Kerncijfers van de huishoudensprognose, 2009-2050

Kerncijfers van de huishoudensprognose, 2009-2050

Perioden Personen naar huishoudenspositie Totaal personen (aantal) Personen naar huishoudenspositie Alleenstaande personen (aantal) Personen naar huishoudenspositie Samenwonende personen (aantal) Personen naar huishoudenspositie Thuiswonende kinderen (aantal) Personen naar huishoudenspositie Eenouders (aantal) Personen naar huishoudenspositie Overige personen (aantal) Personen naar huishoudenspositie In institutie wonende personen (aantal) Huishoudens naar type Eenpersoonshuishouden (aantal) Huishoudens naar type Paren (aantal) Huishoudens naar type Eénouderhuishouden (aantal) Huishoudens naar type Overige huishoudens (aantal) Huishoudens naar grootte Gemiddelde huishoudensgrootte (aantal) Huishoudens naar grootte Eenpersoonshuishouden (aantal) Huishoudens naar grootte Meerpersoonshuishoudens Totaal meerpersoonshuishoudens (aantal) Huishoudens naar kindertal Kindertal van paren Totaal paren (aantal) Huishoudens naar kindertal Kindertal van éénouderhuishoudens Totaal éénouderhuishoudens (aantal) Huishoudens met kinderen Totaal huishoudens met kinderen (aantal)
2009 16.481.284 2.607.426 8.342.279 4.581.532 473.626 266.445 209.976 2.607.426 4.171.137 473.626 50.291 2,23 2.607.426 4.695.058 4.171.137 473.623 2.526.374
2010 16.536.423 2.639.631 8.367.958 4.570.173 480.793 266.738 211.130 2.639.631 4.183.981 480.793 50.312 2,22 2.639.631 4.715.089 4.183.981 480.789 2.527.636
2015 16.779.252 2.822.316 8.476.927 4.493.658 505.859 278.509 201.983 2.822.316 4.238.465 505.859 52.231 2,18 2.822.316 4.796.558 4.238.465 505.858 2.512.747
2020 17.013.720 3.009.204 8.559.423 4.428.205 516.863 292.669 207.356 3.009.204 4.279.708 516.863 54.373 2,14 3.009.204 4.850.944 4.279.708 516.861 2.492.864
2025 17.221.044 3.187.236 8.597.239 4.384.620 518.455 307.260 226.234 3.187.236 4.298.620 518.455 56.216 2,11 3.187.236 4.873.287 4.298.620 518.454 2.480.285
2030 17.380.345 3.340.254 8.561.421 4.385.822 517.395 320.779 254.674 3.340.254 4.280.708 517.395 57.333 2,09 3.340.254 4.855.435 4.280.708 517.394 2.478.739
2035 17.469.292 3.456.765 8.451.467 4.419.240 518.658 333.860 289.302 3.456.765 4.225.734 518.658 58.423 2,08 3.456.765 4.802.813 4.225.734 518.657 2.490.496
2040 17.473.632 3.536.076 8.307.691 4.440.006 522.422 345.485 321.952 3.536.076 4.153.848 522.422 59.653 2,07 3.536.076 4.735.922 4.153.848 522.425 2.504.011
2045 17.417.485 3.585.086 8.172.542 4.431.669 525.583 355.182 347.423 3.585.086 4.086.271 525.583 60.861 2,07 3.585.086 4.672.712 4.086.271 525.585 2.510.558
2050 17.342.447 3.607.141 8.070.082 4.409.191 525.274 362.716 368.043 3.607.141 4.035.041 525.274 61.693 2,06 3.607.141 4.622.005 4.035.041 525.271 2.508.768
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de prognose van het aantal personen onderscheiden naar huishoudenspositie en het aantal huishoudens onderscheiden naar samenstelling, grootte, kindertal en leeftijd van het jongste thuiswonende kind.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2009 - 2050

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn berekende prognosecijfers.
De gegevens zijn definitief.

Wijzigingen per 3 mei 2018:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Personen naar huishoudenspositie
Positie die een persoon in een particulier huishouden inneemt ten opzichte
van de referentiepersoon van het huishouden.
Particulier huishouden
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en
zichzelf daar particulier, d.w.z. niet-bedrijfsmatig voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Referentiepersoon
Lid van het huishouden ten opzichte van wie de posities van de andere
leden worden bepaald en van wie de kenmerken eventueel ook aan het
huishouden worden toegekend.
Totaal personen
Alleenstaande personen
Persoon die alleen in een woonruimte is gehuisvest en hierdoor een
eenpersoonshuishoudens vormt. Tot alleenstaanden worden ook personen
gerekend die met anderen eenzelfde adres bewonen maar een eigen
huishouding voeren. Alleenstaanden worden in alle burgerlijke staten
aangetroffen; zo kunnen gehuwden na het stuklopen van hun relatie (in
afwachting van een scheiding) alleen wonen.
Samenwonende personen
Personen die - al dan niet gehuwd - een gemeenschappelijke
huishouding voeren met een vaste partner.
Thuiswonende kinderen
Persoon die een kind-ouder relatie heeft met één of twee tot het
huishouden behorende ouders. Onder thuiswonende kinderen worden
ook begrepen adoptie- en stiefkinderen, maar geen pleegkinderen.
Er worden geen beperkingen opgelegd wat betreft leeftijd of burgerlijke
staat om als kind te worden geclassificeerd.
Eenouders
Personen met thuiswonende kinderen die niet samenwonen met een vaste
partner.
Overige personen
Personen die met andere personen op eenzelfde adres wonen maar geen
partnerrelatie met die andere personen onderhouden en geen kind zijn van
die andere personen. Te denken valt bijvoorbeeld aan kostgangers die bij
een gezin inwonen of studenten die een huishouden vormen.
In institutie wonende personen
Personen die langer dan een jaar in een instelling verblijven, zoals
verpleeg-, verzorgings- en kindertehuizen,
opvoedingsinternaten, revalidatiecentra en gevangenissen.
Huishoudens naar type
Samenstelling van het huishouden
Typering van een particulier huishouden op basis van de onderlinge
relaties binnen het huishouden.
Particulier huishouden
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en
zichzelf daar particulier, dat wil zeggen niet-bedrijfsmatig voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Eenpersoonshuishouden
Personen die alleen in een woonruimte zijn gehuisvest. Tot de
eenpersoonshuishoudens worden ook personen gerekend die met anderen
eenzelfde adres bewonen maar een eigen huishouding voeren.
Paren
Huishoudens die bestaan uit personen die - al dan niet gehuwd - een
gemeenschappelijke huishouding voeren met een vaste partner.
Eénouderhuishouden
Eenouderhuishoudens zijn huishoudens met één ouder en één of meer
kinderen.
Overige huishoudens
Huishoudens bestaande uit personen die met andere personen op eenzelfde
adres wonen maar geen partnerrelatie met die andere personen onderhouden
en geen kind zijn van die andere personen. Te denken valt bijvoorbeeld aan
studenten die een huishouden vormen of aan twee zussen die samen in een
huis wonen.
Huishoudens naar grootte
Huishoudensgrootte
Aantal personen dat deel uitmaakt van het particulier huishouden.
Particulier huishouden
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en
zichzelf daar particulier, dat wil zeggen niet-bedrijfsmatig voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Gemiddelde huishoudensgrootte
Gemiddeld aantal personen dat deel uitmaakt van een particulier
huishouden.
Eenpersoonshuishouden
Personen die alleen in een woonruimte zijn gehuisvest. Tot de
eenpersoonshuishoudens worden ook personen gerekend die met anderen
eenzelfde adres bewonen maar een eigen huishouding voeren.
Meerpersoonshuishoudens
Meerpersoonshuishoudens bestaan uit (niet-gehuwde en gehuwde) paren
(met of zonder thuiswonende kinderen) en overige huishoudens.
Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouder relatie
heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Onder thuiswonende kinderen worden ook begrepen adoptie- en stiefkinderen
maar geen pleegkinderen.
Totaal meerpersoonshuishoudens
Huishoudens naar kindertal
Particuliere huishoudens naar aantal thuiswonende kinderen.
Particulier huishouden
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en
zichzelf daar particulier, dat wil zeggen niet-bedrijfsmatig voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouder relatie
heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Onder thuiswonende kinderen worden ook begrepen adoptie- en stiefkinderen
maar geen pleegkinderen.
Kindertal van paren
Paren bestaan uit personen die - al dan niet gehuwd - een
gemeenschappelijke huishouding voeren met een vaste partner.
Totaal paren
Kindertal van éénouderhuishoudens
Eenouderhuishoudens vormen een huishoudens met één ouder tezamen
met een of meer kinderen.
Totaal éénouderhuishoudens
Huishoudens met kinderen
Particuliere huishoudens met thuiswonende kinderen.
Particulier huishouden:
Een verzameling van één of meer personen die een woonruimte bewoont en
zichzelf daar particulier, dat wil zeggen niet-bedrijfsmatig voorziet in
dagelijkse levensbehoeften.
Thuiswonend kind:
Persoon ongeacht leeftijd of burgerlijke staat die een kind-ouder relatie
heeft met één of twee tot het huishouden behorende ouders.
Onder thuiswonende kinderen worden ook begrepen adoptie- en stiefkinderen
maar geen pleegkinderen.
Totaal huishoudens met kinderen