Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, mutaties 1988 - kw1 2014

Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, mutaties 1988 - kw1 2014

Soort mutaties Perioden Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen Beschikbaar voor finale bestedingen Invoer van goederen en diensten Totaal (%) Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen Beschikbaar voor finale bestedingen Invoer van goederen en diensten Invoer goederen (%) Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen Beschikbaar voor finale bestedingen Invoer van goederen en diensten Invoerdiensten (%) Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen Finale bestedingen Uitvoer van goederen en diensten Totaal (%) Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen Finale bestedingen Uitvoer van goederen en diensten Goederen (%) Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen Finale bestedingen Uitvoer van goederen en diensten Diensten (%) Opbouw bbp vanuit de productie Verschil toegerekende en afgedragen BTW (%) Opbouw bbp vanuit de productie Bruto binnenlands product (%) Opbouw bbp vanuit de productie Bbp, gecorrigeerd voor werkdageneffecten (%) Opbouw bbp vanuit de productie Bruto toegevoegde waarde basisprijzen Commerciële dienstenproducenten G-N Commerciële dienstverlening (%) Opbouw bbp vanuit de productie Bruto toegevoegde waarde basisprijzen Commerciële dienstenproducenten J Informatie en communicatie (%) Opbouw bbp vanuit de productie Bruto toegevoegde waarde basisprijzen Commerciële dienstenproducenten K Financiële dienstverlening (%)
Volume, t.o.v. zelfde periode vorig jaar 2014 1e kwartaal* 1,8 1,9 1,5 1,4 1,2 2,1 . -0,5 -0,5 1,2 2,1 -3,5
Volume, t.o.v. voorgaande periode 2014 1e kwartaal* -0,2 0,1 0,4 0,4 0,4 0,5 . -1,4 . -0,2 1,8 -1,6
Waarde, t.o.v. zelfde periode vorig jaar 2014 1e kwartaal* -0,3 -1,0 2,2 -0,1 -1,2 4,5 . 0,1 . 2,5 -0,3 -2,4
Waarde, t.o.v. voorgaande periode 2014 1e kwartaal* -1,0 -1,4 1,2 0,1 -0,2 0,6 . -0,4 . 0,5 -0,2 0,5
Prijs, t.o.v. zelfde periode vorig jaar 2014 1e kwartaal* -2,1 -2,9 0,8 -1,4 -2,4 2,3 . 0,6 . 1,3 -2,4 1,1
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat kwartaal- en jaargegevens over de productiecomponenten, de bestedingencategorieën en de inkomensbestanddelen van het bruto binnenlands product van Nederland. Het bruto binnenlands product is een belangrijk macro-economisch begrip. De volumeontwikkeling van het bruto binnenlands product is de maatstaf voor de economische groei van een land. Het is in de Nationale rekeningen en dus ook in de kwartaalrekeningen gebruikelijk om het bruto binnenlands product vanuit drie gezichtspunten te benaderen, vanuit de productie, vanuit de bestedingen en vanuit het inkomen.

Daarnaast zijn er ook nog gegevens over de inkomenstransacties met het buitenland. Die maken het mogelijk berekeningen te maken over het bruto nationaal inkomen (bni). Deze gegevens zijn gegroepeerd onder het onderwerp
'nationaal vorderingensaldo'. Ten slotte zijn er detailgegevens van variabelen uit de eerste vier onderwerpen beschikbaar. Deze zijn gepresenteerd onder 'detailgegevens'.

De gegevens worden weergegeven in de procentuele waarde-, volume- en prijsontwikkeling ten opzichte van dezelfde periode in het voorgaande jaar en ten opzichte van de vorige periode. De volumeontwikkeling van het bbp
ten opzichte van dezelfde periode in het voorgaande jaar wordt ongecorrigeerd weergegeven (de gerealiseerde economische groei) en gecorrigeerd voor een eventueel verschil in werkdagen. De volume-ontwikkeling ten opzichte van het voorgaande kwartaal is voor een aantal variabelen gecorrigeerd voor seizoen- en werkdageneffecten.
Om een zo goed mogelijk beeld te geven van de conjuncturele stand van zaken wordt de groei voor een aantal variabelen ten opzichte van het voorgaande kwartaal berekend. Hierbij wordt standaard gecorrigeerd voor seizoen- en eventuele werkdageffecten.
Bij het uitkomen van nieuwe kwartaalcijfers wordt deze seizoen- en werkdagcorrectie steeds opnieuw doorgerekend. Dit leidt doorgaans tot geringe bijstellingen van eerder geraamde cijfers, maar incidenteel tot meer substantiële bijstellingen.

Gegevens beschikbaar vanaf: Eerste kwartaal 1988 tot eerste kwartaal 2014

Status van de cijfers:
De cijfers vanaf 1988 zijn definitief. Gegevens van af 2011 tot 2014-I hebben nog een voorlopig karakter.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 25 juni 2014:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.
Deze tabel wordt opgevolgd door tabel Bbp, productie en bestedingen; kwartalen, mutaties. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Opbouw bbp vanuit de finale bestedingen
De gegevens van de bestedingsbenadering van het bruto binnenlands product
(bbp) worden in dit deel van de tabel Kwartaalrekeningen
gepresenteerd. Het openingsmenu laat de bestedingsvariabelen ofwel de
goederen- en dienstentotalen zien. Centraal staat hierbij de samenhang
tussen het bbp en de bestedingsvariabelen. De som van gezinsconsumptie,
overheidsconsumptie, investeringen in vaste activa van bedrijven en
overheid en de voorraadmutaties is gelijk aan de nationale bestedingen.
De nationale bestedingen plus de uitvoer van goederen en diensten minus
de invoer levert het bbp op. Het eerste menu geeft een overzicht van de
variabelen die beschikbaar zijn. Selectie van een variabele leidt opnieuw
tot een menu. Op het volgende niveau kan de gewenste dimensie (volume,
waarde, enz.) van de variabele gekozen worden.
Beschikbaar voor finale bestedingen
Het binnenlands product (bruto, marktprijzen) plus de invoer van goederen
en diensten.
Invoer van goederen en diensten
De invoer van goederen betreft de voor ingezetenen bestemde goederen, die
vanuit het buitenland in het economisch gebied van Nederland zijn
gebracht.
Hiertoe behoren ook voor verwerking in het productieproces benodigde
grondstoffen, halffabrikaten, brandstoffen en voor investeringen bestemde
vaste activa. De invoer omvat verder goederen die, zonder noemenswaardige
bewerking te hebben ondergaan, weer zijn uitgevoerd (wederuitvoer).
De invoer van diensten heeft onder meer betrekking op de uitgaven van
Nederlandse bedrijven in het buitenland, zoals vervoerskosten, bankkosten
en zakenreizen. Bij de overheid gaat het onder meer om uitgaven van
Nederlandse ambassades en consulaten in het buitenland.
De invoer door huishoudens bestaat onder meer uit ingevoerde
consumptiegoederen en de directe consumptieve bestedingen van Nederlandse
toeristen, grensbewoners, diplomaten en militairen in het buitenland.
Totaal
De invoer van goederen betreft de voor ingezetenen bestemde goederen, die
vanuit het buitenland in het economisch gebied van Nederland zijn
gebracht.
Hiertoe behoren ook voor verwerking in het productieproces benodigde
grondstoffen, halffabrikaten, brandstoffen en voor investeringen bestemde
vaste activa. De invoer omvat verder goederen die, zonder noemenswaardige
bewerking te hebben ondergaan, weer zijn uitgevoerd (wederuitvoer).
De invoer van diensten heeft onder meer betrekking op de uitgaven van
Nederlandse bedrijven in het buitenland, zoals vervoerskosten, bankkosten
en zakenreizen. Bij de overheid gaat het onder meer om uitgaven van
Nederlandse ambassades en consulaten in het buitenland.
De invoer door huishoudens bestaat onder meer uit ingevoerde
consumptiegoederen en de directe consumptieve bestedingen van Nederlandse
toeristen, grensbewoners, diplomaten en militairen in het buitenland.
Invoer goederen
Invoer van tastbare producten, zoals voedingsmiddelen, duurzame
consumptieartikelen, machines en dergelijke.
Invoerdiensten
Invoer van producten die niet tastbaar zijn, zoals horeca, handel,
transport, zorg, overheid.
Finale bestedingen
Het totaal van consumptieve bestedingen, investeringen in vaste activa
(bruto), veranderingen in voorraden en uitvoer.
Uitvoer van goederen en diensten
Tot de uitvoer van goederen worden de goederen gerekend, die door
ingezetenen vanuit het economisch gebied van Nederland aan het buitenland
zijn geleverd. De uitvoer van diensten omvat onder meer de diensten van
Nederlandse vervoerbedrijven in het buitenland, aan het buitenland bewezen
havendiensten, scheepsreparatie en de uitvoering van werken in het
buitenland door Nederlandse aannemers. Onder de uitvoer vallen eveneens de
bestedingen in Nederland door buitenlandse toeristen, grensbewoners en
diplomaten.
Totaal
Tot de uitvoer van goederen worden de goederen gerekend, die door
ingezetenen vanuit het economisch gebied van Nederland aan het buitenland
zijn geleverd. De uitvoer van diensten omvat onder meer de diensten van
Nederlandse vervoerbedrijven in het buitenland, aan het buitenland bewezen
havendiensten, scheepsreparatie en de uitvoering van werken in het
buitenland door Nederlandse aannemers. Onder de uitvoer vallen eveneens de
bestedingen in Nederland door buitenlandse toeristen, grensbewoners en
diplomaten.
Goederen
Tot de uitvoer van goederen worden de goederen gerekend, die door
ingezetenen vanuit het economisch gebied van Nederland aan het buitenland
zijn geleverd.
Diensten
De uitvoer van diensten omvat onder meer de diensten van Nederlandse
vervoerbedrijven in het buitenland, aan het buitenland bewezen
havendiensten, scheepsreparatie en de uitvoering van werken in het
buitenland door Nederlandse aannemers. Onder de uitvoer vallen eveneens de
bestedingen in Nederland door buitenlandse toeristen, grensbewoners en
diplomaten.
Opbouw bbp vanuit de productie
De opbouw vanuit de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van
bedrijfsklassen naar het bruto binnenlands product (bbp) tegen
marktprijzen wordt in dit deel van de tabel gepresenteerd.
Het bbp (marktprijzen) is gelijk aan de som van de bruto toegevoegde
waarden (basisprijzen) van alle bedrijfsklassen, het saldo van
productgebonden belastingen en subsidies en het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (BTW).
Schematisch:
Bij bedrijfsklassen gevormde toegevoegde waarde tegen basisprijzen
plus: saldo van productgebonden belastingen en subsidies.
plus: verschil toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde
waarde (BTW)
levert het bruto binnenlands product tegen marktprijzen op.
Bruto toegevoegde waarde tegen basisprijzen:
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen). De bedrijfstakken zijn ingedeeld in secties en
afdelingen conform de standaardbedrijfsindeling (SBI) 1993.
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen is gelijk aan het verschil tussen
de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Bruto toegevoegde waarde is inclusief afschrijvingen en netto toegevoegde
waarde is exclusief afschrijvingen. De bedrijfsklassen zijn ingedeeld
conform de standaard bedrijfsindeling 2008 (SBI2008).
Commerciële dienstenproducenten
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
G Groot- en detailhandel; reparatie van auto's
H Vervoer en opslag
I Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
J Informatie en communicatie
K Financiële instellingen
L Verhuur van en handel in onroerend goed
M Advisering, onderzoek en overige specialistische zakelijke
dienstverlening
N Verhuur van roerende goederen en overige zakelijke dienstverlening
G-N Commerciële dienstverlening
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
G Groot- en detailhandel; reparatie van auto's
H Vervoer en opslag
I Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
J Informatie en communicatie
K Financiële instellingen
L Verhuur van en handel in onroerend goed
M Advisering, onderzoek en overige specialistische zakelijke
dienstverlening
N Verhuur van roerende goederen en overige zakelijke dienstverlening
J Informatie en communicatie
Deze sectie omvat:
- de productie en distributie van informatie, de voorziening van de
infrastructuur om die informatie door te geven, alsmede activiteiten op
het gebied van data- en communicatie-informatietechnologie en het bewerken
van data en andere informatie.
De belangrijkste activiteiten die hier ingedeeld worden zijn het uitgeven
(afdeling 58, incl. het uitgeven van software), productie van films en
geluidsopnamen (afdeling 59) radio en TV (afdeling 60), telecommunicatie
(afdeling 61), informatietechnologie (afdeling 62) en andere
dienstverlening op het gebied van informatie (afdeling 63).
Uitgeven omvat ook het verkrijgen van de copyrights voor de content
(informatieproducten) en het toegankelijk maken hiervan voor een breed
publiek.
Alle mogelijke vormen van uitgeven vallen onder deze sectie (in drukvorm,
elektronisch of audio, op het internet, als multimediaproduct enzovoorts).
K Financiële dienstverlening
Deze sectie omvat:
- financiële instellingen;
- verzekeringswezen en pensioenfondsen (geen verplichte sociale
verzekeringen);
- financiële beurzen, effectenmakelaars, assurantietussenpersonen,
administratiekantoren voor aandelen, waarborgfondsen en dergelijke.
Verschil toegerekende en afgedragen BTW
Het verschil tussen de toegerekende en de afgedragen btw ontstaat onder
meer door kwijtscheldingen, oninbaar geleden bedragen, boetes, de Regeling
kleine ondernemers en door ontwijking van afdracht van btw. Het verschil
tussen toegerekende en afgedragen btw wordt niet verdeeld over de
bedrijfsklassen. Dit verschil wordt op het niveau van de totale economie
geteld bij de toegevoegde waarde (en het exploitatieoverschot / gemengd
inkomen).
Bruto binnenlands product
De groei van het bruto binnenlands product na verwijdering van de werkdageneffecten. Het aantal werkdagen in twee overeenkomstige kwartalen in opeenvolgende jaren kan verschillen door een schrikkeldag, doordat een ongelijk aantal feestdagen in een weekend valt (bijvoorbeeld 1 januari) of doordat een feestdag van kwartaal is verschoven (bijvoorbeeld paasmaandag). Het effect van een extra werkdag op de groei bedraagt 0,2 à 0,3 procentpunt.
Bbp, gecorrigeerd voor werkdageneffecten
De groei van het bruto binnenlands product na verwijdering van de werkdageneffecten. Het aantal werkdagen in twee overeenkomstige kwartalen in opeenvolgende jaren kan verschillen door een schrikkeldag, doordat een ongelijk aantal feestdagen in een weekend valt (bijvoorbeeld 1 januari) of doordat een feestdag van kwartaal is verschoven (bijvoorbeeld paasmaandag). Het effect van een extra werkdag op de groei bedraagt 0,2 à 0,3 procentpunt.