Minder mensen in de bijstand, maar wel iets meer jongeren

Gemeente loket
© ANP / Berlinda van Dam
Eind juni 2023 ontvingen 396 duizend mensen tot de AOW-leeftijd een algemene bijstandsuitkering. Dat zijn er 6 duizend minder dan een jaar eerder. Het aantal jongeren tot 27 jaar met een bijstandsuitkering was echter een duizendtal hoger dan een jaar eerder. Eind juni telde deze groep bijna 36 duizend personen. Dit blijkt uit nieuwe kwartaalcijfers van het CBS.

Al negen kwartalen achtereen ligt het aantal bijstandsgerechtigden lager dan in dezelfde periode een jaar eerder. De jaar-op-jaarafnames zijn wel kleiner geworden, tot ongeveer 6 duizend personen in de laatste twee kwartalen. Over een langere periode bezien is het aantal bijstandsontvangers terug op ongeveer hetzelfde niveau als ruim 10 jaar geleden.

Personen tot de AOW-leeftijd met een algemene bijstandsuitkering
JaarKwartaalTot de AOW-leeftijd (x 1 000)
20131e kwartaal395
20132e kwartaal402
20133e kwartaal403
20134e kwartaal413
20141e kwartaal425
20142e kwartaal430
20143e kwartaal427
20144e kwartaal434
20151e kwartaal442
20152e kwartaal442
20153e kwartaal440
20154e kwartaal449
20161e kwartaal458
20162e kwartaal460
20163e kwartaal458
20164e kwartaal465
20171e kwartaal472
20172e kwartaal468
20173e kwartaal459
20174e kwartaal457
20181e kwartaal455
20182e kwartaal448
20183e kwartaal436
20184e kwartaal432
20191e kwartaal432
20192e kwartaal425
20193e kwartaal416
20194e kwartaal415
20201e kwartaal421
20202e kwartaal430
20203e kwartaal424
20204e kwartaal428
20211e kwartaal430
20212e kwartaal423
20213e kwartaal412
20214e kwartaal408
20221e kwartaal406
20222e kwartaal402
20223e kwartaal397
20224e kwartaal397
20231e kwartaal400
20232e kwartaal*396
* voorlopige cijfers

Iets meer jongeren in de bijstand

Eind juni 2023 ontvingen bijna 36 duizend jongeren tot 27 jaar een bijstandsuitkering. Dit zijn er ongeveer even veel als een kwartaal eerder, maar wel ongeveer duizend meer dan een jaar eerder. Deze jaar-op-jaarstijging komt overeen met 3 procent. Voor het tweede kwartaal op rij zijn nu meer jongeren van bijstand afhankelijk dan een jaar eerder. Eerder  meldde het CBS dat het aantal werkloze jongeren in de loop van 2023 is toegenomen. Werklozen hebben onder bepaalde voorwaarden recht op bijstand.

In de hogere leeftijdsgroepen was nog steeds een daling zichtbaar ten opzichte van een jaar geleden. Eind juni 2023 waren er 134 duizend 27- tot 45-jarigen met een bijstandsuitkering. Dit zijn er bijna 4 duizend minder dan een jaar eerder. Dit komt neer op ongeveer 3 procent. De jaar-op-jaardaling wordt daarmee wel kleiner. Eind maart ging het om 4 procent, eind december 2022 was het nog bijna 6 procent. 

Het aantal 45-plussers met bijstand daalde ook ten opzichte van een jaar eerder, maar minder snel dan het aantal 27- tot 45-jarige bijstandsontvangers. In de afgelopen drie kwartalen ging het steeds om rond de 1 procent. Het aantal 45-plussers met bijstand kwam eind juni 2023 op ongeveer 227 duizend uit. 

Personen met een algemene bijstandsuitkering naar leeftijd
JaarKwartaalJonger dan 27 jaar (verandering t.o.v. een jaar eerder (x 1 000))27 tot 45 jaar (verandering t.o.v. een jaar eerder (x 1 000))45 jaar tot AOW-leeftijd (verandering t.o.v. een jaar eerder (x 1 000))
20151e kwartaal-0,24,911,8
20152e kwartaal-0,22,210,5
20153e kwartaal2,30,810,2
20154e kwartaal3,80,910,3
20161e kwartaal4,11,511,0
20162e kwartaal5,21,510,9
20163e kwartaal6,21,710,4
20164e kwartaal6,10,39,4
20171e kwartaal5,4-1,08,7
20172e kwartaal3,8-3,17,2
20173e kwartaal1,3-6,15,8
20174e kwartaal-1,7-9,63,6
20181e kwartaal-4,6-13,21,6
20182e kwartaal-5,6-14,70,1
20183e kwartaal-6,5-15,6-1,3
20184e kwartaal-6,5-16,2-1,7
20191e kwartaal-6,1-15,9-1,9
20192e kwartaal-5,9-15,2-1,3
20193e kwartaal-4,9-14,0-0,8
20194e kwartaal-4,3-12,6-0,9
20201e kwartaal-1,5-7,9-0,9
20202e kwartaal2,8-0,11,7
20203e kwartaal2,92,32,9
20204e kwartaal4,05,53,9
20211e kwartaal2,44,12,4
20212e kwartaal-2,5-3,3-1,0
20213e kwartaal-3,0-6,3-3,3
20214e kwartaal-4,5-9,9-5,5
20221e kwartaal-6,0-13,4-4,9
20222e kwartaal-4,4-12,5-4,5
20223e kwartaal-1,6-9,8-3,8
20224e kwartaal-0,6-8,1-2,7
20231e kwartaal1,1-5,4-1,6
20232e kwartaal*1,0-3,9-2,3

In het eerste kwartaal stroomden meer personen de bijstand in dan eruit

De verandering van het aantal bijstandsontvangers wordt bepaald door het saldo van instroom en uitstroom. De nieuwste stroomcijfers hebben betrekking op het eerste kwartaal van 2023. In dat kwartaal stroomden meer mensen de bijstand in dan eruit: 21,5 duizend versus 18,2 duizend. Ook in het laatste kwartaal van 2022 was de instroom groter dan de uitstroom. Daarentegen waren er in elk van de zes kwartalen daarvoor, dus vanaf het tweede kwartaal van 2021, juist meer personen die de bijstand verlieten dan erin terechtkwamen.

In de cijfers zijn de personen die uitstromen vanwege het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd niet opgenomen. In het eerste kwartaal van 2023 zijn er overigens geen personen de bijstand uitgestroomd vanwege de AOW. Dit komt doordat met ingang van 2023 de AOW-leeftijd met drie maanden is verhoogd tot 66 jaar en 10 maanden.

In- en uitstroom* algemene bijstand van personen tot AOW-leeftijd, per kwartaal
JaarKwartaalInstroom (x 1 000)Uitstroom (x 1 000)
20171e kwartaal34,927,8
20172e kwartaal28,029,4
20173e kwartaal27,233,8
20174e kwartaal26,927,1
20181e kwartaal26,527,9
20182e kwartaal22,127,8
20183e kwartaal23,632,9
20184e kwartaal23,625,0
20191e kwartaal23,824,7
20192e kwartaal19,724,3
20193e kwartaal22,129,1
20194e kwartaal22,821,9
20201e kwartaal29,220,6
20202e kwartaal27,316,5
20203e kwartaal24,527,6
20204e kwartaal27,220,9
20211e kwartaal26,322,1
20212e kwartaal20,124,8
20213e kwartaal19,929,1
20214e kwartaal21,222,1
20221e kwartaal19,321,6
20222e kwartaal18,420,5
20223e kwartaal20,623,2
20224e kwartaal20,818,3
20231e kwartaal21,518,2
*Exclusief de uitstroom vanwege het bereiken van de AOW-leeftijd.