Het verhaal

Brede welvaart betreft de kwaliteit van leven hier en nu, en de mate waarin deze ten koste gaat van de brede welvaart van latere generaties of van die van mensen elders in de wereld. De brede welvaart wordt beschreven vanuit het perspectief van de mens. De monitor heeft in principe betrekking op alle mensen die in Nederland wonen, ongeacht geslacht, leeftijd, religie of andere kenmerken. Het gaat in de praktijk om individuen, huishoudens, kostwinners, werknemers, scholieren, enzovoort, afhankelijk van de statistische informatie over een thema.

Brede welvaart gaat om de keuzevrijheid die mensen hebben, om de keuzes die ze (hier en nu) daadwerkelijk maken om hun leven de moeite waard te maken en de uitkomsten die daar uit voortkomen, om de gevolgen van hun keuzes voor anderen (later en elders) en om de verdeling onder bevolkingsgroepen en regio’s.

Brede welvaart heeft drie dimensies:

De brede welvaart ‘hier en nu’ gaat over de mensen die op dit moment in Nederland leven. Dit betreft de persoonlijke kenmerken van mensen en de kwaliteit van de omgeving waarin zij leven, meer in het algemeen hun materiële welvaart en welzijn, en hun beleving daarvan.

De brede welvaart ‘later’ heeft betrekking op mensen die over enkele decennia in Nederland zullen leven en die, om eenzelfde niveau van brede welvaart te kunnen bereiken, hulpbronnen nodig zullen hebben die de huidige generatie nu gebruikt.

De brede welvaart ‘elders’ gaat over mensen in andere landen die nu of over enkele decennia de gevolgen van onze keuzes voelen. Dit betreft de effecten van de keuzes die Nederlanders maken, op banen, inkomens, (niet-hernieuwbare) hulpbronnen en het milieu in andere landen.

Mensen zetten hun middelen (‘kapitalen’) in om hun leven vorm te geven. Ze maken hun eigen keuzes, individueel of vanuit een gezin of huishouden, op basis van hun persoonlijke behoeften, voorkeuren en mogelijkheden. Vermogen en spaargeld worden gebruikt om een woning te kopen of te huren, een auto te kopen, lang vakantie te nemen of aanvullend pensioen op te bouwen. Sociale netwerken helpen bij het vinden van een baan, om vrije tijd in te vullen met vrienden en bekenden, of om eenzaamheid te voorkomen. In lokale gemeenschappen helpen mensen elkaar om veiligheid en geborgenheid te vinden. Natuur in de leefomgeving biedt mensen de mogelijkheid om te recreëren en te genieten van frisse lucht, rust en de schoonheid van een landschap. Kennis en vaardigheden stellen mensen in staat om goed te functioneren in de maatschappij, hun tijd zinvol en gezond te besteden, en om regie te houden over hun eigen leven.

Mensen zijn ook afhankelijk van hulpbronnen waarover ze geen individuele controle hebben. Een deel van deze hulpbronnen wordt verzorgd door politiek en bestuur, maatschappelijke instellingen, bedrijfsleven, en maatschappelijk middenveld. Zo is materiële welvaart sterk afhankelijk van de kennisontwikkeling en technologische innovatie door bedrijven en wetenschap. Collectieve maatschappelijke instituties zorgen voor veiligheid en stabiliteit, bieden zorg en zekerheid, geven ruimte aan culturele diversiteit, en beschermen historisch erfgoed. In het onderwijs leren kinderen hoe maatschappij en politiek functioneren en hoe ze hun burgerschap kunnen uitoefenen, wat fundamentele rechten zijn, en hoe een democratie werkt.

Sommige van deze hulpbronnen vervullen een publieke functie zonder dat iemand daarvoor verantwoordelijk is. De natuur is de leefomgeving voor dieren en planten en natuurlijke processen (biologisch, chemisch en geologisch) zorgen ervoor dat de planeet leefbaar is voor de mens. De mens kan de natuur beschermen maar moeilijk sturen. Hetzelfde geldt voor sociaal kapitaal. Gedeelde normen en waarden, tradities en cultuur spelen een belangrijke rol in de samenleving.

Iedereen in Nederland heeft dezelfde fundamentele mensenrechten. Inclusiviteit betekent dat iedereen in principe dezelfde vrijheden heeft om een leven te leiden dat waardevol is, ongeacht geslacht, leeftijd, religie, afkomst, woonplaats of andere persoonlijke kenmerken. In de praktijk is keuzevrijheid niet voor iedereen gelijk en maakt niet iedereen dezelfde keuzes. Daarom is de brede welvaart van bevolkingsgroepen en regio’s verschillend. Het is wel essentieel dat uitwassen worden voorkomen, zoals menselijke ontbering, extreme scheefgroei en sociale uitsluiting.

Op alle aspecten van de brede welvaart ‘hier en nu’ hebben de keuzes van mensen ten aanzien van de manieren waarop ze hun ‘kapitalen’ inzetten – individueel en collectief – invloed op de brede welvaart ‘later’ en ‘elders’ en op de verdeling van de brede welvaart. Wanneer de huidige generatie de beschikbare kapitalen uitput of verslechtert, kan de volgende generatie niet eenzelfde brede welvaart ‘hier en nu’ bereiken. Wanneer het onderling vertrouwen verwatert en de sociale, maatschappelijke en politieke participatie van grote groepen vermindert, wanneer technologie veroudert en infrastructuur wordt verwaarloosd, of wanneer onderwijs niet voor iedereen toegankelijk is en noodzakelijke vaardigheden niet worden onderwezen, heeft dat onvermijdelijk consequenties voor de volgende generatie. Dat kan betekenen dat het leven anders wordt ingevuld zonder dat de brede welvaart per se lager wordt. Wanneer natuurlijk kapitaal wordt uitgeput, helemaal wanneer dat wereldwijd gebeurt, komt de basis van het menselijk leven in gevaar.

Brede welvaart is afhankelijk van het goed functioneren van drie grote systemen: de biosfeer die leven mogelijk maakt, de samenleving waarin mensen in onderlinge relaties en interacties vorm geven aan hun leven, en de economie die nodig is voor het voorzien van de belangrijkste materiële behoeften zoals voedsel, kleding en een dak boven het hoofd. Deze drie grote systemen zijn hiërarchisch geordend: zonder biosfeer geen leven, zonder samenleving geen economie.

Koppeling SDG's met overkoepelende thema'sfiguur die laat zien hoe de SDG’s gekoppeld zijn aan de overkoepelende thema’s biosfeer, maatschappij en economie.BiosfeerBiosfeerMaatschappijMaatschappijEconomieEconomie
Koppeling SDG's met overkoepelende thema'sfiguur die laat zien hoe de SDG’s gekoppeld zijn aan de overkoepelende thema’s biosfeer, maatschappij en economie.BiosfeerBiosfeerMaatschappijMaatschappijEconomieEconomie

De leefbaarheid van de aarde voor de mens is afhankelijk van de gezondheid van de biosfeer die alle gebieden omvat waar leven mogelijk is. De mens oefent met zijn activiteiten druk uit op het functioneren van planetaire systemen die de biosfeer leefbaar maken. Dat gebeurt bijvoorbeeld door broeikasgasemissies, milieuvervuiling, landgebruik, en aantasting van ecosystemen en biodiversiteit. Wanneer de druk te hoog wordt, kan een systeem uit evenwicht raken en, voorbij een bepaald punt, onomkeerbaar veranderen. Dit punt is de planetaire grens (‘planetary boundary’), waarvan er inmiddels negen wetenschappelijk zijn vastgesteld. De ultieme opgave is om een grote en groeiende bevolking een duurzame kwaliteit van leven te bieden binnen de planetaire grenzen en met een rechtvaardige verdeling van brede welvaart (Raworth, 2017; Rockstrom et al., 2023; Myers, 2017).

Langetermijnontwikkelingen

Ontwikkelingen op de lange termijn veranderen de context waarin mensen keuzes maken om hun leven vorm geven. Deze ontwikkelingen hebben niet per se een direct (positief of negatief) effect op brede welvaart. Het zijn ontwikkelingen waarover mensen individueel geen controle hebben, maar die wel invloed hebben op het hele spectrum aan keuzes dat ze kunnen maken. Langetermijnontwikkelingen verhogen geleidelijk de druk op de Nederlandse brede welvaart, vooral op die van latere generaties.

Vergrijzing verandert geleidelijk de verhouding tussen werkenden en niet-werkenden. Dat stelt grenzen aan de houdbaarheid van pensioenen en sociale zekerheid. Vergrijzing creëert ook grote uitdagingen voor de gezondheidszorg en vergroot de krapte op de woningmarkt.

Verstedelijking verandert de natuurlijke en sociale leefomgeving waarin mensen wonen, vraagt om nieuwe voorzieningen en infrastructuur, en stelt uitdagingen aan mobiliteit, gezondheid en veiligheid.

Migratie heeft invloed op alle dimensies van de brede welvaart in Nederland. Migratie is op dit moment en in de toekomst de voornaamste bron van bevolkingsgroei. Door bevolkingsgroei neemt de druk op natuurlijke hulpbronnen, woningen en ruimte toe. Ook heeft de komst van migranten invloed op sociale cohesie, waarbij het zowel gaat om de integratie van migranten als om de zorgen in de samenleving (SCP, 2022). Het is moeilijk te bepalen hoe migratie bepaalde aspecten van de brede welvaart ‘hier en nu’, ‘later’ en ‘elders’ beïnvloedt. De relatie tussen migratie en brede welvaart is complex en laat zich niet in een enkele indicator vangen. Het wetenschappelijk bewijs voor de effecten van immigratie en emigratie op het land van bestemming is niet eenduidig. Vaak gaat het om een afweging van positieve en negatieve effecten, niet om een absoluut effect. Die effecten zijn bovendien anders voor verschillende groepen en worden anders gewaardeerd.

Digitalisering, robotisering en globalisering veranderen de mate waarin mensen regie hebben over hun leven, en hebben direct en indirect invloed op subjectief welzijn en ervaren regie over het leven, psychische gezondheid, arbeid en vrije tijd, sociale relaties en andere aspecten van brede welvaart. Digitalisering biedt tal van mogelijkheden die het leven kunnen verrijken (zoals apps op een smartphone). Daar staan grote uitdagingen tegenover op het terrein van privacy en persoonlijke data, het gebruik van algoritmes en het risico van uitsluiting en keuzebeperking, en de voortdurende behoefte aan nieuwe vaardigheden om technologie en informatie te kunnen gebruiken. Bepaalde banen (zoals vertalers en call centremedewerkers) worden bedreigd door robotisering en kunstmatige intelligentie. Globalisering betekent dat de wereld in allerlei opzichten steeds sterker verweven raakt: economisch, cultureel, politiek en sociaal. Nederland wordt daarmee steeds sterker afhankelijk van beslissingen die elders in de wereld worden genomen.

Hoe meet het CBS brede welvaart?

Het CBS publiceert de Monitor Brede Welvaart en de Sustainable Development Goals jaarlijks op verzoek van de Tweede Kamer om op Verantwoordingsdag in mei een beeld te geven van de stand en ontwikkeling van de brede welvaart. De monitor geeft een beeld van de brede welvaart ‘hier en nu’, ‘later’ en ‘elders’. Dit beeld wordt verdiept met cijfers over de verdeling onder bevolkingsgroepen, over de Sustainable Development Goals, en over de schokbestendigheid van de brede welvaart.

De monitor beschrijft de ontwikkeling op de middellange termijn (de trend in de periode 2016-2023), vergelijkt waar mogelijk Nederland met de andere landen in de EU27, en meet voor iedere indicator de verandering tussen de twee meest recente cijfers. Lees hier meer over het raamwerk van de monitor. De technische toelichting geeft daarnaast uitgebreide informatie over de definities, de selectie van indicatoren, de statistische methoden en de betekenis van kleuren in visualisaties.

De CBS-publicaties over brede welvaart zijn bedoeld als informatiebasis voor politici, beleidsmakers en andere gebruikers van statistische informatie over brede welvaart, zoals adviesraden, planbureaus, kennisinstellingen en organisaties uit het maatschappelijk middenveld, zowel op nationaal als regionaal niveau. Naast de monitor publiceert het CBS regionale monitoren (de Monitor Brede Welvaart en SDG's Caribisch Nederland in november en de regionale Monitor Brede Welvaart in december) en Factsheets Brede Welvaart (op Prinsjesdag) ter ondersteuning van het begrotingsproces van de Rijksoverheid.

Het CBS monitort brede welvaart integraal – het gaat om alle aspecten van het fenomeen – en doet dat systematisch – op basis van internationale standaarden en transparante methoden.

De monitoring van brede welvaart is opgezet conform de Conference of European Statisticians (CES) Recommendations on Measuring Sustainable Development (UNECE, 2014). Het CBS draagt bij aan de verdere ontwikkeling en harmonisatie van de CES Recommendations en andere internationale raamwerken, waaraan wordt gewerkt onder leiding van de Verenigde Naties, de OESO en Eurostat.

Monitoring blijft relevant en bruikbaar door aansluiting te zoeken bij maatschappelijke thema’s en daarvoor statistische verdieping aan te bieden. De Sustainable Development Goals (SDG’s) bieden het CBS een mogelijkheid om neutraal en systematisch thema’s in kaart te brengen die relevant zijn voor beleid en politiek. De SDG’s zijn een integraal onderdeel van de brede welvaart. Brede welvaart is het algemene fenomeen. De SDG’s zijn internationaal vastgestelde doelen die raken aan alle ecologische, sociale en economische aspecten van brede welvaart. De 17 Sustainable Development Goals zijn in 2015 door de Verenigde Naties vastgesteld. Regeringsleiders van 193 landen committeerden zich aan deze agenda voor duurzame ontwikkeling die loopt tot 2030 (VN, 2015).

Het beeld dat brede welvaart laat zien is politiek neutraal. De statistische monitoring is systematisch en integraal, niet selectief. Het gaat per definitie om alle dimensies en thema’s. Gebruikers mogen echter selectief zijn en de beschikbare informatie inzetten voor eigen (politieke of maatschappelijke) doeleinden. Vanuit de brede informatiebasis over brede welvaart is het voor anderen mogelijk om met tegenargumenten te komen. Alle (neven)effecten en afruilen worden zichtbaar, de positieve en de negatieve. Met de monitoring van brede welvaart geeft het CBS een feitelijke onderbouwing voor debat en besluitvorming.

Het CBS monitort alleen de statistisch meetbare aspecten van de brede welvaart. Veel aspecten zijn essentieel maar statistisch ‘onzichtbaar’. Voorbeelden zijn de kracht van democratie en rechtsstaat, de intrinsieke waarde van natuur, en culturele normen en waarden. Het is belangrijk dat de publieke discussie over brede welvaart niet bij voorbaat wordt versmald tot die aspecten die meetbaar zijn. Het CBS probeert deze niet-meetbare aspecten indirect te meten (bijvoorbeeld met belevingsindicatoren) en voortdurend onder de aandacht te houden.