Meer milieu in de belastingheffing

De begrote totale opbrengst van milieuheffingen en -belastingen bedraagt in 2000 ruim 13 miljard gulden. Het grootste deel van deze opbrengst wordt gevormd door de belastingen op milieugrondslag (50%), de afvalstoffenheffing (20%), de verontreinigingsheffing oppervlaktewater (15%) en de rioolrechten (10%).

De opbrengst van diverse milieuheffingen is sinds 1986 scherp gestegen. De totale opbrengst is in deze periode ruim verzesvoudigd. Deze stijging is vooral het gevolg van een intensiever milieubeleid en van de introductie van belastingen op milieugrondslag. Met deze laatste belasting wordt een verschuiving beoogd van belasting op inkomen uit arbeid naar belasting op milieuschadelijke activiteiten. De opbrengsten van de belastingen op milieugrondslag worden voor een groot deel in de vorm van lastenverlichting teruggesluisd naar burgers en bedrijven.

Opbrengsten van belastingen op milieugrondslag
0600g1.gif (6554 bytes)

Afvalverwerking duurder

Gemeenten zijn op grond van de Wet milieubeheer verplicht tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen. De hiermee gemoeide kosten worden gedekt door afvalstoffenheffingen of reinigingsrechten. De gemeentelijke opbrengsten uit deze heffing zijn in de periode 1986-2000 ruim verviervoudigd van 628 naar 2 712 miljoen gulden. De toename is vrijwel geheel het gevolg van sterke tariefstijgingen die om diverse redenen noodzakelijk waren. Zo zijn de kosten van het storten en verbranden van afval sterk gestegen, vooral als gevolg van milieu-eisen die nu aan stortplaatsen en afvalverbrandingsinstallaties worden gesteld. Daarnaast zijn steeds meer gemeenten overgegaan op gescheiden inzameling van afvalstoffen, waarmee aanzienlijke investeringen zijn gemoeid.

Meer geld voor riolen

In verreweg de meeste gevallen wordt afvalwater van huishoudens en bedrijven afgevoerd via rioolstelsels die worden beheerd door gemeenten. De meeste gemeenten brengen de kosten van de riolering door middel van het rioolrecht in rekening bij degenen die zijn aangesloten. Een (afnemend) aantal gemeenten heeft geen rioolrecht ingesteld maar financiert het beheer van de riolering uit andere bronnen, met name de onroerendezaakbelasting. De begrote opbrengst aan rioolrechten in 2000 bedraagt 1 435 miljoen gulden, een verviervoudiging ten opzichte van 1986. Het deel van de jaarlijkse kosten van de riolering dat wordt gedekt door de opbrengst aan rioolrechten is toegenomen van 41% in 1986 tot 72% in 1999.

Waterverontreiniging kost 2 miljard

Volgens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo) kunnen lozingen van verontreinigende stoffen belast worden met een heffing. De heffing wordt opgelegd door de beheerders van het oppervlaktewater, dat zijn tegenwoordig het Rijk of de waterschappen. De hoogte van de heffing is afgestemd op de kosten die worden gemaakt door de beheerders ter voorkoming en bestrijding van de verontreiniging van het oppervlaktewater.

In 2000 bedraagt de begrote totale heffingopbrengst 2,2 miljard gulden, een verdubbeling ten opzichte van 1986.

Opbrengsten overige milieuheffingen
0600g2.gif (6645 bytes)

Cor van Bruggen

Bron: Kwartaalbericht Milieustatistieken