Personen in institutionele huishoudens; leeftijd, 1 januari 1995-2013

Personen in institutionele huishoudens; leeftijd, 1 januari 1995-2013

Geslacht Leeftijd Perioden Personen naar burgerlijke staat Totaal aantal personen in instellingen (aantal) Personen naar burgerlijke staat Ongehuwd (aantal) Personen naar burgerlijke staat Gehuwd (aantal) Personen naar burgerlijke staat Verweduwd (aantal) Personen naar burgerlijke staat Gescheiden (aantal) Personen naar soort instelling Totaal personen wonend in instellingen (aantal) Personen naar soort instelling Psychiatrisch ziekenhuis (aantal) Personen naar soort instelling Inrichting verstandelijk gehandicapten (aantal) Personen naar soort instelling Verzorgings- en verpleeghuis (aantal) Personen naar soort instelling Overig soort instelling (aantal)
Mannen en vrouwen Totaal alle leeftijden 1995 247.708 108.090 26.098 102.057 11.463 247.708 13.004 29.672 156.482 48.550
Mannen en vrouwen Totaal alle leeftijden 2000 224.003 98.882 22.473 90.113 12.535 224.003 12.112 26.543 136.964 48.384
Mannen en vrouwen Totaal alle leeftijden 2005 213.197 94.223 21.756 82.881 14.337 213.197 11.206 22.720 126.666 52.605
Mannen en vrouwen Totaal alle leeftijden 2011 219.315 99.111 23.399 78.179 18.626 219.315 12.013 19.774 121.674 65.854
Mannen en vrouwen Totaal alle leeftijden 2012 219.224 100.568 23.660 76.090 18.906 219.224 11.871 18.873 120.393 68.087
Mannen en vrouwen Totaal alle leeftijden 2013 214.784 98.050 23.613 74.230 18.891 214.784 11.137 18.136 118.252 67.259
Mannen Totaal alle leeftijden 1995 85.045 51.816 13.343 15.464 4.422 85.045 6.515 16.765 35.471 26.294
Mannen Totaal alle leeftijden 2000 80.477 50.641 11.432 13.248 5.156 80.477 6.510 15.264 30.960 27.743
Mannen Totaal alle leeftijden 2005 80.954 50.891 11.148 12.567 6.348 80.954 6.642 13.202 30.179 30.931
Mannen Totaal alle leeftijden 2011 90.406 57.333 12.137 12.136 8.800 90.406 7.551 11.770 31.382 39.703
Mannen Totaal alle leeftijden 2012 91.574 58.442 12.270 11.935 8.927 91.574 7.543 11.189 31.805 41.037
Mannen Totaal alle leeftijden 2013 90.457 57.638 12.217 11.796 8.806 90.457 7.137 10.881 31.810 40.629
Vrouwen Totaal alle leeftijden 1995 162.663 56.274 12.755 86.593 7.041 162.663 6.489 12.907 121.011 22.256
Vrouwen Totaal alle leeftijden 2000 143.526 48.241 11.041 76.865 7.379 143.526 5.602 11.279 106.004 20.641
Vrouwen Totaal alle leeftijden 2005 132.243 43.332 10.608 70.314 7.989 132.243 4.564 9.518 96.487 21.674
Vrouwen Totaal alle leeftijden 2011 128.909 41.778 11.262 66.043 9.826 128.909 4.462 8.004 90.292 26.151
Vrouwen Totaal alle leeftijden 2012 127.650 42.126 11.390 64.155 9.979 127.650 4.328 7.684 88.588 27.050
Vrouwen Totaal alle leeftijden 2013 124.327 40.412 11.396 62.434 10.085 124.327 4.000 7.255 86.442 26.630
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat informatie over het aantal personen in institutionele huishoudens in Nederland op 1 januari naar geslacht, leeftijd, burgerlijke staat en soort instelling.

Inhoud tabel:
Personen in institutionele huishoudens naar geslacht, leeftijd en burgerlijke staat;
Personen in institutionele huishoudens naar geslacht, leeftijd en soort instelling.

Gegevens beschikbaar van 1995 tot en met 2013.

Status van de cijfers:
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitief.

Wijzigingen per 16 februari 2015:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing. Deze tabel wordt opgevolgd door 'Personen in institutionele huishoudens; geslacht en leeftijd, 1 januari'. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Personen naar burgerlijke staat
Personen in institutionele huishoudens naar burgerlijke staat.

Trendbreuk burgerlijke staat:
Vanaf 2010 is een kleine verschuiving tussen de verschillende burgerlijke staten opgetreden (minder ongehuwd en meer gescheiden en verweduwd). Dit komt omdat in de periode 1998 tot 2010 niet alle burgerlijke staten beschikbaar zijn in de bronbestanden die het CBS gebruikt. De burgerlijke staten 'verweduwd na partnerschap' en 'gescheiden na partnerschap' worden daardoor binnen deze statistiek binnen deze periode genegeerd. Voor deze statistiek betekent dit dat de burgerlijke staat van vóór het partnerschap is gebruikt wat in de meeste gevallen ongehuwd was. Vanaf 2010 zijn alle burgerlijke staten beschikbaar.

Burgerlijke staat:
Formele positie van een persoon waarbij wordt verwezen naar het huwelijk en het geregistreerd partnerschap.
Doorgaans worden het geregistreerd partnerschap en het huwelijk op dezelfde wijze behandeld.

Huwelijk:
Wettelijke verbintenis tot het samenleven van twee personen.
Sinds april 2001 staat het huwelijk ook open voor personen van hetzelfde geslacht.

Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, verzorgings- en kindertehuizen, gezinsvervangende tehuizen, revalidatiecentra en penitentiaire inrichtingen, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.

Partnerschapsregistratie:
Een op het huwelijk lijkende vorm van vastlegging van een relatie in een akte van de Burgerlijke Stand. De registratie staat open voor paren van gelijk en van verschillend geslacht.
De registratie is ingevoerd in Nederland per 1 januari 1998.

Totaal aantal personen in instellingen
Totaal aantal personen in institutionele huishoudens.

Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, verzorgings- en kindertehuizen, gezinsvervangende tehuizen, revalidatiecentra en penitentiaire inrichtingen, waar de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.
Ongehuwd
Vanaf 2010: burgerlijke staat die aangeeft dat een persoon nog nooit een huwelijk heeft gesloten of een geregistreerd partnerschap is aangegaan.
1998 tot 2010: burgerlijke staat die aangeeft dat een persoon nog nooit een huwelijk heeft gesloten of een geregistreerd partnerschap heeft.
Omdat in de periode 1998 tot 2010 niet alle burgerlijke staten beschikbaar zijn in de bronbestanden die het CBS gebruikt, zijn de burgerlijke staten 'verweduwd na partnerschap' en 'gescheiden na partnerschap' in deze statistiek binnen deze periode genegeerd. Voor deze statistiek betekent dit dat de burgerlijke staat van vóór het partnerschap is gebruikt. Dat was meestal ongehuwd.
Tot 1998: burgerlijke staat die aangeeft dat een persoon nog nooit een huwelijk heeft gesloten.
Gehuwd
Vanaf 1998: wettig gehuwd plus partnerschap.
Tot 1998: wettig gehuwd.

Wettig gehuwd:
Burgerlijke staat die ontstaat na sluiting van een huwelijk.
Inclusief personen die zijn gescheiden van tafel en bed, want zij blijven formeel gehuwd.

Partnerschap:
Burgerlijke staat die ontstaat na het aangaan van een geregistreerd partnerschap.
Verweduwd
Vanaf 2010: verweduwd na wettig huwelijk plus verweduwd na partnerschap.
Tot 2010: verweduwd na wettig huwelijk.
Omdat in de periode 1998 tot 2010 niet alle burgerlijke staten beschikbaar zijn in de bronbestanden die het CBS gebruikt, is 'verweduwd na partnerschap' in deze statistiek binnen deze periode niet meegeteld.

Verweduwd na wettig huwelijk:
Burgerlijke staat die ontstaat na ontbinding van een wettig huwelijk door overlijden van de partner.

Verweduwd na partnerschap:
Burgerlijke staat die ontstaat na ontbinding van een geregistreerd partnerschap door overlijden van de partner.

Gescheiden
Vanaf 2010: gescheiden na wettig huwelijk plus gescheiden na partnerschap.
Tot 2010: gescheiden na wettig huwelijk.
Omdat in de periode 1998 tot 2010 niet alle burgerlijke staten beschikbaar zijn in de bronbestanden die het CBS gebruikt, is 'gescheiden na partnerschap' in deze statistiek binnen deze periode niet meegeteld.

Gescheiden na wettig huwelijk:
Burgerlijke staat die ontstaat na ontbinding van een wettig huwelijk door echtscheiding.
Exclusief personen die zijn gescheiden van tafel en bed, want zij blijven formeel gehuwd.

Gescheiden na partnerschap:
Burgerlijke staat die ontstaat na ontbinding van een geregistreerd partnerschap anders dan door het overlijden van de partner.

Personen naar soort instelling
Personen in institutionele huishoudens naar soort instelling.

Institutioneel huishouden:
Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en daar bedrijfsmatig worden voorzien in dagelijkse levensbehoeften. Ook de huisvesting vindt bedrijfsmatig plaats.
Het gaat om instellingen zoals verpleeg-, verzorgings- en kindertehuizen, gezinsvervangende tehuizen, revalidatiecentra en penitentiaire inrichtingen, waarin de personen in principe voor langere tijd (zullen) verblijven.



Totaal personen wonend in instellingen
Psychiatrisch ziekenhuis
Algemene psychiatrische ziekenhuizen en instellingen voor kinder- en jeugdpsychiatrie, forensische psychiatrie, klinische verslavingszorg en psychiatrische deeltijdbehandeling.
Inrichting verstandelijk gehandicapten
Verzorgings- en verpleeghuis
Verzorgingshuis:
Permanente wooneenheden ter beschikking gesteld aan bejaarden waarbij naast het verstrekken van maaltijden, het verrichten van schoonmaakdiensten en het eventueel beheren van een alarmsysteem, de persoonlijke begeleiding van de bewoners een wezenlijk onderdeel van de zorg vormt.

Verpleeghuis:
Inrichting voor langdurige verpleging.
Overig soort instelling
Woonvormen voor zintuiglijk gehandicapten, gezinsvervangende tehuizen, jeugdinternaten en opvangcentra voor volwassenen.
Asielzoekerscentra vallen hier niet onder. Daarnaast bevat deze categorie opleidingsinternaten en opleidingsscholen voor politie en krijgsmacht, kloosters, penitentiaire inrichtingen, huizen van bewaring en TBS-klinieken.