Levensloop/spaarloonregeling; kenmerken 2006

Levensloop/spaarloonregeling; kenmerken 2006

Achtergrondkenmerken Perioden Levensloopregeling (X 1000) Geen levensloopregeling (X 1000)
Totaal werknemers 2006 344 5.852
Mannen 2006 216 3.217
Vrouwen 2006 128 2.635
15 tot 20 jaar 2006 1 183
20 tot 25 jaar 2006 16 530
25 tot 30 jaar 2006 38 714
30 tot 35 jaar 2006 45 762
35 tot 40 jaar 2006 51 827
40 tot 45 jaar 2006 56 807
45 tot 50 jaar 2006 50 752
50 tot 55 jaar 2006 57 632
55 tot 60 jaar 2006 27 521
60 tot 65 jaar 2006 2 125
Onderwijsniveau: laag 2006 53 1.408
Onderwijsniveau: middelbaar 2006 133 2.615
Onderwijsniveau: hoog 2006 156 1.796
Onderwijsniveau: onbekend 2006 1 33
Eenpersoonshuishouden 2006 48 864
Alleenstaande ouder 2006 8 215
Lid van ouderpaar 2006 168 2.462
Lid van een paar (geen ouder) 2006 101 1.635
Overig lid huishouden 2006 17 676
Autochtonen 2006 294 4.841
Westerse allochtonen 2006 32 541
Niet-westerse allochtonen 2006 18 469
Herkomst: Onbekend 2006 0 1
Vast dienstverband 2006 336 5.296
Overige dienstverbanden 2006 8 556
Arbeidsduur: 12 tot 20 uur per week 2006 14 613
Arbeidsduur: 20 tot 28 uur per week 2006 34 825
Arbeidsduur: 28 tot 35 uur per week 2006 55 870
Arbeidsduur: 35 uur of meer per week 2006 241 3.544
Wel eerder deelgenomen 2006 228
Niet eerder deelgenomen 2006 114
Eerdere deelname: Weet niet 2006 2
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


De gegevens in deze tabel zijn gebaseerd op de Enquête beroepsbevolking
(EBB). De EBB is een onderzoek dat door het CBS wordt uitgevoerd om
informatie te verzamelen over de relatie tussen mens en arbeidsmarkt.
Hierbij worden kenmerken van personen in verband gebracht met hun huidige
dan wel toekomstige positie op de arbeidsmarkt.

Deze tabel bevat gegevens uit de module Levensloop. Deze module wordt
uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid (SZW) en is bedoeld om de deelname aan de levensloop- en
de spaarloonregeling te monitoren.

De vragen in de module Levensloop worden gesteld aan alle werknemers die
ten minste twaalf uur per week werken en hebben betrekking op de eerste
werkkring. Allereerst wordt gevraagd of men dit jaar een bedrag inlegt in
de levensloopregeling. Als hierop bevestigend wordt geantwoord, volgen de
vragen of men in voorgaande jaren wel eens ingelegd heeft in de
spaarloonregeling en waarvoor men spaart met de levensloopregeling. Aan
werknemers die aangeven niet mee te doen aan de levensloopregeling wordt
gevraagd of men inlegt in de spaarloonregeling.

Vanwege een nieuwe weegmethode van de EBB zijn alle EBB tabellen stopgezet
en verplaatst naar het archief. In plaats hiervan worden nieuwe tabellen
gemaakt.
In deze nieuwe tabellen zijn de cijfers met een nieuwe weegmethode
gecorrigeerd tot en met 2001. Vanaf 2001 is het daarnaast ook mogelijk om
voor een beperkte set van variabelen kwartaalcijfers te publiceren. De
jaren voor 2001 zijn niet gecorrigeerd en betreffen de eerder gepubliceerde
cijfers. Een uitgebreide beschrijving van de nieuwe weegmethode van de EBB
is te vinden op de themapagina.

Gegevens beschikbaar over: 2006

Frequentie: stopgezet

Status van de cijfers
Cijfers op basis van de EBB zijn altijd definitief.

Geen wijzigingen ten opzichte van de vorige versie.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Levensloopregeling
De levensloopregeling is een regeling waarmee werknemers een deel van
hun brutosalaris kunnen sparen om in de toekomst een periode van
onbetaald verlof te financieren. Werknemers die deelnemen aan de
levensloopregeling kunnen niet tegelijkertijd deelnemen aan de
spaarloonregeling.
Geen levensloopregeling
De levensloopregeling is een regeling waarmee werknemers een deel van
hun brutosalaris kunnen sparen om in de toekomst een periode van
onbetaald verlof te financieren. Werknemers die deelnemen aan de
levensloopregeling kunnen niet tegelijkertijd deelnemen aan de
spaarloonregeling.