Energieverbruik; opbouw, bedrijfstak, 2011-2016

Energieverbruik; opbouw, bedrijfstak, 2011-2016

Energiedragers Bedrijfstakken/branches (SBI 2008) Perioden Opbouw vanuit verbruik Totaal energieverbruik (PJ) Opbouw vanuit verbruik Finaal energieverbruik (PJ) Opbouw vanuit verbruik Niet-energetisch gebruik (PJ) Opbouw vanuit verbruik Energieomzetting Saldo inzet-productie energie (PJ) Opbouw vanuit verbruik Energieomzetting Inzet energie voor omzetting (PJ) Opbouw vanuit verbruik Energieomzetting Productie energie uit omzetting (-) (PJ) Opbouw vanuit aanbod Totaal energieverbruik (PJ) Opbouw vanuit aanbod Winning (PJ) Opbouw vanuit aanbod Energie-aanvoer (PJ) Opbouw vanuit aanbod Energie-aflevering (-) (PJ) Opbouw vanuit aanbod Voorraadmutatie (PJ)
Lpg A-U Alle economische activiteiten 2016** 74,7 7,1 106,2 -38,5 42,2 80,7 74,7 232,2 161,7 4,2
Lpg A Landbouw, bosbouw en visserij 2016** 1,4 1,4 1,4 1,4
Lpg 01 Landbouw 2016** 1,4 1,4 1,4 1,4
Lpg 02 Bosbouw 2016**
Lpg 03 Visserij 2016**
Lpg B-E Nijverheid (geen bouw) en energie 2016** 59,9 4,0 106,2 -50,2 30,5 80,7 59,9 154,8 98,9 4,0
Lpg B Delfstoffenwinning 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 06 Winning van aardolie en aardgas 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 08 Delfstoffenwinning (geen olie en gas) 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 09 Dienstverlening delfstoffenwinning 2016**
Lpg C Industrie 2016** 59,9 3,9 106,2 -50,2 30,5 80,7 59,9 154,7 98,9 4,0
Lpg 10-12 Voedings-, genotmiddelenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 10 Voedingsmiddelenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 101 Slachterijen en vleeswarenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 102 Visverwerkende industrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 103 Groente-, fruitverwerkende industrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 104 Spijsoliën- en -vettenindustrie e.d. 2016**
Lpg 105 Zuivelindustrie 2016**
Lpg 106 Meelindustrie 2016**
Lpg 107 Brood- en deegwarenindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 108 Overige voedingsmiddelenindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 109 Diervoederindustrie 2016**
Lpg 11 Drankenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 12 Tabaksindustrie 2016**
Lpg 13-15 Textiel-, kleding-, lederindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 13 Textielindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 14 Kledingindustrie 2016**
Lpg 15 Leer- en schoenenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 16+23 Hout- en bouwmaterialenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 16 Houtindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 17-18 Papier- en grafische industrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 17 Papierindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 18 Grafische industrie 2016**
Lpg 19-22 Raffinaderijen en chemie 2016** 59,6 3,6 106,2 -50,2 30,5 80,7 59,6 154,4 98,9 4,0
Lpg 19 Aardolie-industrie 2016** -72,6 1,5 -74,1 74,1 -72,6 7,8 80,4 0,0
Lpg 191 Cokesfabrieken 2016**
Lpg 192 Aardolie-industrie 2016** -72,6 1,5 -74,1 74,1 -72,6 7,8 80,4 0,0
Lpg 20-21 Chemie en farmaceutische industrie 2016** 132,1 2,0 106,2 23,9 30,5 6,6 132,1 146,6 18,4 4,0
Lpg 20 Chemische industrie 2016** 132,1 2,0 106,2 23,9 30,5 6,6 132,1 146,6 18,4 4,0
Lpg 201 Basischemie 2016** 131,0 1,2 105,9 23,9 30,5 6,6 131,0 145,5 18,4 4,0
Lpg 2011 Industriële gassenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 2012 Kleur- en verfstoffenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 2013 Overige anorganische basischemie 2016**
Lpg 2014 Organische basischemie 2016** 129,9 0,0 105,9 23,9 30,5 6,6 129,9 144,3 18,4 4,0
Lpg 2015 Kunstmestindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 2016 Kunststofindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 2017 Rubberindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 202 Landbouwchemicaliënindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 203 Verf-, vernis- en drukinktindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 204 Wasmiddel- en cosmeticaindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 205 Overige chemische productenindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 206 Synthetische vezelindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 21 Farmaceutische industrie 2016**
Lpg 22 Rubber- en kunststofproductindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 23 Bouwmaterialenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 231 Glas- en glaswerkindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 232 Vuurvast keramische productindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 233 Keramische bouwproductenindustrie 2016**
Lpg 234 Overige keramische industrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 235 Cement-, kalk- en gipsindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 236 Beton-, gips-, cementwarenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 237 Natuursteenbewerkende industrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 239 Overige minerale productenindustrie 2016** . . . . . . . . . . .
Lpg 24-30, 33 Metalektro 2016** 0,2 0,2 0,2 0,2
Lpg 24-25 Basismetaal, metaalprod.-industrie 2016** 0,1 0,1 0,1 0,1
Lpg 24 Basismetaalindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 25 Metaalproductenindustrie 2016** 0,1 0,1 0,1 0,1
Lpg 26-28 Elektrotechn. en machine-industrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 26-27 Elektrische en elektron. Industrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 26 Elektrotechnische industrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 27 Elektrische apparatenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 28 Machine-industrie 2016**
Lpg 29-30 Transportmiddelenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 29 Auto- en aanhangwagenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 30 Overige transportmiddelenindustrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 31 Meubelindustrie 2016**
Lpg 32 Overige industrie 2016** 0,0 0,0 0,0 0,0
Lpg 33 Reparatie en installatie van machines 2016** 0,1 0,1 0,1 0,1
Lpg Industrie onbekend 2016**
Lpg D Energievoorziening 2016**
Lpg E Waterbedrijven en afvalbeheer 2016** 0,1 0,1 0,1 0,1
Lpg 36 Waterleidingbedrijven 2016**
Lpg 37 Afvalwaterinzameling en -behandeling 2016**
Lpg 38 Afvalbehandeling en recycling 2016** 0,1 0,1 0,1 0,1
Lpg 39 Sanering en overig afvalbeheer 2016**
Lpg F Bouwnijverheid 2016**
Lpg G-U Dienstverlening 2016** 13,4 1,7 11,7 11,7 13,4 76,0 62,8 0,2
Lpg G Handel 2016** 29,6 29,6 0,0
Lpg H Vervoer en opslag 2016** 11,7 0,1 11,7 11,7 11,7 44,7 33,2 0,2
Lpg I Horeca 2016**
Lpg J Informatie en communicatie 2016**
Lpg K Financiële dienstverlening 2016**
Lpg L Verhuur en handel van onroerend goed 2016**
Lpg M Specialistische zakelijke diensten 2016**
Lpg N Verhuur en overige zakelijke diensten 2016**
Lpg O Openbaar bestuur en overheidsdiensten 2016**
Lpg P Onderwijs 2016**
Lpg Q Gezondheids- en welzijnszorg 2016**
Lpg R Cultuur, sport en recreatie 2016**
Lpg S Overige dienstverlening 2016**
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over het verbruik van energie bij bedrijven naar economische activiteit, gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). Het verbruik van energie kan op twee manieren worden berekend. De eerste is vanuit de verbruikskant. Hierbij is het verbruik de som van het finaal energieverbruik, het niet-energetisch gebruik en het saldo van inzet en productie van energie. Dit laatste is het verlies van energie bij de omzetting. De tweede manier om het verbruik van energie te berekenen is vanuit de aanbodkant. Hierbij is het totaal energieverbruik gelijk aan de winning van energie plus de aanvoer minus de aflevering plus de voorraadmutatie.
Deze twee berekeningen geven hetzelfde eindresultaat. Behalve het saldo laat de tabel ook de onderliggende cijfers zien over de inzet van energiedragers voor omzetting (de hoeveelheid energie die is gebruikt om andere energiedragers van te maken) en over de productie van energie uit omzetting (de hoeveelheid energie die is gemaakt uit andere energiedragers).

Gegevens beschikbaar:
Vanaf 2011.

Status van de cijfers:
Alle cijfers tot en met verslagjaar 2014 zijn definitief. Cijfers over 2015 en 2016 zijn nader voorlopig.

Wijzigingen per 23 maart 2018:
Geen, deze tabel is stopgezet. Zie voor meer informatie paragraaf 3.

Wijzigingen per 27 december 2017:
Cijfers over 2015 en 2016 zijn bijgesteld.
Cijfers over 2011 t/m 2014 zijn gereviseerd. Meer informatie bij paragraaf 4.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Opbouw vanuit verbruik
Opgebouwd vanuit verbruik is het energieverbruik de som van het finaal energieverbruik, het niet-energetisch gebruik en het saldo van inzet en productie van energie.
Totaal energieverbruik
De hoeveelheid energie die is verbruikt door bedrijven, huishoudens en vervoer in Nederland. Energie kan zijn verbruikt:
- bij omzetting in andere energiedragers, dit is de inzet minus de productie van energie.
- als finaal verbruik.

Het energieverbruik is de som van het finaal energieverbruik, het niet-energetisch gebruik en het saldo van inzet en productie van energie.
Finaal energieverbruik
Het door gebruik opmaken van energie. Hierna resteert geen nuttig bruikbare energiedrager.

Voorbeelden zijn het verbranden van aardgas in een warmteketel, het verbruik van elektriciteit door huishoudens en het verbruik van motorbrandstoffen voor vervoer.
Niet-energetisch gebruik
Het gebruiken van een energiedrager voor het maken van een product dat geen energiedrager is. Hierbij blijft de voor het productieproces gebruikte energie in het product aanwezig. Voorbeelden zijn het gebruik van olie als grondstof voor plastic of aardgas voor kunstmest.
Energieomzetting
Het veranderen van de ene energiedrager in de andere. Dit kan de omzetting zijn van een brandstof in elektriciteit of warmte. Het kan ook de omzetting zijn van een brandstof in een andere soort brandstof, zoals de omzetting van ruwe aardolie in benzine.
Saldo inzet-productie energie
Het verschil tussen de inzet voor en productie uit omzettingen.

Het totale saldo energieomzetting is de som van het saldo:
- bij elektriciteit/WKK-omzetting
- bij andere omzettingen

Voor de ingezette energiedragers, zoals aardgas en steenkool, is het saldo energieomzetting altijd positief. Voor de geproduceerde energiedragers, zoals elektriciteit of benzine, is het saldo altijd negatief. Bij de omzetting naar deze energiedragers wordt er immers meer van geproduceerd dan ingezet. Voor het totaal van alle energiedragers is het saldo de hoeveelheid energie die verloren is gegaan bij de omzetting van energiedragers.
Inzet energie voor omzetting
De hoeveelheid energie die is gebruikt om andere energiedragers van te produceren. Het kan een omzetting zijn van een brandstof in warmte of elektriciteit. Het kan ook een fysieke bewerking van de ene in de andere brandstof zijn, zoals de omzetting van ruwe aardolie in benzine.
Productie energie uit omzetting (-)
De hoeveelheid energie die is vervaardigd uit een andere energiedrager. Het kan een productie zijn van warmte of elektriciteit uit een brandstof. Het kan ook een productie van een brandstof zijn door fysieke bewerking van een andere, zoals de productie van benzine uit ruwe aardolie.
Opbouw vanuit aanbod
Opgebouwd vanuit aanbod is het energieverbruik winning van energie plus de aanvoer van energie minus de aflevering van energie plus de voorraadmutatie.
Totaal energieverbruik
De hoeveelheid energie die is verbruikt door bedrijven, huishoudens en vervoer in Nederland. Energie kan zijn verbruikt:
- bij omzetting in andere energiedragers, dit is de inzet minus de productie van energie.
- als finaal verbruik.

Het energieverbruik is de som van winning van energie plus de aanvoer van energie minus de aflevering van energie plus de voorraadmutatie.
Winning
Het onttrekken van energie aan de natuur.

Fossiele energiedragers steenkool, aardolie en aardgas worden gewonnen uit de aarde. Hernieuwbare energiedragers zijn onder andere windenergie en biomassa. Andere energiedragers zijn bijvoorbeeld kernenergie en afval.
Energie-aanvoer
Energie die geïmporteerd of in Nederland gekocht of ontvangen wordt.
Energie-aflevering (-)
Energie die geëxporteerd of in Nederland verkocht of afgeleverd wordt.
Voorraadmutatie
De verandering van de omvang van de voorraad. Bij energiestatistieken is dit de beginvoorraad minus de eindvoorraad, conform de internationale richtlijnen voor energiestatistieken. Een positief getal betekent dus dat de voorraad is afgenomen en dat het aanbod in Nederland is toegenomen. Voor een negatief getal geldt het omgekeerde (toename van de voorraad en afname van het aanbod).