Sectorrekeningen; (sub)sectorspecifieke detailgegevens 1988 - 2012

Sectorrekeningen; (sub)sectorspecifieke detailgegevens 1988 - 2012

Perioden Belastingen Algemeen: totalen Totaal belastingen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Op productie en invoer (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Op inkomen en vermogen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Kapitaaloverdrachten (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Betaald door ingezetenen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Betaald door het buitenland (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Ontvangen door de overheid (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: totalen Ontvangen door het buitenland (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Over de toegevoegde waarde (btw) (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Loonbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Vennootschapsbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Accijnzen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Milieuheffingen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Motorrijtuigenbel. (Incl. eurovignet) (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Op personenauto's en motorrijw. (BPM) (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overdrachtsbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Onroerendezaakbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Dividendbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Invoerrechten (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Inkomstenbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Vermogensheffingen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Vermogensbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Assurantiebelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Totaal (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen EU heffingen op voedingsmiddelen (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Verbruiksbel. op alcoholvrije dranken (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Kansspelbelasting (productgebonden) (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Kansspelbelasting (op inkomen) (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Kapitaalsbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Beursbelasting (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Eenmalig ontvangst i.v.m. liquidatie (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Overige belastingen productie en invoer (mln euro) Belastingen Algemeen: totalen Belastingen: afzonderlijk Overige belastingen Overige belastingen inkomen en vermogen (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Totalen Totaal (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Totalen Ontvangen door overheid (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Totalen Ontvangen door buitenland (EU) (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Totaal (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Over de toegevoegde waarde (btw) (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Afdracht btw aan EU (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Invoerrechten aan EU (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Accijnzen Totaal accijnzen (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Accijnzen Benzine (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Accijnzen Overige minerale oliën (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Accijnzen Tabak (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Accijnzen Alcohol (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Accijnzen Overige accijnzen (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Op milieugrondslag (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Op personenauto's en motorrijwielen(BPM) (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Overdrachtsbelasting (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Productgebonden Assurantiebelasting (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Totaal (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Onroerendezaakbelasting (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Motorrijtuigenbel. (Incl. eurovignet) (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Milieuheffingen Totaal milieuheffingen (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Milieuheffingen Rioolrechten (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Milieuheffingen Heffingen op waterverontreiniging (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Milieuheffingen Omslagheffing waterschappen (mln euro) Belastingen Op productie en invoer Niet-productgebonden Milieuheffingen Overige milieuheffingen (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Totaal (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Betaald door Niet-financ. vennootsch. (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Betaald door Financiële instellingen (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Betaald door Huishoudens (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Betaald door Buitenland (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Ontvangen door overheid (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Totalen Ontvangen door buitenland (EU) (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op inkomen Totaal (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op inkomen Vennootschapsbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op inkomen Loonbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op inkomen Dividendbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op inkomen Inkomstenbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Totaal (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Onroerendezaakbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Vermogensbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Motorrijtuigenbelasting (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Milieuheffingen Totaal milieuheffingen (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Milieuheffingen Rioolrechten (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Milieuheffingen Heffingen op waterverontreiniging (mln euro) Belastingen Op inkomen en vermogen Belastingen op vermogen Milieuheffingen Omslagheffing waterschappen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Beloning van werknemers (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Verschil toegerekende en afgedragen btw (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. Algemeen (totalen) Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. % totaal niet-financiële vennootschappen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) In handen van het buitenland (%) Transacties niet-financiële vennootsch. % totaal niet-financiële vennootschappen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) In handen van de particuliere sector (%) Transacties niet-financiële vennootsch. % totaal niet-financiële vennootschappen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) In handen van de overheid (%) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Beloning van werknemers (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Verschil toegerekende en afgedragen btw (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van het buitenland Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Beloning van werknemers (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Verschil toegerekende en afgedragen btw (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de particuliere sector Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Beloning van werknemers (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Verschil toegerekende en afgedragen btw (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties niet-financiële vennootsch. In handen van de overheid Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Beloning van werknemers (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs. (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ink. uit verm. toeger. aan polishouders (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen Algemeen (totalen) Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen % totaal financiële instellingen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) In handen van het buitenland (%) Transacties financiële instellingen % totaal financiële instellingen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) In handen van de particuliere sector (%) Transacties financiële instellingen % totaal financiële instellingen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) In handen van de overheid (%) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Beloning van werknemers (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ink. uit verm. toeger. aan polishouders (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van het buitenland Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Beloning van werknemers (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ink. uit verm. toeger. aan polishouders (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de particuliere sector Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Afschrijvingen (-) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Beloning van werknemers (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Totaal ontvangen inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Ontvangen inkomen uit vermogen Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Totaal betaalde inkomen uit vermogen (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Rente (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Dividenden (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ingeh. winsten dir. buitenl. invest. (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Ink. uit verm. toeger. aan polishouders (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Betaalde inkomen uit vermogen (-) Inkomen uit grond, minerale reserves (mln euro) Transacties financiële instellingen In handen van de overheid Primair inkomen (netto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Productie Productie, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Productie Marktproductie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Productie Investeringen in eigen beheer (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Productie Overige niet-marktproductie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Intermediair verbruik (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Toegevoegde waarde (br., basispr.) Toegevoegde waarde, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Toegevoegde waarde (br., basispr.) Niet-productgeb. belast. op productie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Toegevoegde waarde (br., basispr.) Niet-productgebonden subsidies (-) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Toegevoegde waarde (br., basispr.) Beloning van werknemers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Toegevoegde waarde (br., basispr.) Afschrijvingen (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Toegevoegde waarde (br., basispr.) Exploitatieoverschot (netto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Consumptie bestedingen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Overige niet-marktproductie, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Soc. uitkeringen in natura, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Collectief Overige niet-marktproductie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Individueel Individueel, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Individueel Overige niet-marktproductie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Individueel Natura via marktproducenten Natura via marktproducenten, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Individueel Natura via marktproducenten Uitkeringen wettel. sociale verzekering (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Definitie productie, consumpt. bested. Consumptieve bestedingen Individueel Natura via marktproducenten Uitkeringen sociale voorziening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Algemeen totalen Vorderingensaldo (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Algemeen totalen Inkomsten Totaal inkomsten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Algemeen totalen Inkomsten Belast., premies wettel. soc. verz. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Algemeen totalen Inkomsten Overige inkomsten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Algemeen totalen Uitgaven (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Belastingen Belastingen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Belastingen Belastingen op productie en invoer (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Belastingen Belastingen op inkomen en vermogen (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Belastingen Vermogensheffingen (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Premies wettelijke sociale verzekering (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Marktproductie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Inkomen uit vermogen Inkomen uit vermogen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Inkomen uit vermogen Overig (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Overige inkomsten Overige inkomsten, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Overige inkomsten Investeringen in eigen beheer (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Overige inkomsten Niet-productgebonden subsidies (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Overige inkomsten Toegerekende sociale premies (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Overige inkomsten Overige inkomensoverdrachten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Inkomsten: afzonderlijk Overige inkomsten Kapitaaloverdrachten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Beloning van werknemers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Intermediair verbruik (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Investeringen (bruto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Uitkeringen wettel. sociale verzekering Uitkeringen wettel. soc. verzek., totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Uitkeringen wettel. sociale verzekering In geld (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Uitkeringen wettel. sociale verzekering In natura via marktproducenten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Uitkeringen sociale voorziening Uitkeringen sociale voorziening, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Uitkeringen sociale voorziening In geld (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Uitkeringen sociale voorziening In natura via marktproducenten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Subsidies (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Inkomen uit vermogen Inkomen uit vermogen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Inkomen uit vermogen Rente (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Inkomen uit vermogen Overig (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Overige uitgaven Overige uitgaven, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Overige uitgaven Niet-productgeb. belast. op productie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Overige uitgaven Uitkeringen rechtstreeks door werkgevers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Overige uitgaven Overige inkomensoverdrachten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Overige uitgaven Kapitaaloverdrachten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Overheid Inkomsten en uitgaven van de overheid Uitgaven: afzonderlijk Overige uitgaven Saldo a-v niet-geprod. niet-fin. activa (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Arbeidsvolume werknemers (1 000 arbeidsjaren) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Arbeidsvolume werknemers (% tot. econ.) (% totale economie) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Toegevoegde waarde (% bbp) (% bbp) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Beloning van werknemers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Beloning van werknemers (% tot. econ.) (% totale economie) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Aanbestedingen Aanbestedingen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Aanbestedingen Intermediair verbruik (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Aanbestedingen Investeringen (bruto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Algemeen totalen Aanbestedingen Investeringen (% totale economie) (% totale economie) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Sector overheid Arbeidsvolume werknemers (1 000 arbeidsjaren) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Sector overheid Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Sector overheid Beloning van werknemers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Sector overheid Aanbestedingen Aanbestedingen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Sector overheid Aanbestedingen Intermediair verbruik (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Sector overheid Aanbestedingen Investeringen (bruto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Niet-financiële vennootschappen Arbeidsvolume werknemers (1 000 arbeidsjaren) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Niet-financiële vennootschappen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Niet-financiële vennootschappen Beloning van werknemers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Niet-financiële vennootschappen Aanbestedingen Aanbestedingen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Niet-financiële vennootschappen Aanbestedingen Intermediair verbruik (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Niet-financiële vennootschappen Aanbestedingen Investeringen (bruto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Financiële instellingen Arbeidsvolume werknemers (1 000 arbeidsjaren) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Financiële instellingen Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Financiële instellingen Beloning van werknemers (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Financiële instellingen Aanbestedingen Aanbestedingen, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Financiële instellingen Aanbestedingen Intermediair verbruik (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Publieke sector gecontr door de overheid Publieke sector: afzonderlijk Financiële instellingen Aanbestedingen Investeringen (bruto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Altern. beschikb.ink. van huish., totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Beschikb. inkomen van huishoudens, netto (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Overdrachten in natura, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Consumptieve bested. IZW huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Individuele consumptie door de overheid Individuele cons. overheid, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Individuele consumptie door de overheid Soc. uitkeringen in natura via marktpr. Sociale uitkeringen in natura, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Individuele consumptie door de overheid Soc. uitkeringen in natura via marktpr. Uitkeringen wettel. sociale verzekering (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Individuele consumptie door de overheid Soc. uitkeringen in natura via marktpr. Uitkeringen sociale voorziening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Alternatief beschikbaar inkomen Overdrachten in natura Individuele consumptie door de overheid Soc. overdr. individuele niet-marktprod. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Werkel. individuele consumptie, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Overdrachten in natura (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Voeding en niet-alcoholische dranken (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Alcoholische dranken en tabak (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Kleding en schoeisel (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Huisvesting, water en energie Totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Huisvesting, water en energie Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Huisvesting, water en energie Individuele consumptie door de overheid (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Huisvesting, water en energie ...Uitkeringen soc. voorz. in natura (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Woninginrichting en huishouding (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Gezondheid Gezondheid, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Gezondheid Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Gezondheid Individuele consumptie door de overheid Individuele consumptie overheid, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Gezondheid Individuele consumptie door de overheid Uitker. wettel. soc. verzek. in natura (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Gezondheid Individuele consumptie door de overheid Soc. overdr. individuele niet-marktprod. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Vervoer (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Communicatie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Recreatie en cultuur Recreatie en cultuur, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Recreatie en cultuur Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Recreatie en cultuur Consumptieve bestedingen IZW huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Recreatie en cultuur Individuele consumptie door de overheid Soc. overdr. individuele niet-marktprod. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Onderwijs Onderwijs, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Onderwijs Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Onderwijs Individuele consumptie door de overheid Individuele consumptie overheid, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Onderwijs Individuele consumptie door de overheid Uitkeringen soc. voorz. in natura (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Onderwijs Individuele consumptie door de overheid Soc. overdr. individuele niet-marktprod. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Horeca (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Sociale bescherming, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Consumptieve bestedingen IZW huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Individuele consumptie door de overheid Individuele consumptie overheid, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Individuele consumptie door de overheid Soc. uitkeringen in natura via marktpr. Sociale uitkeringen in natura, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Individuele consumptie door de overheid Soc. uitkeringen in natura via marktpr. Uitkeringen wettel. sociale verzekering (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Individuele consumptie door de overheid Soc. uitkeringen in natura via marktpr. Uitkeringen sociale voorziening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Sociale bescherming Individuele consumptie door de overheid Soc. overdr. individuele niet-marktprod. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Overige Overige, totaal (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Overige Consumptieve bestedingen huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Werkelijke individuele consumptie Naar verbruiksfunctie Overige Consumptieve bestedingen IZW huishoudens (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. Gemengd inkomen (netto) (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. A Landbouw, bosbouw en visserij (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. B-E Nijverheid (geen bouw) en energie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. F Bouwnijverheid (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. G-I Handel, vervoer en horeca (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. J Informatie en communicatie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. K Financiële dienstverlening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. L Verhuur en handel van onroerend goed (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. M-N Zakelijke dienstverlening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. O-Q Overheid en zorg (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. R-U Cultuur, recreatie, overige diensten (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. Ontvangen rente (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. Betaalde rente (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. Ontvangen inkomen uit grond enz. (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. Netto winst voor belastingen (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. A Landbouw, bosbouw en visserij (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. B-E Nijverheid (geen bouw) en energie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. F Bouwnijverheid (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. G-I Handel, vervoer en horeca (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. J Informatie en communicatie (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. K Financiële dienstverlening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. L Verhuur en handel van onroerend goed (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. M-N Zakelijke dienstverlening (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. O-Q Overheid en zorg (mln euro) Sectorspecifieke gegevens Huishoudens Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst. R-U Cultuur, recreatie, overige diensten (mln euro)
1988 57.197 26.536 30.166 495 56.652 545 54.334 2.863 16.450 16.315 7.247 4.026 1.231 1.530 1.097 730 1.266 1.012 923 2.999 495 476 318 1.082 318 - 23 18 168 32 - 469 54 26.536 23.723 2.813 24.167 16.450 1.529 923 4.026 1.616 572 902 454 482 82 1.097 730 318 2.369 900 361 639 57 226 286 70 30.166 6.363 934 22.324 545 30.116 50 27.591 7.247 16.315 2.999 1.012 2.575 366 476 1.169 510 133 377 - 123.406 18.196 76.688 606 154 28.070 9.081 5.212 1.623 2.223 23 22.162 10.336 7.421 1.892 726 1.787 14.989 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11.242 1.369 5.890 38 3.945 53.239 46.344 5.154 93 1.634 14 53.957 30.298 4.668 5 2.219 16.744 23 3.227 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44.966 6.620 422 37.924 13.502 31.464 234 - 25.478 5.752 - 52.238 37.924 14.314 25.701 26.537 12.223 14.314 11.373 2.941 -9.210 113.466 94.418 19.048 122.676 54.334 23.723 30.116 495 40.084 6.620 8.292 3.258 5.034 4.136 422 - 2.866 721 127 25.478 13.502 7.126 38.571 27.198 11.373 11.587 8.646 2.941 4.895 13.143 13.129 14 8.374 234 2.866 1.657 4.934 -1.317 . . . . . . . . . . 976,1 31.464 25.478 20.628 13.502 7.126 . . . . . . . . . . . . 141.152 113.358 27.794 1.257 26.537 14.314 11.373 2.941 12.223 135.973 108.179 27.794 15.145 3.713 8.143 20.291 19.499 792 792 7.981 12.698 5.175 7.523 7.342 181 12.228 1.866 15.235 14.028 290 917 11.056 892 10.164 258 9.906 5.833 8.373 1.208 24 7.141 5.922 4.031 1.891 1.219 13.411 12.468 943 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1989 57.856 26.437 30.906 513 57.352 504 54.890 2.966 15.964 17.558 7.115 3.981 1.340 1.633 1.098 776 1.316 949 999 2.523 513 508 331 1.252 359 - 27 18 272 45 - 473 58 26.437 23.535 2.902 24.015 15.964 1.488 999 3.981 1.556 563 908 427 527 163 1.098 776 331 2.422 935 381 633 64 242 295 32 30.906 6.130 1.059 23.213 504 30.842 64 28.163 7.115 17.558 2.523 949 2.743 381 508 1.252 544 149 395 - 130.984 19.311 79.738 527 228 31.636 12.523 6.479 3.108 2.913 23 26.186 13.242 8.120 1.415 1.603 1.806 17.973 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12.070 1.655 6.088 102 4.225 64.539 55.871 6.189 104 2.361 14 64.777 38.417 5.194 5 3.676 17.462 23 3.987 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45.993 6.973 490 38.530 14.185 31.808 244 - 25.523 6.041 - 53.452 38.530 14.922 26.230 27.222 12.300 14.922 12.415 2.507 -11.520 113.877 93.596 20.281 125.397 54.890 23.535 30.842 513 38.706 6.973 8.897 3.712 5.185 4.411 490 - 2.997 711 213 25.523 14.185 7.259 37.857 25.442 12.415 13.605 11.098 2.507 5.263 13.223 13.211 12 8.482 244 2.997 1.934 4.347 -1.040 . . . . . . . . . . 976,5 31.808 25.523 21.444 14.185 7.259 . . . . . . . . . . . . 150.850 122.302 28.548 1.326 27.222 14.922 12.415 2.507 12.300 142.031 113.483 28.548 15.914 3.841 8.384 21.318 20.509 809 809 8.474 13.193 5.185 8.008 7.825 183 12.728 2.003 15.740 14.469 310 961 11.014 867 10.147 268 9.879 6.075 8.660 1.336 27 7.297 6.020 4.590 1.430 1.277 14.687 13.698 989 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1990 65.127 27.976 36.624 527 64.641 486 62.197 2.930 16.781 22.257 7.882 4.483 1.494 1.770 1.206 776 1.361 1.103 1.041 2.455 527 554 340 1.097 253 - 32 18 241 14 - 474 65 27.976 25.105 2.871 25.444 16.781 1.547 1.041 4.483 1.710 844 953 404 572 277 1.206 776 340 2.532 967 450 641 74 241 295 31 36.624 6.778 1.180 28.180 486 36.565 59 33.715 7.882 22.257 2.455 1.103 2.909 394 554 1.320 576 172 404 - 140.041 20.526 85.367 555 324 33.917 11.230 7.877 2.233 1.097 23 29.884 15.606 8.317 1.421 2.338 2.202 15.263 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10.954 1.927 6.484 113 2.430 72.499 63.202 6.822 114 2.347 14 72.413 44.067 5.967 5 3.884 18.463 27 2.516 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48.081 7.329 444 40.308 15.080 33.001 258 - 26.401 6.342 - 56.121 40.308 15.813 27.618 28.503 12.690 15.813 13.330 2.483 -12.962 120.833 99.134 21.699 133.795 62.197 25.105 36.565 527 36.937 7.329 9.865 3.961 5.904 4.505 444 - 3.229 653 179 26.401 15.080 7.836 43.316 29.986 13.330 13.726 11.243 2.483 5.481 14.134 14.120 14 7.821 258 3.229 1.836 3.902 -1.404 . . . . . . . . . . 981,3 33.001 26.401 22.916 15.080 7.836 . . . . . . . . . . . . 163.761 133.875 29.886 1.383 28.503 15.813 13.330 2.483 12.690 149.605 119.719 29.886 16.442 4.105 9.078 22.755 22.002 753 753 9.071 14.184 5.618 8.566 8.376 190 13.783 2.188 16.497 15.162 328 1.007 11.302 896 10.406 294 10.112 6.369 9.325 1.525 29 7.771 6.390 4.954 1.436 1.381 14.506 13.480 1.026 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1991 72.512 30.002 41.911 599 72.004 508 69.111 3.401 18.269 26.074 8.427 4.455 1.732 1.814 1.284 790 1.435 1.030 1.198 3.254 599 658 363 1.130 308 - 32 14 254 - - 470 52 30.002 26.674 3.328 27.366 18.269 1.797 1.198 4.455 1.778 862 911 372 532 413 1.284 790 363 2.636 1.020 454 692 86 255 322 29 41.911 7.341 1.177 32.885 508 41.838 73 38.799 8.427 26.074 3.254 1.030 3.112 415 658 1.360 627 200 427 - 148.041 21.729 90.995 909 143 34.551 12.559 8.732 2.956 848 23 31.907 17.464 8.902 1.511 1.031 2.999 15.203 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12.201 2.193 6.936 131 2.941 77.496 67.774 7.265 125 2.318 14 77.625 47.059 6.637 5 3.775 20.122 27 2.812 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50.818 8.161 501 42.156 16.246 34.572 279 - 27.623 6.670 - 59.820 42.156 17.664 29.088 30.732 13.068 17.664 14.678 2.986 -6.874 134.528 110.116 24.412 141.402 69.111 26.674 41.838 599 41.005 8.161 11.379 4.269 7.110 4.872 501 - 3.283 791 297 27.623 16.246 8.199 46.133 31.455 14.678 14.020 11.034 2.986 5.486 15.481 15.464 17 8.214 279 3.283 2.393 3.203 -944 . . . . . . . . . . 969,0 34.572 27.623 24.445 16.246 8.199 . . . . . . . . . . . . 167.613 135.396 32.217 1.485 30.732 17.664 14.678 2.986 13.068 159.570 127.353 32.217 16.978 4.238 9.719 24.785 23.948 837 837 9.618 15.512 5.942 9.570 9.378 192 14.623 2.389 16.889 15.490 339 1.060 11.881 935 10.946 576 10.370 6.796 9.934 1.584 31 8.319 6.873 5.300 1.573 1.446 16.208 15.093 1.115 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1992 72.635 31.030 40.969 636 72.140 495 69.309 3.326 17.797 25.916 7.882 5.125 2.088 1.933 1.556 926 1.552 1.039 1.189 2.863 636 635 377 1.121 249 - 36 32 213 - - 510 81 31.030 27.799 3.231 28.112 17.797 1.765 1.189 5.125 2.044 976 1.121 390 594 644 1.556 926 377 2.918 1.104 554 750 96 287 336 31 40.969 6.502 1.489 32.483 495 40.874 95 37.732 7.882 25.916 2.863 1.039 3.237 448 635 1.379 694 222 472 - 152.749 22.874 96.200 1.192 577 33.060 12.241 8.903 3.706 -391 23 32.344 18.210 9.762 1.428 349 2.595 12.957 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12.793 2.399 7.384 135 2.875 82.449 68.565 9.371 169 4.330 14 82.042 46.725 11.420 5 2.512 21.353 27 3.282 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53.502 8.837 594 44.071 16.997 36.505 288 - 29.286 6.931 - 63.816 44.071 19.745 30.130 33.686 13.941 19.745 16.503 3.242 -11.149 138.241 113.416 24.825 149.390 69.309 27.799 40.874 636 44.107 8.837 10.905 4.778 6.127 5.083 594 - 3.382 864 243 29.286 16.997 8.837 49.545 33.042 16.503 14.363 11.121 3.242 5.941 16.721 16.703 18 7.700 288 3.382 2.666 2.858 -1.494 . . . . . . . . . . 961,0 36.505 29.286 25.834 16.997 8.837 . . . . . . . . . . . . 179.654 144.377 35.277 1.591 33.686 19.745 16.503 3.242 13.941 167.463 132.186 35.277 17.642 4.470 9.715 26.281 25.425 856 856 9.773 16.518 5.509 11.009 10.814 195 15.606 2.548 17.218 15.758 366 1.094 12.683 946 11.737 630 11.107 7.242 10.641 1.616 35 8.990 7.445 5.689 1.756 1.545 17.126 15.936 1.190 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1993 78.739 33.656 44.401 682 78.299 440 75.448 3.291 19.154 27.191 8.717 5.957 2.222 2.288 1.457 1.062 1.652 926 1.162 3.789 682 717 422 1.341 199 186 41 27 245 - - 578 65 33.656 30.474 3.182 30.543 19.154 1.792 1.162 5.957 2.459 1.370 1.321 417 390 658 1.457 1.062 422 3.113 1.174 570 791 108 300 354 29 44.401 7.207 1.629 35.125 440 44.292 109 40.650 8.717 27.191 3.789 926 3.751 478 717 1.718 773 251 522 - 156.837 23.675 98.314 1.346 -19 33.483 11.074 7.134 4.325 -408 23 29.885 17.070 9.036 1.291 51 2.437 14.672 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13.435 2.544 7.875 149 2.867 83.846 65.991 10.334 183 7.324 14 82.487 42.190 9.020 5 8.714 22.526 32 4.226 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56.017 9.791 592 45.634 18.096 37.921 313 - 30.414 7.194 - 66.426 45.634 20.792 31.265 35.161 14.369 20.792 17.474 3.318 -7.713 146.071 120.511 25.560 153.784 75.448 30.474 44.292 682 45.063 9.791 10.408 4.553 5.855 5.361 592 - 3.508 977 284 30.414 18.096 8.882 51.846 34.372 17.474 14.171 10.853 3.318 5.528 16.800 16.782 18 8.047 313 3.508 3.106 2.796 -1.676 . . . . . . . . . . 961,1 37.921 30.414 26.978 18.096 8.882 . . . . . . . . . . . . 180.710 143.873 36.837 1.676 35.161 20.792 17.474 3.318 14.369 172.966 136.129 36.837 17.887 4.617 9.631 27.815 26.960 855 855 9.726 17.174 5.530 11.644 11.445 199 15.940 2.782 17.900 16.340 396 1.164 13.066 1.047 12.019 686 11.333 7.767 11.139 1.625 35 9.479 7.806 6.029 1.777 1.673 17.522 16.277 1.245 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1994 73.435 34.018 38.568 849 73.036 399 70.187 3.248 18.546 21.222 9.212 6.353 2.265 2.269 1.661 1.316 1.739 1.048 1.184 3.235 849 735 458 1.343 142 191 45 27 250 - - 625 63 34.018 30.870 3.148 30.740 18.546 1.765 1.184 6.353 2.618 1.556 1.334 427 418 594 1.661 1.316 458 3.278 1.237 592 824 120 310 358 36 38.568 7.521 1.800 28.848 399 38.468 100 34.744 9.212 21.222 3.235 1.048 3.824 502 735 1.677 847 280 558 9 163.635 24.247 100.641 1.370 592 37.969 12.767 7.181 4.833 730 23 29.749 16.077 9.780 1.097 797 1.998 20.987 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15.182 2.580 7.992 164 4.446 84.800 61.032 12.304 188 11.262 14 84.468 38.625 8.761 5 13.914 23.131 32 4.778 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58.105 9.977 612 47.516 19.145 38.960 333 - 31.215 7.412 - 69.254 47.516 21.738 32.700 36.554 14.816 21.738 17.854 3.884 -10.218 145.032 120.058 24.974 155.250 70.187 30.870 38.468 849 49.871 9.977 9.453 3.956 5.497 5.544 612 - 3.568 1.065 299 31.215 19.145 9.241 50.571 32.717 17.854 15.071 11.187 3.884 5.458 16.092 16.073 19 8.457 333 3.568 3.314 2.919 -1.677 . . . . . . . . . . 959,1 38.960 31.215 28.386 19.145 9.241 . . . . . . . . . . . . 189.695 151.407 38.288 1.734 36.554 21.738 17.854 3.884 14.816 180.638 142.350 38.288 18.659 4.845 9.625 30.239 29.371 868 868 9.966 17.535 5.784 11.751 11.550 201 16.625 3.011 18.194 16.627 420 1.147 13.561 1.002 12.559 807 11.752 8.137 12.078 1.812 37 10.229 8.513 6.304 2.209 1.716 18.163 16.886 1.277 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1995 74.339 35.973 37.585 781 73.867 472 70.835 3.504 19.832 20.140 9.459 6.477 2.657 2.245 1.813 1.254 1.854 1.059 1.413 2.939 781 671 442 1.303 168 181 46 27 182 - - 607 92 35.973 32.573 3.400 32.666 19.832 1.786 1.413 6.477 2.708 1.608 1.327 408 426 858 1.813 1.254 442 3.307 1.316 562 822 146 314 315 47 37.585 7.599 1.969 27.545 472 37.481 104 33.624 9.459 20.140 2.939 1.059 3.961 538 671 1.683 977 311 556 110 171.001 24.735 104.177 1.440 409 41.058 15.546 7.811 4.670 3.042 23 30.261 15.936 11.332 963 -172 2.202 26.343 19,0 66,3 14,7 32.490 4.716 17.207 65 78 10.580 4.748 2.116 580 2.037 15 8.715 3.505 3.744 472 -84 1.078 6.613 113.293 16.311 70.441 1.039 270 25.772 10.470 5.436 4.054 972 8 17.707 9.873 6.632 386 -69 885 18.535 25.218 3.708 16.529 336 61 4.706 328 259 36 33 - 3.839 2.558 956 105 -19 239 1.195 17.030 2.599 8.184 158 6.089 87.466 62.739 13.533 194 10.986 14 86.806 39.180 9.277 4 13.629 24.684 32 6.749 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60.646 10.101 519 50.026 20.201 40.445 368 247 32.345 7.979 - 72.687 50.026 22.661 34.588 38.099 15.438 22.661 18.355 4.306 -28.137 144.168 119.278 24.890 172.305 70.835 32.573 37.481 781 48.443 10.101 8.961 3.658 5.303 5.828 519 247 3.675 1.148 239 32.345 20.201 9.636 50.684 32.329 18.355 14.601 10.295 4.306 3.076 17.223 17.199 24 24.539 368 3.675 3.437 17.976 -917 1.535,2 30,7 66.343 21,7 49.019 31,5 58.649 43.702 14.947 23,3 973,7 40.445 32.345 29.837 20.201 9.636 559,1 25.218 16.529 28.536 23.235 5.301 2,4 680 145 276 266 10 198.386 158.527 39.859 1.760 38.099 22.661 18.355 4.306 15.438 189.157 149.298 39.859 19.221 4.926 9.527 32.498 31.547 951 951 10.427 18.304 6.095 12.209 12.001 208 16.911 3.280 19.166 17.546 421 1.199 13.969 946 13.023 856 12.167 8.318 12.656 1.900 39 10.717 8.853 6.354 2.499 1.864 19.954 18.654 1.300 16.224 4.484 634 896 4.334 498 186 124 2.711 1.013 1.344 303 -1.752 -121 14.654 3.718 593 866 3.816 483 167 115 2.632 985 1.279
1996 80.072 38.435 40.748 889 79.559 513 76.924 3.148 21.315 20.007 12.500 6.363 3.145 2.806 1.892 1.649 1.952 1.186 1.302 2.505 889 648 463 1.450 218 185 53 39 252 - - 637 66 38.435 35.414 3.021 35.010 21.315 1.475 1.302 6.363 2.744 1.642 1.418 376 183 1.318 1.892 1.649 463 3.425 1.371 657 760 95 318 322 25 40.748 10.233 2.399 27.603 513 40.621 127 36.237 12.500 20.007 2.505 1.186 4.511 581 648 2.149 1.067 372 581 114 179.451 25.692 109.181 1.137 454 43.895 14.722 7.006 6.787 905 24 32.360 14.311 12.746 842 1.959 2.502 26.257 19,0 66,9 14,1 34.175 4.899 18.033 51 87 11.279 3.363 1.898 843 606 16 9.956 3.148 4.211 412 959 1.226 4.686 119.979 16.941 74.078 1.051 262 28.171 11.093 4.912 5.902 272 7 18.440 8.921 7.116 382 888 1.133 20.824 25.297 3.852 17.070 35 105 4.445 266 196 42 27 1 3.964 2.242 1.419 48 112 143 747 17.726 2.727 8.657 163 6.179 88.202 60.600 16.222 220 11.146 14 87.498 38.509 11.006 5 12.473 25.473 32 6.883 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61.905 10.671 545 50.689 21.313 40.592 383 448 32.391 8.266 - 72.830 50.689 22.141 34.952 37.878 15.737 22.141 17.900 4.241 -6.044 152.020 125.647 26.373 158.064 76.924 35.414 40.621 889 48.723 10.671 8.655 2.894 5.761 7.047 545 448 3.807 1.380 867 32.391 21.313 10.661 50.516 32.616 17.900 14.369 10.128 4.241 3.570 16.974 16.951 23 8.270 383 3.807 4.041 2.030 -1.991 1.537,9 30,1 66.612 20,8 49.614 30,7 61.410 45.825 15.585 22,5 971,2 40.592 32.391 31.974 21.313 10.661 564,2 25.297 17.070 29.136 24.202 4.934 2,5 723 153 300 310 -10 206.029 166.166 39.863 1.985 37.878 22.141 17.900 4.241 15.737 198.536 158.673 39.863 19.828 5.112 9.786 35.123 34.102 1.021 1.021 10.988 18.945 7.216 11.729 11.499 230 17.659 4.068 20.239 18.506 512 1.221 14.104 952 13.152 776 12.376 8.789 13.023 2.230 38 10.755 8.845 6.401 2.444 1.910 20.872 19.437 1.435 16.855 4.342 678 947 4.509 524 211 141 3.073 1.044 1.386 309 -1.945 -116 15.103 3.669 640 910 4.056 505 171 117 2.700 1.016 1.319
1997 84.280 41.702 41.627 951 83.517 763 80.759 3.521 22.890 18.691 14.673 6.923 3.647 2.348 2.061 1.978 2.076 1.630 1.418 2.206 951 764 510 1.514 268 191 56 43 274 - - 605 77 41.702 38.330 3.372 38.263 22.890 1.666 1.418 6.923 2.902 1.848 1.346 400 427 1.694 2.061 1.978 510 3.439 1.473 536 825 104 345 345 31 41.627 12.211 2.616 26.037 763 41.478 149 37.243 14.673 18.691 2.206 1.630 4.384 603 764 1.812 1.128 418 582 128 192.310 26.793 115.903 566 391 49.439 17.671 7.750 7.133 2.764 24 36.482 15.291 14.915 878 2.873 2.525 30.628 19,5 66,9 13,6 37.558 5.190 18.545 25 75 13.873 4.151 2.241 610 1.289 11 12.710 3.476 5.702 494 1.617 1.421 5.314 128.625 17.627 79.960 602 226 30.662 13.286 5.334 6.482 1.457 13 20.254 9.627 8.136 349 1.140 1.002 23.694 26.127 3.976 17.398 -61 90 4.904 234 175 41 18 - 3.518 2.188 1.077 35 116 102 1.620 18.403 2.957 9.411 161 5.874 110.081 67.742 22.605 289 19.431 14 107.307 42.940 14.829 5 23.213 26.288 32 8.648 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64.173 11.172 525 52.476 22.076 42.097 392 469 33.602 8.572 - 76.472 52.476 23.996 35.862 40.610 16.614 23.996 20.823 3.173 -4.272 158.443 132.412 26.031 162.715 80.759 38.330 41.478 951 51.653 11.172 8.311 2.601 5.710 6.548 525 469 3.928 1.394 232 33.602 22.076 10.035 53.473 32.650 20.823 12.859 9.686 3.173 4.232 16.891 16.869 22 9.547 392 3.928 4.327 2.235 -1.335 1.552,9 29,5 68.895 20,1 51.164 29,9 63.143 48.512 14.631 19,2 976,2 42.097 33.602 32.111 22.076 10.035 574,1 26.127 17.398 30.717 26.124 4.593 2,6 671 164 315 312 3 219.785 176.940 42.845 2.235 40.610 23.996 20.823 3.173 16.614 210.789 167.944 42.845 20.750 5.349 10.322 36.835 35.650 1.185 1.185 11.787 19.879 7.349 12.530 12.273 257 18.818 4.725 21.293 19.426 601 1.266 14.858 999 13.859 823 13.036 9.397 14.055 2.235 50 11.770 9.715 8.550 1.165 2.055 22.721 21.137 1.584 18.708 5.048 715 1.009 4.955 621 229 153 3.333 1.136 1.509 336 -1.882 -121 17.041 4.208 667 967 4.449 602 207 142 3.273 1.099 1.427
1998 88.841 44.472 43.243 1.126 87.928 913 85.441 3.400 24.486 19.845 15.300 7.296 3.726 2.591 2.425 2.245 2.246 2.097 1.366 1.276 1.126 729 545 1.542 246 191 59 51 291 - - 621 83 44.472 41.233 3.239 40.864 24.486 1.610 1.366 7.296 3.038 2.018 1.348 426 466 1.714 2.425 2.245 545 3.608 1.595 578 814 113 319 354 28 43.243 12.783 2.687 26.860 913 43.082 161 38.569 15.300 19.845 1.276 2.097 4.674 651 729 2.013 1.198 452 612 134 204.671 28.465 125.214 196 440 51.236 14.971 8.220 8.586 -1.858 23 39.574 16.393 15.777 860 4.748 1.796 26.633 20,2 66,6 13,2 41.317 5.695 21.188 9 84 14.509 1.663 2.539 756 -1.652 20 15.205 4.017 5.909 613 3.386 1.280 967 136.297 18.740 85.306 249 255 32.257 12.927 5.356 7.787 -219 3 20.627 10.162 8.571 220 1.214 460 24.557 27.057 4.030 18.720 -62 101 4.470 381 325 43 13 - 3.742 2.214 1.297 27 148 56 1.109 18.858 3.397 10.298 153 5.010 113.890 76.159 23.400 209 14.106 16 113.772 49.330 19.436 5 16.563 28.406 32 5.128 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67.389 11.523 756 55.110 23.374 44.015 416 623 35.280 8.942 - 80.489 55.110 25.379 37.195 43.294 17.915 25.379 21.893 3.486 -3.164 166.012 139.697 26.315 169.176 85.441 41.233 43.082 1.126 54.256 11.523 7.444 2.548 4.896 7.348 756 623 4.095 1.652 222 35.280 23.374 10.742 53.578 31.685 21.893 13.846 10.360 3.486 4.962 16.952 16.932 20 10.442 416 4.095 5.047 2.996 -2.112 1.595,1 29,2 71.675 19,8 54.176 29,4 64.132 48.703 15.429 18,7 994,4 44.015 35.280 34.116 23.374 10.742 598,0 27.057 18.720 29.634 24.965 4.669 2,7 603 176 382 364 18 232.384 186.693 45.691 2.397 43.294 25.379 21.893 3.486 17.915 225.834 180.143 45.691 21.661 5.441 11.235 38.680 37.316 1.364 1.364 13.104 20.850 7.796 13.054 12.801 253 19.963 5.748 23.093 21.124 677 1.292 15.832 1.052 14.780 825 13.955 10.051 15.353 2.502 47 12.804 10.389 9.092 1.297 2.415 24.823 23.150 1.673 18.851 4.010 750 1.080 5.622 713 244 163 3.559 1.164 1.546 272 -1.717 -103 17.303 3.268 707 1.038 5.122 711 220 151 3.477 1.135 1.474
1999 96.111 49.114 45.699 1.298 94.583 1.528 92.675 3.436 26.934 23.020 15.651 7.578 4.409 2.765 2.840 2.727 2.334 3.220 1.363 -1.184 1.298 780 492 1.884 266 217 69 61 316 - - 871 84 49.114 45.876 3.238 45.096 26.934 1.592 1.363 7.578 3.127 2.041 1.546 396 468 2.294 2.840 2.727 492 4.018 1.657 626 864 119 324 375 46 45.699 12.714 3.144 28.313 1.528 45.501 198 40.768 15.651 23.020 -1.184 3.220 4.931 677 780 2.139 1.251 475 638 138 217.558 30.532 134.326 193 266 52.773 20.566 9.184 8.610 2.748 24 40.916 16.709 17.471 970 4.615 1.151 32.423 20,5 66,6 12,9 44.602 6.209 23.674 9 51 14.761 3.884 2.554 308 1.013 9 14.526 4.232 7.248 439 2.087 520 4.119 144.872 20.339 90.918 319 154 33.450 16.283 6.316 8.250 1.702 15 22.999 10.438 9.105 497 2.368 591 26.734 28.084 3.984 19.734 -135 61 4.562 399 314 52 33 - 3.391 2.039 1.118 34 160 40 1.570 20.681 3.975 11.418 192 5.096 131.222 81.836 29.864 96 19.410 16 127.049 55.549 20.863 11 21.417 29.177 32 9.269 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72.278 12.308 883 59.087 25.615 46.663 441 639 37.441 9.420 - 85.867 59.087 26.780 39.640 46.227 19.447 26.780 23.070 3.710 1.600 179.333 152.613 26.720 177.733 92.675 45.876 45.501 1.298 59.938 12.308 6.795 2.689 4.106 7.617 883 639 4.287 1.507 301 37.441 25.615 11.672 55.435 32.365 23.070 13.613 9.903 3.710 5.741 16.533 16.515 18 11.683 441 4.287 5.564 2.768 -1.377 1.622,0 28,8 75.381 19,5 57.371 29,1 65.168 48.866 16.302 18,5 1.010,7 46.663 37.441 37.287 25.615 11.672 608,5 28.084 19.734 27.437 22.843 4.594 2,8 634 196 444 408 36 242.987 194.167 48.820 2.593 46.227 26.780 23.070 3.710 19.447 242.001 193.181 48.820 22.363 5.741 11.871 40.754 39.295 1.459 1.459 14.012 22.196 8.371 13.825 13.541 284 22.134 6.787 25.260 23.174 728 1.358 16.994 1.108 15.886 825 15.061 10.713 16.322 2.580 43 13.699 10.955 9.529 1.426 2.744 26.854 25.032 1.822 19.554 3.564 763 1.262 6.063 713 267 179 3.893 1.224 1.626 309 -1.590 -109 18.164 2.963 718 1.220 5.582 725 242 166 3.823 1.186 1.539
2000 102.676 52.381 48.808 1.487 101.628 1.048 99.060 3.616 28.849 24.433 16.736 7.713 5.140 2.941 2.875 2.804 2.540 2.856 1.310 -880 1.487 824 512 2.536 273 216 67 59 592 - 320 919 90 52.381 49.033 3.348 48.060 28.849 1.751 1.310 7.713 3.151 2.139 1.590 397 436 2.849 2.875 2.804 512 4.321 1.803 653 946 130 333 395 88 48.808 13.536 3.797 30.427 1.048 48.540 268 43.524 16.736 24.433 -880 2.856 5.284 737 824 2.288 1.345 520 670 155 237.147 33.059 144.303 171 285 59.899 24.115 12.872 12.592 -1.373 24 45.192 19.983 20.564 942 1.568 2.135 38.822 20,8 66,4 12,8 49.246 6.775 25.358 8 55 17.160 10.373 3.709 3.619 3.099 -54 22.223 6.386 15.639 40 67 91 5.310 157.493 22.172 98.113 358 165 37.015 13.173 8.676 8.919 -4.500 78 19.507 11.594 3.734 848 1.411 1.920 30.681 30.408 4.112 20.832 -195 65 5.724 569 487 54 28 - 3.462 2.003 1.191 54 90 124 2.831 22.013 4.685 12.532 216 4.580 168.862 98.403 42.949 206 27.288 16 161.009 73.448 28.235 7 29.838 29.456 25 12.433 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76.898 13.280 932 62.686 27.278 49.620 465 611 39.647 10.119 - 91.871 62.686 29.185 41.792 50.079 20.894 29.185 25.163 4.022 8.244 192.856 163.527 29.329 184.612 99.060 49.033 48.540 1.487 64.467 13.280 8.375 3.153 5.222 7.674 932 611 4.274 1.613 244 39.647 27.278 13.131 58.180 33.017 25.163 13.952 9.930 4.022 6.075 15.284 15.265 19 11.065 465 4.274 7.155 2.879 -3.708 1.640,2 28,5 80.557 19,3 60.666 28,6 72.905 54.480 18.425 20,0 1.019,5 49.620 39.647 40.409 27.278 13.131 618,1 30.408 20.832 32.166 26.892 5.274 2,6 529 187 330 310 20 258.789 205.198 53.591 3.512 50.079 29.185 25.163 4.022 20.894 260.902 207.311 53.591 22.992 5.915 12.493 43.424 41.962 1.462 1.462 15.152 23.647 8.736 14.911 14.614 297 23.675 7.997 27.423 24.559 1.427 1.437 18.207 1.161 17.046 808 16.238 11.517 18.038 2.764 51 15.223 12.301 10.549 1.752 2.922 30.422 28.388 2.034 21.173 3.644 803 1.498 6.478 719 303 202 4.412 1.338 1.776 347 -1.734 -81 19.705 3.043 776 1.458 5.869 740 276 189 4.354 1.305 1.695
2001 110.679 57.892 51.476 1.311 109.495 1.184 107.285 3.394 32.509 27.172 17.580 7.913 5.788 2.888 2.939 3.437 2.720 4.568 1.269 -2.565 1.311 91 638 2.421 238 228 80 71 501 - - 1.201 102 57.892 54.758 3.134 53.104 32.509 1.609 1.269 7.913 3.148 2.076 1.817 413 459 3.352 2.939 3.437 638 4.788 1.931 649 1.007 140 339 434 94 51.476 13.738 4.111 32.443 1.184 51.216 260 46.826 17.580 27.172 -2.565 4.568 4.650 789 91 2.239 1.429 561 696 172 251.994 35.583 154.574 13 389 62.213 20.906 13.211 15.639 -7.965 21 48.648 22.090 22.522 1.072 26 2.938 34.471 22,1 64,5 13,4 55.600 7.783 29.912 1 75 17.979 2.241 5.004 1.012 -3.785 10 20.941 8.248 11.790 240 6 657 -721 162.527 23.447 101.252 295 225 37.758 18.083 7.759 14.540 -4.227 11 23.434 11.808 8.719 772 19 2.116 32.407 33.867 4.353 23.410 -283 89 6.476 582 448 87 47 - 4.273 2.034 2.013 60 1 165 2.785 24.152 5.010 13.399 217 5.526 186.470 103.835 49.829 152 32.626 28 183.129 79.315 32.047 8 43.418 28.320 21 8.867 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84.361 13.918 1.026 69.417 30.969 53.392 471 666 42.820 10.767 - 101.385 69.417 31.968 46.169 55.216 23.248 31.968 27.786 4.182 -1.141 201.922 168.554 33.368 203.063 107.285 54.758 51.216 1.311 61.269 13.918 10.960 3.435 7.525 8.490 1.026 666 4.667 1.775 356 42.820 30.969 14.582 62.765 34.979 27.786 14.306 10.124 4.182 6.678 14.211 14.188 23 16.732 471 4.667 7.878 4.168 -452 1.709,9 29,2 88.023 19,7 66.431 29,2 78.304 57.249 21.055 21,9 1.046,8 53.392 42.820 45.551 30.969 14.582 660,4 33.867 23.410 32.233 25.782 6.451 2,7 764 201 520 498 22 285.401 226.407 58.994 3.778 55.216 31.968 27.786 4.182 23.248 279.460 220.466 58.994 24.488 6.609 13.150 46.692 45.187 1.505 1.505 16.163 26.065 9.761 16.304 16.004 300 24.134 9.096 29.211 26.106 1.545 1.560 19.869 1.216 18.653 780 17.873 12.083 20.126 2.884 48 17.194 13.679 11.782 1.897 3.515 31.774 29.589 2.185 22.198 3.670 803 1.667 6.709 770 310 207 4.519 1.522 2.021 332 -1.774 -82 20.674 2.968 754 1.610 6.245 779 281 193 4.435 1.483 1.926
2002 114.032 58.890 53.446 1.696 112.932 1.100 111.281 2.751 33.493 29.577 15.394 8.446 5.517 2.903 2.741 3.589 2.904 3.698 1.108 -75 1.696 49 660 2.332 257 161 86 76 392 - - 1.225 135 58.890 56.347 2.543 53.886 33.493 1.160 1.108 8.446 3.420 2.317 1.719 472 518 2.953 2.741 3.589 660 5.004 2.062 653 1.064 149 357 453 105 53.446 12.603 3.008 36.735 1.100 53.238 208 48.670 15.394 29.577 -75 3.698 4.776 842 49 2.250 1.500 597 722 181 263.024 37.322 161.243 56 495 64.898 19.513 11.494 9.417 -1.418 20 42.328 18.615 20.719 1.075 -679 2.598 42.083 23,5 62,8 13,7 61.780 8.638 32.296 4 95 20.937 3.773 2.987 1.424 -647 9 17.804 5.527 12.106 61 -39 149 6.906 165.129 24.544 103.615 288 287 36.969 15.277 8.168 7.901 -803 11 20.316 11.190 6.511 939 -593 2.269 31.930 36.115 4.140 25.332 -236 113 6.992 463 339 92 32 - 4.208 1.898 2.102 75 -47 180 3.247 26.293 5.196 14.446 215 6.436 146.114 96.653 35.897 146 13.409 9 146.434 76.632 22.693 7 19.733 27.347 22 6.116 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 89.775 14.435 1.250 74.090 33.070 56.705 505 801 45.599 11.402 - 110.246 74.090 36.156 49.238 61.008 24.852 36.156 31.495 4.661 -9.805 205.155 172.999 32.156 214.960 111.281 56.347 53.238 1.696 61.718 14.435 8.991 2.948 6.043 8.730 1.250 801 4.631 1.784 264 45.599 33.070 16.444 68.403 36.908 31.495 15.005 10.344 4.661 6.901 13.070 13.049 21 16.468 505 4.631 8.286 3.318 -272 1.761,1 30,1 93.960 20,2 71.154 29,8 81.132 59.863 21.269 23,2 1.068,6 56.705 45.599 49.514 33.070 16.444 689,7 36.115 25.332 31.150 26.345 4.805 2,8 1.140 223 468 448 20 296.662 231.535 65.127 4.119 61.008 36.156 31.495 4.661 24.852 294.051 228.924 65.127 25.547 6.779 13.396 48.472 46.755 1.717 1.717 16.135 29.240 10.962 18.278 17.888 390 25.763 10.228 30.209 26.751 1.787 1.671 21.436 1.299 20.137 871 19.266 12.447 22.427 3.164 58 19.205 15.680 13.607 2.073 3.525 31.972 29.698 2.274 21.889 2.827 793 1.673 7.159 684 291 195 4.244 1.728 2.295 299 -1.737 -70 20.381 2.244 734 1.613 6.665 660 263 180 4.147 1.686 2.189
2003 112.938 60.464 51.013 1.461 111.864 1.074 110.177 2.761 34.754 28.791 13.392 8.586 5.774 3.066 2.874 3.449 3.159 3.338 1.080 378 1.461 38 746 2.052 328 146 109 73 261 - - 1.043 92 60.464 57.913 2.551 55.414 34.754 1.115 1.080 8.586 3.506 2.446 1.750 357 527 3.081 2.874 3.449 746 5.050 2.243 682 1.082 161 364 485 72 51.013 10.248 3.363 36.328 1.074 50.803 210 45.972 13.392 28.791 378 3.338 5.041 916 38 2.384 1.611 644 765 202 266.631 38.081 164.883 394 310 63.583 25.077 12.266 10.449 2.345 17 43.444 16.892 19.696 977 2.819 3.060 45.216 23,8 61,3 14,9 63.461 9.509 32.617 28 59 21.366 5.199 4.229 921 49 - 15.341 5.076 6.438 545 1.574 1.708 11.224 163.552 23.862 104.497 598 180 34.775 19.345 7.733 9.357 2.238 17 24.689 9.958 11.908 403 1.160 1.260 29.431 39.618 4.710 27.769 -232 71 7.442 533 304 171 58 - 3.414 1.858 1.350 29 85 92 4.561 30.357 5.132 14.984 231 10.010 128.495 84.782 41.190 138 2.381 4 130.301 68.473 30.721 7 4.494 26.582 24 8.204 17,8 78,4 3,7 5.414 1.563 3.169 45 637 57.389 27.818 30.259 14 -702 - 55.590 25.805 21.338 1 4.161 4.283 2 2.436 23.808 3.507 11.520 243 8.538 65.950 51.998 10.772 123 3.053 4 69.443 37.910 8.877 6 333 22.295 22 5.045 1.135 62 295 -57 835 5.156 4.966 159 1 30 - 5.268 4.758 506 - - 4 - 723 94.791 15.611 1.348 77.832 34.945 59.846 539 768 48.040 12.035 - 116.793 77.832 38.961 51.974 64.819 25.858 38.961 34.131 4.830 -15.041 209.580 175.999 33.581 224.621 110.177 57.913 50.803 1.461 65.822 15.611 9.098 2.797 6.301 8.872 1.348 768 4.525 1.922 309 48.040 34.945 16.958 73.639 39.508 34.131 15.591 10.761 4.830 6.749 12.406 12.386 20 16.293 539 4.525 8.259 3.362 -392 1.798,2 31,1 100.599 21,1 76.104 31,0 85.453 62.180 23.273 25,3 1.071,1 59.846 48.040 51.903 34.945 16.958 724,4 39.618 27.769 33.101 26.818 6.283 2,7 1.135 295 449 417 32 299.917 230.907 69.010 4.191 64.819 38.961 34.131 4.830 25.858 302.922 233.912 69.010 26.009 6.899 12.827 50.907 49.304 1.603 1.603 15.793 31.326 11.580 19.746 19.361 385 26.050 10.890 29.721 26.192 1.822 1.707 22.593 1.409 21.184 942 20.242 12.153 24.090 3.455 56 20.579 17.055 14.770 2.285 3.524 33.664 31.351 2.313 22.382 3.170 811 1.762 6.887 723 292 195 4.260 1.839 2.443 294 -2.123 -70 20.483 2.351 765 1.706 6.261 644 265 182 4.183 1.795 2.331
2004 116.177 63.301 51.363 1.513 114.941 1.236 113.661 2.516 35.811 27.246 14.994 9.358 6.074 3.328 3.003 3.794 3.386 3.578 1.166 109 1.513 44 740 2.033 413 148 101 61 228 - - 1.033 49 63.301 60.975 2.326 58.040 35.811 713 1.166 9.358 3.901 2.557 1.943 378 579 3.278 3.003 3.794 740 5.261 2.404 737 1.087 153 368 503 63 51.363 10.813 4.382 34.932 1.236 51.173 190 45.988 14.994 27.246 109 3.578 5.375 982 44 2.591 1.709 678 805 226 273.709 38.819 168.539 32 242 66.561 35.214 12.320 12.336 10.541 17 48.039 16.820 24.513 986 2.299 3.421 53.736 25,2 59,8 15,1 68.858 9.707 35.949 2 46 23.246 10.324 4.027 1.814 4.476 7 17.170 4.985 8.783 500 1.166 1.736 16.400 163.584 24.275 102.473 730 141 36.247 24.307 8.078 10.208 6.011 10 26.490 10.129 13.309 449 1.047 1.556 34.064 41.267 4.837 30.117 -700 55 7.068 583 215 314 54 - 4.379 1.706 2.421 37 86 129 3.272 31.614 5.182 15.399 228 10.805 146.879 85.738 49.134 141 11.862 4 147.500 68.777 33.676 5 18.931 26.087 24 10.184 19,1 77,6 3,3 6.040 1.496 3.107 48 1.389 72.997 29.059 35.175 15 8.748 - 71.757 26.575 22.516 1 18.674 3.989 2 2.629 24.526 3.633 12.042 230 8.621 68.857 51.716 13.917 125 3.095 4 70.401 37.620 10.408 4 257 22.090 22 7.077 1.048 53 250 -50 795 5.025 4.963 42 1 19 - 5.342 4.582 752 - - 8 - 478 96.515 16.399 1.302 78.814 35.292 61.223 549 662 48.909 12.427 - 118.942 78.814 40.128 52.550 66.392 26.264 40.128 35.358 4.770 -8.679 217.724 181.993 35.731 226.403 113.661 60.975 51.173 1.513 68.332 16.399 10.204 2.845 7.359 9.128 1.302 662 4.873 1.966 325 48.909 35.292 15.833 75.537 40.179 35.358 15.690 10.920 4.770 6.881 12.217 12.199 18 16.044 549 4.873 9.122 3.208 -1.708 1.785,8 31,3 103.538 21,1 79.276 31,6 85.825 63.648 22.177 23,8 1.051,6 61.223 48.909 51.125 35.292 15.833 731,6 41.267 30.117 34.282 27.968 6.314 2,6 1.048 250 418 388 30 305.229 234.577 70.652 4.260 66.392 40.128 35.358 4.770 26.264 309.173 238.521 70.652 26.211 6.965 12.762 52.992 51.343 1.649 1.649 15.521 32.404 12.189 20.215 19.813 402 27.189 11.009 29.086 25.524 1.811 1.751 23.264 1.491 21.773 844 20.929 12.294 24.676 3.615 57 21.004 17.822 15.545 2.277 3.182 34.800 32.408 2.392 21.926 2.665 831 1.704 6.701 727 300 200 4.367 1.903 2.528 276 -2.023 -71 20.108 1.922 789 1.651 6.069 645 272 187 4.294 1.862 2.417
2005 126.669 66.292 58.667 1.710 125.039 1.630 124.042 2.627 36.950 27.573 17.069 9.327 7.046 3.573 3.148 4.252 3.594 4.472 1.265 3.651 1.710 60 743 2.236 418 149 99 85 214 - - 1.150 121 66.292 63.875 2.417 60.693 36.950 734 1.265 9.327 3.835 2.585 2.000 373 534 4.128 3.148 4.252 743 5.599 2.552 787 1.110 155 365 505 85 58.667 12.084 5.206 39.747 1.630 58.457 210 52.850 17.069 27.573 3.651 4.472 5.817 1.042 60 2.786 1.808 731 832 245 287.162 40.268 170.995 746 352 75.505 39.631 11.737 34.674 -6.796 16 65.121 17.849 43.690 1.147 -2.199 4.634 50.015 25,2 59,9 14,9 72.365 10.075 38.312 47 67 23.998 8.244 3.917 5.823 -1.500 4 24.135 5.862 19.116 289 -2.300 1.168 8.107 171.962 25.177 101.512 899 205 44.579 30.702 7.568 28.443 -5.321 12 36.064 10.329 21.548 815 81 3.291 39.217 42.835 5.016 31.171 -200 80 6.928 685 252 408 25 - 4.922 1.658 3.026 43 20 175 2.691 33.837 4.609 15.617 283 13.328 160.363 88.351 60.425 167 11.417 3 164.210 72.077 69.797 8 -6.831 29.132 27 9.481 19,4 77,3 3,3 6.578 1.448 3.412 60 1.658 80.863 27.827 45.084 22 7.930 - 79.048 24.771 56.352 2 -7.114 5.034 3 3.473 26.140 3.111 11.914 259 10.856 75.222 56.304 15.294 144 3.477 3 80.240 43.185 12.652 6 283 24.090 24 5.838 1.119 50 291 -36 814 4.278 4.220 47 1 10 - 4.922 4.121 793 - - 8 - 170 98.800 17.256 1.289 80.255 36.410 62.390 559 584 49.543 12.872 - 121.685 80.255 41.430 53.018 68.667 27.237 41.430 36.405 5.025 -1.449 228.516 190.519 37.997 229.965 124.042 63.875 58.457 1.710 66.477 17.256 11.507 2.720 8.787 9.234 1.289 584 5.009 2.139 213 49.543 36.410 16.916 76.432 40.027 36.405 16.206 11.181 5.025 6.200 12.125 12.103 22 16.133 559 5.009 9.587 3.013 -2.035 1.780,4 31,3 106.344 20,7 81.005 31,8 89.299 65.734 23.565 24,1 1.047,6 62.390 49.543 53.326 36.410 16.916 730,0 42.835 31.171 35.664 29.031 6.633 2,8 1.119 291 309 293 16 311.876 238.862 73.014 4.347 68.667 41.430 36.405 5.025 27.237 319.010 245.996 73.014 25.985 6.992 12.819 55.579 53.893 1.686 1.686 15.513 33.535 12.733 20.802 20.393 409 28.289 11.366 29.348 25.647 1.858 1.843 23.831 1.316 22.515 856 21.659 12.540 25.631 3.746 64 21.821 18.495 16.012 2.483 3.326 37.582 35.157 2.425 22.761 2.701 927 1.896 6.790 747 320 214 4.662 1.934 2.570 285 -2.400 -58 20.588 1.798 874 1.850 6.000 636 290 199 4.582 1.897 2.462
2006 135.268 70.859 62.598 1.811 133.413 1.855 132.332 2.936 39.888 31.646 17.907 9.860 7.649 3.860 3.452 4.566 2.558 4.454 1.437 3.517 1.811 -6 752 1.917 348 152 103 93 114 - - 1.070 37 70.859 68.151 2.708 65.217 39.888 923 1.437 9.860 3.982 2.836 2.144 321 577 4.545 3.452 4.566 752 5.642 2.558 829 1.185 198 381 515 91 62.598 12.598 5.546 42.599 1.855 62.370 228 57.617 17.907 31.646 3.517 4.454 4.981 - -6 3.031 1.919 816 841 262 304.212 41.499 179.049 992 91 82.763 45.631 14.737 23.640 7.237 17 67.932 21.012 33.775 984 5.855 6.306 60.462 25,9 59,3 14,8 78.791 10.937 39.889 62 17 27.920 11.499 5.193 3.705 2.595 6 20.872 6.982 10.521 259 1.452 1.658 18.547 180.467 25.485 106.467 831 53 47.737 33.484 9.236 19.653 4.584 11 41.895 12.089 20.391 689 4.313 4.413 39.326 44.954 5.077 32.693 99 21 7.106 648 308 282 58 - 5.165 1.941 2.863 36 90 235 2.589 31.077 4.647 16.606 211 9.613 208.308 116.407 90.167 138 1.593 3 203.035 103.472 47.786 8 22.615 29.127 27 14.886 21,6 75,0 3,4 6.707 1.423 3.574 48 1.662 97.089 35.420 67.311 45 -5.687 - 95.656 37.730 33.265 1 19.796 4.862 2 3.095 23.310 3.175 12.762 187 7.186 105.856 75.724 22.797 92 7.240 3 101.936 60.879 13.942 7 2.819 24.264 25 11.106 1.060 49 270 -24 765 5.363 5.263 59 1 40 - 5.443 4.863 579 - - 1 - 685 102.645 17.556 1.393 83.696 39.024 63.621 562 633 50.216 13.476 - 135.442 83.696 51.746 55.600 79.842 28.096 51.746 46.118 5.628 2.792 248.820 207.942 40.878 246.028 132.332 68.151 62.370 1.811 75.610 17.556 14.639 3.029 11.610 8.683 1.393 633 4.240 2.160 257 50.216 39.024 17.862 86.011 39.893 46.118 19.578 13.950 5.628 6.149 11.896 11.893 3 15.292 562 4.240 10.352 2.608 -2.470 1.787,9 31,0 109.635 20,3 83.179 31,4 94.726 69.813 24.913 23,0 1.044,5 63.621 50.216 56.886 39.024 17.862 740,7 44.954 32.693 37.492 30.467 7.025 2,7 1.060 270 348 322 26 329.623 245.175 84.448 4.606 79.842 51.746 46.118 5.628 28.096 334.717 250.269 84.448 27.227 7.212 13.599 58.268 56.242 2.026 2.026 16.273 35.559 5.742 29.817 29.416 401 30.014 11.634 30.487 26.586 1.999 1.902 24.611 1.350 23.261 843 22.418 13.124 26.597 3.687 74 22.836 19.461 16.702 2.759 3.375 40.112 37.579 2.533 25.422 3.656 1.018 2.117 7.103 807 357 239 5.209 2.112 2.804 335 -2.751 -56 22.951 2.530 955 2.080 6.234 683 326 224 5.152 2.074 2.693
2007 144.471 74.333 68.256 1.882 142.933 1.538 141.040 3.431 42.873 37.729 18.552 10.013 6.990 4.096 3.647 4.925 2.684 4.062 1.679 2.294 1.882 30 807 2.208 345 155 109 138 43 - - 1.191 227 74.333 71.214 3.119 68.385 42.873 975 1.679 10.013 4.010 2.965 2.136 335 567 3.789 3.647 4.925 807 5.948 2.684 891 1.182 211 369 516 86 68.256 13.779 5.084 47.855 1.538 67.944 312 62.775 18.552 37.729 2.294 4.062 5.481 - 30 3.205 2.019 883 869 267 325.204 43.201 190.018 451 -331 91.203 55.275 16.050 32.716 6.492 17 77.921 24.740 42.846 1.187 3.345 5.803 68.557 25,9 59,3 14,8 84.228 11.386 42.810 28 -62 29.942 12.565 6.768 4.965 830 2 28.220 9.715 17.138 312 -471 1.526 14.287 192.920 26.530 112.624 267 -193 53.306 41.964 8.982 27.358 5.609 15 44.140 12.946 22.543 832 3.758 4.061 51.130 48.056 5.285 34.584 156 -76 7.955 746 300 393 53 - 5.561 2.079 3.165 43 58 216 3.140 28.607 4.736 17.603 246 6.022 267.322 148.553 111.458 136 7.175 - 264.012 128.794 74.909 8 29.046 31.227 28 9.332 25,8 71,7 2,5 7.387 1.458 4.301 58 1.570 140.342 49.096 88.809 22 2.415 - 137.874 48.149 56.447 1 29.089 4.186 2 4.038 20.505 3.217 13.007 209 4.072 119.079 91.639 22.591 114 4.735 - 118.750 74.201 17.519 7 -43 27.040 26 4.401 715 61 295 -21 380 7.901 7.818 58 - 25 - 7.388 6.444 943 - - 1 - 893 107.424 18.017 1.422 87.985 40.961 66.463 569 630 52.273 14.251 - 143.872 87.985 55.887 58.336 85.536 29.649 55.887 47.892 7.995 929 259.772 218.103 41.669 258.843 141.040 71.214 67.944 1.882 77.063 18.017 14.829 3.260 11.569 8.823 1.422 630 4.405 2.136 230 52.273 40.961 18.996 88.120 40.228 47.892 22.312 14.317 7.995 7.127 12.586 12.583 3 16.468 569 4.405 9.903 3.454 -1.863 1.816,6 30,8 115.234 20,2 87.152 31,1 100.505 73.855 26.650 22,8 1.058,7 66.463 52.273 59.957 40.961 18.996 755,4 48.056 34.584 40.195 32.569 7.626 2,5 715 295 353 325 28 346.599 256.199 90.400 4.864 85.536 55.887 47.892 7.995 29.649 349.635 259.235 90.400 28.308 7.530 14.220 59.629 57.481 2.148 2.148 16.805 37.617 6.178 31.439 31.053 386 31.218 11.748 31.712 27.672 2.116 1.924 26.153 1.420 24.733 837 23.896 13.838 28.350 2.977 81 25.292 21.849 16.839 5.010 3.443 42.507 39.840 2.667 27.186 3.491 1.135 2.379 7.642 886 389 260 5.668 2.292 3.044 390 -3.326 -76 24.175 2.208 1.037 2.351 6.544 717 354 243 5.587 2.234 2.900
2008 147.137 75.719 69.622 1.796 145.577 1.560 143.575 3.562 43.221 40.636 18.814 10.516 8.089 4.509 3.236 4.375 2.792 4.292 1.800 -142 1.796 20 795 2.388 377 158 174 159 20 - - 1.325 175 75.719 72.498 3.221 69.296 43.221 903 1.800 10.516 4.049 3.176 2.360 328 603 4.624 3.236 4.375 795 6.423 2.792 959 1.347 209 364 535 239 69.622 14.957 4.193 48.912 1.560 69.281 341 63.759 18.814 40.636 -142 4.292 5.863 - 20 3.550 2.118 954 885 279 339.872 44.990 201.020 662 266 93.466 52.344 17.021 33.163 2.143 17 81.793 27.487 42.454 1.286 1.000 9.566 64.017 24,4 60,9 14,7 82.997 11.857 42.238 42 49 28.909 10.622 7.792 2.680 147 3 30.986 9.958 19.047 338 -873 2.516 8.545 206.914 27.629 122.781 392 155 56.267 40.942 8.931 30.051 1.946 14 45.048 15.103 20.526 901 1.824 6.694 52.161 49.961 5.504 36.000 228 61 8.290 781 299 432 50 - 5.759 2.426 2.881 47 49 356 3.312 29.145 4.848 17.542 244 6.511 253.167 168.287 97.084 131 -12.335 - 265.744 145.957 79.320 8 9.864 30.567 28 -6.066 24,1 69,0 6,8 7.031 1.934 4.810 53 234 136.154 63.385 75.325 21 -2.577 - 136.718 61.056 61.306 2 10.755 3.596 3 -330 20.121 2.426 11.604 192 5.899 110.913 91.926 21.532 109 -2.654 - 116.435 73.988 16.685 6 -891 26.622 25 377 1.993 488 1.128 -1 378 6.100 12.976 227 1 -7.104 - 12.591 10.913 1.329 - - 349 - -6.113 113.736 18.837 1.430 93.469 44.004 69.732 594 645 54.691 15.092 - 152.813 93.469 59.344 62.266 90.547 31.203 59.344 50.363 8.981 2.903 277.684 229.839 47.845 274.781 143.575 72.498 69.281 1.796 86.264 18.837 20.317 3.643 16.674 8.691 1.430 645 4.178 2.205 233 54.691 44.004 20.548 91.722 41.359 50.363 24.966 15.985 8.981 7.191 13.206 13.202 4 18.453 594 4.178 10.486 4.382 -1.187 1.842,9 30,6 121.686 20,5 91.819 31,2 107.489 79.257 28.232 23,2 1.058,4 69.732 54.691 64.552 44.004 20.548 769,9 49.961 36.000 41.390 33.860 7.530 14,6 1.993 1.128 1.547 1.393 154 354.052 258.430 95.622 5.075 90.547 59.344 50.363 8.981 31.203 360.964 265.342 95.622 30.068 7.865 14.302 62.124 59.965 2.159 2.159 16.987 40.903 7.297 33.606 33.174 432 32.844 11.375 32.439 28.299 2.140 2.000 27.505 1.490 26.015 879 25.136 13.881 29.531 2.668 96 26.767 23.132 17.189 5.943 3.635 41.140 38.301 2.839 26.686 2.618 1.154 2.625 7.278 906 202 257 6.057 2.440 3.149 414 -3.695 -78 23.327 1.276 1.027 2.572 5.943 802 178 230 5.935 2.361 3.003
2009 139.883 70.147 67.919 1.817 139.259 624 137.576 2.307 40.086 47.044 11.604 10.696 8.343 4.869 2.145 2.745 2.936 2.317 1.518 535 1.817 25 849 2.354 302 158 222 222 6 - - 1.313 131 70.147 68.073 2.074 63.324 40.086 229 1.518 10.696 4.028 3.369 2.318 306 675 4.597 2.145 2.745 849 6.823 2.936 1.034 1.540 222 309 666 343 67.919 8.427 3.425 55.443 624 67.686 233 61.722 11.604 47.044 535 2.317 6.197 - 25 3.835 2.206 1.024 779 403 322.929 46.025 201.913 -480 1.665 77.136 32.477 12.045 16.326 4.090 16 59.866 20.136 29.809 1.287 1.811 6.823 49.747 29,2 58,1 12,7 94.399 11.937 51.402 -127 439 31.626 10.032 5.324 4.426 281 1 24.282 7.128 13.762 338 1.259 1.795 17.376 187.647 28.876 122.050 -305 1.059 38.084 21.712 6.331 11.614 3.752 15 31.425 11.272 13.965 902 512 4.774 28.371 40.883 5.212 28.461 -48 167 7.426 733 390 286 57 - 4.159 1.736 2.082 47 40 254 4.000 36.676 4.857 17.166 249 14.404 190.600 114.890 88.145 135 -12.570 - 202.159 102.863 67.270 8 7.757 24.232 29 2.845 4,2 76,6 19,2 1.558 1.037 2.362 24 -1.865 101.568 35.376 74.283 10 -8.101 - 97.838 30.749 57.552 1 8.050 1.483 3 1.865 28.085 2.480 11.472 181 13.952 70.717 60.179 12.822 123 -2.407 - 81.014 51.367 8.110 7 -293 21.797 26 3.655 7.033 1.340 3.332 44 2.317 18.315 19.335 1.040 2 -2.062 - 23.307 20.747 1.608 - - 952 - -2.675 120.672 19.170 1.469 100.033 47.388 73.284 611 790 57.725 15.738 - 164.140 100.033 64.107 66.825 97.315 33.208 64.107 54.336 9.771 -31.994 262.788 216.764 46.024 294.782 137.576 68.073 67.686 1.817 79.188 19.170 17.837 4.239 13.598 9.017 1.469 790 4.277 2.281 200 57.725 47.388 21.553 98.119 43.783 54.336 27.331 17.560 9.771 8.891 12.442 12.438 4 21.333 611 4.277 8.279 7.509 657 1.870,7 31,5 121.200 21,1 89.518 30,0 109.848 80.596 29.252 27,7 1.080,7 73.284 57.725 68.941 47.388 21.553 741,9 40.883 28.461 35.018 27.708 7.310 48,1 7.033 3.332 5.889 5.500 389 357.045 254.664 102.381 5.066 97.315 64.107 54.336 9.771 33.208 360.852 258.471 102.381 30.292 8.130 14.198 63.693 61.558 2.135 2.135 16.224 43.603 7.079 36.524 36.022 502 30.626 10.888 31.376 27.262 2.065 2.049 29.513 1.548 27.965 1.266 26.699 13.241 31.357 2.628 87 28.642 24.684 18.314 6.370 3.958 37.711 34.797 2.914 24.219 1.598 992 2.515 6.546 803 46 307 5.758 2.457 3.197 293 -2.707 -71 21.735 735 925 2.423 5.624 741 33 156 5.609 2.397 3.092
2010 146.083 73.549 70.817 1.717 145.240 843 143.208 2.875 42.654 46.102 12.782 11.120 8.517 5.209 2.096 2.785 3.046 3.089 1.727 2.076 1.717 23 861 2.279 236 156 221 221 - - - 1.332 113 73.549 71.363 2.186 66.462 42.654 196 1.727 11.120 4.086 3.573 2.437 331 693 4.606 2.096 2.785 861 7.087 3.046 1.131 1.578 206 319 695 358 70.817 10.350 3.036 56.588 843 70.128 689 64.270 12.782 46.102 2.076 3.089 6.547 - 23 4.078 2.333 1.096 808 429 327.892 46.543 201.801 -398 -95 79.851 49.197 12.531 25.943 10.706 17 70.079 18.942 35.043 1.344 7.340 7.410 58.969 30,6 57,5 11,9 100.335 12.173 51.874 -238 -30 36.496 11.535 5.540 5.173 821 1 30.405 6.706 16.179 362 5.209 1.949 17.625 188.621 29.218 121.997 -126 -45 37.487 36.878 6.586 20.455 9.821 16 35.165 10.603 16.361 941 2.076 5.185 39.200 38.936 5.152 27.930 -34 -20 5.868 784 405 315 64 4.508 1.633 2.503 41 55 276 2.144 42.253 4.610 17.517 229 19.897 216.072 95.594 120.855 191 -568 - 226.124 92.591 90.272 8 23.088 20.135 30 9.845 9,6 72,7 17,7 4.060 1.111 3.009 23 -83 140.915 30.772 111.187 16 -1.060 - 137.896 32.689 80.596 3 23.135 1.467 6 2.936 30.712 2.720 11.853 200 15.939 59.091 50.182 8.844 173 -108 - 69.756 44.262 7.783 5 -46 17.728 24 5.274 7.481 779 2.655 6 4.041 16.066 14.640 824 2 600 - 18.472 15.640 1.893 - -1 940 - 1.635 122.155 20.026 1.528 100.601 46.869 75.286 641 853 59.229 16.269 - 166.970 100.601 66.369 66.671 100.299 33.930 66.369 56.321 10.048 -29.535 271.749 226.317 45.432 301.284 143.208 71.363 70.128 1.717 83.109 20.026 16.223 3.395 12.828 9.183 1.528 853 4.116 2.344 342 59.229 46.869 21.367 102.200 45.879 56.321 28.851 18.803 10.048 9.196 11.624 11.614 10 21.948 641 4.116 10.228 7.386 -423 1.874,9 31,8 121.703 20,7 89.814 29,9 106.598 78.104 28.494 27,3 1.095,1 75.286 59.229 68.236 46.869 21.367 738,9 38.936 27.930 33.362 26.388 6.974 41,0 7.481 2.655 5.000 4.847 153 363.818 258.434 105.384 5.085 100.299 66.369 56.321 10.048 33.930 368.498 263.114 105.384 30.768 8.308 14.344 65.356 63.143 2.213 2.213 16.099 45.448 7.285 38.163 37.658 505 32.841 10.905 30.294 26.111 2.082 2.101 30.124 1.635 28.489 1.215 27.274 12.875 32.411 2.998 80 29.333 25.283 18.663 6.620 4.050 38.725 35.802 2.923 24.880 2.685 997 2.141 6.221 802 407 429 5.332 2.531 3.335 305 -2.545 -76 22.563 1.720 926 2.049 5.484 755 384 343 5.185 2.469 3.249
2011** 142.552 72.147 68.867 1.538 141.573 979 139.725 2.827 41.610 47.226 12.409 11.268 8.511 5.175 1.978 1.935 3.171 2.834 1.997 -533 1.538 11 1.020 2.402 297 159 238 237 -5 - - 1.286 190 72.147 69.564 2.583 64.905 41.610 289 1.997 11.268 4.054 3.691 2.527 314 682 4.408 1.978 1.935 1.020 7.242 3.171 1.103 1.682 220 325 705 432 68.867 9.715 2.955 55.218 979 68.623 244 62.173 12.409 47.226 -533 2.834 6.694 - 11 4.072 2.421 1.146 825 450 338.359 46.200 207.140 52 476 85.443 55.729 12.992 34.105 8.615 17 76.609 24.216 33.272 1.483 9.028 8.610 64.563 29,6 59,1 11,3 100.161 11.998 51.289 -250 -80 37.044 11.825 4.937 6.335 552 1 33.006 8.573 15.361 400 6.407 2.265 15.863 199.817 29.056 127.949 282 571 43.102 43.018 7.635 27.356 8.012 16 39.059 13.855 15.587 1.039 2.553 6.024 47.061 38.381 5.146 27.902 21 -15 5.297 886 421 414 51 4.545 1.788 2.324 45 68 321 1.638 41.214 4.574 17.534 268 18.838 218.145 107.921 135.952 185 -25.913 - 223.735 100.723 72.316 4 26.690 23.970 32 13.248 7,6 74,0 18,4 3.138 1.030 2.855 37 -784 128.363 33.540 122.390 10 -27.577 - 125.356 33.695 62.915 - 26.731 2.011 4 2.223 30.479 2.842 12.165 212 15.260 70.359 57.875 11.230 174 1.080 - 78.429 48.874 8.510 4 -39 21.052 28 7.190 7.597 702 2.514 19 4.362 19.423 16.506 2.332 1 584 - 19.950 18.154 891 - -2 907 - 3.835 120.804 20.020 1.582 99.202 45.453 75.351 670 849 58.893 16.637 - 167.330 99.202 68.128 65.142 102.188 34.060 68.128 58.130 9.998 -25.611 273.104 228.488 44.616 298.715 139.725 69.564 68.623 1.538 88.763 20.020 15.747 3.043 12.704 8.849 1.582 849 3.860 2.292 266 58.893 45.453 20.048 105.039 46.909 58.130 30.069 20.071 9.998 8.596 11.945 11.936 9 18.672 670 3.860 10.017 4.758 -633 1.861,7 31,5 121.329 20,3 89.309 29,2 103.957 76.108 27.849 25,7 1.080,8 75.351 58.893 65.501 45.453 20.048 744,2 38.381 27.902 33.721 26.012 7.709 36,7 7.597 2.514 4.735 4.643 92 371.770 264.296 107.474 5.286 102.188 68.128 58.130 9.998 34.060 373.951 266.477 107.474 31.459 8.272 14.437 65.977 63.666 2.311 2.311 16.010 46.779 7.414 39.365 38.861 504 33.954 11.143 29.405 25.193 2.100 2.112 30.256 1.703 28.553 1.247 27.306 13.440 33.221 3.293 81 29.847 25.709 19.269 6.440 4.138 39.598 36.493 3.105 24.609 2.270 1.068 2.227 6.284 809 273 393 5.207 2.672 3.405 355 -2.706 -75 22.183 1.286 1.003 2.146 5.436 752 260 300 5.083 2.614 3.304
2012* 138.611 71.056 66.172 1.383 137.651 960 135.339 3.272 41.699 45.207 11.854 11.289 8.174 5.138 1.500 1.128 3.348 3.064 2.159 -902 1.383 2 1.145 2.423 267 158 230 229 - - - 1.322 217 71.056 68.367 2.689 63.588 41.699 263 2.159 11.289 3.928 3.657 2.653 348 703 4.013 1.500 1.128 1.145 7.468 3.348 1.097 1.701 266 327 705 403 66.172 9.402 2.882 52.928 960 65.589 583 59.452 11.854 45.207 -902 3.064 6.720 - 2 4.041 2.460 1.153 851 456 339.897 46.744 210.147 206 643 83.443 49.155 11.841 31.324 5.973 17 63.025 16.028 28.834 1.505 5.968 10.690 69.573 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44.605 4.128 17.741 765 21.971 174.271 87.268 92.724 170 -5.891 - 183.434 83.241 69.444 8 7.398 23.311 32 12.808 6,8 75,9 17,3 3.013 1.042 2.812 95 -936 103.310 28.590 81.497 9 -6.786 - 99.911 27.736 61.849 2 8.556 1.764 4 2.463 33.859 2.522 12.354 516 18.467 55.794 45.846 9.141 160 647 - 66.372 40.884 5.988 6 -1.156 20.622 28 7.889 7.733 564 2.575 154 4.440 15.167 12.832 2.086 1 248 - 17.151 14.621 1.607 - -2 925 - 2.456 121.089 19.825 1.559 99.705 45.505 75.584 699 721 58.649 16.957 - 170.614 99.705 70.909 65.651 104.963 34.054 70.909 61.467 9.442 -23.940 278.149 231.119 47.030 302.089 135.339 68.367 65.589 1.383 95.780 19.825 18.489 2.853 15.636 8.716 1.559 721 3.829 2.385 222 58.649 45.505 20.022 110.462 48.995 61.467 29.526 20.084 9.442 7.923 10.995 10.984 11 19.007 699 3.829 10.282 4.781 -584 . . . . . . . . . . 1.057,9 75.584 58.649 65.527 45.505 20.022 . . . . . . 36,0 7.733 2.575 4.597 4.452 145 374.468 264.151 110.317 5.354 104.963 70.909 61.467 9.442 34.054 378.257 267.940 110.317 32.294 8.543 14.155 68.296 66.008 2.288 2.288 15.453 49.429 7.587 41.842 41.250 592 32.735 11.051 28.951 24.705 2.123 2.123 30.310 1.769 28.541 1.240 27.301 13.577 33.763 3.511 83 30.169 26.131 20.217 5.914 4.038 39.700 36.552 3.148 23.893 2.530 1.043 1.849 5.797 758 308 275 4.953 2.924 3.455 288 -2.154 -126 21.901 1.703 958 1.739 5.267 711 291 224 4.771 2.845 3.392
Bron: CBS
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

Deze tabel bevat de gegevens van de(sub)sectorspecifieke detailgegevens van de publicatie Nationale rekeningen. Deze serie legt het verband tussen de detailgegevens over belastingen en de macro-gegevens. De serie eindigt met tabellen die een verdere uitsplitsing tonen van enkele sectoren.

De hoofdstructuur kent een onderverdeling in 4 rubrieken:
Belastingen
Transacties niet-financiële vennootschappen naar eigendom.
Transacties financiële instellingen naar eigendom.
Sectorspecifieke gegevens van enkele (sub)sectoren

De onderwerpen komen overeen met de tabeltitels uit het hoofdstuk (sub)sectorspecifieke detailgegevens van de papieren publicatie Nationale rekeningen.

In 2005 zijn de nationale rekeningen herzien aan de hand van conceptuele wijzigingen op de internationale richtlijnen van de Europese Unie (ESR 1995). Bovendien zijn nieuwe statistische inzichten en nieuwe bronnen in deze revisie 2001 verwerkt.

Gegevens beschikbaar vanaf 1988 tot 2012.

Status van de cijfers:
Cijfers vanaf 1988 zijn definitief. De twee meest recente jaren hebben nog een (nader) voorlopig karakter.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 25 juni 2014:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Belastingen
Belastingen zijn verplichte betalingen aan de overheid en de Europese
Unie (EU) waar geen directe tegenpresentatie tegenover staat. De
belastingen worden onderverdeeld in:
- belastingen op productie en invoer;
- belastingen op inkomen en vermogen;
- vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten).
Algemeen: totalen
Totaal belastingen
Totaal van de belastingsoorten.
Belastingen: totalen
Belastingen zijn verplichte betalingen aan de overheid en de
Europese Unie (EU) waar geen directe tegenpresentatie tegenover staat. De
belastingen worden onderverdeeld in:
- belastingen op productie en invoer;
- belastingen op inkomen en vermogen;
- vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten).
Op productie en invoer
Belastingen op productie en invoer.
Verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie (EU) die
verband houden met productie en invoer en met het gebruik van
productiefactoren. Deze belastingen worden onderscheiden in
productgebonden belastingen en niet-productgebonden belastingen.
Deze belastingen hebben betrekking op alle door producenten aan de
overheid en de EU betaalde belastingen, met uitzondering van de
belastingen over de winst. Zij worden geregistreerd volgens het
bestemmingscriterium. Belastingen die door de centrale overheid worden
geïnd ten behoeve van de lokale overheid of de EU worden dus niet geboekt
bij de centrale overheid.
Op inkomen en vermogen
Belastingen op inkomen en vermogen.
Belastingen op inkomen en vermogen zijn alle verplichte betalingen die
regelmatig door de overheid over het inkomen en vermogen van bedrijven en
huishoudens worden geheven. Bij vennootschappen is dit met name de
vennootschapsbelasting en de dividendbelasting. Deze belastingen hebben
als grondslag de winst van vennootschappen. De belangrijkste belasting op
inkomen betaald door huishoudens is de loon-en inkomstenbelasting. Alle
belastingen die huishoudens afdragen in hun hoedanigheid van consument
worden gerekend tot belastingen op inkomen en vermogen. Zo wordt het deel
van de onroerendezaakbelasting op woningen dat is betaald door bewoners,
gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen. Het deel dat is
betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de eigen-huis
eigenaren behoren, wordt beschouwd als belasting op productie. Enkele
belastingsoorten die bij producenten gerekend worden tot belastingen op
productie en invoer worden bij huishoudens, in hun hoedanigheid van
consument, beschouwd als belastingen op inkomen en vermogen. Zo is de
motorrijtuigenbelasting op auto's die privé worden gebruikt, gerekend tot
de belastingen op inkomen en vermogen. Niet-periodieke heffingen, zoals de
successierechten, zijn als vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten)
aangemerkt.
Kapitaaloverdrachten
Belastingen over Kapitaaloverdrachten.
Kapitaaloverdrachten:
Betalingen of overdracht van eigendom van activa (geen voorraden of geld)
waar geen tegenprestatie tegenover staat. De betaling van een
kapitaaloverdracht drukt op het vermogen van de betaler. De ontvangst van
een kapitaalsoverdracht is over het algemeen bedoeld om investeringen in
vaste activa, of andere langetermijn uitgaven, van de ontvanger te
financieren.
Er zijn vier deeltransacties onderscheiden: investeringsbijdragen,
vermogensheffingen, overige kapitaaloverdrachten en de toegerekende
kapitaaloverdrachten.
Betaald door ingezetenen
Belastingen betaald door ingezetenen.
Ingezetenen:
Eenheden die gedurende een periode van minimaal een jaar economische
activiteiten in een gebied verrichten.
Betaald door het buitenland
Belastingen betaald door het buitenland.
Buitenland:
In de nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
Ontvangen door de overheid
Belastingen ontvangen door de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Ontvangen door het buitenland
Belastingen ontvangen door het buitenland.
Buitenland:
In de nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
Belastingen: afzonderlijk
Belastingen zijn verplichte betalingen aan de overheid en de
Europese Unie (EU) waar geen directe tegenpresentatie tegenover staat. De
belastingen worden onderverdeeld in:
- belastingen op productie en invoer;
- belastingen op inkomen en vermogen;
- vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten).
Over de toegevoegde waarde (btw)
Belastingen over de toegevoegde waarde.
Een productgebonden belasting die op de verschillende momenten van
levering door producenten wordt geïnd en uiteindelijk volledig ten laste
komt van de eindgebruikers. Producenten dragen alleen het verschil af
tussen de belasting over de toegevoegde waarde (btw) op hun verkopen en
de btw op hun aankopen.
Loonbelasting
Belasting die door de werkgever wordt ingehouden op het loon van de
werknemer, als onderdeel van de loonheffing. De werkgever draagt deze
belasting vervolgens af aan de overheid en doet daarvoor maandelijks
aangifte.
Vennootschapsbelasting
Belasting die wordt geheven over de winst van ondernemingen. De
vennnootschapsbelasting wordt gerekend tot de belastingen op inkomen.
Accijnzen
Productgebonden belastingen op productie. Voorbeelden zijn accijnzen op
benzine, tabak en alcohol. De accijnzen zijn verschuldigd over de uitslag
(levering, verkoop) en de invoer van de betreffende producten.
Milieuheffingen
Heffingen die zijn ingevoerd voor de financiering van specifieke
milieumaatregelen die door de overheid worden uitgevoerd. Milieuheffingen
is de verzamelnaam voor de volgende belastingen: rioolrechten,
verontreinigingsheffing, omslagheffing waterschappen, geluidhinder
burgerluchtvaart, grondwaterbelasting en heffing nazorg stortplaatsen.
Als deze belastingen door bedrijven worden betaald worden ze gerekend tot
de niet-productbebonden belastingen, worden de milieuheffingen door
huishoudens betaald maken ze deel uit van de belastingen op vermogen.
Motorrijtuigenbel. (Incl. eurovignet)
Motorrijtuigenbelasting(inclusief eurovignet).
Belasting voor het bezit van een motorrijtuig. Is een
niet-productgebonden belasting op inkomen en vermogen.
Op personenauto's en motorrijw. (BPM)
Belastingen op personenauto's en motorrijwielen.
Eenmalige belasting die wordt geheven van degene die een voertuig
(personenauto, bestelauto, motorrijwiel) als eerste op zijn naam laat
registreren bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer.
Overdrachtsbelasting
Belasting die geheven wordt bij de overdracht van bestaande onroerende
zaken. Overdrachtsbelasting wordt gerekend tot de productgebonden
belastingen.
Onroerendezaakbelasting
Belasting die door gemeenten wordt geheven van eigenaren en gebruikers
van onroerende zaken. Het deel van de onroerendezaakbelasting op woningen
dat is betaald door bewoners, wordt gerekend tot de belastingen op
vermogen. Het deel dat is betaald door exploitanten van woningen, waartoe
ook de eigen-huis eigenaren behoren, wordt beschouwd als
niet-productgebonden belastingen.
Dividendbelasting
Belasting die wordt geheven over de opbrengst van aandelen en
winstbewijzen. Een vennootschap die dividend uitkeert, is verplicht de
dividendbelasting in te houden en te betalen aan de Belastingdienst.
Samen met de vennootschapsbelasting vormt de dividendbelasting het
grootste deel van de belasting op inkomen en vermogen van
vennootschappen. Beide belastingen hebben de winst van vennootschappen
als grondslag .
De behandeling van de dividendbelasting vloeit voort uit de
brutoregistratie van dividend, dat wil zeggen inclusief
dividendbelasting. Dit betekent dat de dividendbelasting geboekt dient te
worden bij de sector die het dividend ontvangt. Dit heeft tot gevolg dat
er ook dividendbelasting aan het buitenland wordt betaald en uit het
buitenland wordt ontvangen.
Invoerrechten
Douanerechten of andere invoerheffingen die overeenkomstig de
douanetarieven voor bepaalde goederen verschuldigd zijn wanneer deze
binnenkomen in het economisch gebied van het land van gebruik. Het
betreft een belastingen op produktie en invoer.
Inkomstenbelasting
Een belasting op inkomen. Bij de bron ingehouden belastingen op inkomen,
zoals loonbelastingen en regelmatige voorschotten op de
inkomstenbelasting, kunnen worden geregistreerd in de periode waarin ze
worden betaald, terwijl eindafrekeningen kunnen worden geregistreerd in
de periode waarin de belastingverplichting is vastgesteld.
Inkomstenbelasting is verschuldigd over het belastbaar inkomen uit werk
en woning en uit sparen en beleggen.
Vermogensheffingen
Verplichte, niet-periodieke betalingen aan de overheid, die gebaseerd
zijn op het vermogen van de belastingplichtigen. In de praktijk gaat het
hierbij altijd om successierechten. De vermogensbelasting wordt niet tot
de vermogensheffingen gerekend. Deze wordt namelijk periodiek geheven en
wordt daarom gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen.
Vermogensbelasting
Deze belasting is per 1 januari 2001 opgegaan in de inkomstenbelasting.
De vermogensbelasting wordt nu als vermogensrendementsheffing geheven via
box 3 (inkomen uit sparen en beleggen) van de inkomstenbelasting.
Assurantiebelasting
Belasting op verzekeringen waarvan het risico in Nederland ligt.
Assurantiebelasting is een productgebonden belasting.
Overige belastingen
Belastingen zijn verplichte betalingen aan de overheid en de
Europese Unie (EU) waar geen directe tegenpresentatie tegenover staat. De
belastingen worden onderverdeeld in:
- belastingen op productie en invoer;
- belastingen op inkomen en vermogen;
- vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten).
Totaal
EU heffingen op voedingsmiddelen
Heffingen opgelegd door de Europese Unie (EU) in het kader van het
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GBL). Deze heffingen dienen om de
interne markt te beschermen (prijsmechanisme) en de voedselvoorziening te
reguleren (tegengaan van overschotten). Een voorbeeld van de eerstgenoemde
heffing zijn de invoerheffingen en een voorbeeld van de tweede genoemde
heffing is de superheffing op melk (bij overschrijding van het
melkquotum).
Verbruiksbel. op alcoholvrije dranken
Verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken.
Productgebonden belasting op frisdranken, vruchtensappen, mineraalwater en
siropen en op pruim- en snuiftabak. Deze belasting is verschuldigd over
de uitslag (levering, verkoop) en de invoer van deze producten.
Kansspelbelasting (productgebonden)
De kansspelbelasting wordt betaald door casino's en de winners van prijzen
in loterijen. De kansspelbelasting die door casino's wordt betaald wordt
geboekt als een productgebonden belasting.
Kansspelbelasting (op inkomen)
Wordt betaald door casino's en de winners van prijzen in loterijen. De
kansspelbelasting die door de winners van prijzen wordt betaald wordt
geboekt als een belasting op inkomen.
Kapitaalsbelasting
De kapitaalsbelasting is een belasting die wordt geheven bij de
oprichting van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
(BV). Ook als in een BV extra aandelen worden uitgegeven moet er
kapitaalsbelasting worden betaald. De kapitaalsbelasting wordt gerekend
tot de productgebonden belastingen.
Beursbelasting
Productgebonden belasting die wordt geheven bij de aan- en verkoop van
effecten. Deze belasting is in 1990 opgeheven.
Eenmalig ontvangst i.v.m. liquidatie
Eenmalig ontvangst in verband met liquidatie houdstermaatschappijen.
Een houdstermaatschappij is een onderneming die
zelf geen activiteiten heeft, maar aandelen houdt in een of meer andere
vennootschappen.
Overige belastingen productie en invoer
Belastingen op productie en invoer:
Verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie (EU) die
verband houden met productie en invoer en met het gebruik van
productiefactoren. Deze belastingen worden onderscheiden in
productgebonden belastingen en niet-productgebonden belastingen.
Deze belastingen hebben betrekking op alle door producenten aan de
overheid en de EU betaalde belastingen, met uitzondering van de
belastingen over de winst. Zij worden geregistreerd volgens het
bestemmingscriterium. Belastingen die door de centrale overheid worden
geïnd ten behoeve van de lokale overheid of de EU worden dus niet geboekt
bij de centrale overheid.
Overige belastingen inkomen en vermogen
Belastingen op inkomen en vermogen:
Belastingen op inkomen en vermogen zijn alle verplichte betalingen die
regelmatig door de overheid over het inkomen en vermogen van bedrijven en
huishoudens worden geheven. Bij vennootschappen is dit met name de
vennootschapsbelasting en de dividendbelasting. Deze belastingen hebben
als grondslag de winst van vennootschappen. De belangrijkste belasting op
inkomen betaald door huishoudens is de loon-en inkomstenbelasting. Alle
belastingen die huishoudens afdragen in hun hoedanigheid van consument
worden gerekend tot belastingen op inkomen en vermogen. Zo wordt het deel
van de onroerendezaakbelasting op woningen dat is betaald door bewoners,
gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen. Het deel dat is
betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de eigen-huis
eigenaren behoren, wordt beschouwd als belasting op productie. Enkele
belastingsoorten die bij producenten gerekend worden tot belastingen op
productie en invoer worden bij huishoudens, in hun hoedanigheid van
consument, beschouwd als belastingen op inkomen en vermogen. Zo is de
motorrijtuigenbelasting op auto's die privé worden gebruikt, gerekend tot
de belastingen op inkomen en vermogen. Niet-periodieke heffingen, zoals de
successierechten, zijn als vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten)
aangemerkt.
Op productie en invoer
Belastingen op productie en invoer.
Verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie (EU) die
verband houden met productie en invoer en met het gebruik van
productiefactoren. Deze belastingen worden onderscheiden in
productgebonden belastingen en niet-productgebonden belastingen.
Deze belastingen hebben betrekking op alle door producenten aan de
overheid en de EU betaalde belastingen, met uitzondering van de
belastingen over de winst. Zij worden geregistreerd volgens het
bestemmingscriterium. Belastingen die door de centrale overheid worden
geïnd ten behoeve van de lokale overheid of de EU worden dus niet geboekt
bij de centrale overheid.
Totalen
Totaal
Totaal belasting op productie en invoer.
Ontvangen door overheid
Belastingen op productie en invoer ontvangen door de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Ontvangen door buitenland (EU)
Belastingen op productie en invoer ontvangen door buitenland (EU).
Door ingezetenen aan de Europese Unie (EU) betaalde belastingen op
productie en invoer.
Productgebonden
Belastingen en subsidies waarbij het te betalen of te ontvangen bedrag
afhankelijk is van de hoeveelheid goederen die werd geproduceerd of
verhandeld.
Totaal
Totaal productgebonden belastingsoorten.
Over de toegevoegde waarde (btw)
Een productgebonden belasting die op de verschillende momenten van
levering door producenten wordt geïnd en uiteindelijk volledig ten laste
komt van de eindgebruikers. Producenten dragen alleen het verschil af
tussen de belasting over de toegevoegde waarde (btw) op hun verkopen en de
btw op hun aankopen. Een productgebonden belasting die op de verschillende
momenten van levering door producenten wordt geïnd en uiteindelijk
volledig ten laste komt van de eindgebruikers. Producenten dragen alleen
het verschil af tussen de belasting over de toegevoegde waarde (btw) op
hun verkopen en de btw op hun aankopen.
Afdracht btw aan EU
Afdracht btw aan de Europese Unie (EU).
Belasting toegevoegde waarde (btw):
Een productgebonden belasting die op de verschillende momenten van
levering door producenten wordt geïnd en uiteindelijk volledig ten laste
komt van de eindgebruikers. Producenten dragen alleen het verschil af
tussen de belasting over de toegevoegde waarde (btw) op hun verkopen en de
btw op hun aankopen.
Europese Unie (EU):
De Europese Unie is een samenwerkingsverband van 27 Europese landen.
Invoerrechten aan EU
Invoerrechten aan Europese Unie (EU).
Deel van de douanerechten dat dient te worden afgedragen aan de Europese
Unie (EU).
EU heffingen op voedingsmiddelen
Heffingen opgelegd door de Europese Unie (EU) in het kader van het
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GBL). Deze heffingen dienen om de
interne markt te beschermen (prijsmechanisme) en de voedselvoorziening te
reguleren (tegengaan van overschotten). Een voorbeeld van de eerstgenoemde
heffing zijn de invoerheffingen en een voorbeeld van de tweede genoemde
heffing is de superheffing op melk (bij overschrijding van het
melkquotum).
Accijnzen
Productgebonden belastingen op productie. Voorbeelden zijn accijnzen op
benzine, tabak en alcohol. De accijnzen zijn verschuldigd over de uitslag
(levering, verkoop) en de invoer van de betreffende producten.
Totaal accijnzen
Productgebonden belastingen op productie. Voorbeelden zijn accijnzen op
benzine, tabak en alcohol. De accijnzen zijn verschuldigd over de uitslag
(levering, verkoop) en de invoer van de betreffende producten.
Benzine
Mengsel van koolwaterstoffen dat ontstaat bij de destillatie van ruwe
aardolie. Het wordt vooral gebruikt als brandstof voor benzinemotoren en
als oplos- en schoonmaakmiddel.
Overige minerale oliën
Minerale olie is een nevenproduct dat ontstaat bij de raffinage van ruwe
aardolie, zoals paraffine en vaseline.
Tabak
Sigaretten, sigaren en dergelijke.
Alcohol
Helder, kleurloos, brandbaar distillatieproduct, afgeleid van
koolwaterstof.
Overige accijnzen
Dit zijn de accijnzen op alcoholvrije dranken en suiker.
Verbruiksbel. op alcoholvrije dranken
Verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken.
Productgebonden belasting op frisdranken, vruchtensappen, mineraalwater en
siropen en op pruim- en snuiftabak. Deze belasting is verschuldigd over
de uitslag (levering, verkoop) en de invoer van deze producten.
Op milieugrondslag
Belastingen op milieugrondslag.
Verzamelnaam voor de volgende productgebonden belastingen: belastingen op
grondwater, leidingwater, afvalstoffen, brandstoffen en de energie.
Op personenauto's en motorrijwielen(BPM)
Belastingen op personenauto's en motorrijwielen.
Eenmalige belasting die wordt geheven van degene die een voertuig
(personenauto, bestelauto, motorrijwiel) als eerste op zijn naam laat
registreren bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer.
Kansspelbelasting (productgebonden)
De kansspelbelasting wordt betaald door casino's en de winners van prijzen
in loterijen. De kansspelbelasting die door casino's wordt betaald wordt
geboekt als een productgebonden belasting.
Overdrachtsbelasting
Belasting die geheven wordt bij de overdracht van bestaande onroerende
zaken. Overdrachtsbelasting wordt gerekend tot de productgebonden
belastingen.
Assurantiebelasting
Belasting op verzekeringen waarvan het risico in Nederland ligt.
Assurantiebelasting is een productgebonden belasting.
Kapitaalsbelasting
De kapitaalsbelasting is een belasting die wordt geheven bij de
oprichting van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
(BV). Ook als in een BV extra aandelen worden uitgegeven moet er
kapitaalsbelasting worden betaald. De kapitaalsbelasting wordt gerekend
tot de productgebonden belastingen.
Beursbelasting
Productgebonden belasting die wordt geheven bij de aan- en verkoop van
effecten. Deze belasting is in 1990 opgeheven.
Niet-productgebonden
Een belasting of subsidie is niet-productgebonden als de hoogte van de
belasting of subsidie los staat van de waarde of de hoeveelheid van de
geproduceerde of verkochte goederen.
Totaal
Onroerendezaakbelasting
Belasting die door gemeenten wordt geheven van eigenaren en gebruikers van
onroerende zaken. Het deel van de onroerendezaakbelasting op woningen dat
is betaald door bewoners, wordt gerekend tot de belastingen op vermogen.
Het deel dat is betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de
eigen-huis eigenaren behoren, wordt beschouwd als niet-productgebonden
belastingen.
Motorrijtuigenbel. (Incl. eurovignet)
Motorrijtuigenbelasting (inclusief eurovignet).
Belasting voor het bezit van een motorrijtuig. Is een
niet-productgebonden belasting op inkomen en vermogen.
Milieuheffingen
Heffingen die zijn ingevoerd voor de financiering van specifieke
milieumaatregelen die door de overheid worden uitgevoerd. Milieuheffingen
is de verzamelnaam voor de volgende belastingen: rioolrechten,
verontreinigingsheffing, omslagheffing waterschappen, geluidhinder
burgerluchtvaart, grondwaterbelasting en heffing nazorg stortplaatsen.
Als deze belastingen door bedrijven worden betaald worden ze gerekend tot
de niet-productbebonden belastingen, worden de milieuheffingen door
huishoudens betaald maken ze deel uit van de belastingen op vermogen.
Totaal milieuheffingen
Heffingen die zijn ingevoerd voor de financiering van specifieke
milieumaatregelen die door de overheid worden uitgevoerd. Milieuheffingen
is de verzamelnaam voor de volgende belastingen: rioolrechten,
verontreinigingsheffing, omslagheffing waterschappen, geluidhinder
burgerluchtvaart, grondwaterbelasting en heffing nazorg stortplaatsen.
Als deze belastingen door bedrijven worden betaald worden ze gerekend tot
de niet-productbebonden belastingen, worden de milieuheffingen door
huishoudens betaald maken ze deel uit van de belastingen op vermogen.
Rioolrechten
Belasting die wordt geheven om onderhoud en vernieuwing van het riool te
kunnen bekostigen. Rioolrechten moeten worden betaald door gebruikers van
een onroerend goed van waaruit afvalwater wordt afgevoerd via het
rioolnetwerk.
Heffingen op waterverontreiniging
Deze heffing moet worden betaald voor het lozen van afvalwater op het
riool. De heffing wordt gebruikt ter financiering van de kosten voor de
zuivering van afvalwater door de waterschappen. Als deze heffing wordt
betaald door bedrijven is ze onderdeel van de milieuheffingen
(niet-productgebonden belastingen op productie). Als de heffing wordt
betaald door huishoudens maakt ze deel uit van de bealstingen op vermogen.
Omslagheffing waterschappen
Belastingen die worden geind door de waterschappen. De waterschappen
financieren hiermee uitgaven aan hun traditionele taken, zoals
waterbeheersing, waterkering en het beheer van vaarwegen. Dit is een
niet-productgebonden belasting.
Overige milieuheffingen
Milieuheffingen zijn heffingen die zijn ingevoerd voor de financiering van
specifieke milieumaatregelen die door de overheid worden uitgevoerd. Onder
de overige milieuheffingen vallen de grondwaterheffing en de
geluidsheffing burgerluchtvaart. De milieuheffingen worden gerekend tot de
niet-productgebonden belastingen.
Overige belastingen productie en invoer
Belastingen op productie en invoer:
Verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie (EU) die
verband houden met productie en invoer en met het gebruik van
productiefactoren. Deze belastingen worden onderscheiden in
productgebonden belastingen en niet-productgebonden belastingen.
Deze belastingen hebben betrekking op alle door producenten aan de
overheid en de EU betaalde belastingen, met uitzondering van de
belastingen over de winst. Zij worden geregistreerd volgens het
bestemmingscriterium. Belastingen die door de centrale overheid worden
geïnd ten behoeve van de lokale overheid of de EU worden dus niet geboekt
bij de centrale overheid.
Op inkomen en vermogen
Belastingen op inkomen en vermogen.
Belastingen op inkomen en vermogen zijn alle verplichte betalingen die
regelmatig door de overheid over het inkomen en vermogen van bedrijven en
huishoudens worden geheven. Bij vennootschappen is dit met name de
vennootschapsbelasting en de dividendbelasting. Deze belastingen hebben
als grondslag de winst van vennootschappen. De belangrijkste belasting op
inkomen betaald door huishoudens is de loon-en inkomstenbelasting. Alle
belastingen die huishoudens afdragen in hun hoedanigheid van consument
worden gerekend tot belastingen op inkomen en vermogen. Zo wordt het deel
van de onroerendezaakbelasting op woningen dat is betaald door bewoners,
gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen. Het deel dat is
betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de eigen-huis
eigenaren behoren, wordt beschouwd als belasting op productie. Enkele
belastingsoorten die bij producenten gerekend worden tot belastingen op
productie en invoer worden bij huishoudens, in hun hoedanigheid van
consument, beschouwd als belastingen op inkomen en vermogen. Zo is de
motorrijtuigenbelasting op auto's die privé worden gebruikt, gerekend tot
de belastingen op inkomen en vermogen. Niet-periodieke heffingen, zoals de
successierechten, zijn als vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten)
aangemerkt.
Totalen
Totaal belastingen op inkomen en vermogen.
Totaal
Betaald door Niet-financ. vennootsch.
Belastingen op inkomen en vermogen betaald door niet-financiële
vennootschappen.
Niet-financiële vennootschappen:
Vanuit de sectoren gezien:
Deze sector bevat alle (quasi-)vennootschappen met als hoofdfunctie het
produceren van goederen en verhandelbare niet-financiële diensten:
- alle vennootschappen (nv's en bv's), quasi-vennootschappen en
coöperatieve verenigingen die niet tot de financiële instellingen worden
gerekend (zie financiële instellingen);
- alle Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens
(stichtingen en verenigingen) die niet tot de andere sectoren worden
gerekend. Voorbeelden zijn bejaardenoorden, ziekenhuizen en
woningcorporaties;
- overheidsbedrijven (vennootschappen die geheel of gedeeltelijk eigendom
zijn van de overheid) zoals de NS.
Vanuit de bedrijfsklassen gezien:
De sector niet-financiële vennootschappen bevat alle bedrijfseenheden die
niet bij de andere sectoren zijn ingedeeld.
Betaald door Financiële instellingen
Belastingen op inkomen en vermogen betaald door financiële instellingen.
Financiële instellingen:
Vanuit de sectoren gezien:
Deze sector bevat alle (quasi-)vennootschappen met als hoofdfunctie
financiële intermediatie, dat wil zeggen het aantrekken, transformeren en
distribueren van financiële middelen.
De sector financiële instellingen bestaat uit drie subsectoren: monetaire
financiële instellingen, verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen en
overige financiële instellingen.
Niet in de sector financiële instellingen begrepen zijn:
- juridisch zelfstandige beleggingsmaatschappijen in het bezit van één of
enkele eigenaren, die zelf niet tot de financiële instellingen behoren.
Deze zijn ingedeeld bij de sector waartoe de eigenaar behoort;
-- niet onder toezicht staande fondsen gericht op de pensioenverzekering
van één enkel persoon (pensioen-bv's). Deze zijn ingedeeld bij de sector
huishoudens;
- financiële hulpbedrijven en dergelijke die geen rechtspersoonlijkheid
bezitten. Deze zijn ingedeeld bij de sector huishoudens.
Vanuit de bedrijfsklassen gezien:
De sector financiële instellingen bevat alle eenheden uit de
bedrijfsklassen banken, verzekeringswezen en pensioenfondsen en financiële
hulpactiviteiten, met uitzondering van de niet onder toezicht staande
financiële eenheden die werkzaam zijn voor een niet-financiële
vennootschap, waarvan zij onderdeel vormen.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die
eveneens tot de sector financiële instellingen behoren. Voorbeelden
hiervan zijn:
- operationele lease door maatschappijen die onderdeel vormen van een
financiële instelling (bedrijfsklasse verhuur van roerende goederen);
- houdstermaatschappijen van verzekeringsmaatschappijen en monetaire
financiële instellingen die zelf niet onder toezicht staan (bedrijfsklasse
economische dienstverlening);
- werkgevers-, werknemers- en beroepsorganisaties voor zover die in
verband staan met financiële instellingen (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Betaald door Huishoudens
Belastingen op inkomen en vermogen betaald door huishoudens.
Huishoudens:
Tot deze sector behoren alle natuurlijke personen die langer dan een jaar
in Nederland verblijven, ongeacht hun nationaliteit. Omgekeerd worden
Nederlanders die langer dan een jaar in het buitenland verblijven niet tot
de Nederlandse huishoudens gerekend.
Huishoudens omvatten niet alleen op zichzelf of in gezinsverband wonende
personen, maar ook personen in verpleeginrichtingen, bejaardentehuizen,
gevangenissen en internaten.
Indien de tot de huishoudens gerekende personen een eigen bedrijf hebben,
wordt dit bedrijf ook tot de huishoudens gerekend. Dit is het geval bij de
zelfstandigen en de eigenwoningbezitters. Grote, zelfstandig opererende
ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid (quasi-vennootschappen) behoren
echter tot de (niet-financiële of financiële) vennootschappen.
Betaald door Buitenland
Belastingen op inkomen en vermogen betaald door het Buitenland.
Buitenland:
In de nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
Ontvangen door overheid
Belastingen op inkomen en vermogen ontvangen door de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Ontvangen door buitenland (EU)
Belastingen op inkomen en vermogen ontvangen door het buitenland (EU).
Dividendbelasting ontvangen door het buitenland (EU).
Belastingen op inkomen
Hieronder vallen: de vennootschapsbelasting, loonbelasting,
inkomstenbelasting, dividendbelasting, kansspelbelasting en eenmalige
ontvangsten in verband met de liquidatie van houdstermaatschappijen.
Totaal
Totaal belastingen op inkomen.
Vennootschapsbelasting
Belasting die wordt geheven over de winst van ondernemingen. De
vennnootschapsbelasting wordt gerekend tot de belastingen op inkomen.
Loonbelasting
Belasting die door de werkgever wordt ingehouden op het loon van de
werknemer, als onderdeel van de loonheffing. De werkgever draagt deze
belasting vervolgens af aan de overheid en doet daarvoor maandelijks
aangifte.
Dividendbelasting
Belasting die wordt geheven over de opbrengst van aandelen en
winstbewijzen. Een vennootschap die dividend uitkeert, is verplicht de
dividendbelasting in te houden en te betalen aan de Belastingdienst. Samen
met de vennootschapsbelasting vormt de dividendbelasting het grootste deel
van de belasting op inkomen en vermogen van vennootschappen. Beide
belastingen hebben de winst van vennootschappen als grondslag .
De behandeling van de dividendbelasting vloeit voort uit de
brutoregistratie van dividend, dat wil zeggen inclusief dividendbelasting.
Dit betekent dat de dividendbelasting geboekt dient te worden bij de
sector die het dividend ontvangt. Dit heeft tot gevolg dat er ook
dividendbelasting aan het buitenland wordt betaald en uit het buitenland
wordt ontvangen.
Inkomstenbelasting
Een belasting op inkomen. Bij de bron ingehouden belastingen op inkomen,
zoals loonbelastingen en regelmatige voorschotten op de
inkomstenbelasting, kunnen worden geregistreerd in de periode waarin ze
worden betaald, terwijl eindafrekeningen kunnen worden geregistreerd in de
periode waarin de belastingverplichting is vastgesteld. Inkomstenbelasting
is verschuldigd over het belastbaar inkomen uit werk en woning en uit
sparen en beleggen.
Kansspelbelasting (op inkomen)
Wordt betaald door casino's en de winners van prijzen in loterijen. De
kansspelbelasting die door de winners van prijzen wordt betaald wordt
geboekt als een belasting op inkomen.
Eenmalig ontvangst i.v.m. liquidatie
Eenmalig ontvangst in verband met liquidatie houdstermaatschappijen.
Een houdstermaatschappij is een onderneming die
zelf geen activiteiten heeft, maar aandelen houdt in een of meer andere
vennootschappen.
Belastingen op vermogen
Belasting die wordt geheven op het vermogen (zoals bank- en spaartegoeden
en beleggingen). Het te betalen bedrag is afhankelijk van de omvang van
het vermogen.
Totaal
Onroerendezaakbelasting
Belasting die door gemeenten wordt geheven van eigenaren en gebruikers van
onroerende zaken. Het deel van de onroerendezaakbelasting op woningen dat
is betaald door bewoners, wordt gerekend tot de belastingen op vermogen.
Het deel dat is betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de
eigen-huis eigenaren behoren, wordt beschouwd als niet-productgebonden
belastingen.
Vermogensbelasting
Deze belasting is per 1 januari 2001 opgegaan in de inkomstenbelasting. De
vermogensbelasting wordt nu als vermogensrendementsheffing geheven via box
3 (inkomen uit sparen en beleggen) van de inkomstenbelasting.
Motorrijtuigenbelasting
Belasting voor het bezit van een motorrijtuig. Motorrijtuigenbelasting
wordt betaald voor een personenauto, bestelbus, motorrijwiel of
vrachtauto. Als de motorrijtuigenbelasting door bedrijven wordt betaald
wordt ze gerekend tot de niet-productbebonden belastingen. Wordt de
motorrijtuigenbelasting door huishoudens betaald maakt ze deel uit van de
belastingen op vermogen.
Milieuheffingen
Heffingen die zijn ingevoerd voor de financiering van specifieke
milieumaatregelen die door de overheid worden uitgevoerd. Milieuheffingen
is de verzamelnaam voor de volgende belastingen: rioolrechten,
verontreinigingsheffing, omslagheffing waterschappen, geluidhinder
burgerluchtvaart, grondwaterbelasting en heffing nazorg stortplaatsen.
Als deze belastingen door bedrijven worden betaald worden ze gerekend tot
de niet-productbebonden belastingen, worden de milieuheffingen door
huishoudens betaald maken ze deel uit van de belastingen op vermogen.
Totaal milieuheffingen
Heffingen die zijn ingevoerd voor de financiering van specifieke
milieumaatregelen die door de overheid worden uitgevoerd. Milieuheffingen
is de verzamelnaam voor de volgende belastingen: rioolrechten,
verontreinigingsheffing, omslagheffing waterschappen, geluidhinder
burgerluchtvaart, grondwaterbelasting en heffing nazorg stortplaatsen.
Als deze belastingen door bedrijven worden betaald worden ze gerekend tot
de niet-productbebonden belastingen, worden de milieuheffingen door
huishoudens betaald maken ze deel uit van de belastingen op vermogen.
Rioolrechten
Belasting die wordt geheven om onderhoud en vernieuwing van het riool te
kunnen bekostigen. Rioolrechten moeten worden betaald door gebruikers van
een onroerend goed van waaruit afvalwater wordt afgevoerd via het
rioolnetwerk.
Heffingen op waterverontreiniging
De heffing moet worden betaald voor het lozen van afvalwater op het riool.
Deze heffing wordt gebruikt ter financiering van de kosten voor de
zuivering van afvalwater door de waterschappen. Indien deze heffing wordt
betaald door bedrjiven is ze onderdeel van de milieuheffingen
(niet-productgebonden belastingen op productie). Als de
verontreinigingsheffing wortd betaald door huishoudens maakt ze deel uit
van de belastingen op vermogen.
Omslagheffing waterschappen
Belastingen die worden geind door de waterschappen. De waterschappen
financieren hiermee uitgaven aan hun traditionele taken, zoals
waterbeheersing, waterkering en het beheer van vaarwegen. Dit is een
niet-productgebonden belasting.
Overige belastingen inkomen en vermogen
Belastingen op inkomen en vermogen:
Belastingen op inkomen en vermogen zijn alle verplichte betalingen die
regelmatig door de overheid over het inkomen en vermogen van bedrijven en
huishoudens worden geheven. Bij vennootschappen is dit met name de
vennootschapsbelasting en de dividendbelasting. Deze belastingen hebben
als grondslag de winst van vennootschappen. De belangrijkste belasting op
inkomen betaald door huishoudens is de loon-en inkomstenbelasting. Alle
belastingen die huishoudens afdragen in hun hoedanigheid van consument
worden gerekend tot belastingen op inkomen en vermogen. Zo wordt het deel
van de onroerendezaakbelasting op woningen dat is betaald door bewoners,
gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen. Het deel dat is
betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de eigen-huis
eigenaren behoren, wordt beschouwd als belasting op productie. Enkele
belastingsoorten die bij producenten gerekend worden tot belastingen op
productie en invoer worden bij huishoudens, in hun hoedanigheid van
consument, beschouwd als belastingen op inkomen en vermogen. Zo is de
motorrijtuigenbelasting op auto's die privé worden gebruikt, gerekend tot
de belastingen op inkomen en vermogen. Niet-periodieke heffingen, zoals de
successierechten, zijn als vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten)
aangemerkt.
Transacties niet-financiële vennootsch.
Transacties niet-financiële vennootschappen.
Specificatie van transacties van niet-financiële vennootschappen
naar eigendom. Het CBS heeft met behulp van nieuw beschikbaar gekomen
bronnen de specificatie van transacties van niet-financiële
vennootschappen naar eigendom verbeterd. Dit heeft geleid tot aanpassingen
bij de subsectoren niet-financiële vennootschappen in handen van de
particuliere sector en niet-financiële vennootschappen in handen
van het buitenland. Omdat deze nieuwe verdeling niet van invloed
is op de macrototalen is besloten met de introductie van deze
verbeterde gegevens niet te wachten tot een revisie van de
nationale rekeningen.
Algemeen (totalen)
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Verschil toegerekende en afgedragen btw
Het verschil tussen de toegerekende en de afgedragen btw ontstaat onder
meer door kwijtscheldingen, oninbaar geleden bedragen, boetes, de Regeling
kleine ondernemers en door ontwijking van afdracht van btw. Het verschil
tussen toegerekende en afgedragen btw wordt niet verdeeld over de
bedrijfsklassen. Dit verschil wordt op het niveau van de totale economie
geteld bij de toegevoegde waarde.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
% totaal niet-financiële vennootschappen
Variabele uitgedrukt als percentage van totaal
niet-financiële vennootschappen.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
In handen van het buitenland
Transacties niet-financiële vennootschappen in handen van het buitenland.
In de nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
In handen van de particuliere sector
In eigendom van de particuliere sector.
In handen van de overheid
Transacties niet-financiële vennootschapen in handen van de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
In handen van het buitenland
Transacties niet-financiële vennootschappen in handen van het buitenland.
In de nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Verschil toegerekende en afgedragen btw
Het verschil tussen de toegerekende en de afgedragen btw ontstaat onder
meer door kwijtscheldingen, oninbaar geleden bedragen, boetes, de Regeling
kleine ondernemers en door ontwijking van afdracht van btw. Het verschil
tussen toegerekende en afgedragen btw wordt niet verdeeld over de
bedrijfsklassen. Dit verschil wordt op het niveau van de totale economie
geteld bij de toegevoegde waarde.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
In handen van de particuliere sector
In eigendom van de particuliere sector.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Verschil toegerekende en afgedragen btw
Het verschil tussen de toegerekende en de afgedragen btw ontstaat onder
meer door kwijtscheldingen, oninbaar geleden bedragen, boetes, de Regeling
kleine ondernemers en door ontwijking van afdracht van btw. Het verschil
tussen toegerekende en afgedragen btw wordt niet verdeeld over de
bedrijfsklassen. Dit verschil wordt op het niveau van de totale economie
geteld bij de toegevoegde waarde.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
In handen van de overheid
Transacties niet-financiële vennootschapen in handen van de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen
en software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Verschil toegerekende en afgedragen btw
Het verschil tussen de toegerekende en de afgedragen btw ontstaat onder
meer door kwijtscheldingen, oninbaar geleden bedragen, boetes, de Regeling
kleine ondernemers en door ontwijking van afdracht van btw. Het verschil
tussen toegerekende en afgedragen btw wordt niet verdeeld over de
bedrijfsklassen. Dit verschil wordt op het niveau van de totale economie
geteld bij de toegevoegde waarde.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
Transacties financiële instellingen
Specificatie transacties financiële instellingen naar eigendom.
Algemeen (totalen)
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiële vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Ink. uit verm. toeger. aan polishouders
Inkomen uit vermogen toegerekend aan polishouders.
De opbrengsten verkregen uit de belegging van de in de loop van de jaren
opgebouwde voorzieningen bij verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen
worden beschouwd als primair inkomen van polishouders. In werkelijkheid
betalen de verzekeringsinstellingen deze bedragen niet aan de polishouders
uit, maar voegen zij ze toe aan de voorzieningen. Om aan de eisen van de
nationale rekeningen te voldoen, worden daarom een tweetal toerekeningen
gemaakt: eerst worden de bedragen toegerekend aan polishouders, die dit
vervolgens terugbetalen als onderdeel van de premies.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
% totaal financiële instellingen
Variabele uitgedrukt als percentage van totaal financiële
instellingen.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
In handen van het buitenland
Transacties niet-financiële vennootschappen in handen van het buitenland.
In de nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
In handen van de particuliere sector
In eigendom van de particuliere sector.
In handen van de overheid
Transacties niet-financiële vennootschapen in handen van de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
In handen van het buitenland
Transacties financiële instellingen in handen van het buitenland.
In de Nationale rekeningen is het buitenland als zodanig geen
institutionele sector. De transacties van het buitenland met Nederland
worden geregistreerd tussen ingezeten en niet-ingezeten eenheden.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb.belast. prod., subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiële vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Ink. uit verm. toeger. aan polishouders
Inkomen uit vermogen toegerekend aan polishouders.
De opbrengsten verkregen uit de belegging van de in de loop van de jaren
opgebouwde voorzieningen bij verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen
worden beschouwd als primair inkomen van polishouders. In werkelijkheid
betalen de verzekeringsinstellingen deze bedragen niet aan de polishouders
uit, maar voegen zij ze toe aan de voorzieningen. Om aan de eisen van de
nationale rekeningen te voldoen, worden daarom een tweetal toerekeningen
gemaakt: eerst worden de bedragen toegerekend aan polishouders, die dit
vervolgens terugbetalen als onderdeel van de premies.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
In handen van de particuliere sector
In eigendom van de particuliere sector.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiële vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Ink. uit verm. toeger. aan polishouders
Inkomen uit vermogen toegerekend aan polishouders.
De opbrengsten verkregen uit de belegging van de in de loop van de jaren
opgebouwde voorzieningen bij verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen
worden beschouwd als primair inkomen van polishouders. In werkelijkheid
betalen de verzekeringsinstellingen deze bedragen niet aan de polishouders
uit, maar voegen zij ze toe aan de voorzieningen. Om aan de eisen van de
nationale rekeningen te voldoen, worden daarom een tweetal toerekeningen
gemaakt: eerst worden de bedragen toegerekend aan polishouders, die dit
vervolgens terugbetalen als onderdeel van de premies.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
In handen van de overheid
Transacties financiële instellingen in handen van de overheid.
Overheid:
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is
gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en
het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Afschrijvingen (-)
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen
en software.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Saldo niet-prod.geb. belast. prod. subs.
Saldo niet-productgebonden belastingen op productie en subsidies
Het verschil tussen de belastingen op productie die producenten moeten
betalen, ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde
of verkochte producten en de subsidies op productie. De hoogte van
de subsidie is onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid
geproduceerde en verkochte producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Exploitatieoverschot (netto)
Het exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal ontvangen inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiële vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Betaalde inkomen uit vermogen (-)
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Totaal betaalde inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa betaalt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Dividenden
Een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar
hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren
de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend.
Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de
vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt
ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden
gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennoot.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen,
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan
quasi-vennootschappen. Dit zijn delen van juridische eenheden die,
omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als
afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld
bij de niet-financiÙle vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren,
als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen.
De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen
onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid.
Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van
overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Ingeh. winsten dir. buitenl. invest.
Ingehouden winsten op directe buitenlandse investeringen
Het deel van de winst van een buitenlandse dochteronderneming dat niet
in de vorm van dividend is afgedragen aan de moederonderneming.
Op de financiÙle rekening wordt dit rendement op directe buitenlandse
investeringen teruggesluisd in de vorm van de aankoop van aandelen.
Indien het uitgekeerde dividend groter is dan de in een jaar behaalde
winst betekent dit dat de ingehouden winsten op directe buitenlandse
investeringen negatief zijn.
Ink. uit verm. toeger. aan polishouders
Inkomen uit vermogen toegerekend aan polishouders.
De opbrengsten verkregen uit de belegging van de in de loop van de jaren
opgebouwde voorzieningen bij verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen
worden beschouwd als primair inkomen van polishouders. In werkelijkheid
betalen de verzekeringsinstellingen deze bedragen niet aan de polishouders
uit, maar voegen zij ze toe aan de voorzieningen. Om aan de eisen van de
nationale rekeningen te voldoen, worden daarom een tweetal toerekeningen
gemaakt: eerst worden de bedragen toegerekend aan polishouders, die dit
vervolgens terugbetalen als onderdeel van de premies.
Inkomen uit grond, minerale reserves
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves
te mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat de sectoren (zoals huishoudens, niet-financiële
vennootschappen en de overheid) ontvangen voor hun directe deelname aan
het productieproces. Daarnaast ook het inkomen dat de eigenaar van een
vordering of grond en andere niet-geproduceerde activa ontvangt voor het
verstrekken van die middelen, of voor het ter beschikking stellen van die
middelen aan een andere institutionele eenheid. De som van de primaire
inkomens van alle sectoren samen is gelijk aan het nationaal inkomen.
Het primair inkomen (netto) is gelijk aan het primair inkomen (bruto)
verminderd met de afschrijvingen.
Sectorspecifieke gegevens
Sectorspecifieke gegevens van enkele (sub)sectoren.
Overheid
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Definitie productie, consumpt. bested.
Definitie productie en consumptieve bestedingen.
Opbouw van de productie en consumptieve bestedingen door de overheid.
Productie
De waarde van alle voor de verkoop bestemde goederen (ook de nog niet
verkochte) en de ontvangsten voor bewezen diensten. Verder omvat de
productie producten met een marktequivalent die voor eigen gebruik zijn
geproduceerd zoals investeringen in eigen beheer, eigen woningdiensten en
landbouwproducten voor eigen consumptie door landbouwers. De
productiewaarde hiervan wordt berekend door de geproduceerde hoeveelheid
te waarderen tegen de prijs die de producent bij verkoop zou hebben
ontvangen. De productie is gewaardeerd tegen basisprijzen. De basisprijs
is de prijs die de producent daadwerkelijk overhoudt, dus exclusief de
handels- en vervoersmarges van derden en exclusief het saldo van
productgebonden belastingen (waaronder belasting over de toegevoegde
waarde (btw)) en productgebonden subsidies.
Productie, totaal
Marktproductie
Bestaat uit de productie die op de markt wordt afgezet of waarvoor dit de
bedoeling is. Hierbij kan het gaan om
a) produkten die tegen een economisch significante prijs worden verkocht;
b) produkten die worden geruild;
c) produkten die worden gebruikt voor betalingen in natura (inclusief
beloning van werknemers in natura en gemengd inkomen in natura);
d) produkten die door de ene lokale eenheid van economische activiteit
(EEA) worden geleverd aan een andere lokale EEA binnen dezelfde
institutionele eenheid om door deze te worden gebruikt als intermediaire
input of voor finaal gebruik; e) produkten die zijn bestemd voor een van
bovengenoemde vormen van gebruik, maar tijdelijk aan de voorraad gereed
produkt en onderhanden werk zijn toegevoegd.
Investeringen in eigen beheer
Produkten die worden gebruikt voor de eigen bruto investeringen in vaste
activa, kunnen door alle sectoren worden geproduceerd. Voorbeelden zijn:
- speciale gereedschapswerktuigen die door technische ondernemingen worden
geproduceerd;
- woningen, of uitbreidingen van woningen, die door huishoudens worden
geproduceerd;
- in eigen beheer geproduceerde bouwwerken, ook indien deze door groepen
huishoudens gezamenlijk worden geproduceerd.
Overige niet-marktproductie
Niet-marktproductie is productie die niet voor een economisch significante
prijs wordt verhandeld, niet wordt geruild en niet wordt gebruikt voor
betaling in natura. Onder overige niet-marktproductie valt de
niet-marktproductie die niet wordt gerekend tot de investeringen in eigen
beheer en de productie voor eigen consumptie.
Intermediair verbruik
Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het
productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte
grondstoffen, halffabrikaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals
communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe
accountants.
Toegevoegde waarde (br., basispr.)
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen).
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Toegevoegde waarde, totaal
Niet-productgeb. belast. op productie
Niet-productgebonden belastingen op productie.
Dit zijn de belastingen op productie die producenten moeten betalen,
ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde of verkochte
producten. Voorbeelden hiervan zijn de onroerendezaakbelasting,
reinigingsrechten en rioolrechten betaald door producenten.
Niet-productgebonden subsidies (-)
Hieronder vallen de subsidies op productie. De hoogte van de subsidie is
onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid geproduceerde en verkochte
producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Afschrijvingen
De waardevermindering van de kapitaalgoederenvoorraad die het gevolg is
van voorzienbare technische en economische veroudering en verzekerbare
schade (zoals brand en diefstal).
Kapitaalgoederen zijn bijvoorbeeld machines, gebouwen, vervoermiddelen en
software.
Exploitatieoverschot (netto)
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Het bruto exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Het exploitatieoverschot van de totale economie wordt bepaald door het
totaal van de bedrijfsklassen te vermeerderen met het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (btw).
Consumptieve bestedingen
Uitgaven voor goederen en diensten die worden gebruikt voor de
rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of van de
collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen vinden plaats door huishoudens, instellingen
zondwer winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de overheid.
Consumptie bestedingen, totaal
Consumptieve bestedingen door de overheid, totaal.
Overige niet-marktproductie, totaal
Niet-marktproductie is productie die niet voor een economisch significante
prijs wordt verhandeld, niet wordt geruild en niet wordt gebruikt voor
betaling in natura. Onder overige niet-marktproductie valt de
niet-marktproductie die niet wordt gerekend tot de investeringen in eigen
beheer en de productie voor eigen consumptie.
Soc. uitkeringen in natura, totaal
Sociale uitkeringen in natura.
Sociale uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële
zekerheid te bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit,
arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en
werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te vorzien (zoals huisvesting en
onderwijs).
Hieronder vallen de uitkeringen wettelijke sociale verzekering,
uitkeringen sociale voorziening, pensioenuitkeringen, overige particuliere
sociale premies en uitkeringen rechtstreeks door werkgevers. Sociale
uitkeringen in natura kunnen worden verdeeld in vergoedingen van
daadwerkelijk door de betreffende huishoudens aangeschafte goederen en
diensten en diensten die rechtstreeks aan de huishoudens worden verleend.
In het tweede geval worden goederen en diensten die door de producenten
rechtstreeks aan de begunstigden worden geleverd geheel of gedeeltelijk
betaald door de overheid of door instellingen zonder winstoogmerk ten
behoeve van huishoudens. Onder sociale uitkeringen in natura valt het
merendeel van de uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid,
onderwijs en sociale bescherming.
Collectief
Betreft de collectieve consumptie. De collectieve consumptie is het
collectief gebruik van diensten die worden verleend aan alle leden van de
samenleving of aan alle leden van een bepaald deel van de samenleving.
Collectieve consumptie vindt uitsluitend plaats bij de overheid en betreft
met name uitgaven voor diensten op het gebied van:
- openbaar bestuur, beveiliging en defensie;
- ordehandhaving, wet- en regelgeving;
- milieubescherming;
- speur- en ontwikkelingswerk;
- infrastructuur en economische ontwikkeling.
De werkelijke collectieve consumptie wordt berekend door de individuele
consumptie van de totale consumptieve bestedingen door de overheid af te
trekken.
Overige niet-marktproductie
Niet-marktproductie is productie die niet voor een economisch significante
prijs wordt verhandeld, niet wordt geruild en niet wordt gebruikt voor
betaling in natura. Onder overige niet-marktproductie valt de
niet-marktproductie die niet wordt gerekend tot de investeringen in eigen
beheer en de productie voor eigen consumptie.
Individueel
Individuele consumptieve bestedingen door de overheid.
Betreft goederen en diensten verworven door een huishouden voor de
rechtstreekse bevrediging van individuele menselijke behoeften.
Individueel, totaal
Individuele consumptieve bestedingen door de overheid, totaal.
Overige niet-marktproductie
Niet-marktproductie is productie die niet voor een economisch significante
prijs wordt verhandeld, niet wordt geruild en niet wordt gebruikt voor
betaling in natura. Onder overige niet-marktproductie valt de
niet-marktproductie die niet wordt gerekend tot de investeringen in eigen
beheer en de productie voor eigen consumptie.
Natura via marktproducenten
Betreft de uitkeringen wettelijke sociale verzekering en uitkeringen
sociale voorziening en een deel van de individuele consumptie van de
overheid. Deze uitkeringen zijn de vergoedingen die wettelijke sociale
verzekeringsinstellingen in het kader van sociale risico's en behoeften
betalen voor goedgekeurde uitgaven van huishoudens voor bepaalde goederen
of diensten. Meestal gaat het om medische of tandheelkundige
behandelingen, ziekenhuisaccommodatie, brillen of contactlenzen, medische
hulpmiddelen of voorzieningen en soortgelijke goederen of diensten. De
dienst wordt rechtstreeks, zonder vergoeding, aan de begunstigden
verstrekt door marktproducenten (producenten wiens productie tegen
economisch significante prijzen wordt verkocht).
Natura via marktproducenten, totaal
Uitkeringen wettel. sociale verzekering
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering.
Uitkeringen door wettelijke sociale verzekeringsinstellingen op het gebied
van onder meer werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, ziekte en ouderdom.
Uitkeringen sociale voorziening
Sociale uitkeringen van de centrale en de lokale overheid aan huishoudens,
waar geen premies voor hoeven te worden betaald.
Inkomsten en uitgaven van de overheid
Deze selectie geeft een specificatie van de inkomsten en uitgaven van de
sector overheid.
Algemeen totalen
Vorderingensaldo
Geeft aan hoeveel een sector per saldo kan uitlenen dan wel moet lenen
gegeven de lopende en de kapitaaltransacties.
Dit saldo wordt in de financiële rekeningen gespecificeerd naar
veranderingen in de verschillende typen van vorderingen en schulden.
Inkomsten
Totaal inkomsten van de overheid.
Totaal inkomsten
Totaal inkomsten van de overheid.
Belast., premies wettel. soc. verz.
Belastingen en premies wettelijke sociale verzekering.
De belastingen op productie en invoer plus de belastingen op inkomen en
vermogen plus de premies wettelijke sociale verzekering plus de
vermogensheffingen.
Overige inkomsten
Overige inkomsten zijn:
Marktproductie, inkomen uit vermogen, niet-productgebonden subsidies,
toegerekende sociale premies, kapitaaloverdrachten en overige
inkomensoverdrachten niet elders genoemd.
Uitgaven
Totaal uitgaven van de overheid.
Inkomsten: afzonderlijk
Inkomsten per transactie.
Belastingen
Belastingen zijn verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie
(EU) waar geen directe tegenpresentatie tegenover staat. De belastingen
worden onderverdeeld in:
- belastingen op productie en invoer;
- belastingen op inkomen en vermogen;
- vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten).
Belastingen, totaal
Belastingen op productie en invoer
Verplichte betalingen aan de overheid en de Europese Unie (EU) die verband
houden met productie en invoer en met het gebruik van productiefactoren.
Deze belastingen worden onderscheiden in productgebonden belastingen en
niet-productgebonden belastingen.
Deze belastingen hebben betrekking op alle door producenten aan de
overheid en de EU betaalde belastingen, met uitzondering van de
belastingen over de winst. Zij worden geregistreerd volgens het
bestemmingscriterium. Belastingen die door de centrale overheid worden
geïnd ten behoeve van de lokale overheid of de EU worden dus niet geboekt
bij de centrale overheid.
Belastingen op inkomen en vermogen
Belastingen op inkomen en vermogen zijn alle verplichte betalingen die
regelmatig door de overheid over het inkomen en vermogen van bedrijven en
huishoudens worden geheven. Bij vennootschappen is dit met name de
vennootschapsbelasting en de dividendbelasting. Deze belastingen hebben
als grondslag de winst van vennootschappen. De belangrijkste belasting op
inkomen betaald door huishoudens is de loon-en inkomstenbelasting. Alle
belastingen die huishoudens afdragen in hun hoedanigheid van consument
worden gerekend tot belastingen op inkomen en vermogen. Zo wordt het deel
van de onroerendezaakbelasting op woningen dat is betaald door bewoners,
gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen. Het deel dat is
betaald door exploitanten van woningen, waartoe ook de eigen-huis
eigenaren behoren, wordt beschouwd als belasting op productie. Enkele
belastingsoorten die bij producenten gerekend worden tot belastingen op
productie en invoer worden bij huishoudens, in hun hoedanigheid van
consument, beschouwd als belastingen op inkomen en vermogen. Zo is de
motorrijtuigenbelasting op auto's die privé worden gebruikt, gerekend tot
de belastingen op inkomen en vermogen. Niet-periodieke heffingen, zoals de
successierechten, zijn als vermogensheffingen (kapitaaloverdrachten)
aangemerkt.
Vermogensheffingen
Verplichte, niet-periodieke betalingen aan de overheid, die gebaseerd zijn
op het vermogen van de belastingplichtigen. In de praktijk gaat het
hierbij altijd om successierechten. De vermogensbelasting wordt niet tot
de vermogensheffingen gerekend. Deze wordt namelijk periodiek geheven en
wordt daarom gerekend tot de belastingen op inkomen en vermogen.
Premies wettelijke sociale verzekering
Premies die door huishoudens worden betaald aan wettelijke sociale
verzekeringsinstellingen, verzekeringsmaatschappijen of pensioenfondsen
met sociale verzekeringsregelingen ter financiering van de sociale
uitkeringen.
Marktproductie
Bestaat uit de productie die op de markt wordt afgezet of waarvoor dit de
bedoeling is. Hierbij kan het gaan om
a) produkten die tegen een economisch significante prijs worden verkocht;
b) produkten die worden geruild;
c) produkten die worden gebruikt voor betalingen in natura (inclusief
beloning van werknemers in natura en gemengd inkomen in natura);
d) produkten die door de ene lokale eenheid van economische activiteit
(EEA) worden geleverd aan een andere lokale EEA binnen dezelfde
institutionele eenheid om door deze te worden gebruikt als intermediaire
input of voor finaal gebruik; e) produkten die zijn bestemd voor een van
bovengenoemde vormen van gebruik, maar tijdelijk aan de voorraad gereed
produkt en onderhanden werk zijn toegevoegd.
Inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Inkomen uit vermogen, totaal
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Overig
Overige:
Dividend, inkomen ontrokken aan quasi-vennootschappen en inkomen uit grond
en minerale reserves.
Overige inkomsten
Overige inkomsten, totaal
Overige inkomsten van de overheid, totaal.
Investeringen in eigen beheer
Produkten die worden gebruikt voor de eigen bruto investeringen in vaste
activa, kunnen door alle sectoren worden geproduceerd. Voorbeelden zijn:
- speciale gereedschapswerktuigen die door technische ondernemingen worden
geproduceerd;
- woningen, of uitbreidingen van woningen, die door huishoudens worden
geproduceerd;
- in eigen beheer geproduceerde bouwwerken, ook indien deze door groepen
huishoudens gezamenlijk worden geproduceerd.
Niet-productgebonden subsidies
Hieronder vallen de subsidies op productie. De hoogte van de subsidie is
onafhankelijk van de waarde of de hoeveelheid geproduceerde en verkochte
producten. Het betreft vooral de loonsubsidies.
Toegerekende sociale premies
In deze transactie wordt de tegenwaarde geregistreerd van de rechtstreekse
sociale uitkeringen door werkgevers aan hun (voormalige) werknemers.
Omdat de rechtstreekse uitkeringen door werkgevers deel uitmaken van de
loonkosten zijn zij in eerste instantie geregistreerd als beloning van
werknemers (onderdeel sociale premies ten laste van werkgevers). De
rechtstreekse uitkeringen worden echter ook gezien als sociale
uitkeringen. De dubbeltelling die daardoor ontstaat wordt geneutraliseerd
door de fictieve transactie 'toegerekende sociale premies'.
Overige inkomensoverdrachten
Inkomensoverdrachten die niet in de andere categorieën zijn ingedeeld.
Kapitaaloverdrachten
Kapitaaloverdrachten (excl. vermogensheffingen).
Vermogensheffingen zijn niet-periodieke belastingen op vermogen, zoals
successie- en schenkingsrechten. Zij worden geregistreerd onder de
kapitaaloverdrachten van huishoudens aan de overheid. De
vermogensbelasting behoort niet tot de vermogensheffingen.
Vermogensbelasting wordt periodiek geheven en wordt daarom geregistreerd
bij de belastingen op inkomen en vermogen.
Uitgaven: afzonderlijk
Uitgaven per transactie.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Intermediair verbruik
Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het
productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte
grondstoffen, halffabrikaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals
communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe
accountants.
Investeringen (bruto)
De investeringen in vaste activa (bruto) plus de veranderingen in
voorraden inclusief het saldo van aan- en verkopen van kostbaarheden.
Uitkeringen wettel. sociale verzekering
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering.
Uitkeringen door wettelijke sociale verzekeringsinstellingen op het gebied
van onder meer werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, ziekte en ouderdom.
Uitkeringen wettel. soc. verzek., totaal
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering, totaal.
In geld
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering in geld.
Variabele uitgedrukt in euro's, niet in natura.
In natura via marktproducenten
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering in natura via marktproducenten.
Deze uitkeringen zijn de vergoedingen die wettelijke sociale
verzekeringsinstellingen in het kader van sociale risico's en behoeften
betalen voor goedgekeurde uitgaven van huishoudens voor bepaalde goederen
of diensten. Meestal gaat het om medische of tandheelkundige
behandelingen, ziekenhuisaccommodatie, brillen of contactlenzen, medische
hulpmiddelen of voorzieningen en soortgelijke goederen of diensten. De
dienst wordt rechtstreeks, zonder vergoeding, aan de begunstigden
verstrekt door marktproducenten (producenten wiens productie tegen
economisch significante prijzen wordt verkocht).
Uitkeringen sociale voorziening
Sociale uitkeringen van de centrale en de lokale overheid aan huishoudens,
waar geen premies voor hoeven te worden betaald.
Uitkeringen sociale voorziening, totaal
In geld
Uitkeringen sociale voorziening in geld.
Variabele uitgedrukt in euro's, niet in natura.
In natura via marktproducenten
Uitkeringen sociale voorziening in natura via marktproducenten.
Overdrachten in natura aan huishoudens door overheidsinstellingen of
Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens. Zij lijken
op wettelijke uitkeringen sociale verzekering in natura, maar worden niet
verstrekt in het kader van een sociale verzekeringsregeling. Het gaat
hierbij onder meer om sociale woningen, huisvestingstoelagen,
kinderdagverblijven, beroepsopleiding en kortingen op vervoertarieven
(mits er sprake is van een sociale functie). Als huishoudens zelf betalen,
moeten deze uitgaven op de bedoelde uitkeringen in mindering worden
gebracht.
Subsidies
Betalingen van de overheid en de Europese Unie (EU) aan producenten met
het doel de prijzen van producten te verlagen, de werkgelegenheid in stand
te houden of de productiefactoren redelijk te belonen. Het gaat hierbij
bijvoorbeeld om subsidies voor het openbaar vervoer, de
huurprijsverlagende subsidies aan exploitanten van woningen, de
EU-subsidies op voedingsmiddelen en de bijdragen van de overheid in
verliezen van overheidsbedrijven.
De subsidies op voedingsmiddelen die door de EU (via de overheid) worden
betaald aan niet-ingezetenen, worden niet geregistreerd. Subsidies worden
onderscheiden in productgebonden subsidies en niet-productgebonden
subsidies.
Inkomen uit vermogen
Het inkomen dat de eigenaar van een vordering of van materiële
niet-geproduceerde activa ontvangt in ruil voor het verstrekken van
financiële middelen of het ter beschikking stellen van de materiële
niet-geproduceerde activa aan een andere institutionele eenheid.
Inkomen uit vermogen bestaat uit: rente, winstuitkeringen (dividenden en
inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen), ingehouden winsten op
directe buitenlandse investeringen, inkomen uit vermogen toegerekend aan
polishouders en inkomen uit grond en minerale reserves.
Inkomen uit vermogen, totaal
Rente
Rente wordt toegerekend aan het tijdvak waarin de onderliggende vordering
of schuld ontstaat. Werkelijke rentebetalingen worden gecorrigeerd voor
toegerekende bankdiensten. Er treedt een verschuiving op van de werkelijke
rentebetalingen naar de productie of het verbruik van bankdiensten. Voor
producenten van toegerekende bankdiensten leidt dit tot een daling van de
ontvangen rente en een stijging van de betaalde stijging ten opzichte van
de werkelijke rentestromen. Bij de verbruikers van toegerekende
bankdiensten die dit tot een stijging van ontvangen rente en een daling
van de betaalde rente, in vergelijking met de werkelijke rentestromen.
Overig
Inkomen uit grond en minerale reserves.
Overige uitgaven
Uitgaven die niet in de andere categorieën zijn ingedeeld.
Overige uitgaven, totaal
Niet-productgeb. belast. op productie
Niet-productgebonden belastingen op productie.
Dit zijn de belastingen op productie die producenten moeten betalen,
ongeacht de hoeveelheid of de waarde van de geproduceerde of verkochte
producten. Voorbeelden hiervan zijn de onroerendezaakbelasting,
reinigingsrechten en rioolrechten betaald door producenten.
Uitkeringen rechtstreeks door werkgevers
Dit zijn uitkeringen die rechtstreeks door werkgevers aan hun (voormalige)
werknemers worden betaald zonder dat hierbij een sociaal verzekeringsfonds
is betrokken, zoals:
- doorbetaling bij ziekte;
- interimregeling ziektekostenvergoeding ambtenaren (vervallen bij de
invoering van de nieuwe zorgverzekeringswet op 1 januari 2006);
- wachtgelden voormalig overheidspersoneel;
- eigen pensioen militairen.
Overige inkomensoverdrachten
Inkomensoverdrachten die niet in de andere categorieën zijn ingedeeld.
Kapitaaloverdrachten
Betalingen of overdracht van eigendom van activa (geen voorraden of geld)
waar geen tegenprestatie tegenover staat. De betaling van een
kapitaaloverdracht drukt op het vermogen van de betaler. De ontvangst van
een kapitaalsoverdracht is over het algemeen bedoeld om investeringen in
vaste activa, of andere langetermijn uitgaven, van de ontvanger te
financieren.
Er zijn vier deeltransacties onderscheiden: investeringsbijdragen,
vermogensheffingen, overige kapitaaloverdrachten en de toegerekende
kapitaaloverdrachten.
Saldo a-v niet-geprod. niet-fin. activa
Saldo aan- en verkopen van niet-geproduceerdeniet-financiële activa.
Bestaat voornamelijk uit transacties in grond. Het belangrijkste deel
wordt gevormd door de verkopen van bouwrijp gemaakte grond door
gemeentelijke grondbedrijven aan investeerders in gebouwen en woningen.
De waardering van de aan- en verkopen van grond is exclusief btw en
overdrachtskosten; deze vormen een onderdeel van de investeringen in vaste
activa.
Publieke sector gecontr door de overheid
Publieke sector gecontroleerd door de Overheid.
In eigendom van de overheid.
Algemeen totalen
Arbeidsvolume werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een
bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in
natura.
Arbeidsvolume werknemers (% tot. econ.)
Arbeidsvolume werknemers (% totale economie).
Arbeidsvolume werknemers in procenten van het totaal arbeidsvolume van
werknemers.
Het arbeidsvolume werknemers is de hoeveelheid arbeid die in een bepaalde
periode is ingezet door werknemers. Het arbeidsvolume kan worden
uitgedrukt in banen, arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn
personen die in een bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of
salaris, in geld of in natura.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Toegevoegde waarde (% bbp)
De toegevoegde waarde in procenten van het bbp (bruto binnenlands
product). De toegevoegde waarde is het verschil tussen de productie en het
intermediair verbruik. De toegevoegde waarde tegen basisprijzen is gelijk
aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen). Bruto toegevoegde waarde is inclusief
afschrijvingen en netto toegevoegde waarde is exclusief afschrijvingen.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Beloning van werknemers (% tot. econ.)
Beloning van werknemers (% totale economie).
Beloning van werknemers in procenten van de totale beloning van
werknemers.
Betreft de beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn
alle ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in
dienstbetrekking werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren
tot de werknemers, dus hun salarissen zijn ook in de beloning van
werknemers begrepen. Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale
werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Aanbestedingen
Procedures waarbij een opdrachtgever bekend maakt dat hij een opdracht wil
laten uitvoeren en bedrijven vraagt om een offerte in te dienen. In die
offertes staat onder andere welke prijs het bedrijf voor de uitvoering van
de opdracht vraagt.
Aanbestedingen, totaal
Intermediair verbruik plus investeringen (bruto).
Intermediair verbruik
Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het
productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte
grondstoffen, halffabrikaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals
communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe
accountants.
Investeringen (bruto)
De investeringen in vaste activa (bruto) plus de veranderingen in
voorraden inclusief het saldo van aan- en verkopen van kostbaarheden.
Investeringen (% totale economie)
Investeringen in procenten van de totale investeringen.
Investeringen zijn de investeringen in vaste activa plus de veranderingen
in voorraden inclusief het saldo van aan- en verkopen van kostbaarheden.
Publieke sector: afzonderlijk
Detaillering van de publieke sector naar sector overheid, niet-financiële
vennootschappen in handen van de overheid en financiële instellingen in
handen van de overheid.
Sector overheid
De sector overheid is het geheel van het Rijk, de provincies, de
gemeenten, de samenwerkingsverbanden op grond van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen, de waterschappen en de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisaties. Verder bestaat de overheid uit instellingen die
gecontroleerd en voornamelijk gefinancierd worden door de hiervoor
genoemde eenheden én daarbij niet voor de markt produceren, zoals ProRail,
de Open Universiteit en TNO, en de instanties die de sociale uitkeringen
verstrekken. Tot de overheid behoren ook de overheidsinstellingen die
werkzaam zijn in het buitenland, zoals ambassades. Omgekeerd worden
buitenlandse ambassades en internationale instellingen, zoals Europol en
het Internationaal gerechtshof, niet tot de Nederlandse overheid gerekend.
Vennootschappen maken in principe geen deel uit van de overheid, zelfs al
zijn ze geheel of gedeeltelijk eigendom van overheidsinstellingen, zoals
de NS, Schiphol en DNB (De Nederlandsche Bank). De overheid bestaat uit
verschillende subsectoren:
- Centrale overheid (CO);
- Lokale overheid (LO);
- Wettelijke sociale verzekeringsinstellingen (SV).
Vanuit de bedrijfsklassen gezien bestaat de overheid uit de
bedrijfsklassen overheidsbestuur en sociale verzekering, defensie en
gesubsidieerd onderwijs.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die ook
tot de sector overheid behoren, zoals:
- specifieke activiteiten van gemeenten, zoals reinigingsdiensten
(bedrijfsklasse milieudienstverlening), sociale werkplaatsen
(bedrijfsklasse overige industrie) en medische dienstverlening
(bedrijfsklasse gezondheids- en welzijnszorg) en aparte gemeenschappelijke
regelingen voor deze activiteiten;
- bureaus voor arbeidsbemiddeling, banenpools en het Jeugd Werk
Garantieplan (bedrijfsklasse uitzendbureaus);
- aan universiteiten gelieerde instituten (bedrijfsklasse speur- en
ontwikkelingswerk);
- opvangtehuizen en asielzoekerscentra (bedrijfsklasse gezondheids- en
welzijnszorg); .
- ideële organisaties, zoals Oxfam Novib en SNV (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Arbeidsvolume werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een
bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in
natura.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Aanbestedingen
Procedures waarbij een opdrachtgever bekend maakt dat hij een opdracht wil
laten uitvoeren en bedrijven vraagt om een offerte in te dienen. In die
offertes staat onder andere welke prijs het bedrijf voor de uitvoering van
de opdracht vraagt.
Aanbestedingen, totaal
Intermediair verbruik plus investeringen (bruto).
Intermediair verbruik
Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het
productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte
grondstoffen, halffabrikaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals
communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe
accountants.
Investeringen (bruto)
De investeringen in vaste activa (bruto) plus de veranderingen in
voorraden inclusief het saldo van aan- en verkopen van kostbaarheden.
Niet-financiële vennootschappen
Vanuit de sectoren gezien:
Deze sector bevat alle (quasi-)vennootschappen met als hoofdfunctie het
produceren van goederen en verhandelbare niet-financiële diensten:
- alle vennootschappen (nv's en bv's), quasi-vennootschappen en
coöperatieve verenigingen die niet tot de financiële instellingen worden
gerekend (zie financiële instellingen);
- alle Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens
(stichtingen en verenigingen) die niet tot de andere sectoren worden
gerekend. Voorbeelden zijn bejaardenoorden, ziekenhuizen en
woningcorporaties;
- overheidsbedrijven (vennootschappen die geheel of gedeeltelijk eigendom
zijn van de overheid) zoals de NS.
Vanuit de bedrijfsklassen gezien:
De sector niet-financiële vennootschappen bevat alle bedrijfseenheden die
niet bij de andere sectoren zijn ingedeeld.
Arbeidsvolume werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een
bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in
natura.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Aanbestedingen
Aanbestedingen, totaal
Intermediair verbruik plus investeringen (bruto).
Intermediair verbruik
Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het
productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte
grondstoffen, halffabrikaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals
communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe
accountants.
Investeringen (bruto)
De investeringen in vaste activa (bruto) plus de veranderingen in
voorraden inclusief het saldo van aan- en verkopen van kostbaarheden.
Financiële instellingen
Vanuit de sectoren gezien:
Deze sector bevat alle (quasi-)vennootschappen met als hoofdfunctie
financiële intermediatie, dat wil zeggen het aantrekken, transformeren en
distribueren van financiële middelen.
De sector financiële instellingen bestaat uit drie subsectoren: monetaire
financiële instellingen, verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen en
overige financiële instellingen.
Niet in de sector financiële instellingen begrepen zijn:
- juridisch zelfstandige beleggingsmaatschappijen in het bezit van één of
enkele eigenaren, die zelf niet tot de financiële instellingen behoren.
Deze zijn ingedeeld bij de sector waartoe de eigenaar behoort;
-- niet onder toezicht staande fondsen gericht op de pensioenverzekering
van één enkel persoon (pensioen-bv's). Deze zijn ingedeeld bij de sector
huishoudens;
- financiële hulpbedrijven en dergelijke die geen rechtspersoonlijkheid
bezitten. Deze zijn ingedeeld bij de sector huishoudens.
Vanuit de bedrijfsklassen gezien:
De sector financiële instellingen bevat alle eenheden uit de
bedrijfsklassen banken, verzekeringswezen en pensioenfondsen en financiële
hulpactiviteiten, met uitzondering van de niet onder toezicht staande
financiële eenheden die werkzaam zijn voor een niet-financiële
vennootschap, waarvan zij onderdeel vormen.
Daarnaast zijn er eenheden in een aantal andere bedrijfsklassen die
eveneens tot de sector financiële instellingen behoren. Voorbeelden
hiervan zijn:
- operationele lease door maatschappijen die onderdeel vormen van een
financiële instelling (bedrijfsklasse verhuur van roerende goederen);
- houdstermaatschappijen van verzekeringsmaatschappijen en monetaire
financiële instellingen die zelf niet onder toezicht staan (bedrijfsklasse
economische dienstverlening);
- werkgevers-, werknemers- en beroepsorganisaties voor zover die in
verband staan met financiële instellingen (bedrijfsklasse overige
dienstverlening n.e.g. (niet elders genoemd)).
Arbeidsvolume werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde
periode is ingezet. Het arbeidsvolume kan worden uitgedrukt in banen,
arbeidsjaren of gewerkte uren. Werknemers zijn personen die in een
bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in
natura.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen).
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Aanbestedingen
Bestemming van uitgaven.
Aanbestedingen, totaal
Intermediair verbruik plus investeringen (bruto).
Intermediair verbruik
Alle producten die in de verslagperiode zijn verbruikt in het
productieproces. Dit kunnen al of niet in de verslagperiode aangekochte
grondstoffen, halffabrikaten en brandstoffen zijn maar ook diensten zoals
communicatiediensten, schoonmaakdiensten en diensten van externe
accountants.
Investeringen (bruto)
De investeringen in vaste activa (bruto) plus de veranderingen in
voorraden inclusief het saldo van aan- en verkopen van kostbaarheden.
Huishoudens
Tot deze sector behoren alle natuurlijke personen die langer dan een jaar
in Nederland verblijven, ongeacht hun nationaliteit. Omgekeerd worden
Nederlanders die langer dan een jaar in het buitenland verblijven niet tot
de Nederlandse huishoudens gerekend.
Huishoudens omvatten niet alleen op zichzelf of in gezinsverband wonende
personen, maar ook personen in verpleeginrichtingen, bejaardentehuizen,
gevangenissen en internaten.
Indien de tot de huishoudens gerekende personen een eigen bedrijf hebben,
wordt dit bedrijf ook tot de huishoudens gerekend. Dit is het geval bij de
zelfstandigen en de eigenwoningbezitters. Grote, zelfstandig opererende
ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid (quasi-vennootschappen) behoren
echter tot de (niet-financiële of financiële) vennootschappen.
Alternatief beschikbaar inkomen
Het beschikbaar inkomen (netto) van huishoudens plus de individuele
consumptie door de overheid plus de consumptieve bestedingen door
instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens.
Altern. beschikb.ink. van huish., totaal
Netto alternatief beschikbaar inkomen van huishoudens, totaal.
Dit bestaat uit het beschikbaar inkomen (netto) van huishoudens plus de
individuele consumptie door de overheid plus de consumptieve bestedingen
door instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens.
Beschikb. inkomen van huishoudens, netto
Beschikbaar inkomen van huishoudens (netto).
Dit geeft aan over welk inkomen de sector huishoudens kan beschikken na
herverdeling van het primaire inkomen door al dan niet verplichte
inkomensoverdrachten tussen de sectoren (belastingen op inkomen en
vermogen, sociale premies en uitkeringen en overige inkomensoverdrachten).
De registratiewijze van de verzekeringstransacties leidt ertoe dat de
verandering in pensioenvoorzieningen niet zijn opgenomen in het
beschikbaar inkomen van huishoudens.
Overdrachten in natura
Overdracht van eigendom van activa (geen geld of voorraden) of de
kwijtschelding van een schuld.
Overdrachten in natura, totaal
Consumptieve bested. IZW huishoudens
Consumptieve bestedingen door IZW huishoudens.
Uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Individuele consumptie door de overheid
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.
Individuele cons. overheid, totaal
Individuele consumptie door de overheid, totaal.
Soc. uitkeringen in natura via marktpr.
Sociale uitkeringen in natura via marktproducenten.
Hieronder vallen:
- Uitkeringen wettelijke sociale verzekering in natura via
marktproducenten;
- uitkeringen sociale voorziening in natura via marktproducenten. Sociale
uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële zekerheid te
bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit,
arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en
werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te vorzien (zoals huisvesting en
onderwijs).
Hieronder vallen de uitkeringen wettelijke sociale verzekering,
uitkeringen sociale voorziening, pensioenuitkeringen, overige particuliere
sociale premies en uitkeringen rechtstreeks door werkgevers. Sociale
uitkeringen in natura kunnen worden verdeeld in vergoedingen van
daadwerkelijk door de betreffende huishoudens aangeschafte goederen en
diensten en diensten die rechtstreeks aan de huishoudens worden verleend.
In het tweede geval worden goederen en diensten die door de producenten
rechtstreeks aan de begunstigden worden geleverd geheel of gedeeltelijk
betaald door de overheid of door instellingen zonder winstoogmerk ten
behoeve van huishoudens. Onder sociale uitkeringen in natura valt het
merendeel van de uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid,
onderwijs en sociale bescherming.
Sociale uitkeringen in natura, totaal
Sociale uitkeringen in natura via marktproducenten, totaal.
Uitkeringen wettel. sociale verzekering
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering.
Uitkeringen door wettelijke sociale verzekeringsinstellingen op het gebied
van onder meer werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, ziekte en ouderdom.
Uitkeringen sociale voorziening
Sociale uitkeringen van de centrale en de lokale overheid aan huishoudens,
waar geen premies voor hoeven te worden betaald.
Soc. overdr. individuele niet-marktprod.
Individuele consumptie van overige niet-markt productie.
Werkelijke individuele consumptie
Consumptieve bestedingen hebben betrekking op de uitgaven voor
consumptiegoederen en -diensten. De werkelijke individuele consumptie
daarentegen betreft de verwerving van consumptiegoederen en -diensten. Het
verschil tussen deze begrippen wordt veroorzaakt door de behandeling van
bepaalde goederen en diensten die door de overheid of Instellingen zonder
winstoogmerk ten behoeve van huishoudens worden gefinancierd, en
vervolgens als sociale overdrachten in natura aan de huishoudens worden
geleverd.
Hieronder valt het merendeel van de uitgaven van de overheid op het gebied
van gezondheid, onderwijs en sociale bescherming. De consumptie door
Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens wordt geheel
tot de individuele consumptie gerekend.
De werkelijke individuele consumptie door huishoudens wordt als volgt
berekend:
consumptieve bestedingen door huishoudens
plus: consumptieve bestedingen door Instellingen zonder winstoogmerk ten
behoeve van huishoudens plus: individuele consumptie door de overheid
= werkelijke individuele consumptie.
Werkel. individuele consumptie, totaal
Werkelijke individuele consumptie, totaal.
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Overdrachten in natura
Overdracht van eigendom van activa (geen geld of voorraden) of de
kwijtschelding van een schuld.
Naar verbruiksfunctie
Bij de indeling naar verbruiksfuncties wordt gekeken hoe iets door de
consument wordt gebruikt. Het onderscheid tussen goederen en diensten is
daarbij niet van belang. In deze indeling vallen bijvoorbeeld zowel de
aankoop van voertuigen als de aankoop van vervoersdiensten onder de
verbruiksfunctie vervoer.
Voeding en niet-alcoholische dranken
Aardappelen, groenten en fruit; vlees en vleeswaren; vis; zuivelproducten;
brood, beschuit en broodproducten; overige voedingsmiddelen; koffie; thee,
mineraal water, soft drinks.
Alcoholische dranken en tabak
Gedistilleerd; wijn; bier; sigaretten, sigaren; e.d.
Kleding en schoeisel
Heren, dames- en kinderkleding; reniging, reparatie en verhuur van
kleding; schoenen; reparatie van schoenen.
Huisvesting, water en energie
Huur; toegerekende huur; onderhoud en reparatie van woningen; andere
diensten in verband met woningen; water; electriciteit; gas; andere
bandstoffen.
Totaal
Huisvesting, water en energie, totaal.
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Individuele consumptie door de overheid
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.
...Uitkeringen soc. voorz. in natura
Uitkeringen sociale voorziening in natura via marktproducenten.
Overdrachten in natura aan huishoudens door overheidsinstellingen of
Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens. Zij lijken
op wettelijke uitkeringen sociale verzekering in natura, maar worden niet
verstrekt in het kader van een sociale verzekeringsregeling. Het gaat
hierbij onder meer om sociale woningen, huisvestingstoelagen,
kinderdagverblijven, beroepsopleiding en kortingen op vervoertarieven
(mits er sprake is van een sociale functie). Als huishoudens zelf betalen,
moeten deze uitgaven op de bedoelde uitkeringen in mindering worden
gebracht.
Woninginrichting en huishouding
Meubelen, stoffering en decoraties, vloerbedekking, reapraties hieraan;
huishoudtextiel; verwarmingsapparatuur, kooktoestellen, koelkasten,
wasmachines en andere grote huishoudelijke apparaten, inclusief
installatie en reparatie; vaat- en glaswerk en huishoudelijke artikelen;
gereedschappen en werktuigen voor huis en tuin; goederen en diensten voor
het dagelijks onderhoud van de woning.
Gezondheid
Geneesmiddelen en farmaceutische producten, therapeutische apparaten en
toestellen; medische en paramedische diensten buiten ziekenhuizen;
diensten van ziekenhuizen; diensten van ziekte- en
ongevallenverzekeringen.
Gezondheid, totaal
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Individuele consumptie door de overheid
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.
Individuele consumptie overheid, totaal
Uitker. wettel. soc. verzek. in natura
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering in natura via marktproducenten.
Deze uitkeringen zijn de vergoedingen die wettelijke sociale
verzekeringsinstellingen in het kader van sociale risico's en behoeften
betalen voor goedgekeurde uitgaven van huishoudens voor bepaalde goederen
of diensten. Meestal gaat het om medische of tandheelkundige
behandelingen, ziekenhuisaccommodatie, brillen of contactlenzen, medische
hulpmiddelen of voorzieningen en soortgelijke goederen of diensten. De
dienst wordt rechtstreeks, zonder vergoeding, aan de begunstigden
verstrekt door marktproducenten (producenten wiens productie tegen
economisch significante prijzen wordt verkocht).
Soc. overdr. individuele niet-marktprod.
Individuele consumptie van overige niet-markt productie.
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd, en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Niet-marktproductie is productie die niet
voor een economisch significante prijs wordt verhandeld, niet wordt
geruild en niet wordt gebruikt voor betaling in natura. Onder overige
niet-marktproductie valt de niet-marktproductie die niet wordt gerekend
tot de investeringen in eigen beheer en de productie voor eigen
consumptie.
Vervoer
Spoorwegdiensten; personenvervoer, spoorwegdiensten; goederenvervoer,
overig personenvervoer over land, overig wegvervoer, vervoer via
pijpleidingen, diensten zeevaart, binnenvaart; passagiersvervoer, overig
vervoer door de binnenvaart, diensten luchtvaart, diensten luchtvaart
verwante bedrijven (luchthavens), reisorganisatie en reisbemiddeling,
diensten overige hulpbedrijven en vervoer.
Communicatie
Postdiensten, telefoontoestellen en telefoondiensten.
Recreatie en cultuur
Audiovisuele, fotografische en informatieverwerkende apparatuur; andere
duurzame goederen voor recreatie en cultuur (duurzame goederen voor
buitenrecreatie, muziekinstrumenten en duurzame goederen voor
binnenrecreatie, onderhoud en reparatie daarvan); spellen, speelgoed,
hobby's, tuinen, bloemen, planten, huisdieren, veterinaire en andere
diensten voor huisdieren; recreatieve en culturele diensten (recreatie en
sport, bibiotheek, bioscoop, museum, theater, gokken; boeken, kranten
schrijfwaren, en dergelijke; vakanties.
Recreatie en cultuur, totaal
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen IZW huishoudens
Uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Individuele consumptie door de overheid
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.
Soc. overdr. individuele niet-marktprod.
Individuele consumptie van overige niet-markt productie.
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd, en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Niet-marktproductie is productie die niet
voor een economisch significante prijs wordt verhandeld, niet wordt
geruild en niet wordt gebruikt voor betaling in natura. Onder overige
niet-marktproductie valt de niet-marktproductie die niet wordt gerekend
tot de investeringen in eigen beheer en de productie voor eigen
consumptie.
Onderwijs
Georganiseerde communicatie van niet-incidentele aard met als doel
overdracht van kennis, vermeerdering van inzicht of aanleren van
vaardigheden.
Onderwijs, totaal
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Individuele consumptie door de overheid
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.
Individuele consumptie overheid, totaal
Uitkeringen soc. voorz. in natura
Uitkeringen sociale voorziening in natura via marktproducenten.
Overdrachten in natura aan huishoudens door overheidsinstellingen of
Instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens. Zij lijken
op wettelijke uitkeringen sociale verzekering in natura, maar worden niet
verstrekt in het kader van een sociale verzekeringsregeling. Het gaat
hierbij onder meer om sociale woningen, huisvestingstoelagen,
kinderdagverblijven, beroepsopleiding en kortingen op vervoertarieven
(mits er sprake is van een sociale functie). Als huishoudens zelf betalen,
moeten deze uitgaven op de bedoelde uitkeringen in mindering worden
gebracht.
Soc. overdr. individuele niet-marktprod.
Individuele consumptie van overige niet-markt productie.
Horeca
Drankenverstrekking (cafés, en dergelijke), maaltijd- en
logiesverstrekking.
Sociale bescherming
Het geheel van wettelijke regelingen met een sociaal en collectief
karakter, dat als doel heeft om risico's die individueel niet goed te
dragen zijn af te dekken. Het gaat hierbij onder meer om de risico's op
het gebied van ouderdom, het overlijden van naasten, ziekte,
arbeidsongeschiktheid en werkloosheid.
Sociale bescherming, totaal
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen IZW huishoudens
Uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Individuele consumptie door de overheid
De verwerving van consumptiegoederen en -diensten die door de overheid
worden gefinancieerd en vervolgens als sociale overdrachten in natura aan
de huishoudens worden geleverd. Hieronder valt het merendeel van de
uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid, onderwijs en
sociale bescherming.
Individuele consumptie overheid, totaal
Soc. uitkeringen in natura via marktpr.
Sociale uitkeringen in natura via marktproducenten.
Hieronder vallen:
- Uitkeringen wettelijke sociale verzekering in natura via
marktproducenten;
- uitkeringen sociale voorziening in natura via marktproducenten. Sociale
uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële zekerheid te
bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit,
arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en
werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te vorzien (zoals huisvesting en
onderwijs).
Hieronder vallen de uitkeringen wettelijke sociale verzekering,
uitkeringen sociale voorziening, pensioenuitkeringen, overige particuliere
sociale premies en uitkeringen rechtstreeks door werkgevers. Sociale
uitkeringen in natura kunnen worden verdeeld in vergoedingen van
daadwerkelijk door de betreffende huishoudens aangeschafte goederen en
diensten en diensten die rechtstreeks aan de huishoudens worden verleend.
In het tweede geval worden goederen en diensten die door de producenten
rechtstreeks aan de begunstigden worden geleverd geheel of gedeeltelijk
betaald door de overheid of door instellingen zonder winstoogmerk ten
behoeve van huishoudens. Onder sociale uitkeringen in natura valt het
merendeel van de uitgaven van de overheid op het gebied van gezondheid,
onderwijs en sociale bescherming.
Sociale uitkeringen in natura, totaal
Uitkeringen wettel. sociale verzekering
Uitkeringen wettelijke sociale verzekering.
Uitkeringen door wettelijke sociale verzekeringsinstellingen op het gebied
van onder meer werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, ziekte en ouderdom.
Uitkeringen sociale voorziening
Sociale uitkeringen van de centrale en de lokale overheid aan huishoudens,
waar geen premies voor hoeven te worden betaald.
Soc. overdr. individuele niet-marktprod.
Individuele consumptie van overige niet-markt productie.
Door de overheid gefinancierde consumptiegoederen- en diensten die als
sociale overdrachten in natura aan de huishoudens worden geleverd.
Niet-marktproductie is productie die niet voor een economisch significante
prijs wordt verhandeld, niet wordt geruild en niet wordt gebruikt voor
betaling in natura.
Overige
Overige, totaal
Consumptieve bestedingen huishoudens
Uitgaven door huishoudens voor goederen en diensten die worden gebruikt
voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of
van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen IZW huishoudens
Uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Nettow. bedr. nat. pers. naar bedrijfst.
Netto winst van bedrijven van natuurlijke personen naar bedrijfstakken.
Specificatie naar bedrijfstakken van de netto winst (vóór belastingen) van
bedrijven van natuurlijke personen.
Bedrijven van natuurlijke personen behoren tot de sector huishoudens.
Hieronder vallen niet eigen-woningbezit, zwart en fraude, kinderoppas,
huishoudelijke hulp en dergelijke.
Gemengd inkomen (netto)
Het netto exploitatieoverschot / gemengd inkomen is gelijk aan het bruto
exploitatieoverschot / gemengd inkomen verminderd met de afschrijvingen.
Het bruto exploitatieoverschot per bedrijfsklasse is het saldo dat
resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met
de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden
belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie.
Bij zelfstandigen wordt dit saldo gemengd inkomen genoemd omdat het ook de
beloning voor de door hen (zelfstandigen en hun medewerkende gezinsleden)
geleverde arbeid bevat.
A Landbouw, bosbouw en visserij
Deze sectie omvat:
- de exploitatie van natuurlijke plantaardige en dierlijke hulpbronnen:
w.o. de akkerbouw, veeteelt en de productie van overige planten en dieren
op een agrarisch bedrijf of in het natuurlijke leefgebied;
w.o. bosbouw, houtteelt en jacht;
w.o. specifieke loondiensten met betrekking tot het productieproces
landbouw, jacht en bosbouw worden eveneens in deze sectie ingedeeld;
w.o. visserij: de vangst of het kweken van vis, schaaldieren en
weekdieren.
B-E Nijverheid (geen bouw) en energie
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
B Winning van delfstoffen
C Industrie
D Productie en distributie van en handel in elektriciteit, aardgas, stoom
en gekoelde lucht
E Winning en distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering
F Bouwnijverheid
Deze sectie omvat:
- algemene en gespecialiseerde bouwkundige en civieltechnische werken, de
bouwinstallatie en de afwerking van gebouwen.
Zij omvat ook nieuwbouw, reparatie, aan- en verbouwwerkzaamheden, het
optrekken van geprefabriceerde gebouwen of constructies ter plaatse en van
tijdelijke bouwwerken.
Onder algemene bouw valt de bouw van woningen, kantoren, winkels en andere
vormen van burgerlijke- en utiliteitsbouw enzovoort of de bouw of aanleg
van zware constructies als autowegen, straten, bruggen, tunnels,
spoorwegen, vliegvelden, havens en andere waterbouwkundige
projecten, irrigatiesystemen, rioleringen, industriële installaties,
pijpleidingen en elektriciteitsleidingen, sportvoorzieningen enzovoort.
Deze werkzaamheden kunnen voor eigen rekening of voor een vast bedrag of
op contractbasis worden uitgevoerd.
Een deel van de werkzaamheden of soms zelfs alle uitvoerende werkzaamheden
kunnen worden uitbesteed aan onderaannemers.
Gespecialiseerde bouw omvat de bouw of aanleg van een gedeelte van
bouwwerken en van civieltechnische werken of de hiervoor vereiste
voorbereidende werkzaamheden. Er is gewoonlijk sprake van
gespecialiseerde werkzaamheden ten behoeve van diverse bouwwerken,
waarvoor specifieke ervaring of een speciale uitrusting nodig is. Het
heien, leggen van funderingen, boren van waterputten, de cascobouw, het
storten van beton, metselen, zetten van natuursteen, de bouw van steigers,
dakbedekking enzovoort worden hiertoe gerekend. Gespecialiseerde
bouwkundige werkzaamheden worden meestal aan onderaannemers uitbesteed,
maar vooral reparaties worden in de bouw rechtstreeks voor de eigenaar van
het onroerend goed uitgevoerd.
De bouwinstallatie omvat de installatie van alle voorzieningen waardoor
een bouwwerk als zodanig zijn functie kan vervullen. Deze werkzaamheden
worden meestal op de bouwplaats zelf verricht, hoewel bepaalde gedeelten
ervan in een werkplaats kunnen worden uitgevoerd. Inbegrepen zijn
loodgieterswerk, de installatie van verwarmings- en
klimaatregelingssystemen, alarmsystemen en andere elektrische
apparatuur, sprinklerinstallaties, liften en roltrappen enzovoort. Ook
vallen hieronder isolatiewerkzaamheden (vochtwering, warmte- en
geluidsisolatie), het aanbrengen van metalen beplating, de installatie van
commerci%le koelapparatuur, verlichtings- en signaleringssystemen voor
wegen, spoorwegen, luchthavens, havens enzovoort. Het uitvoeren van
reparaties in verband met deze activiteiten is ook inbegrepen.
De afwerking van gebouwen omvat werkzaamheden die zijn gericht op de
afwerking of voltooiing van een bouwwerk, zoals glaszetten,
stukadoorswerk, schilderen, sauzen, het aanbrengen van vloer- of
wandtegels of van andere bekleding of bedekking zoals parket, tapijt,
behang enzovoort, schuren van vloeren, aftimmeren, geluidstechnische
werkzaamheden enzovoort. Het uitvoeren van reparaties in verband met deze
activiteiten is ook inbegrepen.
Deze afdeling omvat niet:
- de bouw of installatie van industriële apparatuur en machines
(bijvoorbeeld de installatie van industriële ovens, turbines enzovoort)
(sectie C);
- het optrekken van volledige geprefabriceerde gebouwen of bouwwerken van
zelf vervaardigde onderdelen wordt ingedeeld bij de toepasselijke rubriek
van de sectie Industrie, afhankelijk van het materiaal waaruit deze
voornamelijk bestaan. Indien dit echter beton is, wordt deze activiteit in
deze afdeling ingedeeld.
G-I Handel, vervoer en horeca
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
G Groot- en detailhandel; reparatie van auto's
H Vervoer en opslag
I Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
J Informatie en communicatie
Deze sectie omvat:
- de productie en distributie van informatie, de voorziening van de
infrastructuur om die informatie door te geven, alsmede activiteiten op
het gebied van data- en communicatie-informatietechnologie en het bewerken
van data en andere informatie.
De belangrijkste activiteiten die hier ingedeeld worden zijn het uitgeven
(afdeling 58, incl. het uitgeven van software), productie van films en
geluidsopnamen (afdeling 59) radio en TV (afdeling 60), telecommunicatie
(afdeling 61), informatietechnologie (afdeling 62) en andere
dienstverlening op het gebied van informatie (afdeling 63).
Uitgeven omvat ook het verkrijgen van de copyrights voor de content
(informatieproducten) en het toegankelijk maken hiervan voor een breed
publiek.
Alle mogelijke vormen van uitgeven vallen onder deze sectie (in drukvorm,
elektronisch of audio, op het internet, als multimediaproduct enzovoorts).
K Financiële dienstverlening
Deze sectie omvat:
- financiële instellingen;
- verzekeringswezen en pensioenfondsen (geen verplichte sociale
verzekeringen);
- financiële beurzen, effectenmakelaars, assurantietussenpersonen,
administratiekantoren voor aandelen, waarborgfondsen en dergelijke.
L Verhuur en handel van onroerend goed
Deze sectie omvat:
- verhuur van onroerend goed;
- bemiddeling in en beheer van onroerend goed.
M-N Zakelijke dienstverlening
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
M Advisering, onderzoek en overige specialistische zakelijke
dienstverlening.
N Verhuur van roerende goederen en overige zakelijke dienstverlening.
O-Q Overheid en zorg
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
O Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen
P Onderwijs
Q Gezondheids- en welzijnszorg
R-U Cultuur, recreatie, overige diensten
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
R Cultuur, sport en recreatie
S Overige dienstverlening
T Huishoudens als werkgever; niet-gedifferentieerde productie van goederen
en diensten door huishoudens voor eigen gebruik
U Extraterritoriale organisaties en lichamen
Ontvangen rente
Rente is een vergoeding voor het uitlenen van geld.
Betaalde rente
Rente is een vergoeding voor het uitlenen van geld.
Ontvangen inkomen uit grond enz.
De betalingen voor het gebruik van grond (pacht) en de betalingen die
voortvloeien uit het verlenen van vergunningen om minerale reserves te
mogen exploreren of exploiteren (concessies).
Netto winst voor belastingen
Winst waarover nog vennootschapsbelasting betaald moet worden.
A Landbouw, bosbouw en visserij
Deze sectie omvat:
- de exploitatie van natuurlijke plantaardige en dierlijke hulpbronnen:
w.o. de akkerbouw, veeteelt en de productie van overige planten en dieren
op een agrarisch bedrijf of in het natuurlijke leefgebied;
w.o. bosbouw, houtteelt en jacht;
w.o. specifieke loondiensten met betrekking tot het productieproces
landbouw, jacht en bosbouw worden eveneens in deze sectie ingedeeld;
w.o. visserij: de vangst of het kweken van vis, schaaldieren en
weekdieren.
B-E Nijverheid (geen bouw) en energie
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
B Winning van delfstoffen
C Industrie
D Productie en distributie van en handel in elektriciteit, aardgas, stoom
en gekoelde lucht
E Winning en distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering
F Bouwnijverheid
Deze sectie omvat:
- algemene en gespecialiseerde bouwkundige en civieltechnische werken, de
bouwinstallatie en de afwerking van gebouwen.
Zij omvat ook nieuwbouw, reparatie, aan- en verbouwwerkzaamheden, het
optrekken van geprefabriceerde gebouwen of constructies ter plaatse en van
tijdelijke bouwwerken.
Onder algemene bouw valt de bouw van woningen, kantoren, winkels en andere
vormen van burgerlijke- en utiliteitsbouw enzovoort of de bouw of aanleg
van zware constructies als autowegen, straten, bruggen, tunnels,
spoorwegen, vliegvelden, havens en andere waterbouwkundige
projecten, irrigatiesystemen, rioleringen, industriële installaties,
pijpleidingen en elektriciteitsleidingen, sportvoorzieningen enzovoort.
Deze werkzaamheden kunnen voor eigen rekening of voor een vast bedrag of
op contractbasis worden uitgevoerd.
Een deel van de werkzaamheden of soms zelfs alle uitvoerende werkzaamheden
kunnen worden uitbesteed aan onderaannemers.
Gespecialiseerde bouw omvat de bouw of aanleg van een gedeelte van
bouwwerken en van civieltechnische werken of de hiervoor vereiste
voorbereidende werkzaamheden. Er is gewoonlijk sprake van
gespecialiseerde werkzaamheden ten behoeve van diverse bouwwerken,
waarvoor specifieke ervaring of een speciale uitrusting nodig is. Het
heien, leggen van funderingen, boren van waterputten, de cascobouw, het
storten van beton, metselen, zetten van natuursteen, de bouw van steigers,
dakbedekking enzovoort worden hiertoe gerekend. Gespecialiseerde
bouwkundige werkzaamheden worden meestal aan onderaannemers uitbesteed,
maar vooral reparaties worden in de bouw rechtstreeks voor de eigenaar van
het onroerend goed uitgevoerd.
De bouwinstallatie omvat de installatie van alle voorzieningen waardoor
een bouwwerk als zodanig zijn functie kan vervullen. Deze werkzaamheden
worden meestal op de bouwplaats zelf verricht, hoewel bepaalde gedeelten
ervan in een werkplaats kunnen worden uitgevoerd. Inbegrepen zijn
loodgieterswerk, de installatie van verwarmings- en
klimaatregelingssystemen, alarmsystemen en andere elektrische
apparatuur, sprinklerinstallaties, liften en roltrappen enzovoort. Ook
vallen hieronder isolatiewerkzaamheden (vochtwering, warmte- en
geluidsisolatie), het aanbrengen van metalen beplating, de installatie van
commerci%le koelapparatuur, verlichtings- en signaleringssystemen voor
wegen, spoorwegen, luchthavens, havens enzovoort. Het uitvoeren van
reparaties in verband met deze activiteiten is ook inbegrepen.
De afwerking van gebouwen omvat werkzaamheden die zijn gericht op de
afwerking of voltooiing van een bouwwerk, zoals glaszetten,
stukadoorswerk, schilderen, sauzen, het aanbrengen van vloer- of
wandtegels of van andere bekleding of bedekking zoals parket, tapijt,
behang enzovoort, schuren van vloeren, aftimmeren, geluidstechnische
werkzaamheden enzovoort. Het uitvoeren van reparaties in verband met deze
activiteiten is ook inbegrepen.
Deze afdeling omvat niet:
- de bouw of installatie van industriële apparatuur en machines
(bijvoorbeeld de installatie van industriële ovens, turbines enzovoort)
(sectie C);
- het optrekken van volledige geprefabriceerde gebouwen of bouwwerken van
zelf vervaardigde onderdelen wordt ingedeeld bij de toepasselijke rubriek
van de sectie Industrie, afhankelijk van het materiaal waaruit deze
voornamelijk bestaan. Indien dit echter beton is, wordt deze activiteit in
deze afdeling ingedeeld.
G-I Handel, vervoer en horeca
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
G Groot- en detailhandel; reparatie van auto's
H Vervoer en opslag
I Logies-, maaltijd- en drankverstrekking
J Informatie en communicatie
Deze sectie omvat:
- de productie en distributie van informatie, de voorziening van de
infrastructuur om die informatie door te geven, alsmede activiteiten op
het gebied van data- en communicatie-informatietechnologie en het bewerken
van data en andere informatie.
De belangrijkste activiteiten die hier ingedeeld worden zijn het uitgeven
(afdeling 58, incl. het uitgeven van software), productie van films en
geluidsopnamen (afdeling 59) radio en TV (afdeling 60), telecommunicatie
(afdeling 61), informatietechnologie (afdeling 62) en andere
dienstverlening op het gebied van informatie (afdeling 63).
Uitgeven omvat ook het verkrijgen van de copyrights voor de content
(informatieproducten) en het toegankelijk maken hiervan voor een breed
publiek.
Alle mogelijke vormen van uitgeven vallen onder deze sectie (in drukvorm,
elektronisch of audio, op het internet, als multimediaproduct enzovoorts).
K Financiële dienstverlening
Deze sectie omvat:
- financiële instellingen;
- verzekeringswezen en pensioenfondsen (geen verplichte sociale
verzekeringen);
- financiële beurzen, effectenmakelaars, assurantietussenpersonen,
administratiekantoren voor aandelen, waarborgfondsen en dergelijke.
L Verhuur en handel van onroerend goed
Deze sectie omvat:
- verhuur van onroerend goed;
- bemiddeling in en beheer van onroerend goed.
M-N Zakelijke dienstverlening
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
M Advisering, onderzoek en overige specialistische zakelijke
dienstverlening.
N Verhuur van roerende goederen en overige zakelijke dienstverlening.
O-Q Overheid en zorg
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
O Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen
P Onderwijs
Q Gezondheids- en welzijnszorg
R-U Cultuur, recreatie, overige diensten
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
R Cultuur, sport en recreatie
S Overige dienstverlening
T Huishoudens als werkgever; niet-gedifferentieerde productie van goederen
en diensten door huishoudens voor eigen gebruik
U Extraterritoriale organisaties en lichamen