Gem. ink. personen (52 wk. ink.)naar soc. econ. categorie, na revisie,2002

Gem. ink. personen (52 wk. ink.)naar soc. econ. categorie, na revisie,2002

Regio's Sociaal-economische categorie Aantal personen met 52 weken inkomen (x 1 000) Gemiddeld besteedbaar inkomen (1 000 euro)
Drenthe (PV) Totaal sociaal-economische categorie 322,3 16,7
Drenthe (PV) Totaal actief 198,4 18,6
Drenthe (PV) Werknemer 171,8 18,7
Drenthe (PV) Zelfstandige 26,1 18,1
Drenthe (PV) Totaal niet-actief 123,8 13,6
Drenthe (PV) Werkloosheids- en bijstandsuitk. ontv. 9,5 11,5
Drenthe (PV) Pensioenontvanger 82,0 15,0
Noord-Drenthe (CR) Totaal sociaal-economische categorie 123,1 17,5
Noord-Drenthe (CR) Totaal actief 76,7 19,6
Noord-Drenthe (CR) Werknemer 66,7 19,7
Noord-Drenthe (CR) Zelfstandige 9,9 19,3
Noord-Drenthe (CR) Totaal niet-actief 46,3 14,2
Noord-Drenthe (CR) Werkloosheids- en bijstandsuitk. ontv. 3,3 11,9
Noord-Drenthe (CR) Pensioenontvanger 31,2 15,6
Zuidoost-Drenthe (CR) Totaal sociaal-economische categorie 114,7 15,8
Zuidoost-Drenthe (CR) Totaal actief 69,5 17,6
Zuidoost-Drenthe (CR) Werknemer 60,6 17,8
Zuidoost-Drenthe (CR) Zelfstandige 8,7 16,0
Zuidoost-Drenthe (CR) Totaal niet-actief 45,1 13,0
Zuidoost-Drenthe (CR) Werkloosheids- en bijstandsuitk. ontv. 4,0 11,0
Zuidoost-Drenthe (CR) Pensioenontvanger 29,0 14,2
Zuidwest-Drenthe (CR) Totaal sociaal-economische categorie 84,5 16,8
Zuidwest-Drenthe (CR) Totaal actief 52,1 18,6
Zuidwest-Drenthe (CR) Werknemer 44,5 18,5
Zuidwest-Drenthe (CR) Zelfstandige 7,6 19,0
Zuidwest-Drenthe (CR) Totaal niet-actief 32,3 13,8
Zuidwest-Drenthe (CR) Werkloosheids- en bijstandsuitk. ontv. 2,2 11,9
Zuidwest-Drenthe (CR) Pensioenontvanger 21,8 15,1
Midden-Drenthe Totaal sociaal-economische categorie 22,2 16,1
Midden-Drenthe Totaal actief 14,2 17,7
Midden-Drenthe Werknemer 11,8 18,7
Midden-Drenthe Zelfstandige 2,3 12,8
Midden-Drenthe Totaal niet-actief 8,0 13,4
Midden-Drenthe Werkloosheids- en bijstandsuitk. ontv. 0,4 12,1
Midden-Drenthe Pensioenontvanger 5,5 14,6
Bron: cbs.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Sinds 1946 houdt het Centraal Bureau voor de Statistiek regelmatig
onderzoek naar de regionale inkomensverdeling. Deze onderzoeken zijn
voornamelijk gebaseerd op registers afkomstig van het Ministerie van
Financiën (de fiscale registers) en de Nederlandse gemeenten
(de bevolkingsregisters = GBA).
De uiteindelijke RIO resultaten zijn gebaseerd op een steekproef
van 1,9 miljoen huishoudens.

De cijfers in deze tabel wijken af van de eerder gepubliceerde
cijfers over 2002 omdat het besteedbaar inkomen en de ophoging
gebruikt is conform de methodiek 2003 (zie ook 4.5 en 4.7.4).
In het verdere verloop van deze toelichting spreken we
over 'nárevisie 2003'.

Inkomensverdelingen van personen en huishoudens, per landsdeel,
provincie, corop-gebied, grootstedelijke agglomeratie, stadsgewest
en gemeente.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2002

Frequentie: eenmalig
Omdat de gemeentelijke indeling jaarlijks verandert worden de
uitkomsten uit het RIO voor elk afzonderlijk onderzoeksjaar
gepubliceerd; samenvoeging of splitsing van gemeenten heeft tot
gevolg dat alle informatie gerelateerd aan het inkomen in een
nieuw gevormde of gesplitste gemeente aanzienlijk kan wijzigen
waardoor vergelijkbaarheid in de tijd niet mogelijk is.

Toelichting onderwerpen

Aantal personen met 52 weken inkomen
Personen die het gehele jaar inkomen hebben, worden tot de categorie
met 52 weken inkomen gerekend. De categorie zelfstandigen behoort tot
de groep die het gehele jaar inkomen hebben.
Personen die in het onderzoeksjaar gedurende kortere tijd of over een
qua tijdsduur onbekende periode inkomen hebben, worden samengenomen in
de groep minder dan 52 weken inkomen.
Gemiddeld besteedbaar inkomen
Gemiddeld besteedbaar inkomen van personen met 52 weken inkomen
naar sociaal-economische categorie.
Het besteedbaar inkomen is het bruto-inkomen verminderd met de premies
sociale zekerheid en andere betaalde overdrachten (o.a. alimentatie voor
ex-partner) en de loon-, inkomsten- en vermogensbelasting.
Personen die het gehele jaar inkomen hebben, worden tot de categorie 'met
52 weken inkomen' gerekend. De categorie zelfstandigen behoort tot de
groep die het gehele jaar inkomen hebben.
Personen die in het onderzoeksjaar gedurende kortere tijd of over een qua
tijdsduur onbekende periode inkomen hebben, worden samengenomen in de
groep minder dan 52 weken inkomen. Ook personen die
uitsluitend kinderbijslag, individuele huursubsidie en of tegemoetkoming
studiekosten ontvangen worden bij de categorie 52 weken inkomen buiten
beschouwing gelaten. Vanuit het grondmateriaal is het niet mogelijk om de
groep parttime werkers van de fulltimers te onderscheiden. Hierdoor
zullen ook bij de personen met 52 weken inkomen lage inkomens voorkomen.