Regionale kerncijfers Nederland
Regio's | Perioden | Bevolking Particuliere huishoudens Particuliere huishoudens Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen (aantal) | Bevolking Particuliere huishoudens Particuliere huishoudens, relatief Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen (%) | Inkomen en vermogen Inkomen van particuliere huishoudens Gemiddeld besteedbaar inkomen Type: Paar, zonder kind (1 000 euro) | Inkomen en vermogen Inkomen van particuliere huishoudens Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen Type: Paar, zonder kind (1 000 euro) | Inkomen en vermogen Mediaan vermogen huishoudens Type: Paar, zonder kind (1 000 euro) |
---|---|---|---|---|---|---|
Nederland | 2024 | |||||
Noord-Nederland (LD) | 2024 | |||||
Oost-Nederland (LD) | 2024 | |||||
West-Nederland (LD) | 2024 | |||||
Zuid-Nederland (LD) | 2024 | |||||
Groningen (PV) | 2024 | |||||
Fryslân (PV) | 2024 | |||||
Drenthe (PV) | 2024 | |||||
Overijssel (PV) | 2024 | |||||
Flevoland (PV) | 2024 | |||||
Gelderland (PV) | 2024 | |||||
Utrecht (PV) | 2024 | |||||
Noord-Holland (PV) | 2024 | |||||
Zuid-Holland (PV) | 2024 | |||||
Zeeland (PV) | 2024 | |||||
Noord-Brabant (PV) | 2024 | |||||
Limburg (PV) | 2024 | |||||
Oost-Groningen (CR) | 2024 | |||||
Delfzijl en omgeving (CR) | 2024 | |||||
Overig Groningen (CR) | 2024 | |||||
Noord-Friesland (CR) | 2024 | |||||
Zuidwest-Friesland (CR) | 2024 | |||||
Zuidoost-Friesland (CR) | 2024 | |||||
Noord-Drenthe (CR) | 2024 | |||||
Zuidoost-Drenthe (CR) | 2024 | |||||
Zuidwest-Drenthe (CR) | 2024 | |||||
Noord-Overijssel (CR) | 2024 | |||||
Zuidwest-Overijssel (CR) | 2024 | |||||
Twente (CR) | 2024 | |||||
Veluwe (CR) | 2024 | |||||
Achterhoek (CR) | 2024 | |||||
Arnhem/Nijmegen (CR) | 2024 | |||||
Zuidwest-Gelderland (CR) | 2024 | |||||
Utrecht (CR) | 2024 | |||||
Kop van Noord-Holland (CR) | 2024 | |||||
Alkmaar en omgeving (CR) | 2024 | |||||
IJmond (CR) | 2024 | |||||
Agglomeratie Haarlem (CR) | 2024 | |||||
Zaanstreek (CR) | 2024 | |||||
Groot-Amsterdam (CR) | 2024 | |||||
Het Gooi en Vechtstreek (CR) | 2024 | |||||
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) | 2024 | |||||
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) | 2024 | |||||
Delft en Westland (CR) | 2024 | |||||
Oost-Zuid-Holland (CR) | 2024 | |||||
Groot-Rijnmond (CR) | 2024 | |||||
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) | 2024 | |||||
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) | 2024 | |||||
Overig Zeeland (CR) | 2024 | |||||
West-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||
Midden-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||
Noordoost-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) | 2024 | |||||
Noord-Limburg (CR) | 2024 | |||||
Midden-Limburg (CR) | 2024 | |||||
Zuid-Limburg (CR) | 2024 | |||||
Flevoland (CR) | 2024 | |||||
Aa en Hunze | 2024 | |||||
Aalburg | 2024 | |||||
Aalsmeer | 2024 | |||||
Aalten | 2024 | |||||
Ter Aar | 2024 | |||||
Aarle-Rixtel | 2024 | |||||
Abcoude | 2024 | |||||
Achtkarspelen | 2024 | |||||
Akersloot | 2024 | |||||
Alblasserdam | 2024 | |||||
Albrandswaard | 2024 | |||||
Alkemade | 2024 | |||||
Alkmaar | 2024 | |||||
Almelo | 2024 | |||||
Almere | 2024 | |||||
Alphen aan den Rijn | 2024 | |||||
Alphen en Riel | 2024 | |||||
Alphen-Chaam | 2024 | |||||
Altena | 2024 | |||||
Ambt Delden | 2024 | |||||
Ambt Montfort | 2024 | |||||
Ameland | 2024 | |||||
Amerongen | 2024 | |||||
Amersfoort | 2024 | |||||
Ammerzoden | 2024 | |||||
Amstelveen | 2024 | |||||
Amsterdam | 2024 | |||||
Andijk | 2024 | |||||
Angerlo | 2024 | |||||
Anloo | 2024 | |||||
Anna Paulowna | 2024 | |||||
Apeldoorn | 2024 | |||||
Appingedam | 2024 | |||||
Arcen en Velden | 2024 | |||||
Arnemuiden | 2024 | |||||
Arnhem | 2024 | |||||
Assen | 2024 | |||||
Asten | 2024 | |||||
Avereest | 2024 | |||||
Axel | 2024 | |||||
Baarle-Nassau | 2024 | |||||
Baarn | 2024 | |||||
Bakel en Milheeze | 2024 | |||||
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
In deze tabel zijn voor een groot aantal onderwerpen de belangrijkste statistische gegevens weergegeven voor diverse regionale indelingen.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1995.
Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief tenzij is aangegeven in de toelichting bij 'perioden' of 'onderwerp' dat ze voorlopig of nader voorlopig zijn.
Het CBS gaat over op een nieuwe indeling van de bevolking naar herkomst. Voortaan is meer bepalend waar iemand zelf geboren is, naast waar iemands ouders geboren zijn. Daarbij wordt het woord migratieachtergrond niet meer gebruikt. De hoofdindeling westers/niet-westers wordt vervangen door een indeling op basis van werelddelen en veelvoorkomende immigratielanden. Deze indeling wordt geleidelijk ingevoerd in tabellen en publicaties met bevolking naar herkomst.
Voor deze StatLinetabel is besloten dat de indeling naar migratieachtergrond niet meer wordt bijgewerkt vanaf 2023. De nieuwe indeling zal in deze tabel worden opgenomen worden als er voldoende jaren beschikbaar zijn voor een nieuwe reeks. Regionale cijfers naar herkomstland zijn onder meer te vinden in de tabellen 'Bevolking; herkomstland, geboorteland, leeftijd, regio, 1 januari' en 'Kerncijfers wijken en buurten 2023'. Koppelingen naar deze tabellen staan in paragraaf 3.
Wijzigingen per 8 april 2024:
Bevolking
Totale bevolking op 1 januari: de voorlopige cijfers van 2024 zijn toegevoegd.
Doodsoorzaken: de definitieve cijfers van 2022 zijn toegevoegd.
Landbouw
Mineralenuitscheiding en mestproductie: de definitieve cijfers van 2022 en de voorlopige cijfers van 2023 zijn toegevoegd.
Milieu
Afval van huishoudens: de definitieve cijfers van 2019 en de nader voorlopige cijfers van 2022 zijn toegevoegd.
Lokalisering
Lokalisering van gemeenten: de definitieve gegevens van 2024 zijn toegevoegd. De regionale eenheden (Politie) van 2024 worden in de tweede helft van dit jaar gepubliceerd.
Aantal gemeenten per regio: de definitieve gegevens van 2024 zijn toegevoegd.
Wijzigingen per 18 december 2023:
Correctie: Vanwege een wijziging in de brondata van de studieschulden zijn bij het onderwerp Vermogen de cijfers van 2019 en 2020 aangepast.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Juni 2024.
Toelichting onderwerpen
- Bevolking
- De geregistreerde bevolking van Nederland.
- Particuliere huishoudens
- Particuliere huishoudens bestaan uit één of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf, dus niet-bedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften.
Trendbreuk
Door de verbeterde waarneming van personen in institutionele huishoudens treedt vanaf 2014 een trendbreuk op in de ontwikkeling van het aantal eenpersoonshuishoudens/alleenstaanden. Circa 35 duizend personen die eerst voornamelijk als alleenstaanden getypeerd waren, verschuiven nu naar de institutionele huishoudens. Het aantal alleenstaanden steeg daardoor van 2013 op 2014 met maar duizend personen. Van 2012 op 2013 was die stijging nog 41 duizend personen. Ook de totale stijging van het aantal huishoudens liep als gevolg hiervan terug van 57 duizend van 2012 op 2013 naar 21 duizend van 2013 op 2014.
Vanaf 2011 is er voor de samenstelling van huishoudensgegevens gebruik gemaakt van een nieuwe productiemethode. In deze nieuwe methode worden voor het bepalen van de huishoudenssamenstelling naast de gegevens uit het gemeentelijke bevolkingsregister ook belastingdienstgegevens over samenwonende paren gebruikt. De uitkomsten op basis van de nieuwe methode sluiten goed aan op de voorgaande uitkomsten, maar er treden vanaf 2011 wel kleine verschuivingen op in het aantal huishoudens naar samenstelling.- Particuliere huishoudens
- Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen
- Meerpersoonshuishoudens zonder thuiswonende kinderen.
Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouder relatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Onder thuiswonende kinderen worden ook begrepen adoptie- en stiefkinderen, maar geen pleegkinderen.
- Particuliere huishoudens, relatief
- Meerpersoonshuishoudens zonder kinderen
- Meerpersoonshuishoudens zonder thuiswonende kinderen, als percentage van het totaal aantal particuliere huishoudens.
Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouder relatie heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Onder thuiswonende kinderen worden ook begrepen adoptie- en stiefkinderen, maar geen pleegkinderen.
- Inkomen en vermogen
- Inkomen en vermogen van huishoudens. De populatie bestaat uit alle particuliere huishoudens met bekend inkomen, waarbij studentenhuishoudens in deze tabel worden uitgesloten. Peildatum voor de populatie is 1 januari van het verslagjaar.
- Inkomen van particuliere huishoudens
- Besteedbaar inkomen van particuliere huishoudens (exclusief studentenhuishoudens).
Besteedbaar inkomen: het bruto-inkomen verminderd met betaalde inkomensoverdrachten, premies inkomensverzekeringen, premies ziektekostenverzekeringen en belastingen op inkomen en vermogen. Betaalde inkomensoverdrachten bestaan uit overdrachten tussen huishoudens zoals alimentatie betaald aan de ex-echtgeno(o)t(e). Premies inkomensverzekeringen betreffen premies betaald voor sociale verzekeringen, volksverzekeringen en particuliere verzekeringen in verband met werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid en ouderdom en nabestaanden.- Gemiddeld besteedbaar inkomen
- Gemiddeld besteedbaar inkomen van particuliere huishoudens (exclusief studentenhuishoudens).
Het besteedbaar inkomen bestaat uit het bruto-inkomen verminderd met betaalde inkomensoverdrachten, premies inkomensverzekeringen, premies ziektekostenverzekeringen en belastingen op inkomen en vermogen.- Type: Paar, zonder kind
- Meerpersoonshuishouden bestaande uit een paar zonder thuiswonend(e) kind(eren)
Meerpersoonshuishouden: Een particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
Paar: Twee op basis van huwelijk, partnerschapsregistratie of samenwoonrelatie bij elkaar behorende personen.
- Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen
- Gemiddeld gestandaardiseerd inkomen van particuliere huishoudens (exclusief studentenhuishoudens).
Het gestandaardiseerd besteedbaar inkomen is het besteedbaar inkomen gecorrigeerd voor verschillen in grootte en samenstelling van het huishouden. Deze correctie vindt plaats met behulp van equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze is het welvaartsniveau van verschillende typen huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Het gestandaardiseerd inkomen is een maat voor de welvaart van (de leden van) een huishouden.- Type: Paar, zonder kind
- Meerpersoonshuishouden bestaande uit een paar zonder thuiswonend(e) kind(eren)
Meerpersoonshuishouden: Een particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
Paar: Twee op basis van huwelijk, partnerschapsregistratie of samenwoonrelatie bij elkaar behorende personen.
- Mediaan vermogen huishoudens
- Mediaan vermogen van particuliere huishoudens (exclusief studentenhuishoudens).
De mediaan is het middelste getal wanneer alle getalen van laag naar hoog worden gesorteerd.
Vermogen is het saldo van bezittingen en schulden. Bezittingen worden gevormd door bank- en spaartegoeden, effecten, de eigen woning, overig onroerend goed, ondernemingsvermogen, aanmerkelijk belang en de overige bezittingen. De schulden omvatten onder meer schulden ten behoeve van een eigen woning en consumptief krediet.- Type: Paar, zonder kind
- Meerpersoonshuishouden bestaande uit een paar zonder thuiswonend(e) kind(eren)
Meerpersoonshuishouden: Een particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen.
Paar: Twee op basis van huwelijk, partnerschapsregistratie of samenwoonrelatie bij elkaar behorende personen.