m.v. directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave. De I&R registers vallen onder verantwoordelijkheid van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland). Sinds 2017 worden de rundvee aantallen afgeleid uit I&R-rund, en vanaf 2018 worden ook schapen, geiten en pluimvee afgeleid uit de betreffende I&R registers. De registratie van rundvee, schapen en geiten vindt rechtstreeks bij RVO plaats. Pluimvee gegevens worden ingewonnen via de aangewezen databank Koppel Informatiesysteem Pluimvee (KIP) van Avined. Avined is een brancheorganisatie voor de eier- en pluimveevleessector. Avined geeft de gegevens door aan de centrale database van RVO.nl. Door de overgang naar het gebruik van I&R registers treedt er voor schapen en geiten vanaf 2018 een wijziging in de indeling op.

Met ingang van 2016 wordt voor de afbakening van de Landbouwtelling gebruik gemaakt van informatie uit het Handelsregister. Inschrijving in het Handelsregister met een agrarische SBI (Standaard BedrijfsIndeling) is leidend bij de bepaling of er sprake is van een landbouwbedrijf. Met deze afbakening wordt zo nauw mogelijk aangesloten bij de statistische verordeningen van Eurostat en de (Nederlandse) implementatie van het begrip 'actieve landbouwer' uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).

De afbakening van de Landbouwtelling op basis van informatie uit het Handelsregister heeft vooral invloed op het aantal bedrijven, hier treedt een duidelijke trendbreuk op. De invloed op arealen (behalve bij niet-cultuurgrond en natuurlijk grasland) en de dieraantallen (behalve bij schapen, en paarden en pony's) zijn beperkt. Dit heeft met name te maken met het soort bedrijven dat bij de nieuwe afbakening wordt uitgesloten (zoals maneges, kinderboerderijen en natuurbeheer organisaties).

Met ingang van 2011 zijn er wijzigingen doorgevoerd in de geografische toedeling van bedrijven met hoofdvestiging in het buitenland. Dit kan met name in de grensgebieden invloed hebben op de regionale cijfers.

Met ingang van 2010 wordt een nieuwe norm voor de economische omvang van bedrijven en een nieuwe bedrijfstypering gehanteerd. Tot en met 2009 werd de economische omvang van agrarische bedrijven uitgedrukt in NGE (Nederlandse Grootte-Eenheid). Met ingang van 2010 is dit vervangen door SO (Standaard Opbrengst). Hierdoor wijzigt de ondergrens voor opname van bedrijven in de publicatie van de Landbouwtelling van 3 nge in 3000 euro SO.
Voor vergelijkbaarheid in de tijd zijn de gegevens van 2000 tot en met 2009 herberekend op basis van SO-normen en -indelingen. SO-normen worden om de drie jaar geactualiseerd. De meest recente actualisatie vond plaats in 2016; bij de herberekening zijn de SO-normen uit 2010 gehanteerd.

Status van de cijfers: De cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 29 maart 2024: de definitieve cijfers van 2023 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Volgens de reguliere planning verschijnen in november de voorlopige cijfers en in maart van het jaar daarna volgen de definitieve cijfers.

Toelichting onderwerpen

Tuinbouw overig
Tuinbouw overig omvat de teelten waarvoor geen grond wordt gebruikt (paddenstoelenteelt, bollenbroei, witloftrek).
Oppervlakte, hoeveelheid
Paddenstoelenteelt
Champignons
Gegeven is de oppervlakte van de geoogste cellen (= oppervlakte van de cellen na aftrek van de paden, vermenigvuldigd met het aantal lagen van de teeltbakken).
Substraatverbruik paddenstoelen
Eetbare paddenstoelen, bijvoorbeeld oesterzwammen, shii-take.
_
Met ingang van 2011 inclusief champignons.
_
Gegeven is het substraatverbruik (bijvoorbeeld stro of zaagsel), niet de productie.
Aantal bedrijven
Let op:
De som van onderliggende delen kan groter zijn dan het totaal voor de hele groep, omdat bij een bedrijf meerdere activiteiten (houden van dieren, teelt van gewassen) kunnen voorkomen (zo’n bedrijf telt mee voor iedere afzonderlijke activiteit, maar slechts eenmaal in het totaal).
Paddenstoelenteelt
Paddenstoelenteelt, totaal
Champignons
Gegeven is de oppervlakte van de geoogste cellen (= oppervlakte van de cellen na aftrek van de paden, vermenigvuldigd met het aantal lagen van de teeltbakken).
Substraatverbruik paddenstoelen
Eetbare paddenstoelen, bijvoorbeeld oesterzwammen, shii-take.
_
Met ingang van 2011 inclusief champignons.