Duurzame energie

Duurzame energie wordt opgewekt met windenergie, waterkracht, zonne-energie, omgevingsenergie en de inzet van biomassa. Deze duurzame energie komt beschikbaar in de vorm van elektriciteit, warmte en gas. Het gebruik van duurzame energiebronnen vermijdt de inzet van conventionele energiedragers, zoals aardgas, aardolie en steenkool.

De berekening van de hoeveelheid geproduceerde duurzame energie is uitgevoerd volgens de methodiek van het Protocol Monitoring Duurzame Energie (SenterNovem, 2006). In dit Protocol is vastgelegd dat voor nationale doeleinden duurzame energie wordt uitgedrukt in vermeden verbruik van fossiele primaire energie.

De import van groene stroom telt niet mee bij het duurzame energieverbruik, omdat er geen afspraken zijn met de leverende landen om eenzelfde hoeveelheid duurzame energie van het eigen duurzame energieverbruik af te trekken.

Voor 2020 streeft de Nederlandse overheid naar 20 procent duurzame energie. In 2009 heeft de Europese Unie een Richtlijn vastgesteld waarin bindende afspraken zijn gemaakt over een aandeel duurzame energie in 2020. De doelstellingen verschillen per land. Voor Nederlands is het te bereiken percentage duurzame energie 14 procent. De Europese berekeningswijze wijkt overigens af van de nationale berekeningswijze.