Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, 2004

Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, 2004

Regio's Inkomensverdeling Aantal huishoudens (absoluut)* (x 1 000)
Nederland Totaal huishouden 7.162,5
Nederland 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 716,3
Nederland 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 716,2
Nederland 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 716,3
Nederland 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 716,2
Nederland 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 716,3
Nederland 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 716,2
Nederland 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 716,3
Nederland 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 716,3
Nederland 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 716,3
Nederland 10e 10%-groep; meer dan 48 600 euro 716,2
Nederland 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 716,3
Nederland 2e-4e 10%-groep; 11 000 tot 20 800 euro 2.148,7
Nederland 5e-8e 10%-groep; 20 800 tot 39 000 euro 2.865,0
Nederland 9e-10e 10%-groep; meer dan 39 000 euro 1.432,5
Noord-Nederland (LD) Totaal huishouden 756,1
Noord-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 84,6
Noord-Nederland (LD) 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 86,5
Noord-Nederland (LD) 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 82,0
Noord-Nederland (LD) 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 81,4
Noord-Nederland (LD) 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 79,2
Noord-Nederland (LD) 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 80,1
Noord-Nederland (LD) 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 77,5
Noord-Nederland (LD) 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 70,2
Noord-Nederland (LD) 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 64,0
Noord-Nederland (LD) 10e 10%-groep; meer dan 48 600 euro 50,4
Noord-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 84,6
Noord-Nederland (LD) 2e-4e 10%-groep; 11 000 tot 20 800 euro 250,0
Noord-Nederland (LD) 5e-8e 10%-groep; 20 800 tot 39 000 euro 307,1
Noord-Nederland (LD) 9e-10e 10%-groep; meer dan 39 000 euro 114,4
Oost-Nederland (LD) Totaal huishouden 1.441,2
Oost-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 132,1
Oost-Nederland (LD) 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 138,2
Oost-Nederland (LD) 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 138,3
Oost-Nederland (LD) 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 141,2
Oost-Nederland (LD) 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 146,9
Oost-Nederland (LD) 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 153,2
Oost-Nederland (LD) 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 154,7
Oost-Nederland (LD) 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 151,8
Oost-Nederland (LD) 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 147,5
Oost-Nederland (LD) 10e 10%-groep; meer dan 48 600 euro 137,2
Oost-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 132,1
Oost-Nederland (LD) 2e-4e 10%-groep; 11 000 tot 20 800 euro 417,8
Oost-Nederland (LD) 5e-8e 10%-groep; 20 800 tot 39 000 euro 606,5
Oost-Nederland (LD) 9e-10e 10%-groep; meer dan 39 000 euro 284,7
West-Nederland (LD) Totaal huishouden 3.435,6
West-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 364,0
West-Nederland (LD) 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 344,2
West-Nederland (LD) 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 345,6
West-Nederland (LD) 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 342,1
West-Nederland (LD) 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 336,2
West-Nederland (LD) 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 325,9
West-Nederland (LD) 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 322,4
West-Nederland (LD) 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 333,7
West-Nederland (LD) 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 344,8
West-Nederland (LD) 10e 10%-groep; meer dan 48 600 euro 376,8
West-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 364,0
West-Nederland (LD) 2e-4e 10%-groep; 11 000 tot 20 800 euro 1.031,9
West-Nederland (LD) 5e-8e 10%-groep; 20 800 tot 39 000 euro 1.318,2
West-Nederland (LD) 9e-10e 10%-groep; meer dan 39 000 euro 721,6
Zuid-Nederland (LD) Totaal huishouden 1.529,6
Zuid-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 135,5
Zuid-Nederland (LD) 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 147,3
Zuid-Nederland (LD) 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 150,2
Zuid-Nederland (LD) 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 151,5
Zuid-Nederland (LD) 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 154,0
Zuid-Nederland (LD) 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 157,0
Zuid-Nederland (LD) 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 161,7
Zuid-Nederland (LD) 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 160,6
Zuid-Nederland (LD) 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 159,9
Zuid-Nederland (LD) 10e 10%-groep; meer dan 48 600 euro 151,9
Zuid-Nederland (LD) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 135,5
Zuid-Nederland (LD) 2e-4e 10%-groep; 11 000 tot 20 800 euro 449,1
Zuid-Nederland (LD) 5e-8e 10%-groep; 20 800 tot 39 000 euro 633,2
Zuid-Nederland (LD) 9e-10e 10%-groep; meer dan 39 000 euro 311,8
Groningen (PV) Totaal huishouden 272,0
Groningen (PV) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 42,0
Groningen (PV) 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 33,1
Groningen (PV) 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 30,0
Groningen (PV) 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 29,5
Groningen (PV) 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 27,1
Groningen (PV) 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 26,8
Groningen (PV) 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 25,2
Groningen (PV) 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 22,3
Groningen (PV) 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 20,3
Groningen (PV) 10e 10%-groep; meer dan 48 600 euro 15,8
Groningen (PV) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 42,0
Groningen (PV) 2e-4e 10%-groep; 11 000 tot 20 800 euro 92,6
Groningen (PV) 5e-8e 10%-groep; 20 800 tot 39 000 euro 101,3
Groningen (PV) 9e-10e 10%-groep; meer dan 39 000 euro 36,1
Friesland (PV) Totaal huishouden 278,1
Friesland (PV) 1e 10%-groep; minder dan 11 000 euro 27,6
Friesland (PV) 2e 10%-groep; 11 000 tot 14 500 euro 32,5
Friesland (PV) 3e 10%-groep; 14 500 tot 17 600 euro 30,1
Friesland (PV) 4e 10%-groep; 17 600 tot 20 800 euro 30,3
Friesland (PV) 5e 10%-groep; 20 800 tot 24 400 euro 29,9
Friesland (PV) 6e 10%-groep; 24 400 tot 28 600 euro 30,6
Friesland (PV) 7e 10%-groep; 28 600 tot 33 200 euro 29,3
Friesland (PV) 8e 10%-groep; 33 200 tot 39 000 euro 26,1
Friesland (PV) 9e 10%-groep; 39 000 tot 48 600 euro 23,5
Bron: cbs.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Sinds 1946 houdt het Centraal Bureau voor de Statistiek regelmatig
onderzoek naar de regionale inkomensverdeling. Deze onderzoeken zijn
voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van
Financiën (de fiscale registers) en de Nederlandse gemeenten
(de bevolkingsregisters = GBA).
De uiteindelijke RIO resultaten zijn gebaseerd op een steekproef
van 1,9 miljoen huishoudens.

Inkomensverdelingen van personen en huishoudens, per landsdeel,
provincie, corop-gebied, grootstedelijke agglomeratie, stadsgewest
en gemeente.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2004
De cijfers uit het Regionaal Inkomensonderzoek (RIO) 2004
zijn voorlopige cijfers.

Frequentie: eenmalig
Omdat de gemeentelijke indeling jaarlijks verandert worden de
uitkomsten uit het RIO voor elk afzonderlijk onderzoeksjaar
gepubliceerd; samenvoeging of splitsing van gemeenten heeft tot
gevolg dat alle informatie gerelateerd aan het inkomen in een
nieuw gevormde of gesplitste gemeente aanzienlijk kan wijzigen
waardoor vergelijkbaarheid in de tijd niet mogelijk is.

Toelichting onderwerpen

Aantal huishoudens (absoluut)*
De hier opgenomen populatie betreft alle huishoudens met inkomen.