Sociaal cultureel werk; personeel en specifieke activiteiten, 1995

Sociaal cultureel werk; personeel en specifieke activiteiten, 1995

Type instellingen Aantal accommodaties en instellingen Aantal accommodaties (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Totaal instellingen (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar geografisch werkgebied Gemeenten Gemeente (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar geografisch werkgebied Gemeenten Deel van gemeente (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar geografisch werkgebied Gemeenten Meerdere gemeenten (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar geografisch werkgebied Provincie/landelijk (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Bevolking algemeen (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Leeftijdsgroepen Peuters 0-3 jaar (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Leeftijdsgroepen Kinderen 4-12 jaar (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Leeftijdsgroepen Tieners 13-19 jaar (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Leeftijdsgroepen Jongeren 20-25 jaar (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Leeftijdsgroepen Volwassenen in het algemeen (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Leeftijdsgroepen Ouderen (vanaf 55 jaar) (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Vrouwen (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Etnische minderheden (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Gehandicapten (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar doelgroepen Andere doelgroepen (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Ontmoeting/recreatie (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Vorming/educatie (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Cultuur/creativiteit (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Dienstverlening/voorlichting (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Belangenbehartiging/activering (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Opvang (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Afstemming/coördinatie (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar functie Signalering (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Beschikbaarstelling van Ruimten (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Beschikbaarstelling van Materiaal (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Beschikbaarstelling van Niet-agogisch personeel (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Bijeenkomsten (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Cursussen (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Informatieverstrekking Schriftelijke informatie (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Informatieverstrekking Mondelinge informatie (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Begeleiding (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Presentatie (ab_so_luut) Aantal accommodaties en instellingen Aantal instellingen Naar product Netwerk (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Totaal (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Leidinggevend (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Staf (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Uitvoerend (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Administratief/secretarieel (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Huishoudelijk technisch (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Formatieplaatsen Overig personeel (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Totaal (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Fulltimers (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Parttimers (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Leidinggevend (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Staf (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Uitvoerend (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Administratief/secretarieel (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Huishoudelijk/technisch (ab_so_luut) Personeel Personeel in loondienst Personeelsleden Overig personeel (ab_so_luut) Personeel Personeel niet in loondienst Betaalde externe krachten Aantal betaalde externe krachten (ab_so_luut) Personeel Personeel niet in loondienst Betaalde externe krachten Gewerkte uren per week (ab_so_luut) Personeel Personeel niet in loondienst Vrijwilligers Aantal vrijwilligers (ab_so_luut) Personeel Personeel niet in loondienst Vrijwilligers Gewerkte uren per week (ab_so_luut) Personeel Personeel niet in loondienst Stagiaires Aantal stagiaires (ab_so_luut) Personeel Personeel niet in loondienst Stagiaires Gewerkte uren per week (ab_so_luut)
Totaal 1.903 1.427 539 664 138 86 1.002 239 498 554 473 461 417 250 255 116 148 1.185 831 866 630 513 250 249 154 1.048 311 121 - 720 274 430 644 218 385 7.930 1.009 482 3.809 870 1.295 465 12.789 2.867 9.922 1.268 746 6.132 1.454 2.339 850 3.621 62.442 77.756 141.392 2.559 18.710
Gemeenschapshuizen 310 669 175 418 60 16 600 46 105 116 100 122 156 58 15 25 27 633 314 462 221 105 85 17 4 659 195 49 - 207 21 64 54 90 15 1.381 283 39 487 70 351 151 2.428 712 1.716 370 57 854 154 644 349 553 8.125 5.869 9.803 76 459
Club- en buurthuizen 782 420 199 178 26 17 282 118 224 223 169 223 175 114 140 48 62 303 285 221 219 238 80 145 81 245 59 38 - 294 135 202 313 64 218 3.059 352 190 1.485 336 490 206 4.877 1.167 3.710 429 282 2.435 551 893 287 1.685 28.360 39.888 55.719 1.381 7.797
Emancipatie en integratie 36 46 23 2 6 15 13 1 7 12 8 10 7 22 21 5 18 21 25 13 33 36 6 19 10 12 6 5 - 29 22 31 35 7 28 236 32 44 93 38 21 8 329 104 225 37 64 117 63 31 17 100 2.179 3.148 6.532 110 814
Jeugd- en jongerenwerk 242 169 83 23 31 32 21 11 85 135 133 50 15 19 26 16 21 131 122 104 84 54 26 26 41 68 31 14 - 96 61 75 135 41 46 700 108 105 281 118 65 23 1.032 241 791 133 149 406 193 110 41 251 4.805 15.240 39.733 299 2.194
Welzijnsstichting 533 123 59 43 15 6 87 63 76 68 64 56 64 37 54 21 21 97 85 65 73 80 54 42 18 63 19 16 - 94 34 57 108 17 78 2.554 234 103 1.463 308 369 77 4.123 640 3.483 300 196 2.317 492 662 156 1.032 18.971 13.611 29.603 693 7.445
Bron: CBS, NIZW
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

Accommodaties, instellingen en personeel (formatieplaatsen en
personeelsleden) naar instellingstype.
1995
Gewijzigd op 06 november 2003.
Verschijningsfrequentie: Stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Aantal accommodaties en instellingen
Gegevens over ondersteuning van het sociaal-cultureel werk en speeltuin-
werk zijn vanwege het afwijkende karakter van de activiteiten niet in het
onderzoek betrokken. Woonwagenwerk, schipperswerk en vluchtelingenwerk
worden door het CBS niet tot het sociaal-cultureel werk gerekend. Ook
verenigingen met lidmaatschapsverplichting vallen buiten het kader van
het onderzoek.
Aantal accommodaties
Accommodatie is alles wat ten behoeve van het verblijf van personen is
ingericht of aangebracht. Het gaat hier om het aantal (al dan niet
gehuurde) accommodaties ten behoeve van uitvoerend sociaal-cultureel werk
waarvan uitsluitend één instelling gebruik maakt.
In totaal waren er in 1995 iets meer dan 1903 accommodaties waarvan
uitsluitend door de instelling zelf gebruik is gemaakt.
Het aantal accommodaties per instelling ligt het hoogste bij de welzijns-
stichtingen. Zoals te verwachten was stijgt het aantal accommodaties per
instelling met het inwonertal van de gemeente. Hier staat het aantal
accommodaties per type apart vermeld.
Aantal instellingen
Een instelling is een rechtspersoon of een samenwerkingsverband van
rechtspersonen die voor eigen rekening werkzaam is op het terrein van
maatschappelijk welzijn. Onder de benaming 'instelling' is mede begrepen
de 'stichting', 'dienst', 'vereniging'.
Totaal instellingen
De hier genoemde instellingen houden zich bezig met sociaal-culturele
activiteiten. Eind 1995 hielden 1427 instellingen in Nederland zich
hiermee bezig. De instellingen met meerdere activiteiten is naar de meest
typerende activiteit gevraagd
Naar geografisch werkgebied
Het merendeel van de instellingen van het type 'gemeenschapshuis' rekent
een deel van de gemeente tot het werkgebied. Bij de overigen ligt het
zwaartepunt bij de gemeente. Bij het emancipatie- en integratiewerk en
bij jeugd- en jongerenwerk komen relatief veel instellingen voor met een
bovengemeentelijk, waaronder zelfs landelijk, werkgebied.
Gemeenten
Gemeente
Deel van gemeente
Meerdere gemeenten
Provincie/landelijk
Naar doelgroepen
De instellingen is gevraagd of zij bepaalde leeftijdsgroepen tot voor-
naamste doelgroep rekenen, of zich vooral richten op vrouwen, etnische
minderheden of gehandicapten. Ook konden instellingen nog andere speci-
fieke doelgroepen opgeven. Een instelling kon meerdere doelgroepen op-
geven.
De meeste instellingen richten zich allereerst op de algemene
bevolking. Binnen de leeftijdscategorieën zijn de 0-3 jarigen het minste
als doelgroep opgegeven. De andere leeftijdscategorieën zijn door 29
tot 39% van de instellingen als doelgroep genoemd. Vrouwen en etnische
minderheden worden door ongeveer evenveel instellingen als doelgroep
aangemerkt. Gehandicapten zijn het minste genoemd.
Bij de 'andere doelgroepen' zijn de meest genoemde categorieën:
werklozen (± 20% van de gevallen), kansarme jongeren (± 10%) en
asielzoekers (± 10%).
De gemeenschapshuizen richten zich nog vaker dan het gemiddelde op de
algemene bevolking. De club- en buurthuizen hebben alle onderscheiden
categorieën vaak opgegeven. Instellingen van het type emancipatie- en
integratie werken voornamelijk ten behoeve van vrouwen en etnische
minderheden maar ook zijn hier vaak andere specifieke doelgroepen
opgegeven. Jeugd- en jongerenwerk richt zich vooral op jongeren in de
categorie van op 13-25 jarigen. De welzijnsstichtingen hebben nog sterker
dan club-en buurthuizen een breed aanbod: alle onderscheiden categorieën
worden vaak genoemd. Ook 0-3 jarigen scoren hier hoog. Naar verwachting
betreft dit vaak kinderopvang, waaronder peuterspeelzaalwerk.
Bevolking algemeen
Leeftijdsgroepen
Peuters 0-3 jaar
Kinderen 4-12 jaar
Tieners 13-19 jaar
Jongeren 20-25 jaar
Volwassenen in het algemeen
Ouderen (vanaf 55 jaar)
Vrouwen
Etnische minderheden
Gehandicapten
Andere doelgroepen
Naar functie
Het begrip functie is afkomstig uit het Gemeenschappelijk Functioneel
Ontwerp Sociaal-Cultureel Werk/Welzijn Ouderen (GFO SCW/WO), uitgebracht
door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in 1995.
Dit GFO is een geactualiseerde versie van het uit 1991 daterende
GFO Sociaal-Cultureel Werk, waarin bovendien is opgenomen het GFO
Welzijn Ouderen.
Het GFO is een woordenboek met een aantal gegevens die van belang zijn
bij de uitvoering van het sociaal-cultureel werk door instellingen.
Tevens bevordert het de gegevensuitwisseling tussen instellingen en
gemeenten.
Doel van het GFO is het creëren van eenheid van taal. Vandaar dat bij de
uitvoering van dit onderzoek zoveel mogelijk is aangesloten bij
definities uit het GFO-SCW. Dit heeft er toe geleid dat de meting van
het soort sociaal-culturele activiteiten dat instellingen uitvoeren is
geschied aan de hand van de in het GFO-SCW gehanteerde begrippen
'functie' en 'product'.
Elke activiteit heeft tot doel een bepaalde functie te vervullen. In het
GFO-SCW/WO wordt een achttal functies onderscheiden.
Deze functies kunnen door instellingen vaak niet direct gekwantificeerd
worden. Wel kan gevraagd worden of de instelling de functie uitoefent.
Hierbij is het maximum op vier functies bepaald.
Ontmoeting/recreatie
Het bevorderen van contacten tussen individuen en/of groepen, gericht op
ontspanning, gezelligheid en/of kennismaking met door anderen gehanteer
de normen en waarden. Voorbeelden: bridgedrive, jeugdsociëteit, feest
Turkse kinderdag.
Vorming/educatie
Het bevorderen van kennis, inzicht en vaardigheden van individuen en/of
groepen ter wille van een verbetering van het persoonlijk en algemeen
maatschappelijk functioneren. Voorbeelden: VOS-cursus, geheugentraining,
toeleidingsproject, kookcursus voor mannen, cursus administratieve vaar-
digheden voor vrouwen.
Cultuur/creativiteit
Het bevorderen van deelneming van individuen en/of groepen aan cultuur-
uitingen, gericht op creatieve ontplooiing, nietprofessionele kunstbe-
oefening en/of kunstbeleving. Voorbeelden: volksdansclub, cursus klassiek
ballet, toneeluitvoering.
Dienstverlening/voorlichting
Het bevorderen van zelfredzaamheid door het geven van informatie of
advies, het verlenen van concrete diensten en/of het doorverwijzen bij
vragen of problemen van persoonlijke of maatschappelijke aard. Voor-
beelden: spel- en opvoedhuis, ombudsman, warme-maaltijdvoorzieningen,
klussendienst, alarmering.
Belangenbehartiging/activering
Het bevorderen van actieve maatschappelijke participatie, al dan niet in
collectief verband, bij ontwikkelingen in en vormgeving van de samenle-
ving in het algemeen en de eigen leef-, woon- en werksituatie in het
bijzonder. Voorbeelden: contactgroep bewoners saneringsgebied, WAO-plat-
form, praatgroep hoofden éénoudergezin, zelfverdediging.
Opvang
Het besteden van aandacht aan individuen en/of groepen behorend tot bij-
zondere categorieën, gericht op aanvullingen van gesignaleerde (maat-
schappelijke) tekorten. Voorbeelden: kinderopvang, spijbelbus, inloophuis
randgroepjongeren, dagopvang.
Afstemming/coördinatie
Het bevorderen van intersectoraal beleid, door het realiseren van samen-
werking tussen overheden, (zelf)organisaties en specifieke categorieën
en/of groepen. Voorbeelden: samenwerkingsverband onderwijsvoorrangsge-
bied, werkgroep sociale vernieuwing, platform migrantenbeleid.
Signalering
Het bevorderen van inzicht in persoonlijke en maatschappelijke tekorten
en de mogelijkheden om in deze tekorten te voorzien. Voorbeelden: wijk-
signalementen, huisbezoek, actiebijeenkomsten, trendrapportages,
gebruikersenquêtes, probleemrapportage.
Naar product
Het resultaat van de handelingen van de personeelsleden en andere
personen die actief zijn betrokken bij de organisatie en uitvoering van
sociaal-culturele activiteiten wordt door het GFO-SCW een product
genoemd. Een product is meetbaar in tijd, kwaliteit en geld. In het GFO-
SCW/WO wordt een zevental producten onderscheiden. Deze worden hieronder
genoemd. Per product wordt tevens een aantal voorbeelden gegeven.
Het beschikbaarstellen van ruimten, het organiseren van bijeenkomsten
en cursussen, en begeleiding komen het meest voor bij de instellingen.
Nagenoeg alle gemeenschapshuizen stellen ruimten beschikbaar. De helft
van deze instellingen organiseert ook bijeenkomsten. Bij instellingen
van het type emancipatie/integratie komt begeleiding het meeste voor.
Daarnaast verstrekken veel van deze instellingen mondelinge informatie
en organiseren cursussen. Bij het jeugd- en jongerenwerk ligt het accent
ook sterk op begeleiding.
Daarnaast worden door veel van deze instellingen bijeenkomsten en
cursussen georganiseerd. Ook wat de producten betreft is er een grote
gelijkenis tussen de club- en buurthuizen en welzijnsstichtingen. Bij
beiden komt begeleiding op de eerste plaats, direct gevolgd door
cursussen en bijeenkomsten.
Beschikbaarstelling van
Faciliteit:· Het beschikbaar stellen c.q. (tijdelijk) in gebruik geven
aan derden van materiaal of ruimten, dan wel het beschikbaar stellen van
niet-agogisch personeel. Voorbeelden: verhuur ruimte aan yogaleraar,
uitleen spel- en sportartikelen, beschikbaarstellen van barman voor
feestavond duivenclub.
Ruimten
Materiaal
Niet-agogisch personeel
Personeel dat niet bezig is met werk ter bevordering van persoonlijk,
maatschappelijk en cultureel welzijn.
Bijeenkomsten
Het verzorgen van mogelijkheden tot samenkomst. Voorbeelden: vakantie-
activiteiten, disco-avond, volksdansclub, kaartclub.
Cursussen
Het verzorgen van een welomschreven aantal lessen, die een samenhangend
geheel vormen. Voorbeelden: VOS-cursus, toeleidingsproject.
Informatieverstrekking
Het verzorgen en/of verschaffen van inlichtingen en/of voorlichtings-
materiaal. Voorbeelden: spel- en opvoedhuis, vervaardiging van folders
over vandalismebestrijding in de buurt.
Schriftelijke informatie
Exclusief huis-aan-huis verspreid.
Mondelinge informatie
Begeleiding
Het verzorgen van (beroepsmatige) organisatorische, inhoudelijke en
strategische ondersteuning van zelfstandig functionerende groepen en
individuen buiten de eigen organisatie.
Voorbeelden: het ondersteunen van een groep huurders, vrijwilligersclub
en zelforganisatie minderheden.
Presentatie
Het verzorgen van een openbare uitvoering van een (verworven) vaardig-
heid. Voorbeelden: toneeluitvoering, interculturele manifestatie,
fotodocumentatie over aanpak buurtbeheer.
Netwerk
Het verzorgen van (samenwerkings)verbanden. Voorbeelden: centraal loket,
jeugdnetwerken buurthulpverlening.
Personeel
In aantal personeelsleden gerekend zijn instellingen binnen het sociaal-
cultureel werk dus beperkt van omvang. Maar 3% telt 50 personeelsleden
of meer. Het merendeel van de instellingen heeft tussen de 1 en 10
personeelsleden. Afwijkingen van het algemeen beeld zien we bij de
gemeenschapshuizen en welzijnsstichtingen. De eerste zijn gemiddeld
kleiner van omvang. Voor de welzijnsstichtingen geldt het omgekeerde.
Eenvijfde daarvan telt zelfs 50 personeelsleden of meer.
Bij de instellingen voor sociaal-cultureel werk waren in 1995 circa
12 800 personen in loondienst. Als er verder geen personeel in
loondienst werkzaam was zijn zelfstandige ondernemers hierbij gerekend.
Tevens is het personeel dat gedetacheerd is vanuit andere instellingen
meegenomen in de telling.
Het overgrote deel (78%) van de personeelsleden werkt parttime. Het
personeel bezette gezamenlijk zo'n 7 900 arbeidsplaatsen. Per instelling
gezien hebben de welzijnsstichtingen het grootste aantal
formatieplaatsen (21), op afstand gevolgd door de club- en buurthuizen
(7). Instellingen voor emancipatie/integratie en jeugd- en jongerenwerk
hebben gemiddeld respectievelijk 7 en 5 formatieplaatsen per instelling.
Gemeenschapshuizen hebben het minste aantal formatieplaatsen per
instelling (2).
Personeel in loondienst
Circa de helft van de formatie wordt gevormd door uitvoerend personeel.
Ongeveer eenvierde betreft ondersteunende functies. Leiding en staf
maken circa eenvijfde van de formatie uit.
Naar type instelling bekeken is bij club-en buurthuizen dit algemene
patroon terug te zien. Bij gemeenschapshuizen is er een hoger aandeel van
zowel leiding als huishoudelijke/technische ondersteuning. Bij
emancipatie/integratie en jeugd- en jongerenwerk zien we meer staf en
administratieve/secretariële ondersteuning, ten koste van uitvoerend en
ander ondersteunend personeel. Bij de vijf typen instellingen is het
aandeel van het uitvoerend personeel verreweg het grootst bij de
welzijnsstichtingen.
Formatieplaatsen
Een formatieplaats is een volledige officiële arbeidsplaats. Een
formatieplaats kan door meerdere deeltijdwerkers bezet worden, zodat het
aantal personeelsleden belangrijk hoger kan zijn dan het aantal
formatieplaatsen.
Totaal
Leidinggevend
Staf
Uitvoerend
Administratief/secretarieel
Huishoudelijk technisch
Overig personeel
Personeelsleden
Een formatieplaats is een volledige officiële arbeidsplaats. Een
formatieplaats kan door meerdere deeltijdwerkers bezet worden, zodat het
aantal personeelsleden belangrijk hoger kan zijn dan het aantal
formatieplaatsen.
Totaal
Fulltimers
Parttimers
Leidinggevend
Staf
Uitvoerend
Administratief/secretarieel
Huishoudelijk/technisch
Overig personeel
Personeel niet in loondienst
Naast het personeel in loondienst zijn er zo'n 3 600 personeelsleden
niet in loondienst. Naast freelancers en uitzendkrachten worden hiertoe
de personeelsleden gerekend die zijn aangetrokken met behulp van
werkloosheidsbestrijdende maatregelen, zoals JWG-ers en banenpoolers.
Per formatieplaats van het personeel in loondienst werkt dit personeel
ongeveer acht uur per week.
Betaalde externe krachten
Aantal betaalde externe krachten
Gewerkte uren per week
Vrijwilligers
Een vrijwilliger is iemand die regelmatig voor de instelling werkzaam is
en niet voorkomt in de loon- en salarisadministratie, hoewel er van een
(geringe) onkostenvergoeding sprake kan zijn.
De omvangrijkste categorie 'personeel' binnen het sociaal-cultureel werk
betreft de vrijwilligers. De ongeveer 78 000 vrijwilligers werken in
1995 gemiddeld een kleine twee uur per week. Per formatieplaats van het
personeel in loondienst is de inzet van vrijwilligers zo'n 18 uren per
week.
In 1995 is het voor het eerst gevraagd naar de leeftijd en het geslacht
van de vrijwilligers. Vrouwen maken 56% van de vrijwilligers uit. Hun
aandeel is hoger binnen welzijnsstichtingen (62%) en, vooral, instel-
lingen voor emancipatie en integratie (73%). Binnen gemeenschapshuizen
zijn er relatief minder vrouwelijke vrijwilligers (41%).
De meeste vrijwilligers zijn tussen de 24 en 40 jaar oud. Verder is er
een redelijke spreiding over de onderscheiden leeftijdsklassen. Binnen
het jeugd-en jongerenwerk is er een duidelijke oververtegenwoordiging
van jongere vrijwilligers (34% is jonger dan 25 jaar en 47% tussen de 24
en 40 jaar). Bij emancipatie/integratiewerk is het aandeel van 40-54
jarigen aanzienlijk hoger dan gemiddeld (55%).
Het aantal door vrijwilligers gewerkte uren per formatieplaats van het
personeel in loondienst is het hoogste bij het jeugd- en jongerenwerk
(57 uur) en het laagste bij gemeenschapshuizen (7 uur).
Aantal vrijwilligers
Gewerkte uren per week
Stagiaires
Iemand die praktijkervaring moet opdoen voor een schoolopleiding.
Binnen het sociaal-cultureel werk zijn in 1995 circa 2 600 stagiaires
werkzaam geweest. Zij werkten gemiddeld 7 uur per week, hetgeen neerkomt
op 2,4 uur per formatieplaats van het personeel in loondienst. Het aantal
stagiaires is in verhouding tot het reguliere personeel vooral lager bij
gemeenschapshuizen.
Aantal stagiaires
Gewerkte uren per week