Milieu-economische kerncijfers; NAMEA

Milieu-economische kerncijfers; NAMEA

Bedrijfsklassen en huishoudens Perioden Macro-economie Productie (basisprijzen) (mln euro) Macro-economie Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Macro-economie Investeringen in vaste activa (bruto) (mln euro) Macro-economie Arbeidsvolume werkzame personen (1 000 arbeidsjaren)
Totaal particuliere huishoudens 2008
At/mP Totaal muv internationale organen 2008 1.150.453 529.319 125.125 6.810,6
A+B Landbouw, bosbouw en visserij 2008 27.687 9.566 4.461 204,9
C Delfstoffenwinning 2008 27.356 21.749 1.652 7,1
D Industrie 2008 295.873 72.605 9.605 848,5
DA Voedings- en genotmiddelenindustrie 2008 59.789 13.656 1.704 115,3
1700a Textiel,kleding en lederindustrie 2008 3.934 1.120 99 18,9
21 Papier(waren)- en karton(waren)ind. 2008 5.822 1.506 241 19,8
22 Uitgeverijen,drukkerijen,reproductie 2008 13.934 6.001 512 77,5
23 Aardolie-, steenkoolverwerkende ind. 2008 39.769 3.797 859 6,3
24 Vervaardiging van chemische producten 2008 54.408 11.213 . 62,0
25 Rubber- en kunststofverwerkende ind. 2008 7.322 2.029 286 32,1
27 Basismetaalindustrie 2008 9.200 2.537 344 21,3
28 Metaalproductenindustrie 2008 20.767 6.664 801 94,2
29 Machine- en apparatenindustrie 2008 21.760 6.869 704 90,1
DL Elektrische en optische apparatenind. 2008 20.259 4.011 1.120 78,7
DM Transportmiddelenindustrie 2008 18.057 4.038 506 48,2
2000d Overige industrie 2008 20.852 9.164 794 184,1
E Openbare voorzieningsbedrijven 2008 39.833 10.373 2.975 30,1
F Bouwnijverheid 2008 85.665 30.629 2.301 469,7
G en H Handel, reparatie en horeca 2008 139.244 76.952 7.843 1.281,1
I Vervoer, opslag en communicatie 2008 79.831 35.136 9.549 410,9
J en K Onr.goed,financiële+zakl.diensten 2008 255.101 147.303 60.018 1.505,8
7500f Overheid+gesubsidieerd onderwijs 2008 95.007 58.880 18.574 786,4
8040d Zorg,cultuur,recreatie,ov.diensten 2008 104.856 66.126 8.147 1.266,3
Overige herkomst binnenland 2008 1.305 -2.437
Totaal Nederlandse economie 2008 1.151.758 529.319 122.688 6.810,6
Totaal uit het buitenland 2008
Totaal herkomst 2008
Totaal absorptie 2008
Totaal naar het buitenland 2008
Bijdrage milieuprobleem 2008
Totaal bestemming 2008
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel met milieu-economische kerncijfers geeft per bedrijfstak in één
overzicht aan: de bijdragen aan bepaalde milieuproblemen (broeikaseffect,
verzuring etc.), de milieu-uitgaven (milieukosten, milieubelastingen etc.)
en de rol in de economie (toegevoegde waarde, arbeidsvolume werkzame
personen etc.). Alle cijfers komen uit reeds bestaande Statlinetabellen.
De hier gepresenteerde indicatoren kunnen gebruikt worden voor analyses en
ter ondersteuning van het milieu-economische beleid.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995
Frequentie: stopgezet per 21 november 2011.

Status van de cijfers
De gehele reeks wordt jaarlijks aangepast aan de broncijfers uit de
Statlinetabellen.

Wijzigingen ten opzichte van de vorige versie
n.v.t.

Release policy
Stopgezet. Deze tabel is vervangen door een tabel gebaseerd op de vernieuwde bedrijfstakkenindeling (SBI 2008).
href="http://statline.cbs.nl/StatWeb/table.asp?PA=81409ned"
>Milieurekeningen; kerncijfers (SBI 2008)


Toelichting onderwerpen

Macro-economie
Economie die zich bezighoudt met groepen van goederen en
productiefactoren.
Productie (basisprijzen)
De waarde van alle voor de verkoop bestemde goederen (ook de nog niet
verkochte) en de ontvangsten voor bewezen diensten. Verder omvat de
productie producten met een marktequivalent die voor eigen gebruik zijn
geproduceerd zoals investeringen in eigen beheer, eigen woningdiensten en
landbouwproducten voor eigen consumptie door landbouwers. De
productiewaarde hiervan wordt berekend door de geproduceerde hoeveelheid
te waarderen tegen de prijs die de producent bij verkoop zou hebben
ontvangen. De productie is gewaardeerd tegen basisprijzen. De basisprijs
is de prijs die de producent daadwerkelijk overhoudt, dus exclusief de
handels- en vervoersmarges van derden en exclusief het saldo van
productgebonden belastingen (waaronder btw) en productgebonden subsidies.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Investeringen in vaste activa (bruto)
Uitgaven voor geproduceerde materiële of immateriële activa die langer dan
een jaar in het productieproces worden gebruikt, zoals gebouwen, woningen,
machines, vervoermiddelen en dergelijke.
Tot de investeringen in vaste activa behoren ook:
- het onderhanden werk in de bouwnijverheid, dat tot de investeringen in
vaste activa van de opdrachtgever is gerekend. Het gaat hierbij om
woningen, bedrijfsgebouwen, weg- en waterbouwkundige werken etc.;
- militaire bouwwerken die op soortgelijke wijze als door civiele
producenten worden gebruikt, zoals vliegvelden en ziekenhuizen;
- verbeteringen aan gebruikte vaste activa, die veel verder gaan dan wat
voor gewoon onderhoud en gewone reparaties nodig is;
- de bij de aankoop van nieuwe en gebruikte vaste activa gemaakte kosten,
zoals overdrachtskosten en kosten van makelaars, architecten, notarissen
en taxateurs.
Op het niveau van de totale economie (en de sectoren) worden de
investeringen gecorrigeerd voor de aan- en verkopen van gebruikte vaste
activa.
Arbeidsvolume werkzame personen
Arbeidsvolume werkzame personen: De hoeveelheid arbeid die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werkzame personen zijn alle personen die
een baan hebben bij een in
Nederland gevestigd bedrijf of bij een particulier huishouden in
Nederland. Tot de werkzame personen behoren alle personen die betaalde
arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week,
ook als zij:
- arbeid verrichten die op zichzelf genomen legaal is, maar waarvan de
beloning aan de registratie door fiscus en sociale zekerheidsautoriteiten
wordt onttrokken ('zwarte arbeid');
- tijdelijk geen arbeid verrichten, maar wel doorbetaald krijgen
(bijvoorbeeld bij ziekte of vorstverlet);
- tijdelijk onbetaald verlof hebben opgenomen.
Werkzame personen kunnen worden onderscheiden in werknemers en
zelfstandigen. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid
verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura. Zelfstandigen zijn
personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico
arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig
uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend,
tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.