Statistiek Migratiemotieven

Wat behelst het onderzoek

Doel

De Statistiek Migratiemotieven geeft informatie over de immigratie van personen met een niet-Nederlandse
nationaliteit naar de reden waarom zij zich in Nederland vestigen.

Doelpopulatie

De populatie van deze tabel bestaat uit alle immigranten met een niet-Nederlandse nationaliteit op het moment vn immigratie. De immigratiedatum, nationaliteit, leeftijd en verblijfsduur zijn bepaald op basis van de Basisregistratie Personen (BRP). De sociaaleconomische categorie en het afgeleide migratiedoel (voor immigranten met een nationaliteit van een land binnen de EU/EFTA) wordt vastgesteld op basis van gegevens uit het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden. Om het afgeleide doel te bepalen, is een selectie gemaakt van alle immigranten die zich sinds 1999 in Nederland hebben ingeschreven. Van de geselecteerde immigranten zijn gegevens bekend over onder meer nationaliteit, immigratiedatum, immigratiedatum van de ouders, immigratiedatum van de partner, de datum van aanvang van een baan en de datum van de aanvang van een studie. Met deze gegevens is het afgeleid migratiedoel vastgesteld op basis van de volgende beslisregels:

Afgeleid migratiedoel en Beslisregel

Gezin - Er is sprake van afgeleid migratiedoel gezin indien een persoon binnen 120 dagen na immigratie van de partner of binnen 120 dagen na immigratie van de vader of moeder is geïmmigreerd. Personen die naar Nederland migreren en een partner hebben die al ten minste 120 dagen in Nederland woonde voordat persoon immigreerde, worden altijd getypeerd als gezinsmigrant. Bij stellen die zonder vader of moeder naar Nederland komen wordt één persoon als gezinsmigrant getypeerd en één persoon als arbeidsmigrant. Hierbij wordt de persoon die als eerste aan het werk gaat, getypeerd als arbeidsmigrant, de andere persoon als gezinsmigrant.
Arbeid - Er is sprake van afgeleid migratiedoel arbeid als binnen 120 dagen na immigratie het zwaartepunt van de inkomsten van de immigrant bestaat uit inkomsten uit arbeid. Personen die zonder medereizigers naar Nederland migreren (zonder partner, vader of moeder) en die in het jaar voorafgaand aan de immigratie aan het werk zijn gegaan, worden getypeerd als arbeidsmigrant. Bij stellen die zonder vader of moeder naar Nederland komen wordt één persoon als arbeidsmigrant getypeerd en één persoon als gezinsmigrant. Hierbij wordt de persoon die als eerste aan het werk gaat, getypeerd als arbeidsmigrant, de andere persoon als gezinsmigrant.
Studie - Er is sprake van afgeleid migratiedoel studie als iemand binnen 366 dagen na immigratie studeert.
Overig en onbekend - Geen van de bovenstaande regels is van toepassing op de immigrant.

Bij het aantal studiemigranten dient het volgende te worden opgemerkt. Het aantal studiemigranten is lager dan het totaal aantal internationale studenten uit de EU/EFTA dat in Nederland studeert. Deze tabel bevat namelijk alleen immigranten die zich bij de gemeente hebben ingeschreven. Een deel van de buitenlandse studenten is geen immigrant, bijvoorbeeld Duitsers of Belgen die onderwijs volgen in Nederland, maar hier niet wonen. Als studenten wel in Nederland gaan wonen, maar zich niet bij een gemeente inschrijven, zijn het wel immigranten, maar zijn ze niet in deze tabel opgenomen. Ook kan het zijn dat studenten zich eerst inschrijven bij een onderwijsinstelling en pas later bij een gemeente. Het CBS kan de onderwijsgegevens dan soms niet koppelen aan de immigrant.

Immigranten die niet toegedeeld kunnen worden aan één van de afgeleide doelen arbeid, gezin of studie krijgen 'overig en onbekend' als afgeleid migratiedoel. Dit kunnen bijvoorbeeld studenten zijn die aan particuliere scholen studeren of werknemers die hier via uitzendbureau-constructies werken maar geen belasting in Nederland betalen.
Het CBS bepaalt of mensen samenwonen aan de hand van de BRP, maar gebruikt hiervoor ook belastinginformatie over het gezamenlijk aangifte doen of gezamenlijk toeslagen aanvragen. Als mensen dat samen doen, gaat het CBS ervanuit dat ze een paar zijn. Het duurt echter even voordat mensen belastingaangifte doen, en het CBS dus weet dat het om een paar en dus om gezinsmigratie gaat. In het meest recente verslagjaar worden de gezinsmigranten dan ook licht onderschat en wordt de categorie 'overig en onbekend’ overschat. Bij een volgende update van de tabel is er meer informatie beschikbaar en worden deze onder- en overschattingen zo goed mogelijk hersteld.

De migratiemotieven van immigranten met een nationaliteit van een land buiten de EU/EFTA zijn afkomstig van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) van het ministerie van Justitie en Veiligheid en gebaseerd op het type verblijfsvergunning die de IND heeft afgegeven. De koppeling van de gegevens over migratiemotieven met de Basisregistratie Personen (BRP) verrijkt de informatie over migratiemotieven met andere gegevens, zoals het jaar van vestiging in Nederland, sociaaleconomische categorie, nationaliteit en verblijfsduur.
Bij de IND zijn alleen personen met een niet-Nederlandse nationaliteit geregistreerd. Het CBS heeft dan ook alleen informatie over de motieven van immigranten met een niet-Nederlandse nationaliteit die naar Nederland komen.

Statistische eenheid

Personen.

Aanvang onderzoek

Het CBS beschikt sinds 1998 over de IND-gegevens.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

In het derde kwartaal van jaar t worden de gegevens over het jaar t-2 gepubliceerd.

Hoe wordt het onderzoek uitgevoerd

Soort onderzoek

Integrale waarneming.

Waarnemingsmethode

Jaarlijkse gegevensverstrekking door de IND (voor voor immigranten met een niet-EU/EFTA-nationaliteit).

Berichtgevers

IND (voor voor immigranten met een niet-EU/EFTA-nationaliteit).

Steekproefomvang

Niet van toepassing.

Controle- en correctiemethoden

De cijfers worden gecontroleerd op inconsistenties met informatie uit de BRP aan de hand van vastgestelde regels en criteria. Van een aantal niet-EU/EFTA-immigranten is het migratiemotief van de IND niet bekend of niet ingevuld. Deze ‘onbekende motieven’ worden door het CBS bijgeschat op basis van de verdeling van de bekende motieven. Bij deze schatting is uitgegaan van de kenmerken die het sterkst samenhangen met het migratiemotief, te weten geslacht, leeftijd, burgerlijke staat, het jaar van vestiging in Nederland en nationaliteit. Het gaat hierbij om 1% van alle niet-EU/EFTA-immigranten.

Weging

Niet van toepassing.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

De informatie die het CBS van de IND ontvangt, is niet in alle gevallen volledig. Het CBS maakt dan een schatting van de ontbrekende gegevens. Zie verder bij Controle- en correctiemethoden. Door nieuwe informatie kunnen de uitkomsten in lichte mate afwijken van eerder gepubliceerde uitkomsten en van elders op StatLine gepubliceerde aantallen. Dit geldt voor alle opgenomen perioden in de tabel. Door afrondingen tijdens de berekeningen is het mogelijk dat de som van de afzonderlijke motieven van niet-Nederlandse immigranten afwijkt van het totaal.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

De gegevens zijn volgtijdelijk vergelijkbaar.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

De cijfers worden gecontroleerd op volledigheid, interne consistentie en plausibiliteit.