Kerncijfers wijken en buurten 2021

Kerncijfers wijken en buurten 2021

Wijken en buurten Inkomen Inkomen van huishoudens Huish. onder of rond sociaal minimum (%) Inkomen Inkomen van huishoudens Huishoudens tot 110% van sociaal minimum (%) Inkomen Inkomen van huishoudens Huishoudens tot 120% van sociaal minimum (%)
Nederland 6,5 9,8 12,4
Aa en Hunze 4,2 6,7 9,1
Wijk 00 Annen 3,8 5,9 9,1
Annen 3,7 5,9 9,3
Verspreide huizen Annen . . .
Wijk 01 Eext 4,5 6,9 8,1
Eext 4,7 7,1 8,3
Verspreide huizen Eext . . .
Wijk 02 Anloo 7,2 7,8 9,6
Anloo 7,7 8,5 9,9
Verspreide huizen Anloo . . .
Wijk 03 Gasteren 2,2 2,8 3,9
Gasteren 1,7 2,3 3,5
Verspreide huizen Gasteren . . .
Wijk 04 Anderen 4,7 7,5 8,5
Anderen . . .
Verspreide huizen Anderen . . .
Wijk 05 Schipborg 2,8 4,6 7,1
Schipborg 2,7 4,7 7,4
Verspreide huizen Schipborg . . .
Wijk 06 Eexterveen 0,5 1,1 1,6
Eexterveen 0,5 1,1 1,6
Verspreide huizen Eexterveen . . .
Wijk 07 Spijkerboor . . .
Spijkerboor . . .
Verspreide huizen Spijkerboor . . .
Wijk 08 Nieuw-Annerveen . . .
Nieuw-Annerveen . . .
Verspreide huizen Nieuw-Annerveen . . .
Wijk 09 Oud-Annerveen . . .
Oud-Annerveen . . .
Verspreide huizen Oud-Annerveen . . .
Wijk 11 Annerveenschekanaal 1,1 4,6 4,6
Annerveenschekanaal 1,1 4,6 4,6
Verspreide huizen Annerveenschekanaal . . .
Wijk 12 Eexterveenschekanaal 0,9 4,6 7,3
Eexterveenschekanaal 0,9 2,8 5,7
Verspreide huizen Eexterveenschekanaal . . .
Wijk 13 Eexterzandvoort . . .
Eexterzandvoort . . .
Verspreide huizen Eexterzandvoort . . .
Wijk 14 Gasselte 4,6 7,8 10,0
Gasselte 4,5 7,4 9,9
Kostvlies . . .
Verspreide huizen Gasselte 6,5 11,3 12,9
Wijk 15 Gasselternijveen 8,7 13,7 16,7
Gasselternijveen 8,8 14,0 17,1
Gasselterboerveen . . .
Verspreide huizen Gasselternijveen . . .
Wijk 16 Gasselternijveenschemond 5,2 7,6 10,7
Gasselternijveenschemond 5,4 7,9 11,2
Gasselterboerveenschemond . . .
Verspr.h. Gasselternijveenschemond . . .
Wijk 17 Gieten 4,1 7,0 10,1
Gieten 4,0 6,9 10,3
Verspreide huizen Gieten . . .
Wijk 18 Gieterveen 3,9 5,5 7,5
Gieterveen 4,7 7,5 10,0
Bonnerveen . . .
Nieuwediep 1,0 1,0 3,0
Verspreide huizen Gieterveen . . .
Wijk 19 Rolde 3,6 6,3 8,5
Rolde 3,8 6,3 8,8
Ballo . . .
Nijlande . . .
Deurze . . .
Verspreide huizen Nooitgedacht 3,1 5,6 6,8
Verspreide huizen Rolde . . .
Wijk 20 Grolloo 4,9 6,0 7,3
Grolloo 3,4 4,6 5,3
Schoonloo . . .
Verspreide huizen Papenvoort . . .
Verspreide huizen Grolloo . . .
Wijk 21 Ekehaar 1,0 1,6 2,6
Ekehaar 0,0 0,0 1,0
Amen . . .
Verspreide huizen Ekehaar . . .
Aalsmeer 3,4 5,3 7,3
Wijk 00 Aalsmeer 4,2 6,4 8,6
Centrum 3,4 5,8 8,7
Stommeer 4,8 7,1 9,3
Hornmeer 3,9 6,2 8,4
Uiterweg 3,2 4,0 4,0
Wijk 01 Kudelstraat en Kalslagen 3,1 5,1 7,2
Kudelstaart 3,1 5,1 7,2
Wijk 02 Oosteinde 2,5 3,7 5,3
Bovenlanden 2,0 2,2 3,4
Greenpark 2,9 4,2 4,2
Oosteinde 2,5 3,9 5,8
Schinkelpolder 2,6 3,1 3,1
Aalten 3,9 6,7 9,5
Wijk 01 Buitengebied Aalten 4,0 5,0 5,9
Barlo-Kern . . .
Verspreide huizen Barlo 3,6 4,2 5,4
Verspreide huizen Heurne 5,1 6,5 6,5
Verspreide huizen IJzerlo 4,6 4,6 5,7
IJzerlo-kern . . .
Lintelo-kern . . .
Verspreide huizen ten westen van Aalten . . .
Verspreide huizen Lintelo 7,6 8,0 8,4
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Overzicht van statistische gegevens van gemeenten, wijken en buurten in Nederland.

Gegevens beschikbaar over: 2021.

Status van de cijfers:
Definitief, tenzij in de toelichting bij het onderwerp expliciet is vermeld dat het voorlopige cijfers betreft.

Wijzigingen per maart 2024
Aan het thema arbeid zijn nieuwe cijfers toegevoegd. De cijfers over eigendom (huur- en koopwoningen) binnen het thema wonen zijn gecorrigeerd. In 2023 is geconstateerd dat de afleiding van huurwoningen in bezit van woningcorporaties voor de jaren 2019 t/m 2022 niet altijd correct is verlopen, waardoor bij enkele gemeenten in specifieke jaren het aantal huurwoningen in bezit van woningcorporaties is onderschat en het aantal huurwoningen in bezit van overige verhuurders is overschat. De cijfers van 2020 t/m 2022 zijn nu gecorrigeerd. Het voornemen is om ook de cijfers voor 2019 in het tweede kwartaal van 2024 te corrigeren.

Wijzigingen per december 2023
De bestaande categorie "Gemiddeld elektriciteitsverbruik" is hernoemd tot "Gemiddelde elektriciteitslevering" binnen het thema Energie.

Wijzigingen per april 2023
Binnen het thema energie zijn cijfers over percentage woningen met stadsverwarming gecorrigeerd. De fout betrof onjuiste percentages in enkele wijken en buurten in Amersfoort en afronding op een onjuist aantal decimalen in enkele tientallen gebieden (gemeenten, wijken of buurten).


Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Elk kwartaal worden er nieuwe cijfers toegevoegd indien deze beschikbaar zijn.

Toelichting onderwerpen

Inkomen
Deze variabelen geven informatie over het persoonlijk inkomen van personen in particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen en het inkomen van particuliere huishoudens met een waargenomen inkomen. De gegevens komen uit de Integrale Inkomens- en Vermogensstatistiek (IIVS) met als populatie de bevolking van Nederland op 1 januari van het verslagjaar met het inkomen over het verslagjaar.

De Integrale Inkomens- en Vermogensstatistiek van het CBS is voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van Financiën (de fiscale registers) en de bevolkingsregisters van de Nederlandse gemeenten (Basisregistratie personen). De Basisregistratie personen is een register waarin alle inwoners van een gemeente behoren te zijn ingeschreven. Uitgezonderd zijn:
- Inwoners van Nederland die gebruik maken van uitzonderingsregels die gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (niet-Nederlandse diplomaten en niet-Nederlandse NAVO militairen). Zij mogen zelf bepalen of zij in de bevolkingsregisters ingeschreven worden of niet.
- Asielzoekers die korter dan zes maanden in de centrale opvang verblijven en nog geen verblijfsvergunning hebben gekregen.
Inkomen van huishoudens
De doelpopulatie bestaat uit particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen.
Huish. onder of rond sociaal minimum
Huishoudens onder of rond het sociaal minimum.
Bij de bepaling van het sociaal minimum is van de particuliere huishoudens een aantal groepen niet meegenomen. Dit betreft enerzijds studentenhuishoudens en anderzijds huishoudens met een onvolledig jaarinkomen. De doelpopulatie bestaat dan ook uit particuliere huishoudens waarvan de hoofdkostwinner (of eventuele partner) het gehele jaar inkomen heeft en niet afhankelijk is van studiefinanciering.

Het sociaal minimum is het wettelijk bestaansminimum zoals dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Om te kunnen beoordelen hoe het inkomen zich verhoudt tot het minimum, is aan de hand van de regelgeving vastgesteld welke norm voor het desbetreffende huishouden van toepassing is. De norm voor een (echt)paar met uitsluitend minderjarige kinderen is bijvoorbeeld gelijkgesteld aan de bijstandsuitkering van een echtpaar, aangevuld met de (leeftijdsafhankelijke) kinderbijslag. Bij 65-plussers is het bedrag aan AOW-pensioen als norm gekozen.
Het waargenomen inkomen van huishoudens, die uitsluitend op een bijstandsuitkering zijn aangewezen, wijkt in veel gevallen in geringe mate af van de vastgestelde normbedragen. Zouden de normbedragen als inkomensgrens worden gehanteerd, dan komt een deel van deze huishoudens met hun inkomen net boven het sociale minimum uit. Daarom is niet 100%, maar 101% van het sociaal minimum als inkomensgrens gehanteerd.
Het percentage is vermeld bij minimaal 100 particuliere huishoudens behorende tot de doelpopulatie per regio.
Huishoudens tot 110% van sociaal minimum
Het besteedbaar huishoudensinkomen exclusief gebonden uitkeringen is lager dan 110 procent van het sociaal minimum. Het sociaal minimum is het wettelijk bestaansminimum dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Tot aan de pensioengerechtigde leeftijd is het sociaal minimum gelijk aan de hoogte van de bijstandsuitkering en vanaf de pensioengerechtigde leeftijd is het ontleend aan het AOW-pensioen. Voor huishoudens met kinderen zijn de kinderbijslag en het kindgebonden budget aan het normbedrag toegevoegd.
Huishoudens tot 120% van sociaal minimum
Het besteedbaar huishoudensinkomen exclusief gebonden uitkeringen is lager dan 120 procent van het sociaal minimum. Het sociaal minimum is het wettelijk bestaansminimum dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Tot aan de pensioengerechtigde leeftijd is het sociaal minimum gelijk aan de hoogte van de bijstandsuitkering en vanaf de pensioengerechtigde leeftijd is het ontleend aan het AOW-pensioen. Voor huishoudens met kinderen zijn de kinderbijslag en het kindgebonden budget aan het normbedrag toegevoegd.