Landbouw; gewassen, dieren, grondgebruik, gemeente, 2000 - 2009

Landbouw; gewassen, dieren, grondgebruik, gemeente, 2000 - 2009

Regio's Perioden Aantal landbouwbedrijven, totaal (aantal) Grondgebruik Areaal grondgebruik Grondgebruik, totaal (are) Akkerbouw Areaal akkerbouw Akkerbouw, totaal (are) Akkerbouw Areaal akkerbouw Granen (are) Akkerbouw Areaal akkerbouw Aardappelen (are) Akkerbouw Areaal akkerbouw Akkerbouwgroenten (are) Akkerbouw Aantal bedrijven met akkerbouw (aantal) Tuinbouw open grond Areaal tuinbouw open grond Tuinbouw open grond, totaal (are) Tuinbouw open grond Areaal tuinbouw open grond Tuinbouwgroenten (are) Tuinbouw open grond Areaal tuinbouw open grond Bloemen en sierplanten Bloemen en sierplanten, totaal (are) Tuinbouw open grond Areaal tuinbouw open grond Blijvende teelt Blijvende teelt, totaal (are) Tuinbouw open grond Aantal bedrijven met tuinbouw open grond (aantal) Tuinbouw onder glas Areaal tuinbouw onder glas Tuinbouw onder glas, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Areaal tuinbouw onder glas Glasgroenten (m2) Tuinbouw onder glas Areaal tuinbouw onder glas Bloemen en sierplanten Bloemen en sierplanten, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Areaal tuinbouw onder glas Blijvende teelt Blijvende teelt, totaal (m2) Tuinbouw onder glas Aantal bedrijven met tuinbouw onder glas (aantal) Graasdieren en grasland Aantal graasdieren en areaal grasland Paarden en pony's (aantal) Graasdieren en grasland Aantal graasdieren en areaal grasland Rundvee Rundvee, totaal (aantal) Graasdieren en grasland Aantal graasdieren en areaal grasland Schapen (aantal) Graasdieren en grasland Aantal graasdieren en areaal grasland Geiten (aantal) Graasdieren en grasland Aantal graasdieren en areaal grasland Blijvend en natuurlijk grasland (are) Hokdieren Aantal hokdieren Varkens Varkens, totaal (aantal) Hokdieren Aantal hokdieren Kippen Kippen, totaal (aantal) Hokdieren Aantal bedrijven met hokdieren (aantal)
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2009 1.036 1.522.780 205.489 41.029 24.442 22.623 140 339.234 10.901 326.022 2.311 539 2.699.687 56.100 2.518.902 124.685 524 1.428 21.090 14.889 355 793.471 14.639 295 26
Bleiswijk 2009
Leiden 2009 8 10.254 - - - - - 149 - 149 - 1 8.700 5.000 3.700 - 2 40 159 286 39 9.040 1 50 1
Leiderdorp 2009 16 45.085 2.143 1.675 - - 2 354 - 131 223 2 600 - 600 - 1 94 1.044 947 10 41.339 - - -
Leidschendam 2009
Leidschendam-Voorburg 2009 81 141.146 4.830 - - - 9 - - - - - 379.641 65.500 314.141 - 17 347 2.619 2.557 24 125.304 1.582 100 3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

Oppervlakte gewassen, aantal dieren en bijbehorend aantal bedrijven,
naar regio (vanaf gemeente).
2000 - 2009
Gewijzigd op 02 juli 2010.
Verschijningsfrequentie: Stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Aantal landbouwbedrijven, totaal
Bedrijven met agrarische productie, hoofdvestiging in Nederland, en
een economische omvang >= 3 NGE (Nederlandse Grootte Eenheden)
(<3 NGE betreft zeer kleine bedrijven, gedacht moet worden aan
bijvoorbeeld 2 melkkoeien of 2 are groene paprika).
_
Voor meer uitleg over de NGE wordt verwezen naar de toelichting bij de
tabeltitel.
Grondgebruik
Areaal grondgebruik
Grondgebruik, totaal
Akkerbouw
Akkerbouw is teelt in de volle grond, veelal voor industriële verwerking,
of dierlijke consumptie.
_
Tot de akkerbouw wordt gerekend: akkerbouwgewassen (bijvoorbeeld
granen, aardappelen, peulvruchten, akkerbouwgroenten), groenvoedergewassen
(bijvoorbeeld snijmais) en braakland.
_
Hierbij gaat het uitsluitend om de oppervlakte hoofdgewassen (eerste
teelt) dus exclusief de oppervlakte van gewassen onder dekvrucht (gewassen
die tegelijk met het hoofdgewas, het dekvruchtgewas, worden gezaaid maar
langzamer groeien dan het dekvruchtgewas waardoor ze bescherming krijgen
van het dekvruchtgewas tegen bijvoorbeeld onkruid of droogte) en
stoppelgewassen (gewassen die als tweede gewas worden gezaaid en in het
najaar als groenvoeder of groenbemestingsgewas benut kunnen worden).
Areaal akkerbouw
Akkerbouw, totaal
Granen
Onder granen worden de graanteelten verstaan welke bestemd zijn voor de
oogst van de korrel inclusief de zaadwinning. Hieronder vallen onder
andere tarwe, gerst, rogge, haver en boekweit.
Aardappelen
Consumptie-, poot- en zetmeelaardappelen.
Akkerbouwgroenten
Groenten die worden geteeld in de open grond en in vruchtwisseling
(afgewisseld) met andere akkerbouwgewassen. Ze zijn meestal bestemd voor
industriële verwerking en niet direct voor de markt.
_
Als de groenten geteeld worden in vruchtwisseling met andere
tuinbouwgewassen, dan vallen ze onder tuinbouwgroenten (zie Tuinbouw open
grond).
_
Tot de akkerbouwgroenten worden gerekend: boerenkool, erwten (groen
te oogsten), knolselderij, kroten/rode bieten, koolraap, schorseneren,
spinazie, stamsperziebonen, suikermaïs, tuinbonen (groen te oogsten),
uien, waspeen, winterpeen, witlofwortel, overige akkerbouwgroenten
(o.a. kruiden wortelgewassen).
Aantal bedrijven met akkerbouw
Tuinbouw open grond
Tuinbouw open grond is teelt in de volle grond, veelal direct voor de
markt.
_
Tuinbouw open grond omvat: tuinbouwgroenten, bloemen en sierplanten en
blijvende teelt (gewassen die ten minste 5 jaar de grond in beslag nemen
en geregeld een oogst opleveren).
Areaal tuinbouw open grond
Exclusief areaal witloftrek
(witloftrek heeft betrekking op de oppervlakte witlofwortelen, geteeld
in het vorige teeltseizoen, waarvan in het huidige seizoen witlof
is getrokken).
Tuinbouw open grond, totaal
Tuinbouwgroenten
Groenten die worden geteeld in de open grond en in vruchtwisseling
(afgewisseld) met andere tuinbouwgewassen. Ze zijn meestal direct bestemd
voor de markt en niet voor de industriële verwerking.
_
Als de groenten geteeld worden in vruchtwisseling met andere
akkerbouwgewassen, dan vallen ze onder akkerbouwgroenten (zie Akkerbouw).
Tot de tuinbouwgroenten worden gerekend: aardbeien, andijvie,
asperges, bloemkool, bospeen, broccoli, Chinese kool,
komkommerachtigen, knolvenkel/venkel, koolrabi, peulen,
prei, pronkbonen, rabarber, selderij (bleek/groen), sla,
sluitkool (rode-, witte-, groene-/savooiekool, spitskool),
spruitkool, stokbonen, overige tuinbouwgroenten (o.a. radijs,
raapstelen).
_
Exclusief areaal witloftrek
(witloftrek heeft betrekking op de oppervlakte witlofwortelen, geteeld
in het vorige teeltseizoen, waarvan in het huidige seizoen witlof
is getrokken).
Bloemen en sierplanten
Bloemen en sierplanten, totaal
Blijvende teelt
Niet in de vruchtwisseling opgenomen teelten van gewassen die de grond
gedurende ten minste vijf jaar in beslag nemen en die geregeld een oogst
opleveren.
Blijvende teelt, totaal
Aantal bedrijven met tuinbouw open grond
Inclusief bedrijven met witloftrek.
Tuinbouw onder glas
Tuinbouw onder glas is teelt in kassen, bedekt met glas of plastic, of in
betreedbare plastic tunnels.
Areaal tuinbouw onder glas
Exclusief bollenbroei
(bollenbroei wordt gemeten in hoeveelheden, niet in arealen).
Tuinbouw onder glas, totaal
Glasgroenten
Aubergines, aardbeien, komkommers, paprika's, tomaten,
overige glasgroenten (onder andere meloenen), groentezaden,
opkweekmateriaal groenten onder glas.
Bloemen en sierplanten
Bloemen en sierplanten, totaal
Exclusief bollenbroei
(bollenbroei wordt gemeten in hoeveelheden, niet in arealen).
Blijvende teelt
Blijvende teelt, totaal
Aantal bedrijven met tuinbouw onder glas
Inclusief bedrijven met bollenbroei.
Graasdieren en grasland
Graasdieren zijn paarden en pony's, rundvee, schapen en geiten op
agrarische bedrijven.
Aantal graasdieren en areaal grasland
Paarden en pony's
Uitsluitend de op geregistreerde landbouwbedrijven voorkomende paarden
en pony's.
Rundvee
Rundvee, totaal
Schapen
Ooien, lammeren, rammen.
Geiten
Melkgeiten, overige geiten.
Blijvend en natuurlijk grasland
Tijdelijk grasland wordt bij de groenvoedergewassen (akkerbouw) geteld.
Hokdieren
Hokdieren zijn varkens, diverse soorten pluimvee, konijnen en
edelpelsdieren op agrarische bedrijven.
Aantal hokdieren
Om hobbymatig van bedrijfsmatig gehouden dieren te onderscheiden, worden
bij pluimvee, konijnen en edelpelsdieren aantallen van minder dan 25 niet
in de telling meegenomen.
Varkens
Varkens, totaal
Kippen
Kippen, totaal
Aantal bedrijven met hokdieren
Om hobbymatig van bedrijfsmatig gehouden dieren te onderscheiden, worden
bedrijven met een aantal van minder dan 25 (pluimvee, konijnen of
edelpelsdieren) niet in de telling meegenomen.