Kwartaalrekeningen; waarden 1987 - kw1 2011

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat kwartaal- en jaargegevens over de productiecomponenten, de bestedingencategorieën en de inkomensbestanddelen van het bruto binnenlands product van Nederland. Het bruto binnenlands product is een belangrijk macro-economisch begrip. De volume-ontwikkeling van het bruto binnenlands product is de maatstaf voor de economische groei van een land. Het is in de nationale rekeningen en dus ook in de kwartaalrekeningen gebruikelijk om het bruto binnenlands product vanuit drie gezichtspunten te benaderen, vanuit de productie, vanuit de bestedingen en vanuit het inkomen.

Daarnaast zijn er ook nog gegevens over de inkomenstransacties met het buitenland. Die maken het mogelijk berekeningen te maken over het bruto nationaal inkomen (bni). Deze gegevens zijn gegroepeerd onder het onderwerp 'nationaal vorderingensaldo'. Ten slotte zijn er detailgegevens van variabelen uit de eerste vier onderwerpen beschikbaar. Deze zijn gepresenteerd onder 'detailgegevens'.

Gegevens beschikbaar vanaf:
1987 tot en met eerste kwartaal 2011.

Status van de cijfers:
De cijfers vanaf 1987 zijn definitief. Gegevens van 2008 tot en met het 1e kwartaal 2011 hebben de status voorlopig.
Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 25 juni 2011:
Geen, deze tabel is stopgezet.
De tabellen van de Nationale rekeningen, te vinden onder macro-economie, worden opnieuw gestructureerd. De tabellen zijn in een nieuwe mappenstructuur geplaatst. Een aantal tabellen wordt in de tweede helft van 2011 herzien. Sommige tabellen gaan één op één over in een nieuwe tabel, andere worden opgesplitst, weer andere (deels) samengevoegd met andere tabellen. Doelstelling van de herstructurering is om de vindbaarheid van de cijfers te verhogen. De herstructurering valt samen met de herziening van de bedrijfsindeling die in de tabellen van de nationale rekeningen wordt gebruikt. De nationale rekeningen zijn hiermee overgegaan van de SBI '93 naar de SBI 2008.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Productiebenadering van het BBP
De opbouw vanuit de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van
bedrijfsklassen naar het bruto binnenlands product (bbp) tegen
marktprijzen wordt in dit deel van de publicatie gepresenteerd.
Het bbp (marktprijzen) is gelijk aan de som van de bruto toegevoegde
waarden (basisprijzen) van alle bedrijfsklassen, het saldo van
productgebonden belastingen en subsidies en het verschil
toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde waarde (BTW).
Schematisch:
Bij bedrijfsklassen gevormde toegevoegde waarde tegen basisprijzen
plus: saldo van productgebonden belastingen en subsidies.
plus: verschil toegerekende en afgedragen belasting over de toegevoegde
waarde (BTW)
levert het bruto binnenlands product tegen marktprijzen op.
Bruto toegevoegde waarde tegen basisprijzen:
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen per bedrijfsklasse is gelijk aan
het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen). De bedrijfstakken zijn ingedeeld in secties en
afdelingen conform de standaardbedrijfsindeling (SBI) 1993.
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen
De toegevoegde waarde is het verschil tussen de productie en het
intermediair verbruik. De toegevoegde waarde tegen basisprijzen is gelijk
aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair
verbruik (aankoopprijzen). Bruto toegevoegde waarde is inclusief
afschrijvingen en netto toegevoegde waarde is exclusief afschrijvingen.
Toegevoegde waarde naar bedrijfstak
Bruto toegevoegde waarde gewaardeerd tegen basisprijzen, gespecificeerd
naar bedrijsktakken.
Niet-commerciële dienstenproducenten
Bruto toegevoegde waarde tegen basisprijzen van niet-commerciële
dienstenproducenten.
Tot de niet-commerciële dienstenproducenten behoren de bedrijfstak
Overheid en de Zorg en overige dienstverlening.
Zorg en overige dienstverlening
8040d Zorg, niet-gesubsidieerd onderwijs, recreatie, cultuur en milieu
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
804 Auto- en motorrijscholen, afstandsonderwijs, bedrijfsopleidingen,
studiebegeleiding en onderwijs niet elders genoemd
N Gezondheids- en welzijnszorg
O Milieudienstverlening, cultuur, recreatie en overige dienstverlening
P Particuliere huishoudens met personeel in loondienst
Toegevoegde waarde: ESR 1995 A6-indeling
Toegevoegde waarde tegen basisprijzen conform de A6-indeling van de
Europese systeem van nationale rekeningen van 1995.
Overheid, zorg en overige diensten
7500b Niet-commerciële dienstverlening
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
L Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen
M Onderwijs
N Gezondheids- en welzijnszorg
O Milieudienstverlening, cultuur, recreatie en overige dienstverlening
P Particuliere huishoudens met personeel in loondienst
Q Extraterritoriale lichamen en organisaties
Aanvullende detailgegevens
De detailgegevens hebben betrekking op variabelen waarvoor elders in deze
publicatie alleen het totaal is opgenomen. Er zijn detailgegevens over
verschillende bestedingsvariabelen. De totale consumptieve bestedingen
worden gespecificeerd naar twee verschillende indelingen: de
bestedingsindeling en de verwervingsindeling. De bruto investeringen in
vaste activa zijn nader gespecificeerd naar bedrijfsklasse van bestemming
en naar type van activa. Verder zijn de gegevens over de uitvoer en invoer
van goederen en diensten naar productgroepen afzonderlijk opgenomen. De
productiebenadering van het bruto binnenlands product (bbp) levert
mogelijkheden tot extra detaillering. Er zijn deelreeksen van de
toegevoegde waarde van de Industrie. Van de inkomensbenadering van het bbp
zijn detailreeksen van de lonen, salarissen en sociale lasten naar
bedrijfsgroepen voorhanden.
Consumptieve bestedingen
Uitgaven voor goederen en diensten die worden gebruikt voor de
rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of wensen of van de
collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De consumptieve
bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het buitenland
worden gedaan.
Consumptieve bestedingen vinden plaats door huishoudens, instellingen
zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de overheid.
Bestedingsindeling totale consumptie
Hierbij staan de uitgaven voor consumptiegoederen en -diensten centraal.
De totale consumptieve bestedingen worden ingedeeld naar de sectoren die
de consumptieve uitgaven financieren.
Indelingschema:
Totaal consumptieve bestedingen =
Consumptieve bestedingen door huishoudens en instellingen zonder
winstoogmerk (IZW) ten behoeve van huishoudens, waarvan:
Consumptieve bestedingen door huishoudens;
Consumptieve bestedingen door IZW ten behoeve van huishoudens.
Consumptieve bestedingen door de overheid, waarvan:
Collectieve consumptie door de overheid;
Individuele consumptie door de overheid.
Consumptie huishoudens incl. IZWh
Consumptie door huishoudens inclusief IZWh.
Uitgaven door huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk
(IZW) ten behoeve van huishoudens) voor goederen en diensten die worden
gebruikt voor de rechtstreekse bevrediging van individuele behoeften of
wensen of van de collectieve behoeften van leden van de gemeenschap. De
consumptieve bestedingen kunnen zowel op het eigen grondgebied als in het
buitenland worden gedaan.
Consumptie van diensten huishoudens
Consumptie van diensten.
Medische diensten en welzijnzorg
Consumptie in medische diensten en welzijnszorg.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle
ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking
werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers,
dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen.
Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en
sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn
inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale
premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen
naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de
aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en
provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van
de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het
vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers
zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de
kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale
premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies,
overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze
premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of
niet-werkenden.
Beloning naar bedrijfstakken
Beloning van werknemers, gespecificeerd naar bedrijstakken.
Gezondheidszorg, etc.
8040d Zorg, niet-gesubsidieerd onderwijs, recreatie, cultuur en milieu
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
804 Auto- en motorrijscholen, afstandsonderwijs, bedrijfsopleidingen,
studiebegeleiding en onderwijs niet elders genoemd
N Gezondheids- en welzijnszorg
O Milieudienstverlening, cultuur, recreatie en overige dienstverlening
P Particuliere huishoudens met personeel in loondienst
Beloning naar ESR 1995 A6-indeling
Beloning van werknemers naar bedrijfstakken conform de A6-indeling van het
Europese Systeem van Rekeningen 1995 (ESR 1995). De A6-indeling is een
indeling van economische activiteiten in zes bedrijfstakken.
Overheid, zorg en overige diensten
7500b Niet-commerciële dienstverlening
Deze categorie is een samentelling van categorieën:
L Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen
M Onderwijs
N Gezondheids- en welzijnszorg
O Milieudienstverlening, cultuur, recreatie en overige dienstverlening
P Particuliere huishoudens met personeel in loondienst
Q Extraterritoriale lichamen en organisaties