Consumentenvertrouwen nóg nauwkeuriger vastgesteld

/ Auteur: Masja de Ree
© Hollandse Hoogte / Berlinda van Dam
Elke maand stelt het CBS het consumentenvertrouwen vast, één van de meest geraadpleegde cijfers van het statistiekbureau. Het geeft weer hoeveel vertrouwen Nederlanders hebben in de staat van de economie. Een nieuwe schattingsmethode maakt het cijfer nóg nauwkeuriger. CBS-methodoloog Jan van den Brakel legt uit hoe het precies zit.

Trends en seizoenspatronen

Het consumentenvertrouwen wordt elke maand vastgesteld door een deel van de bevolking (geselecteerd via een steekproef) een aantal vragen voor te leggen. Jan van den Brakel, die de nieuwe methode samen met zijn collega’s Marc Smeets en Sabine Krieg ontwikkelde: ‘Traditioneel maakten we daarbij alleen gebruik van data uit de betreffende maand. In de nieuwe methode gebruiken we ook de data uit de enquêtes van eerdere maanden. De trends en seizoenspatronen die daarin te zien zijn, maken het mogelijk om betrouwbaardere en stabielere maandcijfers samen te stellen.’

Nieuwe manier van data verzamelen

De nieuwe methode biedt nóg een voordeel. Van den Brakel: ‘In januari van dit jaar zijn we bij de statistiek over het consumentenvertrouwen overgestapt op een nieuwe manier van data verzamelen: het gebeurt niet meer alleen telefonisch, maar nu ook via internet. Mede daarom zijn ook de vragen in de vragenlijst aangepast.’ Zo’n nieuwe aanpak in een statistiek kan een zogenaamde methodebreuk met zich mee brengen: de cijfers wijken ineens af van de verwachting, omdat mensen op een telefonische vraag anders antwoorden dan op een vraag via internet. ‘Telefonisch antwoorden mensen bijvoorbeeld sneller en maken daardoor meer fouten. Ook geven mensen soms andere antwoorden als er geen interviewer bij is. Aan de andere kant motiveren de interviewers mensen om aan het onderzoek mee te doen.’ De methodebreuken die hierdoor ontstaan, komen niet door een ander sentiment in de samenleving maar door een verandering in het onderzoek zelf. Om de ontwikkeling van het consumentenvertrouwen niet te verstoren, wil het CBS de omvang deze breuken in beeld brengen. ‘De nieuwe schattingsmethode helpt om dat goed te doen’, aldus Van den Brakel.

‘Niet alleen kun je nauwkeurigere cijfers maken, een tijdreeksmodel maakt het ook mogelijk om heel snel en gedetailleerd statistieken te maken’

Statistische modellen

De opeenvolging van statistische informatie over een langere periode heet een tijdreeks. Om een statistiek te maken mede op basis van zo’n tijdreeks maken methodologen gebruik van statistische modellen. Van den Brakel: ‘Vroeger was dat not done. We gebruikten liever alleen de antwoorden van respondenten, zonder te veronderstellen dat de data een statistisch model volgen. Inmiddels hebben we op basis van onderzoek echter plausibele statistische modellen ontwikkeld.’ Ook de maandcijfers over de beroepsbevolking van het CBS worden sinds 2010 met behulp van een tijdreeks gemaakt. Naar tevredenheid, omdat de steekproef op maandbasis te klein is om stabiele schattingen zonder modelgebaseerde methoden te maken. ‘Het Europese statistiekbureau Eurostat was in eerste instantie kritisch, maar promoot deze methode nu ook voor andere landen’, aldus Van den Brakel.

Snel en gedetailleerd

De methodoloog verwacht dat het CBS in de toekomst bij nog meer statistieken gebruik gaat maken van een tijdreeksmodel. ‘Het biedt veel voordelen. Niet alleen kun je nauwkeurigere cijfers maken, maar een tijdreeksmodel maakt het ook mogelijk om heel snel en gedetailleerd statistieken te maken. En daar is veel vraag naar.’