Auteur Karen Brandenburg, Sander Brummelkamp, Hui Shan Chan, Laura Geurts, Maria José Linders, Glenn Muller, Reinoud Segers Hernieuwbare energie in Nederland 2022

5. Zonne-energie

Zonne-energie valt uiteen in twee groepen: 

  • de omzetting van zonnestraling in elektriciteit (zonnestroom of fotovoltaïsche zonne-energie), 
  • de omzetting van zonnestraling in warmte (zonnewarmte of thermische zonne-energie).

De bijdrage van zonne-energie aan het totale eindverbruik van hernieuwbare energie in Nederland groeit en komt in 2022 uit op 22 procent. 

5.0.1 Bruto eindverbruik zonne-energie
 Zonnestroom (TJ)Zonnewarmte (TJ)
0028454
0142511
0259575
0391624
04121674
05128719
06132755
07135798
08143846
09162926
10201994
113761040
126861070
1314761106
1426111128
1539911137
1657671147
1779361144
18133541156
19194371180
20315531176
21**413831164
22*605761164
*Voorlopige cijfers **Nader voorlopige cijfers

5.1 Zonnestroom

Ontwikkelingen

Het opgesteld vermogen voor en de productie van zonnestroom is in 2022 weer sterk toegenomen. Eind 2022 bedroeg het totale opgestelde vermogen van zonnestroominstallaties in Nederland 19 143 megawatt (MW), een toename van 4 232 MW opzichte van eind 2021. De opwek van elektriciteit met zonnepanelen bedroeg in 2022 (voorlopige cijfers) 16 827 mln kWh, een toename van 46 procent ten opzichte van 2021 (Tabel 5.1.2). De bijdrage van zonnestroom aan het eindverbruik van hernieuwbare energie in Nederland is 22 procent.

5.1.1 Vermogen zonnestroom
 In gebruik genomen vermogen (MW)Opgesteld vermogen (MW)
20102190
201159149
2012138287
2013363650
20143571007
20155191526
20166092135
20177762911
201816974608
201926187226
2020388211108
2021**380314911
2022*423219143
*Voorlopige cijfers **Nader voorlopige cijfers

In 2022 nam het totaal opgesteld vermogen van zonnepanelen in alle gemeenten van Nederland gemiddeld met 30 procent toe ten opzichte van 2021. Voor bedrijven was de toename met 154.6 MW het grootst in Dronten door de aanleg van het grootste zonnepark van Nederland. Met meer dan 99 MW volgen Borger-Odoorn en Hoogeveen. Het opgestelde vermogen van zonnepanelen op woningen groeide het sterkst in Utrecht, Tilburg, en Rotterdam, met 27.6, 24.8 en 23 MW respectievelijk.

Verandering opgesteld vermogen zonnepanelen1), 2022 t.o.v. 2021
 Totaal ( MW)Bedrijven ( MW)Woningen ( MW)
Dronten160,5154,65,87
Borger-Odoorn121,8117,14,63
Hoogeveen106,399,86,54
Rotterdam86,563,523,02
Tilburg77,052,224,77
Terneuzen71,963,68,33
Coevorden69,064,14,93
Lelystad68,060,57,48
Hollands Kroon64,357,37,05
Noordenveld56,650,56,04
Venlo54,940,214,74
Hardenberg45,135,79,38
Lochem42,337,34,93
Amsterdam38,624,614,02
Deventer38,228,79,49
Stadskanaal35,430,94,45
Neder-Betuwe33,328,35,03
Amersfoort32,816,716,07
Land van Cuijk31,614,517,1
Arnhem31,019,811,21
's-Hertogenbosch30,711,719,04
Utrecht30,52,927,61
Meierijstad29,717,112,52
Almere29,28,720,53
Westland28,211,416,83
Oss27,913,414,49
Apeldoorn27,48,818,59
Ede26,414,012,42
Eindhoven26,45,820,63
Enschede26,210,715,53
Horst aan de Maas26,117,48,69
Emmen25,89,716,11
's-Gravenhage25,86,619,12
Vlissingen25,721,54,17
Groningen24,36,717,66
Lansingerland23,813,89,98
Midden-Groningen23,513,99,56
Peel en Maas23,415,08,33
Waalwijk23,216,07,24
Breda23,27,615,62
Hoeksche Waard23,28,614,59
Barneveld22,714,68,11
Haarlemmermeer22,56,016,45
Wijchen22,216,55,71
Súdwest-Fryslân21,59,911,56
Zaanstad21,49,312,08
Opsterland21,317,24,1
Laarbeek20,816,54,39
Alphen aan den Rijn20,48,112,33
Sittard-Geleen19,46,612,78
West Betuwe19,310,39,0
Het Hogeland19,312,76,54
Dijk en Waard19,37,112,13
Wijk bij Duurstede19,114,84,34
Westerkwartier19,07,012,0
Dordrecht18,68,89,83
Altena18,49,68,83
Nijmegen17,87,310,43
Venray17,611,26,38
Hengelo16,55,311,27
Vijfheerenlanden16,46,410,01
Olst-Wijhe16,414,32,03
Berkelland16,29,86,45
Heusden16,28,08,16
Leeuwarden15,64,910,72
Eemsdelta15,68,57,08
Helmond15,54,810,65
Overbetuwe15,38,46,89
Schagen15,29,06,15
Moerdijk15,09,06,06
Maastricht14,95,89,07
Hof van Twente14,89,25,66
Alkmaar14,66,48,28
Maashorst14,65,09,62
Zoetermeer14,61,313,32
Heerenveen14,68,06,6
Almelo14,44,410,06
Roosendaal13,75,28,51
Dinkelland13,78,84,9
Goeree-Overflakkee13,54,78,85
Rijssen-Holten13,47,45,94
Leudal12,96,66,29
Barendrecht12,95,96,99
De Fryske Marren12,94,48,47
Raalte12,88,04,79
Weert12,75,77,03
Lingewaard12,64,58,19
Krimpenerwaard12,53,59,04
Doetinchem12,44,57,91
Noardeast-Fryslân12,34,77,69
Borsele12,28,14,1
Harderwijk12,27,74,53
Veendam12,28,04,18
Zaltbommel12,18,14,04
Gemert-Bakel12,07,14,95
Smallingerland12,04,67,47
Zwolle12,00,211,79
Molenlanden11,96,05,81
Assen11,83,58,32
Deurne11,85,36,45
Bernheze11,85,66,24
Roermond11,63,48,2
Nissewaard11,61,410,15
Purmerend11,53,87,78
Medemblik11,44,96,48
Zwijndrecht11,36,54,84
Zevenaar11,25,75,54
Stichtse Vecht11,13,57,58
Veldhoven11,03,17,85
Oldambt11,04,36,61
Oosterhout10,83,17,7
Hoorn10,74,46,37
Etten-Leur10,74,76,01
Putten10,77,53,18
Tubbergen10,77,03,72
Noordoostpolder10,72,87,88
Tiel10,65,55,16
Kampen10,54,36,25
Drimmelen10,46,24,17
Nieuwegein10,44,55,9
Montferland10,33,76,62
Buren10,35,44,87
Nijkerk10,35,25,03
Loon op Zand10,26,04,23
Oude IJsselstreek10,23,17,06
Haarlem10,23,56,66
Boxtel10,26,23,92
Weststellingwerf10,26,23,99
Bergen op Zoom10,12,97,27
Veenendaal10,13,26,94
Utrechtse Heuvelrug10,12,67,43
Bronckhorst10,03,76,37
Oost Gelre10,05,04,98
Alblasserdam10,07,72,25
Ridderkerk9,95,14,88
Waadhoeke9,82,96,94
Houten9,72,67,1
Beekdaelen9,73,46,29
Tynaarlo9,62,57,03
Hellendoorn9,53,85,72
Aalten9,55,34,18
Zeist9,42,17,31
Pijnacker-Nootdorp9,41,67,73
Schouwen-Duiveland9,32,46,86
Wierden9,33,95,34
Pekela9,27,02,19
Heerlen9,12,07,17
Zuidplas9,02,56,58
Haaksbergen9,04,64,39
Best8,94,04,88
Woerden8,81,96,92
Sint-Michielsgestel8,84,54,24
De Ronde Venen8,73,35,35
Halderberge8,63,74,94
Twenterand8,62,95,62
Oldenzaal8,53,45,1
Velsen8,54,24,27
Ermelo8,56,12,38
Noordwijk8,54,24,27
Midden-Drenthe8,33,44,89
Steenwijkerland8,32,55,84
Leusden8,23,34,93
Heeze-Leende8,24,33,88
Den Helder8,22,95,28
Echt-Susteren8,11,76,37
Brummen8,05,22,79
Katwijk7,82,55,37
Bodegraven-Reeuwijk7,82,45,36
Delft7,82,45,4
Hulst7,73,34,43
Voorst7,74,43,34
Oisterwijk7,72,94,76
Gouda7,71,95,81
Someren7,73,73,97
Capelle aan den IJssel7,63,14,5
Middelburg7,41,45,98
Zeewolde7,44,72,67
Midden-Delfland7,45,02,41
West Maas en Waal7,44,13,28
De Wolden7,34,03,32
Soest7,31,55,78
Maasdriel7,32,25,08
Aalsmeer7,34,03,32
Westerwolde7,33,53,79
Hilvarenbeek7,34,72,59
Hilversum7,21,35,95
Koggenland7,23,63,59
Valkenswaard7,22,74,52
Leiden7,22,84,38
Amstelveen7,12,15,07
Woensdrecht7,03,33,61
Drechterland7,03,53,42
Sluis6,93,43,47
Bladel6,93,53,32
Tholen6,82,24,6
Hendrik-Ido-Ambacht6,72,04,67
Hellevoetsluis6,61,15,51
Cranendonck6,52,34,27
Winterswijk6,43,03,38
Steenbergen6,42,34,05
Teylingen6,42,34,09
Edam-Volendam6,31,74,62
Geldrop-Mierlo6,31,25,13
De Bilt6,31,64,74
Kerkrade6,21,34,91
Culemborg6,23,13,15
Tytsjerksteradiel6,01,24,88
Berg en Dal6,01,74,31
Eijsden-Margraten6,01,74,31
Aa en Hunze6,01,64,43
Gooise Meren6,01,54,5
Zwartewaterland6,02,73,28
Kaag en Braassem6,02,53,43
Albrandswaard5,91,14,79
Nuenen, Gerwen en Nederwetten5,92,03,86
Landgraaf5,90,95,03
Rucphen5,92,23,67
Achtkarspelen5,83,22,6
Losser5,81,24,55
Maasgouw5,71,14,64
Dalfsen5,71,44,3
Geertruidenberg5,73,32,45
Reimerswaal5,72,03,64
Epe5,61,64,05
Gorinchem5,61,44,14
Goes5,60,55,0
Beuningen5,51,63,97
Vlaardingen5,50,84,7
Oirschot5,52,82,74
Zundert5,52,33,17
Asten5,52,33,14
Duiven5,52,23,32
Goirle5,52,23,27
Borne5,51,04,48
Gilze en Rijen5,42,23,26
Ooststellingwerf5,41,63,8
Meppel5,41,83,59
Nieuwkoop5,32,03,32
Roerdalen5,21,24,01
IJsselstein5,20,94,3
Rheden5,20,84,38
Vught5,21,63,61
Hardinxveld-Giessendam5,23,02,22
Bunschoten5,22,03,24
Dongen5,21,53,73
Schiedam5,20,84,43
Son en Breugel5,12,03,08
Uithoorn5,02,02,98
Bergen (NH.)5,01,63,47
Leidschendam-Voorburg5,00,74,28
Rijswijk5,00,84,15
Bergeijk4,92,02,9
Lisse4,92,72,25
Waddinxveen4,81,03,82
Zutphen4,80,54,36
Stein4,81,03,79
Rhenen4,71,73,09
Wageningen4,71,33,4
Beverwijk4,72,02,76
Alphen-Chaam4,73,11,57
Lopik4,62,52,16
Veere4,61,23,45
Heerde4,62,12,44
Huizen4,60,73,87
Nunspeet4,51,72,82
Ommen4,52,12,43
Woudenberg4,52,02,53
Westerveld4,41,62,83
Heemskerk4,41,52,91
Eersel4,41,13,22
Castricum4,40,63,81
Urk4,31,23,13
Baarle-Nassau4,23,30,87
Meerssen4,21,32,81
Boekel4,12,02,13
Renkum4,11,22,93
Gennep4,11,22,93
Dantumadiel4,10,83,22
Oldebroek4,01,42,61
Papendrecht4,00,33,73
Elburg4,01,22,84
Krimpen aan den IJssel3,90,63,35
Westvoorne3,91,02,94
Reusel-De Mierden3,91,52,44
Maassluis3,90,73,19
Opmeer3,82,41,45
Staphorst3,71,52,25
Brielle3,70,92,76
Wassenaar3,71,62,05
Bunnik3,61,42,18
Nederweert3,6-0,23,82
Beek3,61,02,57
Stede Broec3,60,62,97
Waalre3,50,53,01
Enkhuizen3,52,01,48
Oegstgeest3,41,42,06
Heiloo3,40,72,66
Baarn3,31,02,33
Druten3,30,62,7
Beesel3,30,72,54
Wijdemeren3,20,62,64
Heumen3,20,72,5
Wormerland3,21,61,58
Oudewater3,21,61,58
Brunssum3,20,52,63
Valkenburg aan de Geul3,10,92,29
Bergen (L.)3,11,31,81
Hillegom3,11,12,03
Voorschoten3,00,42,63
Noord-Beveland3,01,31,63
Montfoort2,90,82,1
Voerendaal2,90,82,06
Gulpen-Wittem2,80,81,97
Texel2,61,61,04
Heemstede2,60,32,35
Uitgeest2,50,81,74
Weesp2,41,11,32
Diemen2,40,61,84
Sliedrecht2,40,32,07
Harlingen2,30,32,07
Doesburg2,31,30,96
Bloemendaal2,20,51,76
Leiderdorp2,10,81,31
Renswoude2,00,91,17
Scherpenzeel2,00,61,4
Simpelveld1,90,81,17
Waterland1,90,31,59
Westervoort1,80,01,8
Blaricum1,80,51,31
Mook en Middelaar1,80,41,39
Hattem1,80,31,48
Kapelle1,8-0,52,23
Eemnes1,70,41,3
Landsmeer1,50,50,96
Ouder-Amstel1,40,21,26
Zoeterwoude1,30,80,55
Oostzaan1,20,30,93
Laren1,20,30,94
Vaals1,00,10,86
Ameland1,00,40,53
Zandvoort0,90,10,79
Vlieland0,80,60,17
Terschelling0,70,60,14
Schiermonnikoog0,30,20,12
Rozendaal0,30,10,22
1) In 2022 is er een gemeentelijke herindeling geweest, op deze kaart wordt de indeling van 2022 gebruikt (zie Gemeentelijke indeling op 1 januari 2022 (cbs.nl)). Zonnestroomcijfers van opgeheven gemeenten uit 2021 zijn volgens de nieuwe indeling bij elkaar opgeteld.

Het opgestelde vermogen aan zonnestroom is afgelopen jaar weer flink toegenomen, zie Figuur 5.1.1. De verwachting is echter dat deze sterke groei op korte termijn zal afnemen door een vermindering van subsidieaanvragen (Solar Magazine, 2023a, Solar Magazine, 2023b). De Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie en klimaattransitie (SDE++) is veruit de grootste bron van subsidie. Voor zakelijk gebruikers zijn er naast de SDE++ nog de Energie-investeringsaftrek (EIA) en de InvesteringsSubsidie Duurzame Energie (ISDE). Voor kleinverbruikers is er de salderingsregeling of als zij zich verenigen in een coöperatie of vereniging van eigenaars (VvE) is er de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE).

Daarnaast worden niet alle geplande en voor subsidie beschikte projecten uiteindelijk gerealiseerd. RVO (RVO, 2022) heeft bijvoorbeeld in 2021 voor de SDE-projecten een forse stijging geconstateerd van projecten die volledig werden ingetrokken (volledige vrijval) of waarbij er substantieel minder vermogen werd gerealiseerd dan beschikt (gedeeltelijke vrijval), in totaal goed voor zo’n 1,6 GWp aan vermogen. Voorlopige cijfers van 2022 tonen aan dat ook in dit jaar aardig wat vrijval heeft plaatsgevonden. De vrijval komt vooral voor bij dakinstallaties en niet of nauwelijks bij veldinstallaties. Als oorzaken voor volledige of gedeeltelijke vrijval noemt RVO aanpassing van de dakconstructie, tegenvallende business cases, netcapaciteit en verzekerbaarheid. De kortere realisatietermijn voor zon op daken projecten in de SDE maakt het voor zon op daken extra moeilijk om binnen de realisatietermijn van de SDE de knelpunten opgelost te krijgen. Voor de komende periode neemt mogelijk de ontoereikende netcapaciteit toe als beperkende factor bij de realisatie van projecten. Hierdoor kunnen regionale verschillen optreden in de vrijval, aangezien de netcapaciteit – en dus de ruimte voor nieuwe zonnestroominstallaties - regionaal sterk kan verschillen.

Ondanks de toenemende vrijval is de SDE nog steeds een belangrijke motor voor de toename van zonnestroom in Nederland. Maar in 2022 niet meer de belangrijkste, aangezien 59 procent van het totaal bijgeplaatste vermogen gerealiseerd is buiten de SDE regelingen om. De enorme toename in geïnstalleerd vermogen in 2022 tot 19 143 MWp was fors hoger dan voorspeld door RVO (RVO, 2022). De prognose die in datzelfde rapport gesteld werd voor eind 2023 tot 21 500 MWp is dus wellicht een onderschatting. Op basis van het aantal aangevraagde subsidies voor zonnepanelen via SDE++ in 2022, dat het laagste niveau bereikte sinds 2016, en het feit dat in het eerste kwartaal van 2023 ook een stuk minder is bijgeplaatst met behulp van SDE+(+) dan per kwartaal sinds 2020, is een minder harde stijging in vermogen in 2023 misschien wel te verwachten (Solar Magazine, 2023a, 2023b). Als in 2023 de pijplijn beschikte projecten als voldoende ingeschat wordt om de 35 TWh doelstelling voor 2030 te halen kan volgens RVO (RVO, 2022) besloten worden de SDE niet langer open te stellen voor nieuwe aanvragen voor grootschalige zonnestroominstallaties. Door de voorraad van afgegeven beschikkingen zal echter ook daarna nog een aanzienlijke realisatie met SDE te zien zijn.

Voor de kleinverbruikers (particulieren en bedrijven met een laag elektriciteitsverbruik) blijft de salderingsregeling in combinatie met de hoge energiebelasting op elektriciteit een belangrijke stimulans om zonnepanelen aan te schaffen. Kleinverbruikers kunnen via de salderingsregeling net zoveel voor hun opgewekte elektriciteit krijgen als zij voor ingekochte elektriciteit betalen. Pas als er meer wordt opgewekt dan verbruikt geldt er alleen een door het energiecontract bepaalde terugleververgoeding. Door saldering hoeft geen btw en energiebelasting over de zelf geproduceerde stroom betaald te worden. Daar komt nog bij dat er vanaf 2023 geen btw tarief op zonnepanelen meer op zonnepanelen zit. De daadwerkelijk terugverdientijd van zonnepanelen hangt af van meerdere factoren, zoals de beschikbaarheid van een dak in de zon, de prijs van elektriciteit en het functioneren van de panelen op de lange termijn.

Eind 2020 is een wetsvoorstel voor de geleidelijke afbouw van de salderingsregeling naar de Kamer gestuurd. Het was de bedoeling om tussen 2023 en 2031 het salderen van gebruikte en teruggeleverde elektriciteit in stappen af te bouwen en te vervangen door een terugleververgoeding. Het verschil is dat bij de salderingsregeling ook alle belastingen kunnen worden gesaldeerd, terwijl bij een terugleververgoeding wel belastingen betaald worden. Door de val van het kabinet Rutte III is de afbouw van de salderingsregeling uitgesteld. Het is nu de bedoeling dat de afbouw in 2025 begint.

Tot slot is er voor energiecoöperaties (‘Vereniging van eigenaren’) en Verenigingen van Eigenaars (de ‘VvE’) de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE). Dit is de opvolger van de fiscale regeling verlaagd tarief, beter bekend als de postcoderoosregeling omdat de opwek dient plaats te vinden in coöperatief verband en in de eigen leefomgeving

5.1.2 Zonnestroom
Elektriciteits-productie (mln kWh)Vermeden verbruik van fossiele primaire energie (TJ)Vermeden emissie CO2 (kton)
1990040
20008705
20105647632
20151 1099 639751
20208 76565 7363 727
2021**11 49592 0745 842
2022**16 827134 7908 553
Bron: CBS
**Nader voorlopige cijfers

Methode

Zie voor een omschrijving van de methode inclusief rekenvoorbeelden 4.2.1 Zonnestroom uit Protocol Monitoring Hernieuwbare Energie, RVO en CBS, en Zonnestroom op regionaal niveau (CBS, 2023a).

Tot 2018 bepaalde het CBS het opgestelde vermogen voor zonnestroom op basis van een enquête onder leveranciers van (importerende) zonnestroomsystemen. In 2018 is het CBS overgestapt op een nieuwe methode op basis van een combinatie van informatie uit registraties, met name het Productie-installatieregister (PIR) van de netbeheerders, de administratieve data van VertiCer (voorheen CertiQ) en de teruggave van BTW voor particulieren. In 2020 is het PIR opgevolgd door de Centrale Registratie van Systeemelementen (CERES). De registerinformatie wordt op het niveau van adressen en aansluitingen geïntegreerd met de statistieken welke het CBS al langer maakt op basis van de klantenbestanden van de netbedrijven. Vanaf 2021 heeft het CBS ook beschikking over de terugleveringen van elektriciteit aan het net. Daarom gebruiken we vanaf dat jaar VertiCer, CERES en het elektriciteitsaansluitingenbestand om de populatie aan zonnestroominstallaties te bepalen. Hiermee zijn verschillende plausibiliteitscontroles mogelijk en met de data van de netbedrijven is het mogelijk om op dezelfde wijze als in de andere statistieken uitsplitsingen te maken naar regio en naar sector. De registerinformatie is beschikbaar vanaf verslagjaar 2012. Voor de jaren daarvoor is de zonnestroomstatistiek nog steeds gebaseerd op de informatie uit de enquêtes onder leveranciers.

De beschikking over de terugleveringen zorgt voor minder onzekerheden ten opzichte van de oude methode, doordat er meer plausibiliteitschecks mogelijk zijn en omdat er vermogens bijgeschat kunnen worden voor kleinverbruikers waar het register niet compleet is. Dit was namelijk één van de grootste onzekerheden in de oude methode, omdat het CBS geen zicht had op de mate waarin in register niet compleet was en dat registerinformatie soms vertraagd beschikbaar was.

Zowel in de schatting van het aantal geplaatste panelen als in de productie per geïnstalleerd vermogen zit een onzekerheid. De totale onnauwkeurigheid in de elektriciteitsproductie uit zonnepanelen schat het CBS op 15 tot 20 procent.

5.2 Zonnewarmte

Bij de actieve zonthermische energiesystemen kan een uitsplitsing worden gemaakt naar afgedekte en onafgedekte systemen. Afgedekte systemen zijn gesloten systemen. Hierdoor wordt de temperatuur in de collector hoger en daardoor ook de warmteproductie per vierkante meter. Binnen de afgedekte systemen wordt nog een onderscheid gemaakt in systemen met een collectoroppervlak kleiner dan zes vierkante meter en systemen met een collectoroppervlak groter dan zes vierkante meter. De kleine afgedekte systemen zijn bekend als zonneboilers. Deze worden veel toegepast in de woningbouw. De grotere afgedekte systemen worden vooral in de utiliteitsbouw gebruikt. De onafgedekte systemen worden vooral bij zwembaden toegepast.

Er zijn twee typen afgedekte systemen: vlakkeplaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren. Vlakkeplaatcollectoren komen in Nederland het meeste voor en de afdekking bestaat dan uit een glazen plaat. Vacuümbuiscollectoren zijn dubbelwandige buisvormige collectoren met tussen de twee wanden een isolerende vacuüm ruimte. In het binnenste gedeelte wordt de warmte opgevangen door een vloeistof.

Ontwikkelingen

Zonnewarmtesystemen worden al heel lang toegepast in Nederland. Een grote doorbraak is echter tot op heden uitgebleven. Hiervoor zijn verschillende redenen aan te wijzen, zoals een gebrek aan bekendheid bij zowel het publiek als beleidsmakers en adviseurs, relatief hoge kosten en een lange terugverdientijd in vergelijking met concurrerende technieken en technische uitdagingen (TNO, 2020b). De huidige subsidieregelingen hebben een beperkte effectiviteit. Ook zijn de prijsdalingen van deze systemen lang niet zo sterk als bij zonnestroom. Het totale collectoroppervlak is daardoor al aantal jaren redelijk stabiel.

In 2022 werd er ruim 42 duizend vierkante meter aan zonnecollectoren bijgeplaatst, ruim een kwart meer dan in 2021. Daartegenover staat dat er ook bijna 42 duizend vierkante meter uit gebruik is genomen (einde geschatte levensduur). Per saldo bleef het totale oppervlak van de opgestelde zonnecollectoren daardoor ongeveer gelijk en bedroeg afgerond 662 duizend vierkante meter. In totaal werd er in Nederland 1,2 PJ aan zonnewarmte geproduceerd in 2022.

5.2.1 Collectoroppervlak zonnewarmte
 Uit gebruik genomen collectoroppervlak (Vierkante meters)In gebruik genomen collectoroppervlak (Vierkante meters)Opgesteld collectoroppervlak (Vierkante meters)
19901235909573228
2000837335563275694
2010909546731576167
20152057524140647397
20203556332482669416
20213817130609661854
2022**4158242097662369
**Nader voorlopige cjifers

StatLine - Zonnewarmte; aantal installaties, collectoroppervlak en warmteproductie (cbs.nl)

Het grootste gedeelte van de zonnecollectoren, ongeveer twee derde van het totale oppervlak, wordt geplaatst bij woningen. Meestal zijn dit bestaande woningen. Minder dan 10 procent van het oppervlak aan zonnecollectoren wordt bij nieuwbouwwoningen geplaatst. De meeste zonnewarmtesystemen worden gebruikt voor het verwarmen van tapwater. Voor het plaatsen van zonnewarmtesystemen in de bestaande bouw kan subsidie aangevraagd worden via de ISDE-regeling (zie ook paragraaf 2.7). In 2022 is er 24 duizend vierkante meter aan zonnewarmtecollectoren met ISDE-subsidie geplaatst.

5.2.2 Zonnewarmte
Bruto eindverbruik (TJ)Vermeden verbruik van fossiele primaire energie (TJ)Vermeden emissie CO2 (kton)
Totaal zonnecollectoren
1990100845
200045444525
20109941 01657
20151 1371 17967
20201 1761 26671
2021**1 1641 25471
2022*1 1681 25471
Zonneboilers (afgedekte systemen ≤ 6 m2)
199011..
2000278..
2010694..
2015818..
2020819..
2021**801..
2022*800..
Afgedekte systemen > 6 m2
199018..
200047..
2010138..
2015187..
2020260..
2021**273..
2022*283..
Onafgedekte systemen
199071..
2000129..
2010162..
2015132..
202097..
2021**91..
2022*85..
Bron: CBS
**Nader voorlopige cijfers

5.2.3 Afzet afgedekte zonnewarmtesystemen, uitgesplitst naar sector (% van collectoroppervlakte)
Sector201720182019202020212022**
Woningen
Totaal755649776470
Nieuwbouw1337744
Bestaande bouw544138645255
Onbekend81246811
Utiliteitsgebouwen181212131415
Landbouw73239102215
Bron: CBS
**Nader voorlopige cijfers

5.2.4 Afzet afgedekte zonnewarmte systemen, uitgesplitst naar type systeem (% van collectoroppervlakte)
Type systeem201720182019202020212022**
Systemen kleiner dan 6 m2
Vlakke plaat867376707066
Vacuüm buis142724303034
Systemen groter dan 6 m2
Vlakke plaat657657676865
Vacuüm buis352443333235
Totaal
Vlakke plaat787564696966
Vacuüm buis222536313134
Bron: CBS
**Nader voorlopige cijfers

Methode

Zie voor een omschrijving van de methode inclusief rekenvoorbeelden 4.2.2 Zonnewarmte uit Protocol Monitoring Hernieuwbare Energie, RVO en CBS

De basis voor de statistiek is de database die Ecofys heeft opgesteld voor de jaren tot en met 2002 (Warmerdam, 2003). Het CBS heeft vervolgens de database geactualiseerd. De gegevens voor de bijgeplaatste afgedekte systemen zijn verkregen via een enquête bij de leveranciers van deze systemen. De respons was 95 procent voor verslagjaar 2022. Non-respons is bijgeschat op basis van gegevens van vorig jaar. De lijst van leveranciers is opgesteld met hulp van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, brancheorganisatie Holland Solar en informatie uit de ISDE.

Onafgedekte systemen leveren een kleine bijdrage en worden vanaf verslagjaar 2012 geschat met een vaste aanname voor nieuw geplaatste systemen per jaar.

Vanaf verslagjaar 2020 wordt de afzet van PVT-systemen, een combinatie van een fotovoltaïsche cel en een zonnecollector, gevraagd aan leveranciers. Deze systemen worden vaak in combinatie met een warmtepomp aangesloten en hebben als voordeel dat elektriciteit en warmte tegelijk worden opgewekt, waardoor de energieopbrengst per vierkante meter hoger ligt dan bij losse panelen/collectoren. Voorlopig zijn de investeringskosten voor deze systemen nog vrij hoog en is subsidie alleen voor grotere installaties mogelijk. Begin 2021 is besloten dat er minimaal 600 vierkante meter aan PVT-oppervlak moet liggen in combinatie met een warmtepomp met een vermogen van minimaal 500 kW om in aanmerking te komen voor SDE++ subsidie. Voor kleine systemen is er wel de BTW teruggave net als voor zonnestroom. Vanwege herleidbaarheid tot individuele bedrijven worden in deze publicatie geen verdelingen over PVT-afzet in 2022 opgenomen.

De onzekerheid in de hernieuwbare energie uit zonnewarmte wordt nu bepaald door een combinatie van factoren: de productie per eenheid collectoroppervlak, de levensduur van de collectoren en het bijgeplaatste collectoroppervlak. Het CBS schat de onzekerheid in de cijfers over de productie van zonnewarmte op 25 procent.

Paginanavigatie