Arbeidsomstandigheden: controle over werk, werkdruk en beloningen

Tabeltoelichting

De gepresenteerde cijfers zijn gebaseerd op vragen naar arbeidsomstandig-
heden in het Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS) van het CBS. In de
module Gezondheid van POLS zijn vanaf 1997 tot en met 2004 vragen over
arbeidsomstandigheden opgenomen. Aan personen die behoren tot de werkzame
beroepsbevolking (personen van 15 tot en met 64 jaar die wekelijks minimaal
12 uur betaald werk verrichten) zijn vragen gesteld over
arbeidsomstandigheden en gezondheidsklachten die terug te voeren zijn op
overmatige werkbelasting. Deze vragen hebben ieder jaar betrekking op
ongeveer 4 000 werkende personen.

Deze StatLine tabel toont de resultaten over de controlemogelijkheden over
het werk, de ervaren werkdruk en de waardering van materi%le en immateri%le
beloningen. De controlemogelijkheden staan enerzijds voor de zeggenschap en
verantwoordelijkheden die werkenden hebben en anderzijds voor de
mogelijkheden die ze hebben om specifieke vaardigheden in het werk te
gebruiken en verder te ontwikkelen. De werkdruk refereert naar de eisen op
het werk voor wat betreft werktempo, hoeveelheid werk en tijd die men
krijgt om het werk uit te voeren.
Weinig controle, veel werkdruk en lage beloningen zijn vormen van
psychische werkbelasting.

In de tabel zijn de gegevens uit te splitsen naar de volgende kenmerken:
- geslacht,
- leeftijdsklasse,
- hoogst behaalde onderwijsniveau,
- beroepsniveau,
- werkduur en
- bedrijfstakken.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1997. Voor ongeveer de helft van de gegevens
geldt dat informatie beschikbaar is tot en met het jaar 2002. De overige
informatie is beschikbaar tot en met 2004.

Frequentie: Stopgezet.

Status van de cijfers: Definitief

Wijzigingen ten opzichte van de vorige versie:
4 november 2005
De cijfers over het jaar 2004 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers? De publicatie is met ingang van 1 januari
2005 stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Eigen invloed op het werk
Vrij in opnemen verlof
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "meestal" vrij
verlof kan opnemen.
Zelf over uitvoering werk beslissen
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "meestal" zelf
over de uitvoering van het werk kan beslissen.
Zelf werktempo kunnen regelen
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "regelmatig"
zelf het werktempo kan regelen.
Zelf volgorde werk bepalen
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "meestal" zelf
de volgorde van het werk kan bepalen.
Zelf beslissen over pauze
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "meestal" zelf
kan beslissen over pauze.
Zelf temperatuur regelen
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "meestal" zelf
de temperatuur op de eigen werkplek kan regelen.
Zelf ventilatie regelen
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking dat "meestal" zelf
de ventilatie kan regelen.
Lage autonomie
Autonomie is een samenvattende maat voor de mate van zeggenschap
over het eigen werk. Het betreft een samengestelde index op basis van de
kenmerken 'zelf over uitvoering werk beslissen', 'zelf beslissen over
pauze', 'zelf volgorde werk bepalen' en 'zelf werktempo kunnen regelen'.
Op de kenmerken is een ééndimensionale HOMALS schaalanalyse
toegepast. De met HOMALS verkregen categoriekwantificeringen zijn
opgeteld en vervolgens zijn van deze index-waarden 33% procentgroepen
ofwel tertielgroepen berekend. De laagste tertielgroep is hier weergegeven
en aangeduid als personen met lage autonomie.
Hoge autonomie
Weergegeven is het percentage in de hoogste tertielgroep ofwel de
personen met hoge autonomie.
Werk sluit aan bij opleiding/ervaring
Percentage mensen in de werkzame beroepsbevolking waarbij het werk
"helemaal of grotendeels" aansluit bij opleiding/ervaring.