Kerncijfers wijken en buurten 2019

Kerncijfers wijken en buurten 2019

Wijken en buurten Bevolking Personen met een migratieachtergrond Westers totaal (aantal) Inkomen Inkomen van personen Aantal inkomensontvangers   (aantal) Inkomen Inkomen van personen Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger  (x 1 000 euro) Inkomen Inkomen van personen Gemiddeld inkomen per inwoner  (x 1 000 euro) Inkomen Inkomen van personen 40% personen met laagste inkomen (%) Inkomen Inkomen van personen 20% personen met hoogste inkomen (%) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; Bijstand (aantal) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; AO (aantal) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; WW (aantal) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; AOW (aantal) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's totaal (aantal) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's per huishouden (per huishouden) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's naar oppervlakte (per km²) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's; brandstoftype Personenauto's; brandstof benzine (aantal) Motorvoertuigen Personenauto's Personenauto's; brandstoftype Personenauto's; overige brandstof (aantal)
Nederland 1.774.271 13.702.300 33,4 27,1 40,0 20,0 431.360 735.350 230.180 3.065.800 8.442.980 1,1 251 6.737.850 1.705.135
Aa en Hunze 1.075 20.700 32,6 27,2 40,1 19,6 400 1.090 380 6.130 14.420 1,3 52 10.920 3.495
Wijk 00 Annen 125 2.900 34,9 28,5 37,0 22,2 40 100 60 830 1.985 1,3 135 1.565 420
Annen 125 2.800 34,1 27,7 37,2 21,5 30 100 50 800 1.885 1,3 747 1.490 395
Verspreide huizen Annen 5 100 50,6 45,1 31,8 38,6 0 0 10 30 100 1,5 8 75 25
Wijk 01 Eext 55 1.200 32,2 26,7 38,9 18,4 20 50 20 280 860 1,4 48 650 210
Eext 50 1.000 31,5 25,9 39,5 17,5 20 40 20 230 740 1,4 434 555 180
Verspreide huizen Eext 5 200 36,4 32,6 34,4 24,0 0 10 0 40 120 1,3 7 90 30
Wijk 02 Anloo 15 400 32,4 28,0 44,2 18,9 20 20 10 110 275 1,3 34 205 70
Anloo 15 300 32,5 28,1 43,0 18,2 10 10 10 90 200 1,3 349 150 50
Verspreide huizen Anloo 0 100 32,2 27,7 47,3 20,9 10 10 0 20 75 1,1 10 55 20
Wijk 03 Gasteren 45 400 35,6 31,5 37,6 25,6 0 10 10 110 255 1,5 28 190 70
Gasteren 45 400 35,8 32,0 37,3 25,9 0 10 10 110 255 1,5 474 190 70
Verspreide huizen Gasteren 5 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 04 Anderen 15 200 36,9 31,3 41,3 24,3 0 20 0 50 165 1,6 15 125 40
Anderen 10 200 34,9 30,2 42,2 22,2 0 10 0 50 165 1,8 381 125 40
Verspreide huizen Anderen 0 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 05 Schipborg 35 500 38,8 32,8 36,4 27,7 10 10 10 200 395 1,4 68 285 110
Schipborg 30 500 38,5 32,7 36,1 26,8 10 10 10 180 380 1,5 396 280 100
Verspreide huizen Schipborg 15 0 . . . . 0 0 0 20 15 . . 10 10
Wijk 06 Eexterveen 5 400 37,2 29,0 31,5 27,0 0 10 10 60 275 1,5 43 195 80
Eexterveen 10 300 36,9 28,7 31,8 26,9 0 10 10 50 270 1,5 213 190 80
Verspreide huizen Eexterveen 0 0 . . . . . . . . 5 . . 5 0
Wijk 07 Spijkerboor 5 100 30,5 27,3 39,0 18,4 0 0 0 30 95 1,5 255 75 15
Spijkerboor 5 100 30,5 27,3 39,0 18,4 0 0 0 30 95 1,5 427 75 15
Verspreide huizen Spijkerboor 0 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 08 Nieuw-Annerveen 0 100 . 26,9 . . 0 0 0 20 75 . . 60 20
Nieuw-Annerveen 0 100 . 27,3 . . 0 0 0 20 75 . . 60 20
Verspreide huizen Nieuw-Annerveen 0 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 09 Oud-Annerveen 5 100 35,3 29,5 34,6 24,3 0 10 0 20 85 1,5 42 50 30
Oud-Annerveen 5 100 36,3 30,1 31,4 25,5 0 10 0 20 85 1,6 308 50 30
Verspreide huizen Oud-Annerveen 0 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 11 Annerveenschekanaal 15 300 33,8 28,0 31,7 18,3 10 20 10 50 245 1,4 77 190 60
Annerveenschekanaal 20 300 33,9 28,0 31,6 18,4 10 20 10 50 245 1,4 423 190 60
Verspreide huizen Annerveenschekanaal 0 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 12 Eexterveenschekanaal 20 200 29,4 24,0 42,9 16,1 0 20 10 50 165 1,3 60 120 45
Eexterveenschekanaal 15 200 29,6 24,3 42,9 16,8 0 20 10 50 150 1,3 252 110 40
Verspreide huizen Eexterveenschekanaal 0 0 . . . . . . . . 15 . . 5 5
Wijk 13 Eexterzandvoort 10 100 37,2 32,5 34,7 26,3 0 0 0 30 90 1,5 13 65 25
Eexterzandvoort 5 100 . 32,1 . . 0 0 0 20 80 . . 55 25
Verspreide huizen Eexterzandvoort 5 0 . . . . . . . . 10 . . 5 0
Wijk 14 Gasselte 110 1.600 31,5 26,7 41,3 17,8 30 60 20 560 1.160 1,3 60 890 270
Gasselte 75 1.300 30,9 26,2 41,3 17,6 20 30 20 470 935 1,3 279 730 200
Kostvlies 10 100 40,9 35,2 35,3 28,4 0 0 0 40 90 1,6 170 60 30
Verspreide huizen Gasselte 25 200 29,5 25,1 44,7 13,2 0 20 0 50 135 0,9 9 95 40
Wijk 15 Gasselternijveen 90 1.500 27,1 21,8 47,4 13,1 70 80 30 350 1.005 1,3 172 790 215
Gasselternijveen 90 1.400 26,9 21,7 47,8 12,7 70 80 30 350 975 1,3 495 770 205
Gasselterboerveen 0 0 . . . . . . . . 30 . . 20 10
Verspreide huizen Gasselternijveen 0 0 . . . . . . . . 0 . . 0 0
Wijk 16 Gasselternijveenschemond 35 600 30,7 25,9 42,1 18,2 20 60 10 110 405 1,4 35 310 95
Gasselternijveenschemond 35 500 30,5 25,9 42,3 17,7 20 60 10 110 380 1,3 166 295 85
Gasselterboerveenschemond 0 0 . . . . . . . . 20 . . 15 10
Verspr.h. Gasselternijveenschemond 0 0 . . . . . . . . 5 . . 5 0
Wijk 17 Gieten 195 4.100 31,7 26,4 42,3 19,2 80 160 80 1.340 2.710 1,2 110 2.060 655
Gieten 185 4.000 31,7 26,3 42,4 19,1 80 160 80 1.290 2.610 1,2 641 2.005 605
Verspreide huizen Gieten 15 100 33,0 29,1 38,8 22,5 0 0 0 50 105 1,5 5 55 50
Wijk 18 Gieterveen 45 1.000 30,4 25,0 42,5 17,2 20 50 20 230 765 1,4 45 560 205
Gieterveen 25 600 29,8 23,8 42,7 16,5 20 30 10 110 415 1,4 623 310 105
Bonnerveen 5 100 . . . . 0 0 0 20 60 . . 45 15
Nieuwediep 10 200 27,3 22,8 43,9 14,2 0 10 0 50 165 1,6 160 120 50
Verspreide huizen Gieterveen 15 200 33,9 28,7 40,7 20,3 0 10 0 50 120 1,2 8 80 40
Wijk 19 Rolde 170 3.700 32,8 28,0 39,5 19,2 60 340 60 1.400 2.480 1,2 71 1.915 570
Rolde 135 3.100 31,7 27,1 40,2 17,7 60 130 50 1.240 2.045 1,2 614 1.615 435
Ballo 10 100 35,3 32,3 49,3 22,5 0 10 0 40 70 1,0 144 50 20
Nijlande 0 100 . . . . 0 0 0 10 55 . . 40 15
Deurze 5 100 . . . . 0 0 0 10 50 . . 30 20
Verspreide huizen Nooitgedacht 15 200 37,4 29,7 29,9 25,0 0 200 0 70 165 1,3 18 110 50
Verspreide huizen Rolde 10 100 38,5 33,7 36,8 27,2 0 0 0 30 90 1,6 4 65 30
Wijk 20 Grolloo 40 900 35,2 29,4 37,5 22,3 20 50 10 220 645 1,3 12 450 195
Grolloo 15 500 37,1 30,4 36,3 24,0 10 10 10 120 365 1,4 479 265 100
Schoonloo 10 200 33,7 28,8 41,5 23,3 10 10 0 40 105 1,2 145 80 25
Verspreide huizen Papenvoort 5 100 . . . . 0 10 0 10 35 . . 25 10
Verspreide huizen Grolloo 15 200 31,6 27,4 38,8 17,3 0 20 0 60 140 1,3 3 80 60
Wijk 21 Ekehaar 25 400 36,4 29,1 35,2 23,6 0 20 10 100 280 1,4 14 185 95
Ekehaar 20 200 37,2 29,5 32,0 24,6 0 10 0 60 140 1,3 371 95 45
Amen 5 100 . . . . 0 10 0 20 60 . . 40 20
Verspreide huizen Ekehaar 0 100 36,8 27,4 34,5 22,7 0 0 0 30 80 . . 50 30
Aalsmeer 3.546 25.000 37,9 30,3 35,3 24,7 250 910 380 5.440 16.795 1,3 835 14.655 2.140
Wijk 00 Aalsmeer 1.510 10.200 36,3 30,2 37,2 22,0 130 380 130 2.930 6.560 1,2 935 5.795 765
Centrum 360 2.100 40,6 34,0 34,4 27,2 10 40 30 750 1.245 1,0 2.317 1.110 130
Stommeer 755 5.300 34,3 28,5 38,4 20,4 100 240 80 1.310 3.240 1,1 1.763 2.890 350
Hornmeer 315 2.100 34,2 28,5 37,7 17,9 20 80 30 700 1.480 1,3 572 1.295 185
Uiterweg 70 700 44,0 36,8 35,6 30,1 0 10 10 180 595 1,5 290 495 100
Wijk 01 Kudelstraat en Kalslagen 840 7.200 36,9 29,2 33,2 23,7 80 290 110 1.310 4.670 1,3 1.073 4.210 460
Kudelstaart 840 7.200 36,9 29,2 33,2 23,7 80 290 110 1.310 4.670 1,3 1.073 4.210 460
Wijk 02 Oosteinde 1.200 7.500 41,1 31,6 34,8 29,4 40 240 130 1.200 5.205 1,4 595 4.410 795
Bovenlanden 105 800 36,5 31,1 35,4 23,4 0 30 10 180 690 1,6 447 580 110
Greenpark 100 600 36,2 29,2 40,0 23,1 0 20 10 140 620 1,9 295 445 170
Oosteinde 945 5.800 42,1 31,6 34,5 30,8 40 180 110 790 3.560 1,3 1.339 3.125 435
Schinkelpolder 50 300 44,7 37,7 30,9 32,4 0 10 0 90 340 1,7 138 255 80
Aalten 2.133 21.800 29,0 23,8 42,7 13,3 310 1.130 270 5.540 14.035 1,2 145 12.135 1.895
Wijk 01 Buitengebied Aalten 170 3.300 30,0 24,6 42,7 15,5 10 100 30 700 2.295 1,5 34 1.875 420
Barlo-Kern 0 100 . 22,8 . . 0 0 0 10 70 . . 55 15
Verspreide huizen Barlo 15 400 29,9 24,2 45,2 14,9 0 10 0 80 220 1,3 30 180 40
Verspreide huizen Heurne 20 300 28,3 23,8 43,2 16,2 0 10 0 60 190 1,4 25 160 35
Verspreide huizen IJzerlo 20 400 30,6 25,3 40,1 17,4 0 10 0 70 275 1,6 31 220 55
IJzerlo-kern 0 100 27,9 23,3 42,1 14,3 0 0 0 30 90 1,6 833 80 10
Lintelo-kern 0 100 33,4 29,0 30,8 15,0 0 10 0 30 100 1,6 989 75 25
Verspreide huizen ten westen van Aalten 10 200 28,8 23,3 45,4 14,1 0 0 0 50 115 1,1 23 90 25
Verspreide huizen Lintelo 35 500 29,3 23,8 43,5 12,9 0 20 10 110 380 1,6 29 305 80
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Overzicht van statistische gegevens van gemeenten, wijken en buurten in Nederland.

Gegevens beschikbaar over: 2019.

Status van de cijfers:
Definitief, tenzij in de toelichting bij het onderwerp expliciet is vermeld dat het voorlopige cijfers betreft.

Wijzigingen per mei 2024
De cijfers over eigendom (huur- en koopwoningen) binnen het thema wonen zijn gecorrigeerd. In 2023 is geconstateerd dat de afleiding van huurwoningen in bezit van woningcorporaties voor de jaren 2019 t/m 2022 niet altijd correct is verlopen, waardoor bij enkele gemeenten in specifieke jaren het aantal huurwoningen in bezit van woningcorporaties is onderschat en het aantal huurwoningen in bezit van overige verhuurders is overschat.

Wijzigingen per december 2023
Binnen het thema inkomen zijn de cijfers over het mediane vermogen van particuliere huishoudens herzien naar aanleiding van een fout in de bronbestanden van de studieschulden (=vermogen). Dit levert voor 2019 en 2020 geringe verschillen op in het mediane vermogen.

Wijzigingen per juni 2023
Binnen het thema motorvoertuigen zijn de gegevens vanaf 2019 herzien. Deze zijn nu berekend op basis van de nieuwe verbeterde selectiemethode, waarbij alleen voertuigen zijn meegenomen die op basis van verzekering deel mochten nemen aan het verkeer. Voorheen werden ook enkele niet-verzekerde voertuigen meegenomen. In paragraaf 4 staat een koppeling naar het methoderapport waarin de verschillen tussen de oude en nieuwe selectiemethode worden uitgelegd en gekwantificeerd.
Binnen het thema bevolking zijn gecorrigeerde cijfers toegevoegd. De correctie is het gevolg van een wijziging in de methode van afronden. Deze afronding hoort aselect te zijn, wat onafhankelijk en willekeurig gebeurt. Dit was niet geheel het geval, omdat door een fout in de toepassing van de methode de cijfers vaker naar beneden dan naar boven werden afgerond. Bij het maken van tellingen over afgeronde aantallen gaf dit in sommige gevallen een vertekend beeld. Er zijn tevens hier en daar zeer kleine verschuivingen in de cijfers van wijken en buurten door de ‘kennis van nu’: daar waar aanvankelijk geen waarnemingen waren en op het moment van correctie wel.
De cijfers, met uitzondering van relatieve cijfers, zijn voor wijken en buurten gecorrigeerd. De correctie heeft geen gevolgen voor de landelijke of gemeentelijke aantallen met betrekking tot de genoemde onderwerpen. De correctie heeft ook geen gevolgen voor aantallen van andere onderwerpen in de tabel.


Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Voor deze tabel zijn geen nadere updates meer te verwachten.

Toelichting onderwerpen

Bevolking
De bevolking van Nederland op 1 januari.

Bevolking:
De inwoners van Nederland.
In de bevolkingsaantallen zijn uitsluitend personen begrepen die zijn opgenomen in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente.
In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente. Personen die tot de bevolking van Nederland behoren, maar voor wie geen vaste woonplaats valt aan te wijzen, zijn opgenomen in het bevolkingsregister van de gemeente 's-Gravenhage.
In de bevolkingsregisters zijn niet opgenomen de in Nederland wonende personen waarvoor uitzonderingsregels gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (bijvoorbeeld diplomaten en NAVO militairen) en personen die niet legaal in Nederland verblijven.

Om redenen van statistische geheimhouding zijn de aantallen op wijk- en buurtniveau aselect afgerond op veelvouden van 5.
Bij aselect afronden wordt door loten bepaald of een getal naar boven of naar beneden wordt afgerond. De daarbij gehanteerde kansen zijn omgekeerd evenredig met de afrondverschillen. Gemiddeld wordt een getal hierdoor op zichzelf afgerond. Het gemiddelde afrondverschil per getal is evenwel groter dan het geval is bij afronding op het dichtstbijzijnde veelvoud van 5. Door afrondverschillen is de som van afgeronde getallen niet altijd gelijk aan de afgeronde som. Hierdoor kan het voorkomen dat wanneer een wijk uit één buurt bestaat of een gemeente uit één wijk, dit afgerond niet overeenkomt.

Het komt voor dat van inwoners wel bekend is binnen welke gemeente ze geregistreerd zijn, maar niet exact waar ze verblijven. Deze inwoners zijn daarom wel meegeteld in de gemeentecijfers, maar niet in de cijfers per wijk en buurt. De cijfers per gemeente kunnen daardoor afwijken van de onderliggende wijken of buurten, zelfs wanneer een gemeente slechts uit één wijk bestaat.
Personen met een migratieachtergrond
Het aantal personen met een migratieachtergrond op 1 januari.

Persoon met een migratieachtergrond:
Persoon van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren.
Persoon met een eerste generatie migratieachtergrond:
Persoon die in het buitenland is geboren met ten minste één in het buitenland geboren ouder.
Persoon met een tweede generatie migratieachtergrond:
Persoon die in Nederland is geboren met ten minste één in het buitenland geboren ouder.

Personen met een migratieachtergrond worden onderverdeeld in westers en niet-westers op grond van hun geboorteland. Tot de categorie 'niet-westers' behoren personen met een migratieachtergrond uit Turkije, Afrika, Latijns-Amerika en Azië met uitzondering van Indonesië en Japan. Op grond van hun sociaaleconomische en sociaal-culturele positie worden personen met een migratieachtergrond uit deze twee landen tot personen met een westerse migratieachtergrond gerekend. Het gaat vooral om mensen die in voormalig Nederlands Indië zijn geboren en werknemers van Japanse bedrijven met hun gezin.
Westers totaal
Persoon met een migratieachtergrond met als herkomstgroepering een van de landen in de werelddelen Europa (exclusief Turkije), Noord-Amerika en Oceanië of Indonesië of Japan.
Op grond van hun sociaaleconomische en sociaal-culturele positie worden personen met een migratieachtergrond uit Indonesië en Japan tot de westerse personen met een migratieachtergrond gerekend. Het gaat vooral om mensen die in het voormalig Nederlands-Indië zijn geboren en werknemers van Japanse bedrijven met hun gezin.
Inkomen
Deze variabelen geven informatie over het persoonlijk inkomen van personen in particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen en het inkomen van particuliere huishoudens met een waargenomen inkomen. De gegevens komen uit de Integrale Inkomens- en Vermogensstatistiek (IIVS) met als populatie de bevolking van Nederland op 1 januari van het verslagjaar met het inkomen over het verslagjaar.

De Integrale Inkomens- en Vermogensstatistiek van het CBS is voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van Financiën (de fiscale registers) en de bevolkingsregisters van de Nederlandse gemeenten (Basisregistratie personen). De Basisregistratie personen is een register waarin alle inwoners van een gemeente behoren te zijn ingeschreven. Uitgezonderd zijn:
- Inwoners van Nederland die gebruik maken van uitzonderingsregels die gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (niet-Nederlandse diplomaten en niet-Nederlandse NAVO militairen). Zij mogen zelf bepalen of zij in de bevolkingsregisters ingeschreven worden of niet.
- Asielzoekers die korter dan zes maanden in de centrale opvang verblijven en nog geen verblijfsvergunning hebben gekregen.
Inkomen van personen
De doelpopulatie bestaat uit personen behorende tot particuliere huishoudens waarvan het inkomen is waargenomen.

De inkomensgegevens zijn gebaseerd op het persoonlijk inkomen. Dit omvat de volgende bestanddelen van het bruto-inkomen van een persoon:
- inkomen uit arbeid;
- inkomen uit eigen onderneming;
- uitkering inkomensverzekeringen;
- uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag).
Aantal inkomensontvangers  
Personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens.
De cijfers zijn afgerond op honderdtallen.

Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger 
Het rekenkundig gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon op basis van personen met persoonlijk inkomen die deel uitmaken van particuliere huishoudens.
De waarde is vermeld bij minimaal 2.500 personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens per regio.


Gemiddeld inkomen per inwoner 
Het rekenkundig gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon op basis van de totale bevolking in particuliere huishoudens.
De waarde is vermeld bij minimaal 2.500 personen in particuliere huishoudens per regio.
40% personen met laagste inkomen
Aandeel personen in particuliere huishoudens die behoren tot de landelijke 40% personen met het laagste persoonlijk inkomen.
Personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens zijn ingedeeld naar hoogte van het persoonlijk inkomen.
De indeling vindt plaats nadat alle personen landelijk zijn gerangschikt van laag naar hoog persoonlijk inkomen. Tot de laagste 40-procent-groep worden de veertig procent personen met het laagste persoonlijk inkomen gerekend.
Het persoonlijk inkomen omvat inkomen uit arbeid, inkomen uit eigen onderneming, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag).
Het percentage is vermeld bij minimaal 100 personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens per regio.


20% personen met hoogste inkomen
Aandeel personen in particuliere huishoudens die behoren tot de landelijke 20% personen met het hoogste persoonlijk inkomen.
Personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens zijn ingedeeld naar hoogte van het persoonlijk inkomen.
De indeling vindt plaats nadat alle personen landelijk zijn gerangschikt van laag naar hoog persoonlijk inkomen. Tot de hoogste 20-procent-groep worden de twintig procent personen met het hoogste persoonlijk inkomen gerekend.
Het persoonlijk inkomen omvat inkomen uit arbeid, inkomen uit eigen onderneming, uitkering inkomensverzekeringen en uitkering sociale voorzieningen (met uitzondering van kinderbijslag).
Het percentage is vermeld bij minimaal 100 personen met persoonlijk inkomen in particuliere huishoudens per regio.


Sociale zekerheid
Deze variabelen geven per gemeente, wijk en buurt inzicht in het aantal personen dat een uitkering ontvangt op grond van arbeidsongeschiktheid, bijstand, werkloosheid en ouderdom.
Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee uitkeringen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)) of twee uitkeringen van verschillende soort (zoals een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld, in het eerste geval slechts één keer (bij de WAO).

Personen per soort uitkering; Bijstand
Personen die een bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet ontvangen.
Personen met een uitkering die verblijven in een instelling, de elders verzorgden, zijn niet inbegrepen. Ook dak- en thuislozen met bijstand zijn niet inbegrepen.

Participatiewet
De Participatiewet vervangt sinds 1 januari 2015 de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet Sociale Werkvoorziening (WsW) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
De wet regelt in Nederland de ondersteuning bij arbeidsinschakeling en het verlenen van bijstand door gemeenten voor mensen die weinig of geen ander inkomen (waaronder andere uitkeringen) hebben en ook weinig of geen vermogen. Gemeenten voeren de wet uit en bepalen, binnen de wettelijke grenzen, hun eigen beleid.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Personen per soort uitkering; AO
Personen die een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong) en de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA).

Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
Wet die als doel heeft om personen in loondienst te verzekeren van een loonvervangende uitkering bij langdurige arbeidsongeschiktheid. De WAO is met ingang van 29 december 2005 vervangen door de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), maar blijft bestaan voor mensen die al een WAO-uitkering hadden of binnen 5 jaar na het beëindigen van de uitkering opnieuw arbeidsongeschikt worden door dezelfde oorzaak.

Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ)
Een verplichte verzekering voor zelfstandigen, beroepsbeoefenaren, directeuren-grootaandeelhouders en meewerkende echtgenoten tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid.
De WAZ is met ingang van 1 augustus 2004 geblokkeerd, maar blijft bestaan voor mensen die al een WAZ-uitkering hadden.

Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong)
Wettelijke voorziening in de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van mensen die geen aanspraak kunnen maken op de WAO/WIA omdat er geen arbeidsverleden is opgebouwd.
Dit zijn mensen die arbeidsongeschikt zijn voor de dag dat zij 17 jaar worden of na hun 17e jaar arbeidsongeschikt worden en een opleiding of studie volgen.

Met ingang van 1 januari 2010 is de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) in werking getreden, ter vervanging van de oude Wajong.
In tegenstelling tot de 'oude' Wajong hebben jongeren met een ziekte of handicap in de eerste plaats recht op hulp bij het vinden en houden van werk. Daaraan gekoppeld kunnen ze een inkomensondersteuning krijgen. De 'oude' Wajong blijft gelden voor jongeren die voor 1 januari 2010 een uitkering hebben aangevraagd.

Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De wet geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering.
De wet is zo opgezet dat een persoon gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De WIA kent twee regelingen: de regeling inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een loonvervangende uitkering voor werknemers die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn.
De WGA regelt een aanvulling op het met arbeid verdiende inkomen of een minimumuitkering als men niet of onvoldoende werkt.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Personen per soort uitkering; WW
Personen die een uitkering ontvangen op grond van de Werkloosheidswet (WW).

Werkloosheidswet (WW)
De wet heeft tot doel werknemers te verzekeren tegen de financiële gevolgen van werkloosheid.
De wet voorziet in een uitkering die gerelateerd is aan het laatstverdiende inkomen uit dienstbetrekking. De duur van de uitkering is afhankelijk van het arbeidsverleden van de verzekerde. Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) beoordeelt of men voor een WW-uitkering in aanmerking komt.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Personen per soort uitkering; AOW
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2024 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024: 67 jaar.

Na 2024 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Motorvoertuigen
De motorvoertuigen betreffen personenauto's, bedrijfsauto’s en motortweewielers op 1 januari. Tot en met 2018 werden ook enkele niet-verzekerde voertuigen meegenomen. Vanaf 2019 zijn de cijfers berekend op basis van een nieuwe verbeterde selectiemethode, waarbij alleen voertuigen zijn meegenomen die op basis van verzekering deel mochten nemen aan het verkeer.
Aanhangwagens en opleggers zijn niet meegerekend.
De gegevens zijn ontleend aan de Statistiek van de Motorvoertuigen. Deze gegevens zijn gebaseerd op de kentekenregistratie van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Met behulp van deze registratie zijn tellingen gemaakt van alle voertuigen met actuele, houderschapsplichtige kentekens die op 1 januari in het kentekenbestand voorkomen.
Het aantal geregistreerde motorvoertuigen is inclusief voertuigen van lease- en verhuurbedrijven. Deze motorvoertuigen staan geregistreerd op het adres van het lease- of verhuurbedrijf. De motorvoertuigen die staan ingeschreven op postbusadressen zijn niet meegeteld bij de aantallen van de wijken en buurten, maar wel in de gemeentelijke totalen. De wijken en buurten tellen daarom niet altijd op tot gemeenten. De gemeentelijke totalen komen overeen met de Regionale Kerncijfers Nederland.
Personenauto's
Personenauto's totaal
Personenauto
Motorvoertuig voor personenvervoer over de weg, exclusief brom- en motorfietsen, met maximaal negen zitplaatsen (met inbegrip van de bestuurdersplaats).

Hieronder vallen personenauto's, bestelwagens ontworpen voor en voornamelijk gebruikt voor het vervoer van reizigers, taxi's, huurauto's, ziekenwagens en campers. Lichte wegvoertuigen voor goederenvervoer over de weg, touringcars, autobussen en minibussen vallen hier niet onder.
Het begrip personenauto omvat ook taxi's en huurauto's met minder dan tien zitplaatsen. Vanaf 1 mei 2009 worden campers gekentekend als personenauto of als bus afhankelijk van het aantal zitplaatsen. Vóór die datum zijn campers geregistreerd als speciale voertuigen.

Personenauto's; brandstoftype
Personenauto's; brandstof benzine
Het aantal personenauto's rijdend op benzine.
Personenauto's; overige brandstof
Het aantal personenauto's met overige brandstof. Hieronder vallen: diesel, LPG, elektriciteit (incl. Hybride), waterstof, alcohol, LNG en CNG.
Personenauto's per huishouden
Het aantal personenauto's per (particulier) huishouden op 1 januari. De personenauto's worden regionaal ingedeeld met behulp van de kentekenregistratie. Personenauto's die geregistreerd staan op het adres van het lease- of verhuurbedrijf vertekenen daarom de autodichtheid per huishouden. Zie de tabeltoelichting voor een verwijzing naar een andere StatLinetabel met cijfers waarin de voertuigen op naam van rechtspersonen (bedrijven) buiten beschouwing zijn gelaten, om deze vertekening van de cijfers door grote verhuur- en leasebedrijven te voorkomen. Het aantal personenauto's per huishouden is vermeld bij minimaal 50 huishoudens en bij een waarde van maximaal 2,5 personenauto’s per huishouden.
Personenauto's naar oppervlakte
Het aantal personenauto's per km² land op 1 januari. De personenauto's worden regionaal ingedeeld met behulp van de kentekenregistratie. Personenauto's die geregistreerd staan op het adres van het lease- of verhuurbedrijf vertekenen daarom de autodichtheid per oppervlakte. Zie de tabeltoelichting voor een verwijzing naar een andere StatLinetabel met cijfers waarin de voertuigen op naam van rechtspersonen (bedrijven) buiten beschouwing zijn gelaten, om deze vertekening van de cijfers door grote verhuur- en leasebedrijven te voorkomen. Het aantal personenauto's naar oppervlakte is vermeld als ook het aantal personenauto's per huishouden is gepubliceerd. Dat is bij minimaal 50 huishoudens en bij een waarde van maximaal 2,5 personenauto’s per huishouden.