Regionale rekeningen; kerncijfers 1995-2011

Regionale rekeningen; kerncijfers 1995-2011

Regio's Perioden Bbp (marktprijzen) (mln euro) Bbp per inwoner (euro) Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Beloning van werknemers (mln euro) Arbeidsvolume werkzame personen (1000 arbeidsjaren) Arbeidsvolume werknemers (1000 arbeidsjaren)
Nederland 2011* 599.047 35.886 536.618 306.215 6.753,0 5.909,8
Extra-Regio (LD) 2011* 5.790 . 5.187 445 5,5 5,5
Noord-Nederland (LD) 2011* 61.524 35.805 55.112 25.312 604,7 515,6
Oost-Nederland (LD) 2011* 106.486 30.102 95.389 58.090 1.355,6 1.176,5
West-Nederland (LD) 2011* 299.652 38.146 268.424 157.653 3.324,4 2.929,9
Zuid-Nederland (LD) 2011* 125.594 35.064 112.505 64.715 1.462,7 1.282,2
Groningen (PV) 2011* 29.216 50.376 26.171 9.133 205,9 180,0
Friesland (PV) 2011* 18.827 29.088 16.865 9.347 230,7 193,4
Drenthe (PV) 2011* 13.481 27.450 12.076 6.832 168,2 142,2
Overijssel (PV) 2011* 35.705 31.429 31.984 19.243 448,8 393,7
Flevoland (PV) 2011* 10.292 26.137 9.219 5.130 122,4 103,9
Gelderland (PV) 2011* 60.490 30.129 54.186 33.717 784,4 678,9
Utrecht (PV) 2011* 52.096 42.253 46.667 27.942 569,9 508,1
Noord-Holland (PV) 2011* 109.282 40.465 97.893 58.397 1.206,5 1.056,0
Zuid-Holland (PV) 2011* 125.187 35.360 112.141 65.627 1.410,8 1.250,4
Zeeland (PV) 2011* 13.088 34.309 11.724 5.688 137,2 115,4
Noord-Brabant (PV) 2011* 89.539 36.414 80.208 46.392 1.037,6 908,3
Limburg (PV) 2011* 36.055 32.111 32.298 18.323 425,1 373,8
Oost-Groningen (CR) 2011* 2.910 19.254 2.607 1.611 41,7 35,1
Delfzijl en omgeving (CR) 2011* 1.634 33.401 1.464 726 16,2 14,1
Overig Groningen (CR) 2011* 24.670 64.943 22.099 6.796 148,0 130,8
Noord-Friesland (CR) 2011* 10.465 31.443 9.374 4.987 118,8 100,6
Zuidwest-Friesland (CR) 2011* 2.518 23.683 2.256 1.280 35,0 27,9
Zuidoost-Friesland (CR) 2011* 5.844 28.084 5.235 3.080 76,9 65,0
Noord-Drenthe (CR) 2011* 5.155 27.161 4.618 2.719 66,4 56,6
Zuidoost-Drenthe (CR) 2011* 4.487 26.249 4.019 2.107 52,3 43,8
Zuidwest-Drenthe (CR) 2011* 3.838 29.436 3.438 2.006 49,4 41,8
Noord-Overijssel (CR) 2011* 12.301 34.441 11.019 6.604 154,3 134,6
Zuidwest-Overijssel (CR) 2011* 4.357 28.491 3.903 2.373 56,0 48,9
Twente (CR) 2011* 19.047 30.427 17.062 10.266 238,5 210,2
Veluwe (CR) 2011* 21.143 32.143 18.940 11.807 270,0 236,5
Achterhoek (CR) 2011* 11.014 27.428 9.866 6.103 153,0 129,4
Arnhem/Nijmegen (CR) 2011* 21.189 29.730 18.981 12.126 270,3 238,5
Zuidwest-Gelderland (CR) 2011* 7.143 30.316 6.399 3.681 91,1 74,5
Utrecht (CR) 2011* 52.096 42.253 46.667 27.942 569,9 508,1
Kop van Noord-Holland (CR) 2011* 9.239 24.867 8.276 5.051 129,5 105,3
Alkmaar en omgeving (CR) 2011* 6.941 29.903 6.218 3.750 86,4 74,9
IJmond (CR) 2011* 5.002 25.848 4.481 2.913 65,3 56,7
Agglomeratie Haarlem (CR) 2011* 5.518 24.895 4.943 3.093 73,1 61,3
Zaanstreek (CR) 2011* 4.151 25.401 3.718 2.144 50,0 42,7
Groot-Amsterdam (CR) 2011* 70.900 55.667 63.511 37.458 709,5 637,0
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2011* 7.531 30.768 6.746 3.986 92,6 78,1
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2011* 11.763 28.818 10.537 6.617 148,7 129,3
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2011* 29.835 36.597 26.726 16.319 339,8 302,8
Delft en Westland (CR) 2011* 8.212 37.799 7.356 4.418 98,0 86,7
Oost-Zuid-Holland (CR) 2011* 8.620 29.311 7.722 4.544 109,0 92,3
Groot-Rijnmond (CR) 2011* 53.457 37.948 47.886 26.619 558,1 499,8
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2011* 13.299 33.507 11.913 7.109 157,2 139,5
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2011* 4.387 41.236 3.930 1.782 39,4 33,7
Overig Zeeland (CR) 2011* 8.702 31.634 7.795 3.906 97,7 81,7
West-Noord-Brabant (CR) 2011* 23.798 38.545 21.318 11.417 257,8 227,2
Midden-Noord-Brabant (CR) 2011* 14.395 31.266 12.895 7.860 182,2 159,0
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2011* 23.027 35.950 20.627 11.798 268,4 231,7
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2011* 28.318 38.236 25.367 15.317 329,2 290,4
Noord-Limburg (CR) 2011* 8.599 30.681 7.703 4.707 113,5 99,6
Midden-Limburg (CR) 2011* 7.675 32.615 6.875 3.672 89,0 76,4
Zuid-Limburg (CR) 2011* 19.783 32.577 17.721 9.944 222,6 197,9
Flevoland (CR) 2011* 10.292 26.137 9.219 5.130 122,4 103,9
Utrecht-West (CP) 2011* 4.117 31.582 3.688 2.049 49,4 41,1
Stadsgewest Amersfoort (CP) 2011* 10.875 37.871 9.742 5.811 122,7 108,9
Stadsgewest Utrecht (CP) 2011* 33.016 50.216 29.575 17.792 342,7 311,3
Zuidoost-Utrecht (CP) 2011* 4.088 25.882 3.662 2.289 55,1 46,9
Amsterdam (CP) 2011* 48.267 61.490 43.237 24.878 461,9 415,2
Overig Agglomeratie Amsterdam (CP) 2011* 6.173 44.051 5.530 3.344 67,4 60,3
Edam-Volendam en omgeving (CP) 2011* 3.041 20.771 2.724 1.472 40,3 32,0
Haarlemmermeer en omgeving (CP) 2011* 13.419 66.384 12.021 7.765 140,0 129,5
Aggl.'s-Gravenhage excl. Zoetermeer (CP) 2011* 26.292 37.932 23.552 14.238 296,5 263,9
Zoetermeer (CP) 2011* 3.543 29.014 3.174 2.082 43,3 38,9
Rijnmond (CP) 2011* 48.999 40.402 43.893 24.450 501,0 453,3
Overig Groot-Rijnmond (CP) 2011* 4.459 22.762 3.994 2.170 57,1 46,5
Drechtsteden (CP) 2011* 8.518 35.938 7.630 4.522 97,0 87,7
Overig Zuidoost-Zuid-Holland (CP) 2011* 4.781 29.903 4.283 2.587 60,3 51,9
Stadsgewest 's-Hertogenbosch (CP) 2011* 12.743 41.748 11.415 6.253 135,3 118,7
Overig Noordoost-Noord-Brabant (CP) 2011* 10.284 30.672 9.212 5.545 133,1 113,0
Almere (CP) 2011* 4.910 25.583 4.398 2.398 54,9 47,6
Flevoland-Midden (CP) 2011* 3.689 26.985 3.305 1.865 44,7 38,0
Noordoostpolder en Urk (CP) 2011* 1.692 25.992 1.516 867 22,8 18,3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Regionale rekeningen geven een op de nationale rekeningen aansluitende
kwantitatieve beschrijving van het economisch proces van regio's binnen een
land. Als onderdelen van het economisch proces worden in de nationale
rekeningen productie, inkomensverdeling, bestedingen en financiering
onderscheiden.
Bij de regionale rekeningen ligt de nadruk echter op de beschrijving van de
productieprocessen in de verscheidene regio's.

Gegevens beschikbaar van 1995 tot en met 2011.

Status van de cijfers:
De gegevens zijn definitief.
De cijfers van het jaar 1995 tot en met 2000 zijn herberekend aan de hand
van de revisie van het jaar 2001.
De cijfers over de periode 1995-2007 zijn gebaseerd op de sbi'93 indeling.
De cijfers vanaf 2008 zijn gebaseerd op de sbi2008 indeling.
De cijfers van het jaar 2011 zijn voorlopig.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens over 2011 niet meer definitief gemaakt.

In 2005 is een revisie uitgevoerd op de nationale en de regionale
rekeningen over verslagjaar 2001.
Voor regionale rekeningen cijfers is een consistente tijdreeks vanaf
1995 beschikbaar.

Wijzigingen per 11 oktober 2013.
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er weer nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Is er een opvolger?
Deze tabel wordt opgevolgd door Macro-economie; kerncijfers, regio. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Bbp (marktprijzen)
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de
productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is
gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle
bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar
bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per
bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie
(basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
De onverdeelde transacties betreffen het saldo van productgebonden
belastingen en subsidies en het verschil toegerekende en afgedragen btw
(belasting over de toegevoegde waarde). Het bbp is ook gelijk aan de
waarde van het in Nederland gevormde inkomen.
Bbp per inwoner
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de
productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is
gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle
bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar
bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per
bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie
(basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). Het bbp per
inwoner is het bbp gedeeld door het gemiddeld aantal inwoners van
Nederland of de betreffende regio in de verslagperiode.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Arbeidsvolume werkzame personen
De hoeveelheid arbeid die in een bepaalde periode is ingezet. Het
arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen, arbeidsjaren of gewerkte
uren. Werkzame personen zijn alle personen die een baan hebben bij een in
Nederland gevestigd bedrijf of bij een particulier huishouden in
Nederland. Tot de werkzame personen behoren alle personen die betaalde
arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week,
ook als zij:
- arbeid verrichten die op zichzelf genomen legaal is, maar waarvan de
beloning aan de registratie door fiscus en sociale zekerheidsautoriteiten
wordt onttrokken ('zwarte arbeid');
- tijdelijk geen arbeid verrichten, maar wel doorbetaald krijgen
(bijvoorbeeld bij ziekte of vorstverlet);
- tijdelijk onbetaald verlof hebben opgenomen.
Werkzame personen kunnen worden onderscheiden in werknemers en
zelfstandigen. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid
verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura. Zelfstandigen zijn
personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico
arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig
uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend,
tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.
Arbeidsvolume werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een
bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in
natura.