Activiteiten, sport en blessures 1996/1997

Activiteiten, sport en blessures 1996/1997

Persoonskenmerken Activiteit door sport of beweging Norm-actief (%)
Totaal 20
Mannen 22
Vrouwen 18
16-17 jarigen 29
18-24 jarigen 18
25-34 jarigen 13
35-44 jarigen 19
45-54 jarigen 23
55-64 jarigen 22
65-74 jarigen 31
75 jarigen en ouder 18
Onderwijsniveau: basisonderwijs 20
Onderwijsniveau: vbo 20
Onderwijsniveau: mavo 23
Onderwijsniveau: havo/vwo, mbo 21
Onderwijsniveau: hbo, universiteit 21
Beroepsniveau: laag 16
Beroepsniveau: middelbaar 18
Beroepsniveai: hoog 18
Eenpersoonshuishouden 18
Lid van eenoudergezin 17
Lid van paar zonder kinderen 24
Lid van paar met kinderen 20
Overig lid huishouden 24
Niet stedelijke gemeenten 19
Weinig stedelijke gemeenten 20
Matig stedelijke gemeenten 22
Sterk stedelijke gemeenten 20
Zeer sterk stedelijke gemeenten 20
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Activiteiten, sport en blessures

De gepresenteerde cijfers over activiteiten, sport en blessures zijn gebaseerd op vragen uit het Permanent Onderzoek LeefSituatie (POLS) van het Centraal Bureau voor de Statistiek. In POLS, dat vanaf 1997 operationeel is, zijn de vroegere afzonderlijk gehouden enquêtes rondom de verschillende onderwerpen van leefsituatie samengesmeed tot een geïntegreerd systeem van leefsituatie-onderzoeken. POLS kent een modulaire opbouw. Eén van de modules betreft de module Arbeid en Gezondheid. In de Gezondheidsenquête
van 1996 en in de module Arbeid en Gezonheid van POLS van 1997 zijn vragen opgenomen over "activiteiten door sport en beweging", deelname aan sport en de duur van lichamelijke activiteiten en sportblessures.

De netto steekproef betrof circa 15 duizend personen.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1996-1997

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief.

Wijzigingen per 10 januari 2017:
Tabel is stopgezet

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Stopgezet

Toelichting onderwerpen

Activiteit door sport of beweging
Activiteit op basis van sportparticipatie of overige lichaamsbeweging
in de vrije tijd.
Norm-actief
Men accumuleert bovenop het rustmetabolisme nog eens 1000 kcal
per week extra aan tenminste middelzware activiteit
en men is tenminste 5 keer per week tenminste middelzwaar actief,
of men beweegt minimaal 3 keer per week tenminste 20 minuten
per keer zwaar intensief.