Arbeidsdeelname; wisselingen van arbeidspositie per kwartaal

Bekijk volledige tabel Download volledige dataset Toon toelichting
Arbeidspositie Arbeidspositie voorgaande periode Beroeps- en niet-beroepsbevolking (x 1 000)
Beroeps- en niet beroepsbevolking Beroeps- en niet beroepsbevolking 13.413
Werkzame beroepsbevolking 9.839
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 5.585
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 2.704
Zelfstandige 1.550
Werkloze beroepsbevolking 378
Niet-beroepsbevolking 3.196
Werkzame beroepsbevolking Beroeps- en niet beroepsbevolking 9.846
Werkzame beroepsbevolking 9.502
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 5.508
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 2.490
Zelfstandige 1.503
Werkloze beroepsbevolking 146
Niet-beroepsbevolking 198
Werknemer met vaste arbeidsrelatie Beroeps- en niet beroepsbevolking 5.640
Werkzame beroepsbevolking 5.620
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 5.401
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 212
Zelfstandige 7
Werkloze beroepsbevolking 7
Niet-beroepsbevolking 13
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie Beroeps- en niet beroepsbevolking 2.679
Werkzame beroepsbevolking 2.392
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 97
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 2.260
Zelfstandige 36
Werkloze beroepsbevolking 129
Niet-beroepsbevolking 158
Zelfstandige Beroeps- en niet beroepsbevolking 1.527
Werkzame beroepsbevolking 1.490
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 10
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 19
Zelfstandige 1.461
Werkloze beroepsbevolking 9
Niet-beroepsbevolking 27
Werkloze beroepsbevolking Beroeps- en niet beroepsbevolking 404
Werkzame beroepsbevolking 122
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 24
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 88
Zelfstandige 9
Werkloze beroepsbevolking 144
Niet-beroepsbevolking 139
Niet-beroepsbevolking Beroeps- en niet beroepsbevolking 3.163
Werkzame beroepsbevolking 216
Werknemer met vaste arbeidsrelatie 53
Werknemer met flexibele arbeidsrelatie 125
Zelfstandige 37
Werkloze beroepsbevolking 89
Niet-beroepsbevolking 2.859
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over wisselingen van arbeidspositie van personen van 15 tot 75 jaar in Nederland, met uitzondering van personen in inrichtingen, instellingen en tehuizen (institutionele bevolking). Per kwartaal wordt de arbeidspositie op dat moment en de arbeidspositie een kwartaal eerder gegeven. Er worden drie arbeidsposities onderscheiden; werkzame beroepsbevolking, werkloze beroepsbevolking en niet-beroepsbevolking. Daarnaast wordt binnen de werkzame beroepsbevolking verbijzonderd naar positie in de werkkring. Bijvoorbeeld hoeveel personen met een flexibele arbeidsrelatie zijn gewisseld naar een vaste arbeidsrelatie.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1e kwartaal 2013

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 13 november 2025:
De cijfers over het 3e kwartaal 2025 zijn toegevoegd.

Wijzigingen per 15 november 2022:
Geen, dit is een nieuwe tabel. Deze tabel is samengesteld op basis van de Enquête Beroepsbevolking (EBB). Vanwege wijzigingen in het onderzoeksdesign en de vragenlijst van de EBB zijn de cijfers vanaf 2021 niet zonder meer vergelijkbaar met de cijfers tot en met 2020. De cijfers in deze tabel over de werkzame beroepsbevolking, werkloze beroepsbevolking en niet-beroepsbevolking zijn daarom consistent gemaakt met de (niet-seizoengecorrigeerde) cijfers in de tabel Arbeidsdeelname, kerncijfers seizoengecorrigeerd (zie paragraaf 4), waarin de uitkomsten voor de periode 2013-2020 zijn herberekend om aan te sluiten op de uitkomsten vanaf 2021. Bij verdere detaillering van de uitkomsten naar baan- en persoonskenmerken kunnen er van 2020 op 2021 desondanks verschillen zijn als gevolg van de nieuwe methode.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers worden gepubliceerd in februari 2026.

Toelichting onderwerpen

Beroeps- en niet-beroepsbevolking
Personen die tot de werkzame, de werkloze of de niet-beroepsbevolking behoren.  

Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar.