Seizoencorrectie bij de werkzame en werkloze beroepsbevolking

Inleiding

Maandelijks publiceert het CBS cijfers over de ontwikkeling van de werkzame en werkloze beroepsbevolking. Het betreft driemaandsvoortschrijdende gemiddelden.

Seizoeneffecten spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van de werkzame en werkloze beroepsbevolking binnen een jaar. Zo is er in de zomer een groter aanbod van jongeren op de arbeidsmarkt, en in de winter is er minder vraag naar arbeid. Deze twee seizoeneffecten leiden tot een hoger aantal werklozen in zowel de zomer als de winter. Het aantal werkzamen is juist hoger in de zomer en lager in de winter. Door het verwijderen van de cijfermatige gevolgen van dergelijke seizoeneffecten ontstaat een duidelijker beeld van de richting waarin de werkzame en werkloze beroepsbevolking zich ontwikkelen.

Berekenen van seizoengecorrigeerde cijfers

Voor het identificeren en verwijderen van seizoeneffecten en het bepalen van de trend maakt het CBS gebruik van X-12-RegARIMA. Dit softwarepakket is ontwikkeld door het Amerikaanse Censusbureau en wordt internationaal veel gebruikt. De oorspronkelijke reeks wordt opgesplitst in drie hoofdcomponenten:

    · De trend-cyclus, de langetermijn én conjuncturele ontwikkeling

    · Het seizoencomponent, alle effecten in de reeks die jaarlijks terugkeren

    · Een onregelmatige of restcomponent

Het seizoenpatroon wordt door het rekenprogramma zorgvuldig geraamd. Opgemerkt wordt dat seizoenfactoren nooit geheel vaststaan omdat het seizoenpatroon in de loop der jaren verandert, in de regel zeer langzaam.

De voor seizoeninvloeden gecorrigeerde cijfers worden voor het totaal volgens de indirecte methode berekend. Dit betekent dat eerst voor elke deelreeks (geslacht en leeftijd) een seizoengecorrigeerd cijfer wordt berekend. De maandcijfers van de deelreeksen tellen vervolgens op tot het totaal (15 tot 65 jaar). Bij de indirecte methode tellen de jaarcijfers van de gecorrigeerde uitkomsten op tot die van de ongecorrigeerde jaartotalen. Hierdoor wordt voorkomen dat er verschillen ontstaan tussen de opgetelde deelreeksen en het totale aggregaat.

De seizoengecorrigeerde cijfers van de werkzame en werkloze beroepsbevolking worden maandelijks geactualiseerd bij het beschikbaar komen van nieuwe maandcijfers. Door maandelijks het seizoenpatroon van de hele reeks opnieuw te bepalen worden de meest actuele cijfers meegenomen. Dit kan leiden tot maandelijkse bijstellingen. Deze bijstellingen zijn over het algemeen klein. De bijstellingen gelden voor alle voor seizoengecorrigeerde cijfers: de werkzame en werkloze beroepsbevolking, de niet-beroepsbevolking, het werkloosheidspercentage en de bruto en netto arbeidsparticipatie.

Publicatie van een trendwaarde in het reguliere persbericht

Door het steekproefkarakter van de cijfers is het beter om de ontwikkeling over een langere periode te bekijken. Daarom vermeldt het CBS naast de seizoengecorrigeerde maandcijfers ook een rekenkundig gemiddelde van de maand-op-maandontwikkeling van de laatste zes seizoengecorrigeerde maanduitkomsten in het reguliere persbericht.

Jaarlijkse validering seizoencorrectie

Om de seizoencorrectie te bepalen maakt het programma X12-Reg-ARIMA gebruik van bepaalde instellingen. Gedurende het lopende kalenderjaar worden de instellingen voor seizoencorrectie van de deelreeksen niet aangepast. De instellingen worden over een periode met complete kalenderjaren bepaald omdat het seizoenpatroon altijd gebonden is aan een terugkerende jaarfrequentie. Voor seizoencorrectie is namelijk belangrijk dat het jaartotaal van de gecorrigeerde maandcijfers optelt tot de jaarsom van de ongecorrigeerde cijfers. Dit kan alleen wanneer de twaalf seizoenfactoren waarmee wordt gecorrigeerd op jaarbasis tot nul uitmiddelen. Daarom is het ook nodig om regelmatig de instellingen voor seizoencorrectie opnieuw te valideren. De instellingen kunnen derhalve optimaal aangepast of fijn geregeld worden wanneer er complete jaren aan maandcijfers beschikbaar zijn. Dit gegeven en het feit dat seizoenpatronen langzaam veranderen leidt ertoe dat aan het begin van een nieuw kalenderjaar de correctieinstellingen voor de deelreeksen van de werkloze en werkzame beroepsbevolking opnieuw worden gevalideerd. Dit kan betekenen dat de instellingen van het programma (X12-Reg-ARIMA), waarmee seizoengecorrigeerde cijfers worden berekend, aangepast worden. Als gevolg hiervan kunnen seizoenfactoren licht veranderen. Soms kan bijvoorbeeld ook naar voren komen dat voor sommige reeksen seizoencorrectie niet meer zinvol is.

Gevolgen jaarlijkse validering seizoengecorrigeerde cijfers

Als gevolg van de jaarlijkse validering worden een tweetal belangrijke wijzigingen doorgevoerd vanaf 22 mei 2008.
Ten eerste worden de instellingen van X-12-ARIMA, waarmee de seizoencorrectie van de werkloze en werkzame beroepsbevolking worden bepaald, aangepast.
Ten tweede zullen vanaf mei 2008 bepaalde leeftijdsgroepen niet meer voor seizoenseffecten worden gecorrigeerd, omdat de seizoencomponenten van deze leeftijdsgroepen tamelijk klein zijn en seizoencorrectie niet meer verantwoord is. Seizoencorrectie geeft voor deze groepen namelijk geen scherper beeld van de ontwikkeling. Doordat bepaalde leeftijdsgroepen niet meer voor seizoenseffecten worden gecorrigeerd, zullen bepaalde seizoengecorrigeerde cijfers vanaf 22 mei 2008 niet meer op StatLine beschikbaar zijn. Bij de werkloze beroepsbevolking gaat het om de leeftijdgroepen 45 tot 55 jaar en 55 tot 65 jaar. Bij de werkzame beroepsbevolking zijn het de leeftijdsgroepen 25 tot 35 jaar, 35 tot 45 jaar, 45 tot 55 jaar en 55 tot 65 jaar. De beperking van het aantal reeksen die voor seizoen worden gecorrigeerd heeft ook gevolgen voor enkele afgeleide variabelen van de seizoengecorrigeerde werkzame en werkloze beroepsbevolking: niet-beroepsbevolking, beroepsbevolking, werkloosheidspercentage, bruto en netto arbeidsparticipatie.

Tot 22 mei 2008 zijn op StatLine alle seizoengecorrigeerde cijfers beschikbaar naar de leeftijdsgroepen 15 tot 24 jaar, 25 tot 35 jaar, 35 tot 45 jaar, 25 tot 45 jaar, 45 tot 55 jaar, 55 tot 65 jaar, 45 tot 65 jaar en 15 tot 65 jaar.

Vanaf 22 mei vervalt publicatie van de groepen 45 tot 55 jaar en 55 tot 65 jaar voor de seizoengecorrigeerde werkloosheid. Daarnaast vervalt voor de groepen 25 tot 35 jaar, 35 tot 45 jaar, 45 tot 55 jaar en 55 tot 65 jaar de seizoengcorrigeerde werkzame beroepsbevolking, niet-beroepsbevolking, beroepsbevolking, werkloosheidspercentage en de netto en bruto arbeidsparticipatiegraden.

Literatuur

Denneman, Arthur en Hans Langenberg, Seizoenpatronen op de arbeidsmarkt, Sociaal-economische trends 2004/1.