Geslachtsongelijkheden in gezondheid op latere leeftijd: Een longitudinale en vergelijkende studie in Europese landen

Geslachtsongelijkheden in gezondheid zijn de afgelopen decennia veel onderzocht, en het verminderen ervan is een van de belangrijkste doelstellingen van onderzoek en beleid rondom actief en gezond ouder worden. In vrijwel alle samenlevingen leven vrouwen langer dan mannen, maar ze rapporteren systematisch hogere cijfers van morbiditeit, invaliditeit en zorggebruik. De mechanismen achter dit verschil, evenals de onderliggende verschillen tussen landen, zijn echter nog niet goed begrepen. In dit proefschrift wordt de relatie tussen gender en gezondheid op latere leeftijd vanuit verschillende perspectieven benaderd, met analyse van gegevens uit 28 landen die deelnemen aan de Survey of Health, Ageing and Retirement in Europe (SHARE) en Nederlandse administratieve gegevens van het Systeem van Sociaal-statistische Datasets (SSD).
Uit het proefschrift kunnen drie belangrijke conclusies worden getrokken. Ten eerste hebben sociale en economische middelen verschillende effecten op de gezondheid van oudere vrouwen en mannen in landen met verschillende welzijnssystemen. Vrouwen worden, in vergelijking met mannen, bijzonder beïnvloed door hun sociaaleconomische positie, vooral in minder beschermende welzijnssystemen. Ten tweede zijn vroege levenslooptrajecten op het gebied van gezin en werk verschillend geassocieerd met gezondheid op latere leeftijd voor mannen en vrouwen, en dit verschilt per institutionele context (d.w.z. welzijnsstaten). Geaccumuleerde stress en zorgtaken gedurende de levensloop—en de institutionele framing hiervan—zijn erg belangrijk voor gezondheid op latere leeftijd, en vooral voor vrouwen. Ten derde zijn levensloopinterafhankelijkheden met "significante anderen" (d.w.z. kinderen en partners) belangrijk voor gezondheid op latere leeftijd. Net zoals individuele levensloopgebeurtenissen relevant zijn voor de gezondheid van oudere mannen en vrouwen, zo zijn ook de gezondheidsgevolgen die voortkomen uit banden met andere familieleden van belang.
De langetermijngevolgen van geaccumuleerde stress, nadelen en zorgtaken die ontstaan in de vroege fasen van de levensloop, kunnen belangrijker zijn dan afzonderlijke levensloopgebeurtenissen die na het midden van de levensloop plaatsvinden. Dit proefschrift benadrukt de noodzaak van een brede en geïntegreerde benadering van het onderzoek naar gezinsverantwoordelijkheden en ongelijkheden, om de verbanden tussen gender en gezondheid op latere leeftijd beter te begrijpen. Concluderend adresseert deze studie belangrijke beleidsrelevante hiaten in het bestaande onderzoek en levert het kennis die beleid kan informeren ter ondersteuning van gezond ouder worden van hoge kwaliteit en gelijke kansen voor zowel mannen als vrouwen.
Uccheddu, D. (2022). Gender inequalities in health at older ages: A longitudinal and comparative investigation across European countries. Dissertation, University of Groningen, handle:10.33612/diss.203462383.