Innovatie bij bedrijven; 1994-1996

Innovatie bij bedrijven; 1994-1996

SBI '93 Niet-technologische vernieuwingen Strategie (in % van alle bedrijven)
Totaal bedrijven 42
D Industrie 46
Textiel- en lederwarenindustrie 46
DA VV voedings- en genotmiddelen 45
21 VV papier, karton en papier- en .. 64
Uitgeverijen en drukkerijen 51
Aardolie-industrie 64
Chemische basisproductenindustrie 68
Farmaceutische industrie 64
Overige chemische eindproductenindustrie 61
25 VV producten van rubber en kunststof 57
Basismetaalindustrie 71
Metaalproductenindustrie 33
Machine-industrie 47
DM Vervaardiging van transportmiddelen 46
Electrotechnische industrie 54
Hout-, meubel-, en overige industrie 40
Totaal diensten 43
Groothandel 48
52 Detailhandel en reparatie voor .. 29
5000e Autobranche en horeca 38
Vervoer en communicatie 35
J Financiële instellingen 60
Computerservicebureaus 71
Architecten- en ingenieursbureaus 58
Juridische en economische adviesdiensten 65
Zakelijke dienstverlening niet eerder... 45
Milieudienstverlening 55
Overige dienstverlening 37
Totaal overig 32
0000b Landbouw, bosbouw, visserij (A+B) 38
C Winning van delfstoffen 36
Elektriciteit, gas en water 69
F Bouwnijverheid 30
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Het CBS houdt om de twee jaar een Innovatie-enquête. Hiermee wordt een
beeld verkregen van de stand van zaken wat betreft innovatie bij
Nederlandse bedrijven. Het onderzoek omvat een grote diversiteit aan
aspecten van het begrip innovatie.
Eén enquête omvat drie verslagjaren (dit is de verslagperiode). Het laatste
jaar in de ene enquête is daarbij hetzelfde als het eerste jaar in de
volgende. Omdat in iedere nieuwe Innovatie-enquête weer nieuwe onderwerpen
worden opgenomen, worden de resultaten per enquête in een afzonderlijke
tabel weergegeven. Dèze tabel bevat alle resultaten van de
Innovatie-enquête voor de verslagperiode 1994-1996.

De eerste Innovatie-enquête vond plaats over de verslagperiode 1994-1996.
Vanaf deze eerste verslagperiode tot en met verslagperiode 2000-2002 is de
enquête gehouden bij in Nederland gevestigde bedrijven met 10 of meer
werknemers.
In de verslagperiodes 1996-1998 en 1998-2000 zijn ook bedrijven met 1 tot
10 werknemers geënquêteerd.
Vanaf de verslagperiode 2002-2004 betreft de populatie alle bedrijven in
Nederland met 10 of meer werkzame personen.
Het belangrijkste verschil tussen werknemers en werkzame personen is dat
werknemers alleen de personen betreft die op de loonlijst van een bedrijf
voorkomen, terwijl tot de werkzame personen ook de de eigenaren en
meewerkende gezinsleden die niet op de loonlijst voorkomen worden gerekend.
Zie voor de exacte definities href="http://www.cbs.nl/NR/exeres/76ABB32E-7C99-4D65-84E0-1B740B64A0F7"
>Methoden/Begrippen
.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1994-1996.

Status van de cijfers: definitief.

Wijzigingen ten opzichte van de vorige versie: geen.

Toelichting onderwerpen

Niet-technologische vernieuwingen
Voor de gehele onderzoekpopulatie (bedrijven met 10 of meer
werknemers; dat zijn bijna 47 000 bedrijven) is weergegeven of er
niet-technologische vernieuwende activiteiten zijn verricht in 1994-1996.
De vraag over niet-technologische vernieuwing is dus van toepassing op
zowel innovatoren als niet-innovatoren.
Strategie
Bezinning op of wijziging van strategische (langere termijn) doelen van
het bedrijf.