Saldo en schuld; overheidssectoren

Saldo en schuld; overheidssectoren

Institutionele sectoren Perioden Saldo en schuld in mln euro Opbouw saldo Saldo (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw saldo Inkomsten (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw saldo Uitgaven (-) (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Schuld (EMU) (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw mutatie schuld (EMU) Mutatie schuld (EMU) (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw mutatie schuld (EMU) Tekort (EMU) (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw mutatie schuld (EMU) Transacties in financiële activa (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw mutatie schuld (EMU) Transacties in passiva, niet EMU-schuld (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw mutatie schuld (EMU) Waarderingsverschillen (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Opbouw mutatie schuld (EMU) Statistisch verschil (mln euro) Saldo en schuld in mln euro Aandeel overheidsschuld (mln euro) Saldo en schuld in % bbp Saldo (in % van bbp) Saldo en schuld in % bbp Schuld (EMU) (in % van bbp) Saldo en schuld in % bbp Aandeel overheidsschuld (in % van bbp)
Overheid 2021 4e kwartaal* -1.746 101.445 -103.191 449.026 6.123 1.746 8.475 -2.478 -2.526 906 449.026 -2,4 52,5 52,5
Overheid 2021* -20.258 379.342 -399.600 449.026 13.567 20.258 6.108 -6.503 -6.224 -72 449.026 -2,4 52,5 52,5
Overheid 2022 1e kwartaal* 6.395 102.307 -95.912 446.416 -2.610 -6.395 -1.045 2.193 2.954 -317 446.416 -1,4 50,9 50,9
Overheid 2022 2e kwartaal* 3.242 106.999 -103.757 457.610 11.194 -3.242 12.844 1.010 865 -283 457.610 0,1 51,0 51,0
Overheid 2022 3e kwartaal* -5.180 95.743 -100.923 450.466 -7.144 5.180 -15.631 1.213 904 1.190 450.466 0,3 49,1 49,1
Overheid 2022 4e kwartaal* -4.369 113.686 -118.055 480.065 29.599 4.369 25.817 107 144 -838 480.065 0,0 51,0 51,0
Overheid 2022* 88 418.735 -418.647 480.065 31.039 -88 21.985 4.523 4.867 -248 480.065 0,0 51,0 51,0
Centrale overheid 2021 4e kwartaal* 338 67.788 -67.450 448.922 -4.554 -338 1.425 -3.452 -2.522 333 425.027 -3,5 52,5 49,7
Centrale overheid 2021* -29.800 239.150 -268.950 448.922 25.290 29.800 7.950 -6.235 -6.229 4 425.027 -3,5 52,5 49,7
Centrale overheid 2022 1e kwartaal* 4.953 69.359 -64.406 444.784 -4.138 -4.953 2.597 -4.423 2.956 -315 417.907 -2,5 50,7 47,6
Centrale overheid 2022 2e kwartaal* -3.145 62.792 -65.937 462.567 17.783 3.145 16.381 -2.343 876 -276 432.107 -0,6 51,5 48,1
Centrale overheid 2022 3e kwartaal* -8.349 60.868 -69.217 468.776 6.209 8.349 -18.072 13.814 907 1.211 441.758 -0,7 51,0 48,1
Centrale overheid 2022 4e kwartaal* -5.852 75.919 -81.771 488.277 19.501 5.852 20.371 -5.894 61 -889 465.200 -1,3 51,9 49,4
Centrale overheid 2022* -12.393 268.938 -281.331 488.277 39.355 12.393 21.277 1.154 4.800 -269 465.200 -1,3 51,9 49,4
Rijksoverheid 2021 4e kwartaal* 880 65.375 -64.495 454.322 -5.653 -880 1.189 -3.678 -2.522 238 427.699 -3,5 53,1 50,0
Rijksoverheid 2021* -30.016 229.869 -259.885 454.322 25.702 30.016 8.153 -6.241 -6.229 3 427.699 -3,5 53,1 50,0
Rijksoverheid 2022 1e kwartaal* 4.477 66.948 -62.471 450.891 -3.431 -4.477 2.651 -4.246 2.956 -315 421.164 -2,5 51,4 48,0
Rijksoverheid 2022 2e kwartaal* -3.764 60.510 -64.274 469.325 18.434 3.764 16.522 -2.452 876 -276 436.086 -0,7 52,3 48,6
Rijksoverheid 2022 3e kwartaal* -8.293 58.260 -66.553 476.134 6.809 8.293 -17.661 14.059 907 1.211 446.164 -0,7 51,8 48,6
Rijksoverheid 2022 4e kwartaal* -5.681 73.279 -78.960 495.472 19.338 5.681 20.616 -6.112 42 -889 469.049 -1,4 52,6 49,8
Rijksoverheid 2022* -13.261 258.997 -272.258 495.472 41.150 13.261 22.128 1.249 4.781 -269 469.049 -1,4 52,6 49,8
Overige centrale overheid 2021 4e kwartaal* -542 7.554 -8.096 5.362 -88 542 -591 -134 0 95 -2.672 0,0 0,6 -0,3
Overige centrale overheid 2021* 216 30.675 -30.459 5.362 141 -216 1.159 -803 0 1 -2.672 0,0 0,6 -0,3
Overige centrale overheid 2022 1e kwartaal* 476 8.316 -7.840 5.484 122 -476 614 -16 0 0 -3.257 0,0 0,6 -0,4
Overige centrale overheid 2022 2e kwartaal* 619 8.969 -8.350 5.413 -71 -619 590 -42 0 0 -3.979 0,1 0,6 -0,4
Overige centrale overheid 2022 3e kwartaal* -56 8.343 -8.399 5.586 173 56 240 -123 0 0 -4.406 0,1 0,6 -0,5
Overige centrale overheid 2022 4e kwartaal* -171 9.416 -9.587 6.038 452 171 416 -135 0 0 -3.849 0,1 0,6 -0,4
Overige centrale overheid 2022* 868 35.044 -34.176 6.038 676 -868 1.860 -316 0 0 -3.849 0,1 0,6 -0,4
Lokale overheid 2021 4e kwartaal* -1.609 28.799 -30.408 56.459 1.466 1.609 408 -716 -4 169 34.307 0,2 6,6 4,0
Lokale overheid 2021* 1.472 117.288 -115.816 56.459 104 -1.472 2.236 -589 5 -76 34.307 0,2 6,6 4,0
Lokale overheid 2022 1e kwartaal* 1.366 30.125 -28.759 56.736 277 -1.366 1.594 48 3 -2 33.414 0,2 6,5 3,8
Lokale overheid 2022 2e kwartaal* -764 30.953 -31.717 55.086 -1.650 764 -1.005 -1.403 1 -7 28.577 0,1 6,1 3,2
Lokale overheid 2022 3e kwartaal* 2.393 32.295 -29.902 53.731 -1.355 -2.393 -134 1.191 2 -21 27.252 0,2 5,9 3,0
Lokale overheid 2022 4e kwartaal* -1.881 31.575 -33.456 54.197 466 1.881 2.472 -3.932 -6 51 29.632 0,1 5,8 3,1
Lokale overheid 2022* 1.114 124.948 -123.834 54.197 -2.262 -1.114 2.927 -4.096 0 21 29.632 0,1 5,8 3,1
Gemeenten 2021 4e kwartaal* -362 16.438 -16.800 41.517 1.101 362 1.584 -918 -4 77 34.892 0,1 4,9 4,1
Gemeenten 2021* 727 66.206 -65.479 41.517 -711 -727 200 -132 5 -57 34.892 0,1 4,9 4,1
Gemeenten 2022 1e kwartaal* 195 17.097 -16.902 41.686 169 -195 -429 793 3 -3 34.968 0,1 4,7 4,0
Gemeenten 2022 2e kwartaal* -591 17.223 -17.814 40.270 -1.416 591 -784 -1.218 1 -6 31.289 0,1 4,5 3,5
Gemeenten 2022 3e kwartaal* 2.012 19.073 -17.061 39.376 -894 -2.012 -142 1.281 2 -23 30.558 0,1 4,3 3,3
Gemeenten 2022 4e kwartaal* -1.021 18.105 -19.126 39.927 551 1.021 3.060 -3.572 -6 48 32.437 0,1 4,2 3,4
Gemeenten 2022* 595 71.498 -70.903 39.927 -1.590 -595 1.705 -2.716 0 16 32.437 0,1 4,2 3,4
Gemeenschappelijke regelingen 2021 4e kwartaal* -127 3.459 -3.586 3.092 20 127 -534 412 0 15 -506 0,0 0,4 -0,1
Gemeenschappelijke regelingen 2021* 88 13.528 -13.440 3.092 -31 -88 -116 180 0 -7 -506 0,0 0,4 -0,1
Gemeenschappelijke regelingen 2022 1e kwartaal* 69 3.342 -3.273 3.082 -10 -69 618 -560 0 1 -870 0,0 0,4 -0,1
Gemeenschappelijke regelingen 2022 2e kwartaal* 34 3.462 -3.428 3.069 -13 -34 117 -96 0 0 -820 0,0 0,3 -0,1
Gemeenschappelijke regelingen 2022 3e kwartaal* 59 3.077 -3.018 3.048 -21 -59 -155 192 0 1 -874 0,0 0,3 -0,1
Gemeenschappelijke regelingen 2022 4e kwartaal* 14 3.548 -3.534 3.151 103 -14 -190 301 0 6 -595 0,0 0,3 -0,1
Gemeenschappelijke regelingen 2022* 176 13.429 -13.253 3.151 59 -176 390 -163 0 8 -595 0,0 0,3 -0,1
Provincies 2021 4e kwartaal* -305 1.420 -1.725 905 124 305 154 -344 0 9 -8.849 0,0 0,1 -1,0
Provincies 2021* -339 6.016 -6.355 905 122 339 204 -414 0 -7 -8.849 0,0 0,1 -1,0
Provincies 2022 1e kwartaal* -224 1.374 -1.598 919 14 224 -90 -120 0 0 -8.806 0,0 0,1 -1,0
Provincies 2022 2e kwartaal* 119 1.668 -1.549 890 -29 -119 -49 140 0 -1 -9.663 0,0 0,1 -1,1
Provincies 2022 3e kwartaal* 100 1.582 -1.482 898 8 -100 174 -65 0 -1 -9.706 0,0 0,1 -1,1
Provincies 2022 4e kwartaal* -279 1.634 -1.913 867 -31 279 350 -660 0 0 -9.612 0,0 0,1 -1,0
Provincies 2022* -284 6.258 -6.542 867 -38 284 385 -705 0 -2 -9.612 0,0 0,1 -1,0
Waterschappen 2021 4e kwartaal* 189 1.153 -964 9.175 201 -189 237 152 0 1 7.899 0,0 1,1 0,9
Waterschappen 2021* -119 3.777 -3.896 9.175 832 119 776 -58 0 -5 7.899 0,0 1,1 0,9
Waterschappen 2022 1e kwartaal* -95 892 -987 9.341 166 95 138 -67 0 0 8.145 0,0 1,1 0,9
Waterschappen 2022 2e kwartaal* -5 1.009 -1.014 9.273 -68 5 5 -78 0 0 7.942 0,0 1,0 0,9
Waterschappen 2022 3e kwartaal* -147 909 -1.056 9.196 -77 147 -192 -34 0 2 8.058 0,0 1,0 0,9
Waterschappen 2022 4e kwartaal* 25 1.084 -1.059 9.347 151 -25 236 -57 0 -3 8.137 0,0 1,0 0,9
Waterschappen 2022* -222 3.894 -4.116 9.347 172 222 187 -236 0 -1 8.137 0,0 1,0 0,9
Overige lokale overheden 2021 4e kwartaal* -1.004 10.139 -11.143 7.746 41 1.004 -1.105 75 0 67 871 0,1 0,9 0,1
Overige lokale overheden 2021* 1.115 42.086 -40.971 7.746 23 -1.115 945 193 0 0 871 0,1 0,9 0,1
Overige lokale overheden 2022 1e kwartaal* 1.421 10.990 -9.569 7.754 8 -1.421 1.401 28 0 0 -23 0,1 0,9 0,0
Overige lokale overheden 2022 2e kwartaal* -321 11.120 -11.441 7.787 33 321 -152 -136 0 0 -171 0,1 0,9 0,0
Overige lokale overheden 2022 3e kwartaal* 369 11.045 -10.676 7.837 50 -369 487 -68 0 0 -784 0,1 0,9 -0,1
Overige lokale overheden 2022 4e kwartaal* -620 11.255 -11.875 7.861 24 620 -699 103 0 0 -735 0,1 0,8 -0,1
Overige lokale overheden 2022* 849 44.410 -43.561 7.861 115 -849 1.037 -73 0 0 -735 0,1 0,8 -0,1
Socialezekerheidsfondsen 2021 4e kwartaal* -475 37.599 -38.074 21.865 -4.555 475 -5.416 -18 0 404 -10.308 0,9 2,6 -1,2
Socialezekerheidsfondsen 2021* 8.070 159.465 -151.395 21.865 -2.773 -8.070 8.404 -3.107 0 0 -10.308 0,9 2,6 -1,2
Socialezekerheidsfondsen 2022 1e kwartaal* 76 36.240 -36.164 24.840 2.975 -76 -289 3.340 0 0 -4.905 0,9 2,8 -0,6
Socialezekerheidsfondsen 2022 2e kwartaal* 7.151 46.274 -39.123 28.390 3.550 -7.151 5.954 4.747 0 0 -3.074 0,6 3,2 -0,3
Socialezekerheidsfondsen 2022 3e kwartaal* 776 37.031 -36.255 24.898 -3.492 -776 -3.137 421 0 0 -18.544 0,8 2,7 -2,0
Socialezekerheidsfondsen 2022 4e kwartaal* 3.364 39.594 -36.230 20.929 -3.969 -3.364 -369 -236 0 0 -14.767 1,2 2,2 -1,6
Socialezekerheidsfondsen 2022* 11.367 159.139 -147.772 20.929 -936 -11.367 2.159 8.272 0 0 -14.767 1,2 2,2 -1,6
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel toont de ontwikkeling van het saldo en de schuld van de overheid (ook wel EMU-saldo respectievelijk EMU-schuld genoemd) in Nederland. EMU staat voor Economische en Monetaire Unie. In deze tabel worden jaar- en kwartaalramingen gegeven van de overheid, opgesplitst naar de bijdrage per subsector van de overheid.

In deze tabel wordt daarnaast de aansluiting tussen het saldo en de veranderingen in de schuld getoond. De schuld wordt gepresenteerd in faciale waarde (het oorspronkelijke schuldbedrag).

Het saldo en de schuld van de sector overheid zijn binnen de Europese Unie de belangrijkste indicatoren voor de gezondheid van de overheidsfinanciën. In het Verdrag van Maastricht en het daaruit voortvloeiende Stabiliteits- en Groeipact is bepaald dat een tekort niet meer dan 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp) mag bedragen en de schuld niet meer dan 60 procent van het bbp. Indien de normen overschreden worden en hier geen bijzondere omstandigheden aan ten grondslag liggen, kan de Europese Commissie sancties opleggen.

De cijfers sluiten aan bij het stelsel van de Nationale Rekeningen. Er kunnen tijdelijke verschillen met de publicaties van de Nationale rekeningen optreden doordat de gepubliceerde cijfers van de overheidsrekeningen soms actueler zijn. Door het verschil in waarderingsgrondslag is de som van de schuldtitels van de overheidsschuld (faciale waarde) niet gelijk aan de som van de schuldtitels in de nationale rekeningen (marktwaarde). De schuld bestaat uit de titels: deposito's, kortlopende schuldbewijzen, langlopende schuldbewijzen, kortlopende leningen en langlopende leningen.

Gegevens beschikbaar vanaf:
Jaargegevens vanaf 1995, kwartaalgegevens vanaf 1999.

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel hebben voor de periode 1995-2019 de status definitief. De kwartalen van 2020 hebben de status voorlopig. De jaarcijfers van 2020 hebben de status definitief. De cijfers van 2021 en 2022 hebben de status voorlopig.

Wijzigingen per 24 maart 2023:
Cijfers over het vierde kwartaal van 2022 en het jaar 2022 zijn beschikbaar. Daarnaast zijn cijfers over 2021 en de eerste drie kwartalen van 2022 aangepast. Voor 2021 zijn inkomsten, uitgaven en financiële transacties van de Rijksoverheid en socialezekerheidsfondsen als gevolg van geactualiseerde informatie bijgesteld. Deze bijstellingen zijn in de nationale rekeningen tijdelijk anders verwerkt dan in de overheidsrekeningen. De nationale rekeningen sluiten weer aan op de overheidsrekeningen bij het eerstvolgende publicatiemoment, per 23 juni 2023. Doordat ook het bbp van 2021 is bijgesteld, zijn sommige andere cijfers in percentage van het bbp ook licht gewijzigd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De eerste cijfers van het meest recente kwartaal worden drie maanden na afloop van een kwartaal gepubliceerd. Vervolgens kunnen in september het eerste kwartaal, in december het tweede kwartaal en in maart de eerste drie kwartalen worden bijgesteld. De eerste jaarcijfers worden drie maanden na afloop van het verslagjaar gepubliceerd. Vervolgens worden de jaarcijfers twee maal bijgesteld: zes en achttien maanden na afloop van het verslagjaar. Hiernaast kunnen er tussentijdse actualisaties plaatsvinden om eind maart en eind september de meest actuele gegevens over de overheid aan de Europese Commissie te verstrekken. De gegevens over de kwartalen worden aangesloten op de bijgestelde jaarcijfers. De bijgestelde jaar- en kwartaalcijfers worden elk jaar eind juni gepubliceerd. Informatie over het revisiebeleid van Nationale rekeningen is te vinden onder paragraaf 3 'relevante artikelen'.

Toelichting onderwerpen

Saldo en schuld in mln euro
Het saldo en de geconsolideerde schuld van de overheid (gewaardeerd tegen de faciale waarde) exclusief de transitorische schuld en schuld op de titel financiële derivaten, uitgedrukt in miljoenen euro's.

Het saldo is het saldo van de uitgaven en inkomsten van de overheid. Dit is gelijk aan het vorderingensaldo van de overheid in de nationale rekeningen.

De schuld is geconsolideerd. Dit wil zeggen dat schulden en vorderingen tussen overheden uit dezelfde sector onderling niet meetellen in de schuld van deze sector.
Opbouw saldo
Het saldo van uitgaven en inkomsten van de overheid.
Saldo
Het saldo van uitgaven en inkomsten van de overheid. Een positief getal betekent een overschot en een negatief getal een tekort. Dit is gelijk aan het vorderingensaldo van de sector overheid in de nationale rekeningen.
Inkomsten
De inkomsten van de sector overheid bestaan uit belastinginkomsten, ontvangen sociale premies, inkomsten uit productieactiviteiten, overige lopende inkomsten en ontvangen kapitaaloverdrachten.

Het transactiemoment bepaalt het moment van boeken.
Uitgaven (-)
De uitgaven van de sector overheid bestaan uit intermediair verbruik, beloning van werknemers, betaalde rente, sociale uitkeringen en (aangekochte) natura overdrachten, betaalde subsidies, overige lopende uitgaven en overige kapitaaluitgaven.

Het transactiemoment bepaalt het moment van boeken.
Schuld (EMU)
De geconsolideerde schuld van de overheid, exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten. Geconsolideerd wil zeggen dat schulden tussen overheden uit dezelfde sector onderling niet meetellen in de schuld van deze sector. De schuldtitels zijn gewaardeerd tegen faciale waarde.
Opbouw mutatie schuld (EMU)
Toe- of afname van de schuld. De mutatie bestaat uit het tekort of -overschot, de mutaties in financiële activa en passiva en het statistisch verschil.
Mutatie schuld (EMU)
Toe- of afname van de schuld. De mutatie bestaat uit het tekort of -overschot, de mutaties in financiële activa en passiva en het statistisch verschil.
Tekort (EMU)
Het negatieve saldo van inkomsten en uitgaven van de overheid. Dit is gelijk aan het saldo, echter met een tegengesteld teken. Een positief getal betekent een tekort en een negatief getal een overschot.
Transacties in financiële activa
Transacties in financiële activa zijn mutaties in chartaal geld en deposito's, schuldbewijzen, leningen, aandelen en deelnemingen, financiële derivaten en overige vorderingen die het gevolg zijn van afspraken tussen twee eenheden.
Transacties in passiva, niet EMU-schuld
Transacties in financiële passiva die niet tot de EMU-schuld definitie behoren. Transacties zijn een gevolg van afspraken tussen twee eenheden.

Transacties in passiva die niet tot de EMU-schuld definitie behoren zijn:
- Transacties in deelnemingen.
- Transacties in financiële derivaten.
- Overige schulden.
Waarderingsverschillen
Veranderingen in schulden die het gevolg zijn van veranderingen in waarde, bijvoorbeeld door valutaveranderingen.
Statistisch verschil
Het verschil tussen het saldo berekend vanuit de inkomsten en de uitgaven (+), en het saldo van de transacties op de activa en passiva (-).

In theorie zijn de saldi aan elkaar gelijk. In de praktijk kunnen echter verschillen voorkomen, bijvoorbeeld doordat er verschillende bronnen worden gebruikt.
Aandeel overheidsschuld
Aandeel van de subsector in de overheidsschuld (EMU).

Per subsector wordt het aandeel van de totale overheidsschuld weergegeven, uitgedrukt in miljoenen euro's. Het betreft de schuld van de overheid (gewaardeerd tegen de faciale waarde) exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten. Het aandeel van een subsector in de overheidsschuld wordt berekend als de schuld van de betreffende subsector minus de vorderingen van de betreffende subsector op andere subsectoren van de overheid. Hierdoor tellen de hier gepresenteerde schuldcijfers van de subsectoren op naar de schuld van de overheid. Een negatief getal betekent dat de betreffende subsector van de overheid per saldo een vordering heeft op ander subsectoren van de overheid. De andere subsectoren van de overheid dragen dan extra bij aan de overheidsschuld.
Saldo en schuld in % bbp
Het saldo en de geconsolideerde schuld van de overheid (gewaardeerd tegen de faciale waarde) exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp).

Het saldo is het saldo van de uitgaven en inkomsten van de overheid.
Dit is gelijk aan het vorderingensaldo van de overheid in de nationale rekeningen.

De schuld is geconsolideerd. Dit wil zeggen dat schulden en vorderingen tussen overheden uit dezelfde sector niet meetellen in de schuld van deze sector.
Saldo
Het saldo van uitgaven en inkomsten van de overheid, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Een positief getal betekent een overschot en een negatief getal een tekort. Dit is gelijk aan het vorderingensaldo van de sector overheid in de nationale rekeningen.

Het bbp is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld.

Het saldo per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als de som van het saldo in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen, gedeeld door de som van het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
Schuld (EMU)
De geconsolideerde schuld van de overheid, exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Geconsolideerd wil zeggen dat schulden tussen overheden uit dezelfde sector niet meetellen in de schuld van deze sector. De schuldtitels zijn gewaardeerd tegen faciale waarde. De schuld als percentage van het bbp heet ook wel de schuldquote.

Het bbp is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld.

De schuld per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als de schuld aan het eind van het verslagkwartaal, gedeeld door de het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.
Aandeel overheidsschuld
Aandeel van de subsector in de overheidsschuld (EMU) in percentage van het bbp.

Per subsector wordt het aandeel van de totale overheidsschuld weergegeven, uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product (bbp). Het betreft de schuld van de overheid (gewaardeerd tegen de faciale waarde) exclusief de transitorische schuld en de schuld op de titel financiële derivaten. Het aandeel van een subsector in de overheidsschuld wordt berekend als de schuld van de betreffende subsector minus de vorderingen van de betreffende subsector op andere subsectoren van de overheid. Hierdoor tellen de hier gepresenteerde schuldcijfers van de subsectoren op naar de schuld van de overheid. Een negatief getal betekent dat de betreffende subsector van de overheid per saldo een vordering heeft op ander subsectoren van de overheid. De andere subsectoren van de overheid dragen dan extra bij aan de overheidsschuld.

Het bruto binnenlands product is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld.

Het aandeel overheidsschuld per kwartaal in procenten van het bbp is een voortschrijdend jaartotaal. Het wordt berekend als het aandeel overheidsschuld aan het eind van het verslagkwartaal, gedeeld door de het bbp in het verslagkwartaal plus de drie voorafgaande kwartalen. Het cijfer voor het vierde kwartaal is gelijk aan het jaarcijfer.