EU haalt steeds meer kleding uit Azië

De kledingimport door de EU groeide in de periode van 2005 tot en met 2015 met 32 miljard euro. Aziatische landen droegen 30 miljard euro bij aan deze groei, waarvan China en Bangladesh samen drie kwart voor hun rekening namen. Vanwege lage productiekosten en de grote concentratie van bedrijven is het aantrekkelijk de productie van kleding in Azië te laten plaatsvinden.

Kledingexport naar EU van groot economisch belang voor Azië

Voor een aantal Aziatische landen is de export van kleding naar de EU economisch erg belangrijk. Dat geldt het sterkst voor Bangladesh, waar deze kledingexport in 2015 goed was voor bijna de helft van de exportwaarde. In Cambodja maakte het bijna 30 procent van de export uit. Ook de export van Sri Lanka en Pakistan wordt voor een belangrijk deel bepaald door de vraag naar kleding vanuit de EU.

Vijf duizend Nederlandse importeurs van Aziatische kleding

Ruim vijf duizend Nederlandse bedrijven importeerden in 2015 kleding uit Azië, met een totale waarde van ongeveer 7,2 miljard euro. Daarnaast importeerde Nederland vorig jaar nog voor 5,8 miljard euro aan kleding uit landen buiten Azië. Een deel van de ingevoerde kleding wordt doorgevoerd naar andere landen, en ook via andere Europese landen komt Aziatische kleding ons land binnen.

Kleding goedkoper dan tien jaar geleden

Nederlandse consumenten betaalden in 2015 iets minder voor kleding dan tien jaar geleden, en de prijs was de afgelopen tien jaar niet eerder zo laag. In twee jaar tijd daalden de prijzen met bijna 4 procent. Het overgrote deel van de kleding dat in Nederlandse winkels hangt is gemaakt in Azië, en kan tegen lage prijzen worden verkocht.