Landbouw; gewassen, dieren en grondgebruik naar regio

Landbouw; gewassen, dieren en grondgebruik naar regio

Regio's Perioden Aantal landbouwbedrijven, totaal (aantal) Grondgebruik Oppervlakte Cultuurgrond Cultuurgrond, totaal (are) Grondgebruik Oppervlakte Cultuurgrond Akkerbouw (are) Grondgebruik Oppervlakte Cultuurgrond Tuinbouw open grond (are) Grondgebruik Oppervlakte Cultuurgrond Tuinbouw onder glas (are) Grondgebruik Oppervlakte Cultuurgrond Grasland en groenvoedergewassen (are) Grondgebruik Oppervlakte Niet-cultuurgrond Niet-cultuurgrond, totaal (are) Grondgebruik Aantal bedrijven Cultuurgrond Cultuurgrond, totaal (aantal) Grondgebruik Aantal bedrijven Cultuurgrond Akkerbouw (aantal) Grondgebruik Aantal bedrijven Cultuurgrond Tuinbouw open grond (aantal) Grondgebruik Aantal bedrijven Cultuurgrond Tuinbouw onder glas (aantal) Grondgebruik Aantal bedrijven Cultuurgrond Grasland en groenvoedergewassen (aantal) Grondgebruik Aantal bedrijven Niet-cultuurgrond Niet-cultuurgrond, totaal (aantal) Akkerbouw Oppervlakte Aardappelen Aardappelen, totaal (are) Tuinbouw open grond Oppervlakte Tuinbouw open grond, totaal (are) Tuinbouw open grond Oppervlakte Bloembollen en -knollen Bloembollen en -knollen, totaal (are) Tuinbouw open grond Oppervlakte Bloemkwekerijgewassen Bloemkwekerijgewassen, totaal (are) Tuinbouw open grond Oppervlakte Boomkwekerijgewassen en vaste planten Boomkwekerij en vaste planten, totaal (are) Tuinbouw open grond Oppervlakte Fruit open grond Fruit open grond, totaal (are) Tuinbouw open grond Oppervlakte Tuinbouwgroenten Tuinbouwgroenten, totaal (are) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Tuinbouw onder glas, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Bloemkwekerijgewassen Bloemkwekerijgewassen, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Bloemkwekerijgewassen Potplanten Potplanten, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Bloemkwekerijgewassen Snijbloemen Snijbloemen, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Boomkwekerijgewassen en vaste planten Boomkwekerij en vaste planten, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Fruit onder glas Fruit onder glas, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Oppervlakte Glasgroenten Glasgroenten, totaal (m2) Grasland en groenvoedergewassen Oppervlakte Grasland en groenvoedergewassen, totaal (are) Graasdieren Aantal dieren Rundvee Rundvee, totaal (aantal) Graasdieren Aantal dieren Rundvee Jongvee voor de melkveehouderij Jongvee voor de melkveehouderij, totaal (aantal) Graasdieren Aantal dieren Rundvee Vleeskalveren Vleeskalveren, totaal (aantal) Graasdieren Aantal dieren Rundvee Melk- en kalfkoeien (>= 2 jaar) (aantal) Graasdieren Aantal dieren Schapen Schapen, totaal (aantal) Graasdieren Aantal dieren Geiten Geiten, totaal (aantal) Graasdieren Aantal dieren Paarden en pony's Paarden en pony's, totaal (aantal) Hokdieren Aantal dieren Varkens Varkens, totaal (aantal) Hokdieren Aantal dieren Kippen Kippen, totaal (aantal)
PV25 2024* 8.410 22.461.944 2.526.454 986.628 74.897 18.873.965 . 8.132 3.368 1.631 328 7.344 . 635.099 986.628 14.923 24.016 294.241 577.933 75.515 7.489.738 4.919.678 1.194.010 3.445.437 330.668 525.642 1.713.750 18.873.965 844.640 146.858 417.397 225.289 . . 18.641 1.642.657 .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens op regioniveau over grondgebruik, akkerbouw, tuinbouw, grasland, graasdieren en hokdieren.
Voor alle onderwerpen wordt zowel het telgegeven (oppervlakte, aantal dieren), als het bijbehorend aantal bedrijven gepresenteerd.

De gegevens voor deze tabel komen uit de landbouwtelling. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet.

De regionale indeling van de Landbouwtelling is gebaseerd op het hoofdvestigingsadres. Hierdoor kan de regio, waaraan de landbouwactiviteiten (houden van dieren, teelt van gewassen) worden toegerekend, afwijken van de plaats waar deze activiteiten daadwerkelijk plaatsvinden.

De peildatum voor het aantal dieren is 1 april; de peildatum voor de gewassen is 15 mei.

In 2022 maken paarden, pony’s en ezels geen onderdeel uit van de Landbouwtelling. Dit heeft invloed op de bedrijfstypering en het totaal aantal landbouwbedrijven in de Landbouwtelling. Bedrijven met paarden en pony's die eerder ingedeeld werden bij 'paard -en ponybedrijven' worden in 2022, als er naast het houden van paarden en pony's ook nog landbouwactiviteiten zijn, ingedeeld bij een ander bedrijfstype. Dit heeft met name effect op graasdierbedrijven en 'akkerbouwbedrijven met vooral voedergewassen', hier treedt een duidelijke trendbreuk op.

Met ingang van 2018 wordt het aantal vleeskalveren, vleesvarkens, kippen en kalkoenen bijgesteld bij tijdelijke leegstand op de peildatum. Voor de bijstelling wordt gebruik gemaakt van de opgave van voorgaand jaar.

De Landbouwtelling is een structuur enquête, daarin is een bijstelling bij tijdelijke leegstand o.a. van belang voor de bepaling van het bedrijfstype en de economische omvang van de bedrijven.
Bij de omvang van de veestapels is het aantal dieren op de peildatum van belang, daarom worden de dieraantallen in de veestapeltabellen niet bijgesteld bij tijdelijke leegstand.
Als gevolg hiervan kunnen er verschillen optreden tussen de dieraantallen in de Landbouwtellingstabellen en de veestapeltabellen (zie ‘koppeling naar relevante tabellen en artikelen’).

Met ingang van 2017 worden de dieraantallen in toenemende mate afgeleid uit I&R registers (Identificatie en Registratie van dieren), in plaats van d.m.v. directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave. De I&R registers vallen onder verantwoordelijkheid van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland). Sinds 2017 worden de rundvee aantallen afgeleid uit I&R-rund, en vanaf 2018 worden ook schapen, geiten en pluimvee afgeleid uit de betreffende I&R registers. De registratie van rundvee, schapen en geiten vindt rechtstreeks bij RVO plaats. Pluimvee gegevens worden ingewonnen via de aangewezen databank Koppel Informatiesysteem Pluimvee (KIP) van Avined. Avined is een brancheorganisatie voor de eier- en pluimveevleessector. Avined geeft de gegevens door aan de centrale database van RVO.nl. Door de overgang naar het gebruik van I&R registers treedt er voor schapen en geiten vanaf 2018 een wijziging in de indeling op.

Met ingang van 2016 wordt voor de afbakening van de Landbouwtelling gebruik gemaakt van informatie uit het Handelsregister. Inschrijving in het Handelsregister met een agrarische SBI (Standaard BedrijfsIndeling) is leidend bij de bepaling of er sprake is van een landbouwbedrijf. Met deze afbakening wordt zo nauw mogelijk aangesloten bij de statistische verordeningen van Eurostat en de (Nederlandse) implementatie van het begrip ‘actieve landbouwer’ uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).
De afbakening van de Landbouwtelling op basis van informatie uit het Handelsregister heeft vooral invloed op het aantal bedrijven, hier treedt een duidelijke trendbreuk op. De invloed op arealen (behalve bij niet-cultuurgrond en natuurlijk grasland) en de dieraantallen (behalve bij schapen, en paarden en pony’s) zijn beperkt. Dit heeft met name te maken met het soort bedrijven dat bij de nieuwe afbakening wordt uitgesloten (zoals maneges, kinderboerderijen en natuurbeheer organisaties).

Met ingang van 2011 zijn er wijzigingen doorgevoerd in de geografische toedeling van bedrijven met hoofdvestiging in het buitenland. Dit kan met name in de grensgebieden invloed hebben op de regionale cijfers.

Met ingang van 2010 wordt een nieuwe norm voor de economische omvang van bedrijven en een nieuwe bedrijfstypering gehanteerd. Tot en met 2009 werd de economische omvang van agrarische bedrijven uitgedrukt in NGE (Nederlandse Grootte-Eenheid). Met ingang van 2010 is dit vervangen door SO (Standaard Opbrengst). Hierdoor wijzigt de ondergrens voor opname van bedrijven in de publicatie van de Landbouwtelling van 3 nge in 3000 euro SO.
Voor vergelijkbaarheid in de tijd zijn de gegevens van 2000 tot en met 2009 herberekend op basis van SO-normen en -indelingen. SO-normen worden om de drie jaar geactualiseerd. De meest recente actualisatie vond plaats in 2016; bij de herberekening zijn de SO-normen uit 2010 gehanteerd.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000

Status van de cijfers: De cijfers van 2024 zijn voorlopig, de overige cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 1 juli 2024: de voorlopige cijfers van 2024 zijn toegevoegd. De cijfers voor bollenbroei, pluimvee en arbeidskrachten zijn nog niet beschikbaar.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Volgens planning verschijnen eind juni de eerste voorlopige cijfers ('snelle cijfers'). Op dat moment zijn nog niet alle opgaven binnen en/of volledig verwerkt, en hebben alleen de belangrijkste plausibiliteitscontroles plaatsgevonden. Voor non-respons is bijgeschat op basis van de opgave van vorig jaar.
In september wordt de gegevensverzameling afgesloten, dan wordt opnieuw bijgeschat en vinden verdere analyses en plausibiliteitscontroles plaats.
Eind september en in november worden bijgestelde voorlopige cijfers gepubliceerd en in maart van het jaar daarna volgen de definitieve cijfers.

Toelichting onderwerpen

Aantal landbouwbedrijven, totaal
Bedrijven die landbouwproducten voor de markt voortbrengen, met hoofdvestiging in Nederland, en een economische omvang >= 3000 euro SO (Standaard Opbrengst).
_
Bedrijven < 3000 euro SO zijn zeer klein, gedacht moet worden aan bijvoorbeeld slechts 1 melkkoe of 1 are paprika.
_
Tot en met 2009 werd de economische omvang van agrarische bedrijven uitgedrukt in NGE (Nederlandse Grootte Eenheid). Voor vergelijkbaarheid in de tijd zijn de gegevens van 2000 tot en met 2009 herberekend op basis van SO-normen en -indelingen. De oorspronkelijke ondergrens (3 NGE) is echter gehandhaafd, waardoor de populatie ongewijzigd is gebleven.
_
Met ingang van 2016 wordt bij de afbakening van de Landbouwtelling gebruik gemaakt van informatie uit het Handelsregister. Dit heeft vooral invloed op het aantal bedrijven, hier treedt een duidelijke trendbreuk op. De invloed op arealen (behalve bij niet-cultuurgrond en natuurlijk grasland) en de dieraantallen (behalve bij schapen, en paarden en pony’s) zijn beperkt. Dit heeft met name te maken met het soort bedrijven dat bij de nieuwe afbakening wordt uitgesloten (zoals maneges, kinderboerderijen en natuurbeheer organisaties).
_
Met ingang van 2022 maken paarden en pony’s geen onderdeel meer uit van de Landbouwtelling. Dit heeft invloed op het totaal aantal landbouwbedrijven in de Landbouwtelling, hier treedt een duidelijke trendbreuk op.
_
Voor meer uitleg over de afbakening van de Landbouwtelling en de SO wordt verwezen naar de tabeltoelichting.

Grondgebruik
Oppervlakte
Cultuurgrond
Cultuurgrond is grond die, blijvend dan wel tijdelijk, deel uitmaakt van het bedrijf, en in hoofdzaak bestemd is voor het voortbrengen van landbouwproducten (akkerbouw, tuinbouw, veehouderij), met inbegrip van braakland en (tijdelijk) grasland.
Cultuurgrond, totaal
Akkerbouw
Akkerbouw is teelt in de volle grond, veelal voor industriële verwerking.
Tuinbouw open grond
Tuinbouw open grond is teelt in de volle grond, veelal direct voor de markt.
Tuinbouw onder glas
Tuinbouw onder glas is teelt in kassen, bedekt met glas of plastic, of in betreedbare plastic tunnels.
Grasland en groenvoedergewassen
Grasland en voedergewassen dienen doorgaans als vers plantaardig veevoer.
Niet-cultuurgrond
Niet-cultuurgrond, totaal
Aantal bedrijven
Let op:
De som van onderliggende delen kan groter zijn dan het totaal voor de hele groep, omdat bij een bedrijf meerdere activiteiten (houden van dieren, teelt van gewassen) kunnen voorkomen (zo’n bedrijf telt mee voor iedere afzonderlijke activiteit, maar slechts eenmaal in het totaal).
Cultuurgrond
Cultuurgrond is grond die, blijvend dan wel tijdelijk, deel uitmaakt van
het bedrijf, en in hoofdzaak bestemd is voor het voortbrengen van
landbouwproducten (akkerbouw, tuinbouw, veehouderij), met inbegrip van
braakland en (tijdelijk) grasland.
Cultuurgrond, totaal
Akkerbouw
Akkerbouw is teelt in de volle grond, veelal voor industriële verwerking.
Tuinbouw open grond
Tuinbouw open grond is teelt in de volle grond, veelal direct voor de markt.
Tuinbouw onder glas
Tuinbouw onder glas is teelt in kassen, bedekt met glas of plastic, of in betreedbare plastic tunnels.
Grasland en groenvoedergewassen
Grasland en voedergewassen dienen doorgaans als vers plantaardig veevoer.
Niet-cultuurgrond
Niet-cultuurgrond, totaal
Akkerbouw
Akkerbouw is teelt in de volle grond, veelal voor industriële verwerking.
Oppervlakte
Aardappelen
Aardappelen, totaal
Tuinbouw open grond
Tuinbouw open grond is teelt in de volle grond, veelal direct voor de markt.
Oppervlakte
Tuinbouw open grond, totaal
Bloembollen en -knollen
Bloembollen en -knollen, totaal
Bloemkwekerijgewassen
Bloemkwekerijgewassen, totaal
Boomkwekerijgewassen en vaste planten
Boomkwekerij en vaste planten, totaal
Fruit open grond
Fruit open grond, totaal
Tuinbouwgroenten
Tuinbouwgroenten zijn groenten die worden geteeld in de open grond, in vruchtwisseling met andere tuinbouwgewassen. Ze zijn meestal direct bestemd voor de markt.
_
Vruchtwisseling is het op een perceel na elkaar telen van verschillende gewassen om bodemziekten te voorkomen.
Tuinbouwgroenten, totaal
Tuinbouw onder glas
Tuinbouw onder glas is teelt in kassen, bedekt met glas of plastic, of in betreedbare plastic tunnels.
Oppervlakte
Tuinbouw onder glas, totaal
Bloemkwekerijgewassen
Bloemkwekerijgewassen, totaal
Potplanten
In pot gekweekte bladplanten en planten voor de bloei.
Potplanten, totaal
Snijbloemen
Snijbloemen, totaal
Boomkwekerijgewassen en vaste planten
Exclusief gewassen die uitsluitend voor overwintering onder glas staan.
Boomkwekerij en vaste planten, totaal
Fruit onder glas
Omvat fruit onder glas zoals bramen, frambozen en overig fruit onder glas
Fruit onder glas, totaal
Glasgroenten
Glasgroenten, totaal
Grasland en groenvoedergewassen
Grasland en voedergewassen dienen doorgaans als vers plantaardig veevoer.
Oppervlakte
Grasland en groenvoedergewassen, totaal
Graasdieren
Graasdieren zijn paarden en pony's, rundvee, schapen en geiten.
Aantal dieren
Rundvee
Met ingang van 2013 worden de diercategorieën ‘Vlees- en weidekoeien (>= 2 jaar)’ en ‘Zoogkoeien (>= 2 jaar)’ niet meer apart waargenomen maar samengeteld in de nieuwe categorie ‘Overige koeien’.
Eveneens met ingang van 2013 worden de diercategorieën ‘Stieren voor de fokkerij (>= 2 jaar)’ en ‘Stieren voor vleesproductie (>= 2 jaar)’ niet meer apart waargenomen maar samengeteld in de nieuwe categorie ‘Stieren (>= 2 jaar)’.
Hierdoor zijn ook de totalen voor ‘melk- en fokvee’ en ‘vlees- en weidevee’ komen te vervallen.
Met ingang van 2017 worden de rundvee gegevens afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor runderen. Dit kan, in vergelijking met de eerdere directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave, van invloed zijn op de verdeling tussen de verschillende categorieën.
Rundvee, totaal
Jongvee voor de melkveehouderij
Jongvee dat voor melkproductie wordt aangehouden.
Jongvee voor de melkveehouderij, totaal
Vleeskalveren
Vleeskalveren voor de productie van wit- en rosévlees (jonger dan 1 jaar).

Met ingang van 2018 worden de dieraantallen voor pluimvee, vleeskalveren en vleesvarkens gecorrigeerd voor tijdelijke leegstand op de peildatum.
Als gevolg hiervan kunnen er verschillen optreden tussen de dieraantallen in de Landbouwtellingstabellen en de productietabellen (zie ook de tabeltoelichting).
Vleeskalveren, totaal
Melk- en kalfkoeien (>= 2 jaar)
Koeien van 2 jaar of ouder, die ten minste eenmaal gekalfd hebben en voor de melkproductie, dan wel de fokkerij worden aangehouden; inclusief droogstaande koeien (dit zijn koeien, die tijdelijk geen melk geven omdat ze drachtig zijn).
Schapen
Met ingang van 2018 worden de schapen afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor schapen. Hierdoor is de indeling gewijzigd ten opzichte van eerdere jaren.
Schapen, totaal
Geiten
Met ingang van 2018 worden de geiten afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor geiten. Hierdoor is de indeling gewijzigd ten opzichte van eerdere jaren.
Geiten, totaal
Paarden en pony's
Uitsluitend de op geregistreerde landbouwbedrijven voorkomende paarden en pony's.
_
Vanaf 2010 inclusief ezels van 6 maanden en ouder.
_
Met ingang van 2022 maken paarden en pony’s geen onderdeel meer uit van de Landbouwtelling.
Paarden en pony's, totaal
Hokdieren
Hokdieren zijn varkens, diverse soorten pluimvee, konijnen en
edelpelsdieren.
_
Om hobbymatig van bedrijfsmatig gehouden dieren te onderscheiden, worden
bij pluimvee, konijnen en edelpelsdieren aantallen van minder dan 25 stuks
niet in de telling meegenomen.
Aantal dieren
Varkens
Varkens, totaal
Kippen
Met ingang van 2018 worden de pluimvee gegevens afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor pluimvee. Dit kan, in vergelijking met de eerdere directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave, van invloed zijn op het aantal dieren en de verdeling tussen de verschillende categorieën.

Met ingang van 2018 worden de dieraantallen voor pluimvee, vleeskalveren en vleesvarkens gecorrigeerd voor tijdelijke leegstand op de peildatum.
Als gevolg hiervan kunnen er verschillen optreden tussen de dieraantallen in de Landbouwtellingstabellen en de productietabellen (zie ook de tabeltoelichting).
Kippen, totaal